De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 14 juli pagina 5

14 juli 1934 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

?/t Nieuw werk van Piet van Gelder A. Voskuil «?n ffii masker is t>r niagi-r van geest on materie. I>auivnt«'K*'U /-»Kl'n WÜtH'u uitnemende peitsiflage i»p de ronïi-ct i»>ttrht i#<! modegril van tic krant niet liet. ironische ,.Hrui(Upaur van den dag". In ?'t>n sierlijk ('hineesje. dat met een lampion in de hand voorbij sluipt en in een droumerigen tiuuiiiviscli bij een koraaltak raakt de ijzerdraadkunstenaar een dichterlijke snaar. Een volledige JH///,-ba.iul parodieert kostelijk den dollen zelfkant van een stukje tegenwoordige samenleving. Maar liet /.ij n voornamelijk de hobby's vjin het groot e publiek, die van (Jelder op den hwuoristisrhen draad in dit niet uien ensemble naar /ijn pijpen laat dansen. De kortstondige helden van spo'rt en spel en de tijdelijke halfgoden dor'jazz ! Slachtoffers, die een kwinkslag waard zijn. vooral als de debitant hem smakelijk kan opdienen. Hit laatste is J'ieter van (Jelder volkomen toever trouwd. Wie zieh zijn ..l'rikkebeen". en ..Pon <}uichote" herinnert, zal hiermede instemmen. De jonge schiimnensnijder van aeht en negen jaren geleden is nu nog duidelijk te herkennen in liet luimige ijzerdraad.'alleen zijn de visies gaver en aannemelijker dan destijds en ook de lijn heeft zich verfijnd. Zoo boetseert het leven aan elk kunstenaar en ook van (Jelder is in zijn lichter genre bezonkennr geworden. 1'rimit.ieve materialen als bordpapier en dit ijzerdraad zijn voor zijn hand geknipt en hij verstaat de kunst van hun eigen aardigheden te profitoeren. De zin tot karakteriseeren en cluirgeeren krijgt in dit. buigzame mate riaal telkens een goede kans. Van de talrijke fi guurtjes, die hij in ..de Muurblceiu" tegen de oude St. Havo exposeerde' is ons ^ooral de rappe cow-boy bijgebleven, die juist .met. een behendigen zwaai den lasso om zich heen laat cirkelen. Ken gestalte met veerkracht en vaart ! Kr zit gang in die sportieve kind'-ren van hun tijd. zooals den snelheidsmaniak op de racefiets, het dnikstertjo in het licht l)lamve. cocjuette /.wemcostuum. den vluggen schaatsenrijder en de beoefenaars van korfbal, tennis, schermen en roeien. De ..classieke" eenzame hengelaai-. een grappige boogschutter en pen roet/wart e speerwerper met een trotsc.-he witte pluim als 'hoofdtooi, hebben elk figuurlijk een pluimpje verdiend. Van de zinnebeeldige voor stellingen denken Wij aan den schipper van het huwelijksbootje met zijn kostbaren last, twee harten, die letterlijk gloi'-nde-aaneengesmeed zijn. Een variatie op yromvc. justitia kon vlijmender die samenleving heeft, alle sombere gezichten ten spijt, nog altijd een levenslustige zijde. Daar staan ook deze figuren, die door haar moderne zwier volkomen Umi? hooren in het eenvoudige interieur van dezen tijd. Muziek concert vu a il«>n xpmercycltiH: Beethoven Beethoven was de laatste componist, aan wien de zomercyclus in het Concertgebouw gewijd was. Om temidden van het overbekende toch iets te brengen, dat voor dit concert een, extra belang stelling kon wekken had men op het programma het weinig gespeelde Triple-concert voor viool, cello, piano en orkest geplaatst. Het Tripleconcert Opus 50 behoort tot de stief moederlijk behandelde, werken van Beethoven, die men zelden of nooit hoort. Er zijn er nog zoo enkele b.v. de in zijn tijd zoo