De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 7 juli pagina 3

7 juli 1934 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

-*. X* De Groene Amsterdammer van 7 Juli 1934 No. 2979 ? Aankomst in Indi Melis Stoke Hammen van Beek De aankomst in Xederlandsch-Indiëif en blijft nu eenmaal een verbasterende ervaring. Hollander blijft immers wat voortleveix van de Bontekoe's en andere schippers, die, na In eiken een lange reis vol gevaren en ellende, eindelijk een totaal vreemde wereld voor zich zagen. De-gevaren zijn in den loop der tyden van ande ren aard geworden. Ze bestaan in hoofdzaak in de kans op een lichte vervetting en een overladen maag, en de ellende vloeit nog slechts voort uit de persoonlijke gevoelens en handelingen van medepassagiers, die wat tegen u hebben. _ Maar'de verbijstering om al héTYreemde is on veranderd en. wellicht nog grpoter geworden door het besef dat ge u bVróftdtop rijks-grondgebied. Inderdaad', inderdaad. nadat ge do^r een ree~rierij met verfijnde zorgen van huis zijt afgehaald om hier afgeleverd te worden, blijkt de Hollandsche vlag te waaien over een snikheet land vol palmen, die onbetwistbaar echt en uitheemsch zijn. Blijkens de opschriften is dit federland: dit land met zijn vulcanische verheffingen van fan tastische hoogte, dit land met zyn bergspoorwegen zooals ge die met ontzag en licht gegriezel in Zwitserland bereden hebt. dit land met zijn onafzienbare perspectieven. Men komt thuis n is tegelijk verder van huis dan ooit tevoren. Even verbijsterend "blijkt uw assimilatie ver mógen en d#t van uw medepassagiers te zijn. Na drie .uren ziet" ge de lieden die drie weken geleden onwennig de betrekkelijke weelderigheid van een rest&uratiewegen binnenschuifelden, zich in grootschen stijl bewegen door de waarlijk verbluffende luxe van het vernieuwde Hotel des Indes te Batavia. En het schutterige handschoentje van de boot merkt ge den volgenden: dag als medepassagier op in een vliegtuig dat over rockende vuïcanen davert en griezelige bergformaties, met een gezicht alsof ze de melkinrichting Sierkan bezocht. Even verbluffend als het adoptatievermogen der gesexpatrieerden is het conservatisme van de aldaar sinds jaren gevestigden. ? ; ? . Ik bezocht een winkel waar ik precies zeven jaar geleden voor het laatst een voet had- gezet, en t oen het op betalen .aankwam zeide men ge noegen te nemen met een handteekening op een bonnetje. Onvergankelijk en onverwoestbaar als het blad van den pisangboom blijkt het witte blaadje papier dat in Indiëals schuldbekentenis ?geldt. Waar ge-komt bekrabbelt ge het lustig met een eindje'geleend potlood in ruil voor diensten of verstrekkingen. Natuurlijk: er zijn nieuwe gebouwen gekomen, en. dan altijd enorme en imponeerende. Maar ze staan er niet den zichtbaren absoluten wil om zoo Palmen, die echte palmen ? zijn spoedig mogelijk monumenten te worden: monu ment zooals het oude paleia_van Daendels, zooals de .stadspoort van Batavia en zooals de talrijke ud-indische woonhuizen en gebouwen van de goede hoofdstad. Indiëis een land van onuitroeibare gezellig heid en de dingen die de mensch er neerzet houden er niet van om apart of bijzonder te zvjn. De huizen nemen- dezelfde grauw-blanke kleur aan van hun j>udere soortgenooteu. En de nieuw-komers haasten zich om de ter minologie en de levenshouding aan te nemen die in de eeuwen-lange practyk aan hun voorgangers beproefd is geworden. Bij een kort bezoek als het mijne is daar nauwelijks tijd voor, evenmin al» er tijd ife voor een juiste waardebepaling van den Indischen medemensen. Deze heeft me in die korte dagen even sterk verbluft en verbijsterd als aijn weelderige tropi sche omgeving. - . ** * De Indische Rijksgenoot, met wien ik mij in een vorig langer verblijf naar den geest konsynchroniseeren was mij thans, schoon begrijpe lijk, dikwijls erg ver. Hij moet het me vergeven. Het handschoentje van de boot - Er was geen tijd voor assimilatie. De Indische mensch is^ sterker gespannen dan de Hollandsche: hij spreekt gejaagd of met een sterk geforceerde kalmte. Hij reageert.