Historisch Archief 1877-1940
?/t
Nieuw werk van Piet van Gelder
A. Voskuil
«?n ffii masker is t>r niagi-r van geest on materie.
I>auivnt«'K*'U /-»Kl'n WÜtH'u uitnemende peitsiflage
i»p de ronïi-ct i»>ttrht i#<! modegril van tic krant niet
liet. ironische ,.Hrui(Upaur van den dag".
In ?'t>n sierlijk ('hineesje. dat met een lampion
in de hand voorbij sluipt en in een droumerigen
tiuuiiiviscli bij een koraaltak raakt de
ijzerdraadkunstenaar een dichterlijke snaar. Een volledige
JH///,-ba.iul parodieert kostelijk den dollen zelfkant
van een stukje tegenwoordige samenleving. Maar
liet /.ij n voornamelijk de hobby's vjin het
groot e publiek, die van (Jelder op den
hwuoristisrhen draad in dit niet uien ensemble naar /ijn
pijpen laat dansen. De kortstondige helden van
spo'rt en spel en de tijdelijke halfgoden dor'jazz !
Slachtoffers, die een kwinkslag waard zijn. vooral
als de debitant hem smakelijk kan opdienen. Hit
laatste is J'ieter van (Jelder volkomen toever
trouwd.
Wie zieh zijn ..l'rikkebeen". en ..Pon
<}uichote" herinnert, zal hiermede instemmen. De
jonge schiimnensnijder van aeht en negen jaren
geleden is nu nog duidelijk te herkennen in liet
luimige ijzerdraad.'alleen zijn de visies gaver en
aannemelijker dan destijds en ook de lijn heeft
zich verfijnd. Zoo boetseert het leven aan elk
kunstenaar en ook van (Jelder is in zijn lichter
genre bezonkennr geworden. 1'rimit.ieve materialen
als bordpapier en dit ijzerdraad zijn voor zijn hand
geknipt en hij verstaat de kunst van hun eigen
aardigheden te profitoeren. De zin tot
karakteriseeren en cluirgeeren krijgt in dit. buigzame mate
riaal telkens een goede kans. Van de talrijke fi
guurtjes, die hij in ..de Muurblceiu" tegen de
oude St. Havo exposeerde' is ons ^ooral de rappe
cow-boy bijgebleven, die juist .met. een behendigen
zwaai den lasso om zich heen laat cirkelen. Ken
gestalte met veerkracht en vaart ! Kr zit gang in
die sportieve kind'-ren van hun tijd. zooals den
snelheidsmaniak op de racefiets, het dnikstertjo
in het licht l)lamve. cocjuette /.wemcostuum. den
vluggen schaatsenrijder en de beoefenaars van
korfbal, tennis, schermen en roeien. De ..classieke"
eenzame hengelaai-. een grappige boogschutter en
pen roet/wart e speerwerper met een trotsc.-he witte
pluim als 'hoofdtooi, hebben elk figuurlijk een
pluimpje verdiend. Van de zinnebeeldige voor
stellingen denken Wij aan den schipper van het
huwelijksbootje met zijn kostbaren last, twee
harten, die letterlijk gloi'-nde-aaneengesmeed zijn.
Een variatie op yromvc. justitia kon vlijmender
die samenleving heeft, alle sombere gezichten ten
spijt, nog altijd een levenslustige zijde. Daar
staan ook deze figuren, die door haar moderne
zwier volkomen Umi? hooren in het eenvoudige
interieur van dezen tijd.
Muziek
concert vu a il«>n
xpmercycltiH: Beethoven
Beethoven was de laatste componist, aan wien
de zomercyclus in het Concertgebouw gewijd was.
Om temidden van het overbekende toch iets te
brengen, dat voor dit concert een, extra belang
stelling kon wekken had men op het programma het
weinig gespeelde Triple-concert voor viool, cello,
piano en orkest geplaatst.
Het Tripleconcert Opus 50 behoort tot de stief
moederlijk behandelde, werken van Beethoven, die
men zelden of nooit hoort. Er zijn er nog zoo enkele
b.v. de in zijn tijd zoo beroemde Siegessymphonie
op 'Wellington. Die Schlacht von Vittoria". Men
zou deze werken, hoewel wij gewaarschuwd zijn,
dat zij den grooten, meester geen eer .aan doen,
toch curiositeitshalve nog wel eens willen hooren.
Ik stel mij veel voor van de trommelende
krijgsmarschen
Het Tripleconcert. verdient de stiefmoederlijke
bejegening niet heelemoal. In de rij van
Beethoven's concerten neemt het ongetwijfeld de laat
ste .plaats in. het mag niet naast het vioolconcert
en de pianoconcerten genoemd worflen. Maar Beet
hoven was niet alleen Titan, toon-heros. hij had
ook zijn speelsche buien, dat hij er musiceerend op
los schreef, zelfs al deed hij, zooals met het Triple
concert, er drie jaar over. voordat hij liet voltooide.
l Iet Tripleconcert is een echt concertant werk;
noch de viool, noch de cello, noch de piano.zijn.
hier solistisch behandeld op de wijze als in de
andere concerten van Beethoven, zij musiceeren
.samen met het orkest als somwijlen gedrieën naar
voren tredende aoloinstrumenten. herinnerend aan
d.e oude concerto grosse-stijl, het orkest is hier
geen achtergrond, geen begeleiding, maar mede
speler. Voor solisten is het zeker geen succesnum
mer en bovendien zijn hun partijen nog moeilijk
genoeg, voldoende reden om het werk bij de uit
voerenden weinig geliefd te maken, liet is ook on
getwijfeld geen sterk werk van Beethoven, voor
het omvangrijke apparaat, dat er bij te werk ge
steld wordt, is het zelfs wat leeg. wat onbeduidend.
De finale, het Eondo al la Polacca, is een stuk mu
ziek, dat het in een kleinere en soberder bezetting
veel meer zou doen dan nu het geval is.
Dit alles neemt niet weg, dat de solisten, de
violist Helmann, de cellist Henk van Wezel en de
pianist George van Itenesse, hun wat ondankbare
taak uitstekend vervulden, een enkele oneffenheid
rnet het orkest daar gelaten. Men kon in ieder geval
een. goeden indruk van het werk krijgen en zijn voor
en tegen beoordeelen.
Van Beinunx, die zeer paraat begeleidde, had het
concert geopend met een in Memoriam voor Prins
Hendrik, de Marcia fuixèbre uit de Eroica. Tot besluit
ging de 5de Symphonie. C. v. WKHSKM'
BEGRAFENIS VEREENIGING
TE AMSTERDAM
. SAX J"
P. C. Hooftfttr.38-Tel. 2O341-2426O
CREMATIE
£. H. POLMAN TUIN
VERTOOM 526 - Telefoon 82660
egrafenissen - Transporten - Crematies
N.V. V/H
GEBR."B-REENNIEUW EN D IJ K No. 172 en 177
HAARLEMMERSTRAAT No. 64
Grootste keuze in Horloges,
Uurwerken, Goud en Zilver
Specialiteit in ELEC f RISC H E KLOKKEN
REPARATI E-INRICHTINGEN VOOR
UURWERKEN, GOUD EN ZILVER
WEEGEWIJ S
RAPENBURG 44 -AMSTERDAM
MARMER
MARMERSLIJP
NATUURSTEEN
Telef. 42662
Voorhistorische menschenrassen
J. H. van Wielingen
Gerestaureerde Neanderthaler
Uit de palaeontologische vondsten, welke men
na het jaar 1850, dank zij het intentioneel afgraven
van de aardkorst, geregeld gedaan heeft, heeft
men met het verstrijken der jaren een mozaïsch,
doch zeer duidelijk beeld kunnen vormen van de
menschenrassen, die in den oertijd in de selva's
onzer aarde hebben rondgedoold. Aangezien.
Europa en in het bijzonder' Frankrijk als het
klassieke land der menschelijke praehistorie geldt.
schrijf ik hier uitsluitend over de Europeesche
volkeren van den oertijd.
liet alleroudste menschelijk fossiel, dat ooit in
Europa gevonden is. is zeker wel het bekende
kaakfragment, dat men bij een gravingswerk in
het jaar 1907 uit de aardlagen van Mauer nabij
Ifeidelberg aan de vergetelheid heeft ontrukt.
Heeds op het eerste gezicht komt ons dit skelet
stuk zeer primitief en grof voor.
Van . dezen ? mensch. die naar de. vindplaats
Ifeidelberg Homo (?mensch) heidelbergensis
of Heidelbergmensch genoemd wordt, is verder
niets anders bekend, dan dat' hij in het bezit
geweest moest zijn van een uiterst laagstaande
cultuur en van een zeer krachtig ontwikkeld
kauwapparatuur. Deze vondst blijft momenteel
nog uniek in Europa.
Hoe oud is deze mensch wel ?
Uit de geologische gesteldheid en de begeleidende
dierlijke resten z.g. gidsfossielen ? heeft men
met vrij duidelijke zekerheid kunnen vaststellen.
dat onze Heidelbergmensch niet alleen een
ouddiluviaal wezen is, maar ook. dat hij geleefd moet
Boven: Europa'* oudste menschelijk fossiel met name
de kaak van Heidelberg
Onder; Ter vergelijking geplaatst een recente Javaansche
kaak. Men lette op de masstviteit van de Heidelbergkaak
en op het ontbreken van de kin! (naar v. d. Broek)
hebben tydens den Mindel-ystjjd. Indien ik ver
onderstel, dat dit ongeveer 120.000 jaar geleden
was, dan heb ik dit zeer zeker niet overdreven.
Het tweede menschenras, ia het ras van
;Neanderthal, zoo genoemd naar de vindplaats.
In het jaar 1856 stiet Pühlrott in de grot
Feldhofer in het dal van den Neander, tusschen
Düsseldorf en Elberfeld op eefr fossiel schedeldak,
dat inderdaad eerst de praehistorie van den
mensch op feitelijken grondslag plaatste.
Dit schedeldak bezat een zeer laagwijkend
voorhoofd, waardoor het een plat aanzien kreeg,
wanneer men het van opzy bekeek. Voorts
bezat het een z.g. torus supraorbitalis, welke ont
staan is door de ?versmelting der beenverdikkingen
boven elk der oogholten; z$j vormt, als het ware
een platvonn boven de oogholten.
Dit pithecoïde {= aapachtig) kenmerk van den
Neanderthalmensch nu, komt nergens meer voor,
evenals hun uiterst lage schedelwelving. Als derde
schedeleigenschap noem ik de post-orbitale
insnoering, dat is de insnoering, welke zich onmid
dellijk achter de oogholten bevindt. Ook deze
eigenschap komt nu niet meer voor bij de recente
menschenrassen, uitgezonderd nog alleen bij den
Australischen inboorling. 'i ? }
In tegenstelling met den Heidelbergmensch, is
dit ras *aft Neanderthal over dë;gaiische breedte
van Europa verbreid geweesti aangezien er
vrij 'gave
vondsten, deels zelfs bestaande u
skeletten gedaan werden, zoowél ii
België, Duitschland, als in Spanje er
Uit deze skeletten, welke meestal ii
Frankrijk.
Kroatië!
holen en in
rivierbeddingen gevonden werden héft men de
gestalte van den Neanderthaler gedistilleerd, als
zijnde kort, gedrongen, ^ 1.55 M. groot, stevig
gespierd en nog niet geheel opgericht, als wij
recente menschen, van welk ras wij ook mogen zijn.
Verder moeten deze menschen een hoogere
cultuur bezeten hebben-dan de mensen van
Heidelberg, toch waren zij nog niet in staat om ge
articuleerd te, spreken; hun gevoelens maakten zij
kenbaar door tusschenkoinst der mimiek en van
rauwe dierlijke kreten.
Hoe lang is het geleden dat deze primitieve
mensch Europa tot vaderland had?
Absoluut berekend moet het zoo ongeveer
40.000 jaar geleden zijn. volgens sommigen, o.a.
Penck. is 40.000 jaar te laag getaxeerd.
Na het verdwijnen van dit voorhistorisch
menschenras heeft Europa wederom plaats ge
maakt voor een nieuw, dat wij onder den naam
van het ras van Cromagnon kennen.
Dit geschiedde in het jong diluvium, toen de
vierde en laatste ijstijd een feit ging worden; abso
luut berekend circa 15.000 jaar geleden.
Lartet, een Fransen praehistoricus, dtied n.l. in
het jaar 1808 nabij het gehuchtje Cromagnon in
Frankrijk, een uiterst merkwaardige vondst,
welke bestond uit skeletstukken, toebehoorend
aan drie mannen, n vrouw en een ongeboren
kind !
Een nauwkeurig anatomisch onderzoek wees
uit, dat deze z.g. Cromagnonmensch in tegen
stelling met den mensch van Neanderthal van
postuur lang en slank was ± l .90 M. groot en
volkomen in staat was om geheel rechtop te gaan,
terwijl de schedel, ook in tegenstelling met dien der
Neanderthalers regelmatig yan vorm j en vry hoog
gewelfd was. Ook bezat de Cromagnonmensch wel
een kin en geen torus supraorbitalis en postorbitale
insnoering. Wij zien aldus, dat de Cromagnon
mensch sterke contrasten vertoont met den Nean
derthaler en ontzettend veel overeenkomst met
den recente. Aan ons is hij echter nog niet iden
tiek, aangezien hij nog verschillen vertoont in de
verhoudingen van de deelen der ledematen ten
opzichte van elkaar.
Het schynt, dat Zuid-Europa ten tijde van den
Cromagnonmensch ook nog bevolkt Werd door
het z.g. ras van Grimaldi, zoo genoemd naar de
vindplaats. Het belangrijkste verschil met den
, Cromagnonmensch lag wel in de prognathie.
(Men spreekt hiervan, wanneer onder- en boven
kaak ten opzichte van den schedel sterk vooruit
is geschoven).
Volgens de geleerden moet dit ras van Grimaldi
zuidwaarts, wellicht via het legendarische land van
Atlantic, naar Afrika1 getrokken zijn en aldaar
uitgekristalliseerd zijn in de diverse negerrassen!
Het zij nog even opgemerkt, dat zoowel het ras
van 'Grimaldi als het ras van Cromagnon een veel
hoogere cultuur zij bewerkten behalve steen
reeds hout, been en ivoor bezat als het ras
van Neanderthal. Ze schenen zelfs knotsen en
pyi en boog gekend te hebben om hun strijd om
het bestaan te verlichten.
Er zgn dan ook stemmen opgegaan, die gezegd
hebben, dat het ultra-primitieve volk van Neander
thal door deze veel hooger beschaafde en ont
wikkelde rassen uit Europa verdreven zyn of
geheel vernietigd.
In het jaar 1888 ontdekten de archaeologen
Hardy en Feaux nabij Chancelade (Périgueux)
het ras van Chancelade, gekenmerkt o.a. door
een korte gestalte i 1.55 M., een enormen grooten
schedelinhoud ±1710 cM3. en door de divergentie
van den grooten teen. Testut meende op grond
van deze kenmerken, dat dit jong-diluviale ras
van Chancelade. tegen het aanbreken van het
alluvium naar het Noorden is vertrokken of ver
dreven en nu nog voortleeft in het ras der Eskimo's !
Europa's voorntemch in zijn strijd tegen den holenbeer
Nieuwe uitgaven
Karma pillen contra Qhinitie bij de Malaria.'
besirijdnui in het groot, door K. A. B. Maier,
oud-kapitein der genie. Uitgave Van Dorp,
Bandoeng. In dit boek is een overzicht gegeven
van malaria, haar oorzaak en gevolgen, de wijze,
waarop zij tot heden in het groot wordt» bestreden
en de resultaten daarvan, niet het doel te doen
zien; met welke groote voordeelen de chinine,
als ecnig bestrijdingsmiddel, zal kunnen worden
vervangen door déKarmapil, waarin o.m. alle
bestanddeelen der zooveel geprezen sojaboonen
in geconcentreerden vorm aanwezig zijn, waar*
mede reeds zoovele gunstige resultaten uit proef
nemingen zijn verkregen.
KUNSTZAAL
VAN LIER
DOORLOOPEND
TENTOONGESTELD
ROK IN 126!
AMSTERDAM
KUNSTWERKEN VAN
J O N O E HOLLANDSCHE
EN BUITENL. MEESTERS