beroemde Siegessymphonie op 'Wellington. Die Schlacht von Vittoria". Men zou deze werken, hoewel wij gewaarschuwd zijn, dat zij den grooten, meester geen eer .aan doen, toch curiositeitshalve nog wel eens willen hooren. Ik stel mij veel voor van de trommelende krijgsmarschen Het Tripleconcert. verdient de stiefmoederlijke bejegening niet heelemoal. In de rij van Beethoven's concerten neemt het ongetwijfeld de laat ste .plaats in. het mag niet naast het vioolconcert en de pianoconcerten genoemd worflen. Maar Beet hoven was niet alleen Titan, toon-heros. hij had ook zijn speelsche buien, dat hij er musiceerend op los schreef, zelfs al deed hij, zooals met het Triple concert, er drie jaar over. voordat hij liet voltooide. l Iet Tripleconcert is een echt concertant werk; noch de viool, noch de cello, noch de piano.zijn. hier solistisch behandeld op de wijze als in de andere concerten van Beethoven, zij musiceeren .samen met het orkest als somwijlen gedrieën naar voren tredende aoloinstrumenten. herinnerend aan d.e oude concerto grosse-stijl, het orkest is hier geen achtergrond, geen begeleiding, maar mede speler. Voor solisten is het zeker geen succesnum mer en bovendien zijn hun partijen nog moeilijk genoeg, voldoende reden om het werk bij de uit voerenden weinig geliefd te maken, liet is ook on getwijfeld geen sterk werk van Beethoven, voor het omvangrijke apparaat, dat er bij te werk ge steld wordt, is het zelfs wat leeg. wat onbeduidend. De finale, het Eondo al la Polacca, is een stuk mu ziek, dat het in een kleinere en soberder bezetting veel meer zou doen dan nu het geval is. Dit alles neemt niet weg, dat de solisten, de violist Helmann, de cellist Henk van Wezel en de pianist George van Itenesse, hun wat ondankbare taak uitstekend vervulden, een enkele oneffenheid rnet het orkest daar gelaten. Men kon in ieder geval een. goeden indruk van het werk krijgen en zijn voor en tegen beoordeelen. Van Beinunx, die zeer paraat begeleidde, had het concert geopend met een in Memoriam voor Prins Hendrik, de Marcia fuixèbre uit de Eroica. Tot besluit ging de 5de Symphonie. C. v. WKHSKM' BEGRAFENIS VEREENIGING TE AMSTERDAM . SAX J" P. C. Hooftfttr.38-Tel. 2O341-2426O CREMATIE £. H. POLMAN TUIN VERTOOM 526 - Telefoon 82660 egrafenissen - Transporten - Crematies N.V. V/H GEBR."B-REENNIEUW EN D IJ K No. 172 en 177 HAARLEMMERSTRAAT No. 64 Grootste keuze in Horloges, Uurwerken, Goud en Zilver Specialiteit in ELEC f RISC H E KLOKKEN REPARATI E-INRICHTINGEN VOOR UURWERKEN, GOUD EN ZILVER WEEGEWIJ S RAPENBURG 44 -AMSTERDAM MARMER MARMERSLIJP NATUURSTEEN Telef. 42662 Voorhistorische menschenrassen J. H. van Wielingen Gerestaureerde Neanderthaler Uit de palaeontologische vondsten, welke men na het jaar 1850, dank zij het intentioneel afgraven van de aardkorst, geregeld gedaan heeft, heeft men met het verstrijken der jaren een mozaïsch, doch zeer duidelijk beeld kunnen vormen van de menschenrassen, die in den oertijd in de selva's onzer aarde hebben rondgedoold. Aangezien. Europa en in het bijzonder' Frankrijk als het klassieke land der menschelijke praehistorie geldt. schrijf ik hier uitsluitend over de Europeesche volkeren van den oertijd. liet alleroudste menschelijk fossiel, dat ooit in Europa gevonden is. is zeker wel het bekende kaakfragment, dat men bij een gravingswerk in het jaar 1907 uit de aardlagen van Mauer nabij Ifeidelberg aan de vergetelheid heeft