óf verschrik- kelijk snel of in het geheel niet en is sterk geneigd om in zijn eigen "gedachtehgang voort te gaan zonder voldoende verificatie van zijn systeem aan de links en rechts voorhanden en tastbare feiten. Ontzaggelijke misverstanden hielden menschen gescheiden en in vijandschap die in een onderhoud van tien minuten tot klaarheid gekomen zouden , kunnen zijn. De dubbele inspanning van den strijd tegen het klimaat en om het bestaan brengen den mensch ~ Van daarginds in een krampachtige geesteshouding die hem onvoldoende toegankelijk'maken voor rustige argumenteering. . * : ** * Bij mijn komst in Indiëleed het toch al eco nomisch en financieel zoo geteisterde land onder een paniek-golf waarvan niemand den oorsprong kende of zich moeite gaf dien op te sporen. Het was n Soort mengeling tusschen het wereldverschijnsel vanjlen drang naar saneering van bestaande, geconstrueerde en veronderstelde wan toestanden en de tegenwoordig in Amerika zoo acute angst voor Oost-Aziatische agressie. Toen ik een week later vertrok was de fantasie reeds aan eigen felheid doodgebrand en was de paniek omgevallen door al .te tropisch snellen' groei in verticaal-fantastischen zin. Het gaat er mee als met sommige gewassen, zooals de Hollandsche ui, die op tropischen bodem zoo snel uitschieten dat ze tenslotte, onbestaan baar in hun fantastische hoogte vanzelf omvallen en verrotten, zonder vrucht te hebben gedragen. Er is aan dit proces van tropenbloei maar een bezwaar verbonden: dat het hier te lande te weinig wordt doorzien en dat de onwaarschijnlijke bloei voor werkelijke groeikracht gehouden wordt.. HET OUDE HOLLANDSCHE SCHILDERIJ VAN EEN BEKEND MEESTER EN IN GOEDEN STAAT IS DE BESTE BELEGGING DE GROOTSTE EN UITGEBREIDSTE COLLECTIE IN PERSOONLIJK BEZIT HUYSVAN JOHAN DEWITT" KNEUTERDIJK^ D EN H.A AG N.V. KUNSTHANDEL DOR U S HERMSEN Toegepaste kunst Tentoonstelling Jan Imt» bij G. H. BUhrman's Papiergroothandel Jan Lutz bezit niet alleen de voor een reklameontwerper allereerst noodzakelijke eigenschap der alzijdigheid, maar zijn aanleg schijnt a.h.w. ge schapen juist voor dit bedrijf: de papier-branche men zou hem ..een-papier-psycholoog" kunnen noe men. Het telkenen van mensóh- en .dierfiguur is hem evenzeer vertrouwd als het streng gestyleerde of ook het puur-naturalistisïhe landschap. Met nim mer falende juistheid weet hij altijd dat lettertype te gebruiken dat voor het betreffende doel het meest geschikt is, térw.ijl een zuiver overwogen inde ling van den tekst evenmin geheimen voor hem heeft. Maar wat bovenal verbluffend is, dat is zijn intuïtie om een papiersoort uit te buiten", d:w.z. om de kenmerken valii een papier, zijn. kleur, zijn persing of zijn dessin te benutten alb deel van het tafereel. Feitelijk maakt hij het tafereel onderge schikt. De hoedanigheid der papiersoort met de kleuren bepalen in zijn ontwerpen de sfeer. Al zijn ontwerpen zijn de tastbaar geworden bewijzen van de Amerikaansphe stelling: Paper is part of the picture. ~~~' . W..M. KUNSTZAAL VAN 'LmRDOORLOOPEND TENTOONGESTELD ROK IN 126 AMSTERDAM KUNSTWERKEN VAN JONGE HOLLAND8CHE EN BUITENL. MEESTERS No. 2979 De Qroene Amsterdammer van 7 Juli 1934 Muziek Propaganda voor Bruckner Constant van Wessem . " JBruckner-concert In bet Concertgebouw Het Brucknerconcert van Zondagavond in het Concertgebouw had naast zijn officieel karakter _^?als onderdeel van de zomersene, waarvan ieder concert aan een bepaalden componist.was gewijd ook nog een onofficieel karakter, n.l. als propagandaconcert voor de pas opgerichte Nederlandsche Bruckner-vereeniging. Wij hebben het hier ter plaatse reeds vaker over de beteekenis en de geaardheid van Bruckner's muziek gehad, een geaardheid, die haar onge twijfeld in den weg staat voor de beoogde populari teit. Brucknec's muziek is geen muziek voor de massa. Bruckner mist de toon, den overtuigings kracht, die de massa boeit, welke alleen door den goeden redenaar geboeid kan worden. Ook is hef oeuvre van_Bruckner, door zijn gebrek .aan af wisseling, door de noodlottige neiging van den componist zichzelf voortdurend te herhalen, voor de massa niet geschikt. Een opeenvolgende uitvoe ring, in een cyclus, van Bruckner's negen symphonieën, zou nimmer te adviseeren zijn, daarvoor is de eene te zeer een aanloop tot de volgende, is het procédévan Bruckner's comppneertrant te eenvormig, is het ,,Wagnerisme" van zijn melodiek, zjjn harmoniek vooral, zyn klankbeeld, te evident, te simpel ook toegepast. De schoonheden van . Bruckner's kunst bloeien in het verborgen, tusschen veel schetterende koperblazers, vermoeiende en niet blijvende climaxen, veel getremoleer van de strijkers, zy breken soms als een wonderlijk licht door, gelijk onverwachte luchtspiegelingen boven «?en bekend landschap, maai' voor de; massa is dit alles niets. Toch" kan men op een enkel programma wt-1 twee op zichzelf treffende werken van Bruckner samenbrengen, die een goed beeld van zijn kunnen eri inspiratie geven en waarnaar men__dan kan luisteren zonder te zeer vermoeid te worden door, de hinderlijke overdaad van zijn aanwensels. Daarom, uit propagandistisch oogpunt bezien hoewel het misleidend is voor Bruckner's totaal oeuvre was het een gelukkige combinatie op liet concert van Zondag samen te brengen zijn meest aansprekende symphonie. de 7de en-een koorwerk de z.g. Groote Mis in f. kl. t (waarvan de betiteling ,,groot" wat de lengte van het werk. betreft ge lukkig^ niet bewaarheid wordt, want dit werk duurt nog geen uur). Inderdaad werd met de combinatie van deze werken een gewenschte afwisseling geschapen, die in het voordeel van den componist was. Reeds om deze reden kon^het Bruckner-concert van Zondagavond een mooie manifestatie van Bruckner's kunst worden. Maar ook door de uitvoering, tenminste van de sym phonie, werd het ^en schitterend pleidooi. Want in de interpretatie van deze 7de symphonie die ik het Siegfried-idyll van Bruckner's oeuvre zou willen noemen en niet alleen om de E dur-toonsoort, waarin zij geschreven werd, maar,ook om haar teedere, bloeiende en vaak wonderlijk schoone effecten van melodie en klank toonde de dirigent Van Beinum een bezieldheid en een liefde als wij helaas te vaak bij dezen overigens zoo eminentén TBusicus hebben moeten missen en waartoe wij hem toch in staat wisten sinds hij zich als toen- malig dirigent van het Haarlemsche orkest aan het hoofd van het Concertgebouworkest bij ons te Amsterdam introduceerde op een wijze, die de schoonste verwachtingen opwekte. In zijn ver tolking van Bruckner's 7de symphonie, vooral in de twee eerste deelen en in de finale, hebben wij weer dien Van Beinum teruggevonden, die kan uitmunten door prachtige, fascineerende hoogtepunten ent een ryk geschakeerd, rhythme en tempo. Al ons enthousiasme, al onze bewondering ontwaakte weer en stemde ons vol sympathie voor dezen toch zoo begaafden jongen kunstenaar en zijn groote liefde voor Bruckner's muziek. Bovendien bleek hét in het voordeel van dezemuziek, dat de dirigent het daverende en schette rende waarin Bruckner zoo spoedig vervalt, wat inhieldT VanBeinum's vertolking van de symphonie werd een daad, die in onze herinnering zal blijven Dreigende economische nood in Duitschland B. vmn Vlijmen \ De onoverwinlijke revoluüomair en waarvoor alle Bruckner-enthousiaaten, niet in het minst zy, die zijn steun hebben ingeroepen voor hun Bruckrier-propaganda, hem dankbaar mogen wezen. Minder voldeed de uitvoering van de Mis onder leiding van Anthon van der Horst. Zij viel te meer . -af na het door Van Beinum bereikte hoogtepunt. Van der Horst is een degelijk en nauwgezet dirigent maar zoo mj al een goed koorleider is, een goed vertolker is hij, tenminste voor zoover het Bruckner betrof, in veel mindere mate dan Van Beinum. Hij bleef zeer aan de materie van het werk hangen, het klankbeeld ging niet boven dat van wat een gemiddelde koorzang weet te produceeren uit, het tempo vooral was zonder veel fantasie weer gegeven, het .deed alles, y&b -eenvormig-globaal en aan den buitenkant blijvend aan. Het koor van da Kon. Oratorium veréeniging zong naaf behooren, het orkest ging goed mee, de solisten, vooral Jo Vincent en Ravelli hadden mooie mojnenten, maar de waarlijk schoone oogenblikken in dit werk, b.v. in het Sanctus, gaven ons niet die ontroeringen, waarop wjj gehoopt en gewacht hadden en waartoe deze muziek ongetwijfeld in staat is. Voor Amsterdam, dat in ? koorzanguit voeringen verwend is, bleef het alles te ,,provin ciaal", qua vertolking op een, te )aa$ peil. Niettemin was ook de plaats van de Mis op dit Brucknerprogramma voor propagandadoeleinden gelukkig te noemen: het werk spreekt gemakkelijk aan en men vindt er de schimmen van Beethoven en Mozart Ih terug.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl