Historisch Archief 1877-1940
il
De droogte
Dr. Jac P. Thijsse
Een moderne Russische opera
A vi
Wanneer wij dezer dagen in parken en plant
soenen, in tuinen en tuintjes de sproeiers en
spuiters bezig zien om het groen en de bloemen te
redden en bovendien angstwekkende overwegingen
hooren over het al of niet mislukken van den oogst
van dit of dat, dan rijst onwillekeurig de vraag
bij ons op: hoe moet dat nu met de wilde planten,
wie zal daarvoor zorgen?
Nu is de toestand nog lang niet zoo bedenkelijk
als in 1911, maar dat kan nog komen. Doch 1911
'en nog eens 1021 hebben ons geleerd, dat we ons
over de wilde planten niet bezorgd behoeven te
maken, noch tijdens een hittegolf en abnormaal"
lange periode van droogte, noch bjj hevige vorst
of aanhoudende regens. Deze betrekkelijk geringe
schommelingen deren hen niet. Alleen geweldige
veranderingen in het klimaat, loopende over
honderden of zelfs duizenden eeuwen hebben in
ons land een flora, zooals die thans bestaat in
Virginiëen de Cnrolina's eens doen wij ken vooreen,
zooals die thans Lapland tooit. De eenige invloed,
die buiten dergelgke veranderingen om, geheele
plantensoorten uit ons land kan doen verdwijnen
is het bedrijf van den mensch. Die is daar dezer
dagen weer druk mee bezig, maar daar wil ik het
thans niet over hebben.
Gisteren, toen de groote Senecio-bladeren in
onzen tuin zoo slap hingen, alsof nu voor goed alle
leven uit hen geweken was, had ik bezigheid op
een nog al kale steile duinhelling op het zuiden.
De zon brandde danig en het allerbovènste laagje
zand was zoo heet, dat je het nog net met onbe
hagen zou aanraken, dat was dus tuaschen de
vijftig en zestig graden Celsius. Natuurlijk was
het kurkdroog". Een plekje korstmossen was
misschien nog heeter en droger, je kon die korstmos
sen tusschen vinger en duim tot poeder fijn wrijven.
Doch eventjes onder de oppervlakte was het zand
reeds koeler, ofschoon schijnbaar nog droog. Wij
weten echter dat er uit droog ? zand van 30°nog
wel water te verdampen valt wanneer wij gaan
tot 100°. De Muurpeper vond aan de oppervlakte
nog water genoeg om te tieren en te bloeien, had
hoogstwaarschijnlijk zijn waterreservoirs pas ge
vuld uit den dauw van den vorigen nacht. Maar ook
de Zandzegge tierde .er welig en de zeldzame
Kleine Teunisbloem die mij daarheen gelokt had
stond er frisch en fleurig, dicht groen bebladerd
en in zijn gekken slingerkop vol belofte van rijken
bloei. Deze Kleine Teunisbloem begint namelijk
te bloeien dichter in de buurt van Sint Jacob dan
van Sint Jan. Voor die planten was het
verwelkingspunt dus nog niet bereikt. Zij kunnen uit een
geringen totalen watervoorraad in den grond nog
genoeg .voor eigen gebruik bemachtigen. Maar er
is altijd een laatste restje waar ze niet aankunnen
komen.
In 1911 en ook weer in 1921 lagen de meeste
vijvers en ook vele slooten in ons land droog en
dat gaat nu weer denzelfden kant uit. Dat komt
niet alleen door dezen drogen zomer, maar ook
door het tekort aan regen, vooral winterregen ge
durende de laatste jaren. Natuurlijk moeten de
waterplanten en de moerasplanten. daaronder
lijden, die zijn niet zoo knap, dat zij uit een gering
totaal een voldoenden voorraad kunnen halen voor
hun verbruik. Sommige houden nog een poos
dapper vol en gaan een landleven leiden op den
bodem van den uitgedröogden plas. zooals
vraterranonkel, lobelia, zejfs gele plomp* De veenwortel
gaat zelfs speciaal georganiseerde landtwijgen vor
men uit zijn waterstam. Riet maakt de
allerwonderlijkste bokkesprongen, 'daar kunt ge van
gaan genieten in de Buiten-Mui op Texel
worider1 ij ke plant, dat riet.
Koflifikl. BloeÉweekerij Wilhelmina,"
Charles van fiinnaken & Zoen, Zundert, H.B.
Hat vin ouds gunstig bekende adros voor
Dennen, tar babosscning (uttaluitand inheemsch zaad)
Exotische Dennen» en Sparrensoorten,
Bosch- en Haaffplantsoen,
Boom e n en Heesters.
Catalogi op aanvraag gratis on franco.
Tal. Intaro. No, 1. Telegram-Adres: Wllhalmfna, Zundert
In en om den vijver in Thijsse'a hof
kunnen wy dag aan dag de avonturen
van de water- en moerasplanten aan
schouwen. .Het is een kunstmatige
vijver met een natuurlijke vulling n.l,
het grondwater van het duin. De
Bloemendaalsche waterleiding heeft
eenige putten dicht by den vijver,
maar dat hindert niet, want
Bloemendaal is zoo wijs, om alleen heel diep water te pompen
en dat heeft dus weinig of geen invloed op den water
stand hier, die dan ook heel getrouw alleen ver
andert overeenkomstig den regenval. Hy staat
nu anderhalven meter lager dan toen hij werd
aangelegd, met het gevolg, dat het moeras van
toen nu hoog en droog is komen te liggen. De
? oeverplanten zijn met den oever mee gewandeld.
Op onze foto kunt ge zien dat de lischdoddon (heel
op den voorgrond) alweer een nieuwen sprong
maken naar de diepte die hun het liefst is. Verleden
zomer, toen het water nog wat hooger stond, had
den we een prachtige vegetatie van Parnassia dicht
aan het pad. Iedereen bewonderde de mooie witte
bloemen op hun ranke steel t j es en lette met ge
noegen op de welbekende bloeigeschiedenis (hoop
ik). Nog dit voorjaar beloofden een aantal
kiemplantjes weer nieuw moois voor dezen zomer.
Maar met het dalen van het grondwater en het
uitblijven van een voldoende hoeveelheid hemel
water zijn al die Paraassia's, zoo oude als jonge,
verwelkt en gestorven. Doch gelukkig hadden ze
in herfst en winter ontelbare zaden gestrooid en
die zijn nu op de droog vallende nieuwe oeverstrook
gaan ontkiemen, zoodat we thans toch weer
prachtig bloeiende plantjes hebben op een lager
peil. Wanneer we nu eens weer een behoorlijk
natten herfst en winter krijgen en (wat heelemaal
niet onmogelijk is) het water weer een halven meter
stijgt, dan verdrinken die nieuwe Parnassia's,
maar uit hun zaden komen op een hooger peil
weer nieuwe plantjes. Dat gaat niet alleen zoo met
Parnassia, maar met alle planten van de natte
duinpannen. In hun zaden ligt de voornaamste
waarborg van hun voortbestaan. Die zaden kunnen
jaren lang hun kiemkracht behouden en zoo is het
dan mogelijk dat zelfs na eenige jaren van droogte
de rijke flora van de duinpan zich kan herstellen.
Alleen'is er groote kans, dat de concurrenten, die
zich inmiddels op het oude niveau hebben gevestigd,
juich alweer door de toenemende vochtigheid niet
zoo gemakkelijk laten verdrijven. Het is zeer
onderhoudend en vaak bemoedigend om deze ver
schijnselen in hun groote verscheidenheid gade
te slaan. In Tnijsse's hof krijgt ge slechts enkele
gevallen ervan te zien, maar we hebben gelukkig
onze natuurmonumenten (de echte) op Voorne,
Texel, Vlieland en Terschelling, waar we deze studies
volop kunnen vervolgen, in de zekerheid, dat we
daar tenminste jaar in jaar uit het zuiver verloop
van de natuurlijke gebeurtenissen kunnen aan
schouwen, zonder dat démensch storend.ingrijpt.
Dit geldt ook voor de plassen van het heideland
schap. ?
Nieuwe uitgaven
Het Bruidsboek, door Mevrouw F. C. J.
Olivier*Koch, Mej. W. L. P. Burger, Mej. M. A.Kampf,
Dr. A. Melchior, J. O. W. F. Rens en anderen.
Uitgave S. W. Melchior, Amersfoort.
Vaak zien wij op dit gebied boeken verschijnen,
waarbij wjj ons afvragen, waarom de vele onbelang
rijke dingen zwart op wit moeten worden gezet.
Ze worden gelezen, maar erg veel wijzer worden
wij er niet door, we n men ons hoogstens voor
nooit meer aan een dergelijk boek te beginnen.
Gelukkig zijn er echter uitzonderingen en daartoe
behoort het hier bovenvermelde boek, het Bruids
boek. De omslag met het hart doet ons misschien
even schrikken, liet bruidje op de voorplaat is
wat angstig jong en misschien nog niet geheel
tegen, de zware, komende plichten opgewassen,
doch de inhoud van het werk is het lezen volkomen
waard. Er staan werkelijk nuttige wenken en raad
gevingen in op velerlei gebied en het is in een
aardigen vorm gegoten. De teekeningen boven de
diverse hoofdstukken van Roosje Bakhuis sluiten
goed aan by de te behandelen stof. Vóór menige
toekomstige huisvrouw zal er nog veel uit te
leeren zijn.
De vijver van Thijsse's hof in den zomer van 1934
Spreekzaal
Onwaardige concurrentie?'*
Het is jammer, dat de heer Paul Bromberg, door
ons een toekomstbeeld te willen laten aanschouwen,
de nuchtere werkelijkheid van het geval uit het
oog verliest.
Van de drie gevallen die ik noemde (de Groene
j.l. 23 Juni) is slechts n opdracht gegeven door
oen firma, En van deze firma is bekend dat zij op
diverse kunstnyverheidsscholen ontwerpen be
stelt, om zoodoende met haar modellen voor
zilverwerken bij te blijven, in plaats van een oud-leerling
van een dezer,scholen aan te nemen als ontwerper,
en aan een betrekking te helpan.
Als de heer Bromberg echter denkt, dat er een
samenwerking van ontwerpers met industrie, uit
dit enkele, en dan nog zeer dubieuse geval, ns
zal tot stand komen, ja, dan moet hij toch wel
zeer optimistisch er door gestemd zijn geworden.
Mijn vraag dus. of het wel juist gezien is van
den directeur van het instituut voor kunstnijver
heid, wordt door het stukje van den heer Bromberg
niet weerlegd. Wil een directeur zijn leerlingen
laten werken voor de practijk dan zijn er, nog zeer
vele onderwerpen te verzinnen o.a. voor liefda
digheidsinstellingen, bijv. reclameplaten of speldjes
voor diverse straatcollecte's enz. Het blijft
onnoodig (de twee andere door mij genoemde gevallen)
dat het Instituut v. Lich. Opvoeding en het Oud
heidkundig genootschap, een reclameplaat n een
herinneringspenning bestellen op een school. De
verwezenlijking van het toekomstbeeld dat de
heer Bromberg ons voor oogen schildert zal op
de wijze die thans door den directeur der boven
genoemde school in practijk gebracht wordt, wel
onbereikbaar blijven, daar deze gevallen van op
drachten aannemen,,slechts verbittering wekken bij
den gevestigden kunstnijveraar en voor de leer
lingen geen betere vooruitzichten voor hun toe
komst geven.
H. VAN DEN BERG
Boekbespreking
De Faun, door Johan v. d. Woude. Uitgave
W- de Haan, Utrecht. .
Johan v. d. Woude debuteerde verleden jaar
met de Straat Magellanes. Hij noemde dit werk
een roman, ofschoon het slechts een min of meer
bewerkt scheepsjournaal is, dat de voornaamste
eigenschappen van een roman mist.
Zijn nieuwe boek, De Faun, noemt hij een
verhaal.
Het zou zelfs een goed verhaal zijn, ware het
niet dat de personen die erin voorkomen een
voudige, kleine landarbeiders een onmogelijk
gezwollen taaltje spreken. Men ergert zich nu
voortdurend eraan de vaart, die achter het ver
haal zit, onderbroken te zien door een gewilde
dichterlijkheid, diézeer pretentieus aandoet. De
142 bladzijden, die heb boek bevat, zouden heel
wat beter te genieten zijn, indien de schrijver
naar meer eenvoud en meer natuurlijkheid gestreefd
bad. De aard van het verhaal en de omgeving
waarin het speelt eischen dien eenvoud. Het lijkt
alsof de schrijver zich tot gezwollenheid in zijn
werk Het verleiden, om den lezer toch vooral
te overtuigen van het exotische element dat het
bevat. Hij slaagt er slechts in het cerebrale van
zijn geschiedenis zoodoende beter Op den voor
grond te brengen. Hieraan kunnen zelfs de stum
perige Italiaansche uitroepen die hij hier en daar
bezigt, niets, veranderen. ....'.
Bij een eventueelen herdruk zal de auteur er
goed aan doen enkele slordige en hinderlijke
drukfouten te verbeteren.
ED. DE N
\ '.
KATHARINA ISMAILOVA
JLady Maobetb nlt het aintrfct
Mxenak. Russische opera In
4 bedrijven van D. D. 8Jo»«
takowltsj.
Op het programma van liet muziek
feest, te Leningrad gehouden, stond
voor de eerste dagen ook werk van
pudere Russische componisten en
van klassieke werken, maar na alles,
wat er aan oude en nieuwe mu
ziek is ? gepresteerd, ben ik tot de
conclusie gekomen, dat er n com
ponist is, die er in geslaagd is aan
de elschen te voldoen die de revo
lutie aan de nieuwe kunst heeft ge
steld: Dmitri Sjostakowitsj. Dit
wil niet zeggen, dat het werk der
andere ? jonge 'componisten niet van
belang is, het is zeer interessant maar
is nog van een experimenteelen aard,
het is een zoeken om te komen tot een
volledig bevr'edigenden uitdrukkings
vorm voor den geest en de idiologie
van dezen tijd in de Sowjetunie.
De componisten zelf willen ook niet
beweren, dat hun werk voor hun
eigen gevoel geslaagd is, alleen willen
zij critiek, opbouwende critiek, zoo
wel van de Bussen zelf als van het
buitenland. Voor het buitenland is
het echter een zeer moeilijke taak.
Als niet-Sowjet is het voor ons in de
eerste plaats heelemaal niet noodig,
dat in de muziek de Sowjetidee tot
uitdrukking gebracht wordt; wij kun
nen ons beperken tot de absolute
muziek, louter om. de muziek zelf,
den klank, den vorm; in de tweede
plaats kunnen wij die idee niet
aanvoelen en begrepen als de Rus
zelf. Zeventien jaar is voor een muziek
cultuur een korte tijd en het is dan
ook niet mogelijk om nu al aan te
kunnen toonen of de muziek zijn
vorm in een speciale richting zal
handhaven en er is ook nog geen
generale lijn vast te stellen langs
welke men kan komen tot de her
kenning van de nieuwe Russische
muziek. Sjostakowitsj is echter de
beste vertegenwoordiger der jongere
Russische componisten: het is hem
gelukt niet alleen voor de begrippen
der Sowjets een werk te scheppen,
dat aan alle elschen voldoet, die de
socialistische opbouw aan de muziek
stelt, maar ook voor Westersche be
grippen' is dit werk van zeer groot
belang.
Sjostakowitsj is pas 28 jaar oud
en is nog niet zoolang bezig zich
practisch in het componeeren te
bekwamen. In 1015 op zijn 9e jaar
dus, begon hij interesse voor muziek
te toonen,' leerde enkele theore
tische vakken en oefende zich in
het pianospelen. Op zijn 13e jaar
ging hij naar het Leningrader
conser'vatorium, de belangrijkste
muziekinstelling en middelpunt van hei
Russische muziekleven.
Hij heeft al geschreven in zijn
studietijd en sinds hij in 1025 het
conservatorium verliet waarvan het
belangrijkste is: twee opera's, De.
Neus en Katharina Ismailova; twee
balletten: De gulden eeuw en De
Schroef; drie symphonieëu, een
octet voor strijkers, een piano-sonate i
een pianoconcert (dat hijzelf op het
muziekfeest heeft gespeeld), 24
preluden voor piano. Verder nog vele
kleinere pianostukken, liederen en
muziek voor het tooneel en de film.
Na het verlaten van het conservato
rium begreep Sjostakowitsj pas goed
dat muziek niet alleen een combinatie
van klanken is, die in een speciale
volgorde zijn gerangschikt, maar dat
muziek het middel was, zekere gevoe
lens en ideeën tot uitdrukking te
brengen. Een jaar lang heeft hij niets
geschreven totdat hij volledig deze
gedachte beheerschte.
Hij is door enkele buitenlandsche
componisten beïnvloed en ook
eenigszins in zijn vroegere werken door
Strawinsky. Strauss en Alban Berg
hebben hem geholpen, maar hij volgt
hen in geen enkel opzicht na. Zij
waren de steun waarmee hij tot
een heel eigen stijl kwam. In Kathari
na Ismailova vindt men wel den
invloed van Alban Berg terug, doch
het is volmaakter, geraffineerder en
technisch misschien wel iets beter.
Deze opera is de eerste van een
trilogie, die Sjostakowitsj denkt te
schrijven en waarvan alle opera's de
vrouw zullen uitbeelden in verschil
lende tijdperken en verschillende stre
ken van Rusland. Deze Katharina
Ismailova stelt de vrouw voor als
slachtoffer van het Tsaristische regi
me. Het libretto is van P. Preis en
Sjostakowitsj naar een novelle uit
1864 van Leskof. In^èze novelle
wordt de vrouw voorgesteld als
een wreede en slechte vrouw, die
redeloos handelt. Sjostakowitsj echter
heeft dezen aard geheel veranderd,
hij wilde Katharina voorgesteld zien
als een normale vrouw, die tot haar
misdaden komt louter uit verweer,
waartoe zij door de omstandigheden
is gedwongen. Hij neemt haar deze
misdaden niet kwalijk en tracht
haar in een integendeel liefdevol
daglicht te stellen en aan haar persoon
de meeste poëzie in zijn werk te
verbinden. Er is in dit verhaal niets
werkelijk Macbetbiaanscb, zoodat
Sjostakowitsj het dan ook Katharina
Ismailova heeft genoemd.
Katharina leeft met haar man,
die moreel en physiek niet in staat
blijkt een goede man voor haar te
zijn, in het huis van haar schoon
vader, Boris Timofejewitsj Ismailof,
van.wien zij zeer veel onaangenaam
heden heeft te verduren en die haar
onwaardig behandelt. Zij voelt zich
in alle opzichten ongelukkig en een
zaam. Serge j, een arbeider bij Ismai
lof, tracht Katharina's aandacht te
trekken en dringt op een keer onder
voorwendsel van een gewichtige bood
schap haar slaapkamer binnen, wan
neer haar man voor zaken eenige
dagen op reis is. In den aanvang wil
zij niets van hem weten maar geeft
zich daarna geheel aan hem over.
Bij z\jn heengaan wordt hij echter
door Boris Ismailof verrast, half dood
geslagen en in den kelder gebracht.
Katharina is nu bereid alles te offeren
voor Sergej «n haar vrijheid.
Haar man wordt het voorge
vallene meegedeeld en zij mag
het huis niet verlaten, waarna
zij besluit.zich van haar schoon
vader te bevrijden; zij mengt
gif in zijn eten waaraan hij
sterft. Heel openlijk zet zij
nu haar verhouding met Sergej
voort. Deze is hiermee niet
tevreden en wil heer en meester
over haar, het huis en de
bezittingen zijn.
Katharina wil
hem ook daarin
tegemoet ko
men, gelukkig,
dat' zij iemand
gevonden heefb
van wien zij
houdt en voor
wien zij alles
kan opofferen.
Wanneer onver
wachts de man
thuiskomt verstopt Sergej zich, doch
bespringt den man wanneer hij merkt
dat deze zijn vrouw slaat omdat hij ont
dekt heeft dat zij niet alleen is geweest.
Hij behandelt hem zoo hardhandig,
en Katharina helpt hem daarbij,
dat hij stikt. De geliefden bergen
het lijk in den kelder om aan de justitie
te' ontsnappen. Een eigenaardigheid
in het verhaal is deze, dat Katharina
en Sergej nu direct trouwen; niemand
schijnt aanstoot te nemen aan het
feit, dat Katharina al getrouwd is
en niemand vraagt, waar de eerste
echtgenoot is. Gedurende het feest,
dat ter eere van de bruiloft gehouden
wordt, opent een dorpsbewoner de
kelder en ziet het lijk van den man.
De politie wordt gewaarschuwd en
op het oogenblik, dat Sergej en Katha
rina vluchten willen, worden zij
gearresteerd en na gevonnisd te zijn,
naar Siberiëverbannen. Gedurende
den tocht leert Sergej een
dwangarbeidster kennen, voor wie hij Katha
rina ontrouw wordt. Na een zwaren
innerlijken strijd besluit Katharina,
zich van ellende vrij te maken,
en nadat Sergej haar nogmaals wreed
heeft behandeld door haar te vragen
de kousen af te staan, om naderhand
aan zijn nieuwe geliefde te geven,
besluit zij op de boot de vrouw in
het water te duwen; nadat de boot
.een eindje van den kant is gevaren,
gooit zij haar van'boord en springt
zelf haar achterna. Het water is te
diep en heeft te veel stroom, dat
iemand hen nog zou kunnen redden
en beiden verdrinken.
Deze stof is lang niet opwekkend
en als men het geheel goed beschouwt,
gebeuren er te veel moorden in:,
drie moorden en een zelfmoord is
rijkelijk veel. De laatste twee maken
echter niet dien indruk, dien de eerste
maken. Dat komt ook daardoor, dat de
nadruk gelegd wordt op het feit,
dat Katharina niet een misdadigster
is, maar dat zij handelt uit verweer,
dat zij het slachtoffer is van de om
standigheden en dat zij een edel
karakter heeft. Het eenige edele,
dat er in haar karakter te vinden is,
is dat zij tot het laatst toe alles voor
Sergej opoffert, in de barre koude
zelfs haar kousen, die hij daarna
aan zijn geliefde geeft. Men denkt jer
echter geen oogenblik aan, dat Katha
rina een misdadigster is, alleen omdat
Sjostakowitsj het in zijn muziek
zoo heeft gemaakt, dat zij een sympa
thieke figuur is. De vader, die haar,
op het tooneel althans, alleen onwaar
dig behandelt door haar voor haar
echtgenoot 'te laten knielen, maakt
een veel ongunstiger indruk dan
' noodig is.
Voorts
, . is " aan de
decors een
De stervende schoonvader
enorme zorg besteed en het geheel ge
tuigt van een degelijke tooneeltechniek
en -routine. Het decor uit de Ie, 2e
en 3e acte, het huis van Ismailof is
opgebouwd uit drie kamers, een
stuk straat, daarachter een kerk en
wat muren. De laatste acte toont
een houten schip op den achtergrond,
met verder op het water houtvlotten,
waarop een lichtje brandt. Een doode
boom staat op den voorgrond en
alles maakt den indruk van een
oneindige verte. De. boot wordt ten
slotte langzaam van den kant weg
geduwd en men is in staat het voor
een kwartier lang zoo te laten sneeu
wen, dat men tenslotte niet meer weet
of het werkelijkheid is of droom. De
opera wordt in Rusland over het
algemeen zeer realistisch voorgesteld,
aan de decors en ensceneering wordt
de meeste zorg besteed, om de locale
kleur zoo volledig mogelijk aan te
geven.
Ik heb b. v. Aida gezien, een
voorstelling zooals de Italianen ze
nooit zouden kunnen tot stand bren
gen. De decors waren ook buiten
gewoon. Tot in detail was alles ver
zorgd, de Nijl kon men b.v. werkelijk
zien golven. Zoo ook in deze opera
van Sjostakowitsj en Prins Igor
van Borodin en Eugen Onegin.
* *
De regie en de leiding van Smolitsj
waren voortreffelijk, in S. A.
Sampssud heeft Leningrad een bekwaam
operadirigent, de decors waren van
Dmitrijef, Sokolowa zong de partij
van Katharina, Orlof die van de
schoonvader en Sassezki die van
Sergej, alle buitengewone
'operaatemmen, waarvan die van Sokolowa
bijzonder opviel. Dit is een opera,
die niet alleen in Rusland gespeeld
moet worden, maar een plaats waar
dig is tusschen de groote klassieke
opera's.
'( In ieder geval kunnen de Italianen en
de Franschen nog wat van Rusland
leeren.
F. SCHOONHEYT
Finale der Héactet
waar de politie het
bruidspaar
arresteert
Btifajttf
«m ?*>' ? <IBI
tw l»