ontrukt. Heeds op het eerste gezicht komt ons dit skelet stuk zeer primitief en grof voor. Van . dezen ? mensch. die naar de. vindplaats Ifeidelberg Homo (?mensch) heidelbergensis of Heidelbergmensch genoemd wordt, is verder niets anders bekend, dan dat' hij in het bezit geweest moest zijn van een uiterst laagstaande cultuur en van een zeer krachtig ontwikkeld kauwapparatuur. Deze vondst blijft momenteel nog uniek in Europa. Hoe oud is deze mensch wel ? Uit de geologische gesteldheid en de begeleidende dierlijke resten z.g. gidsfossielen ? heeft men met vrij duidelijke zekerheid kunnen vaststellen. dat onze Heidelbergmensch niet alleen een ouddiluviaal wezen is, maar ook. dat hij geleefd moet Boven: Europa'* oudste menschelijk fossiel met name de kaak van Heidelberg Onder; Ter vergelijking geplaatst een recente Javaansche kaak. Men lette op de masstviteit van de Heidelbergkaak en op het ontbreken van de kin! (naar v. d. Broek) hebben tydens den Mindel-ystjjd. Indien ik ver onderstel, dat dit ongeveer 120.000 jaar geleden was, dan heb ik dit zeer zeker niet overdreven. Het tweede menschenras, ia het ras van ;Neanderthal, zoo genoemd naar de vindplaats. In het jaar 1856 stiet Pühlrott in de grot Feldhofer in het dal van den Neander, tusschen Düsseldorf en Elberfeld op eefr fossiel schedeldak, dat inderdaad eerst de praehistorie van den mensch op feitelijken grondslag plaatste. Dit schedeldak bezat een zeer laagwijkend voorhoofd, waardoor het een plat aanzien kreeg, wanneer men het van opzy bekeek. Voorts bezat het een z.g. torus supraorbitalis, welke ont staan is door de ?versmelting der beenverdikkingen boven elk der oogholten; z$j vormt, als het ware een platvonn boven de oogholten. Dit pithecoïde {= aapachtig) kenmerk van den Neanderthalmensch nu, komt nergens meer voor, evenals hun uiterst lage schedelwelving. Als derde schedeleigenschap noem ik de post-orbitale insnoering, dat is de insnoering, welke zich onmid dellijk achter de oogholten bevindt. Ook deze eigenschap komt nu niet meer voor bij de recente menschenrassen, uitgezonderd nog alleen bij den Australischen inboorling. 'i ? } In tegenstelling met den Heidelbergmensch, is dit ras *aft Neanderthal over dë;gaiische breedte van Europa verbreid geweesti aangezien er vrij 'gave vondsten, deels zelfs bestaande u skeletten gedaan werden, zoowél ii België, Duitschland, als in Spanje er Uit deze skeletten, welke meestal ii Frankrijk. Kroatië! holen en in rivierbeddingen gevonden werden héft men de gestalte van den Neanderthaler gedistilleerd, als zijnde kort, gedrongen, ^ 1.55 M. groot, stevig gespierd en nog niet geheel opgericht, als wij recente menschen, van welk ras wij ook mogen zijn. Verder moeten deze menschen een hoogere cultuur bezeten hebben-dan de mensen van Heidelberg, toch waren zij nog niet in staat om ge articuleerd te, spreken; hun gevoelens maakten zij kenbaar door tusschenkoinst der mimiek en van rauwe dierlijke kreten. Hoe lang is het geleden dat deze primitieve mensch Europa tot vaderland had? Absoluut berekend moet het zoo ongeveer 40.000 jaar geleden zijn. volgens sommigen, o.a. Penck. is 40.000 jaar te laag getaxeerd. Na het verdwijnen van dit voorhistorisch menschenras heeft Europa wederom plaats ge maakt voor een nieuw, dat wij onder den naam van het ras van Cromagnon kennen. Dit geschiedde in het jong diluvium, toen de vierde en laatste ijstijd een feit ging worden; abso luut berekend circa 15.000 jaar geleden. Lartet, een Fransen praehistoricus, dtied n.l. in het jaar 1808 nabij het gehuchtje Cromagnon in Frankrijk, een uiterst merkwaardige vondst, welke bestond uit skeletstukken, toebehoorend aan drie mannen, n vrouw en een ongeboren kind ! Een nauwkeurig anatomisch onderzoek wees uit, dat deze z.g. Cromagnonmensch in tegen stelling met den mensch van Neanderthal van postuur lang en slank was ± l .90 M. groot en volkomen in staat was om geheel rechtop te gaan, terwijl de schedel, ook in tegenstelling met dien der Neanderthalers regelmatig yan vorm j en vry hoog gewelfd was. Ook bezat de Cromagnonmensch wel een kin en geen torus supraorbitalis en postorbitale insnoering. Wij zien aldus, dat de Cromagnon mensch sterke contrasten vertoont met den Nean derthaler en ontzettend veel overeenkomst met den recente. Aan ons is hij echter nog niet iden tiek, aangezien hij nog verschillen vertoont in de verhoudingen van de deelen der ledematen ten opzichte van elkaar. Het schynt, dat Zuid-Europa ten tijde van den Cromagnonmensch ook nog bevolkt Werd door het z.g. ras van Grimaldi, zoo genoemd naar de vindplaats. Het belangrijkste verschil met den , Cromagnonmensch lag wel in de prognathie. (Men spreekt hiervan, wanneer onder- en boven kaak ten opzichte van den schedel sterk vooruit is geschoven). Volgens de geleerden moet dit ras van Grimaldi zuidwaarts, wellicht via het legendarische land van Atlantic, naar Afrika1 getrokken zijn en aldaar uitgekristalliseerd zijn in de diverse negerrassen! Het zij nog even opgemerkt, dat zoowel het ras van 'Grimaldi als het ras van Cromagnon een veel hoogere cultuur zij bewerkten behalve steen reeds hout, been en ivoor bezat als het ras van Neanderthal. Ze schenen zelfs knotsen en pyi en boog gekend te hebben om hun strijd om het bestaan te verlichten. Er zgn dan ook stemmen opgegaan, die gezegd hebben, dat het ultra-primitieve volk van Neander thal door deze veel hooger beschaafde en ont wikkelde rassen uit Europa verdreven zyn of geheel vernietigd. In het jaar 1888 ontdekten de archaeologen Hardy en Feaux nabij Chancelade (Périgueux) het ras van Chancelade, gekenmerkt o.a. door een korte gestalte i 1.55 M., een enormen grooten schedelinhoud ±1710 cM3. en door de divergentie van den grooten teen. Testut meende op grond van deze kenmerken, dat dit jong-diluviale ras van Chancelade. tegen het aanbreken van het alluvium naar het Noorden is vertrokken of ver dreven en nu nog voortleeft in het ras der Eskimo's ! Europa's voorntemch in zijn strijd tegen den holenbeer Nieuwe uitgaven Karma pillen contra Qhinitie bij de Malaria.' besirijdnui in het groot, door K. A. B. Maier, oud-kapitein der genie. Uitgave Van Dorp, Bandoeng. In dit boek is een overzicht gegeven van malaria, haar oorzaak en gevolgen, de wijze, waarop zij tot heden in het groot wordt» bestreden en de resultaten daarvan, niet het doel te doen zien; met welke groote voordeelen de chinine, als ecnig bestrijdingsmiddel, zal kunnen worden vervangen door déKarmapil, waarin o.m. alle bestanddeelen der zooveel geprezen sojaboonen in geconcentreerden vorm aanwezig zijn, waar* mede reeds zoovele gunstige resultaten uit proef nemingen zijn verkregen. KUNSTZAAL VAN LIER DOORLOOPEND TENTOONGESTELD ROK IN 126! AMSTERDAM KUNSTWERKEN VAN J O N O E HOLLANDSCHE EN BUITENL. MEESTERS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl