De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 11 augustus pagina 2

11 augustus 1934 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

Te dezer plaatse zij er nogmaals op gewezen, dat men zich tijdelijk moet afwennen in de eerste plaats op het chronologisch verloop der feiten te letten, zoolang men er op uit is de psychologische beteekenis te vatten en de, wellicht onbewuste, drijfveeren te peilen van hen, die als de aan stichters der gebeurtenissen beschouwd moeten worden. Want het gaat dan niet om de gebeur tenissen zelve, maar om de hartstochten en fanta sieën, die de drijvers bezeten hebben. Verstaan wij die, dan kunnen wij opnieuw de feiten bezien. Wanneer wij dan het historisch verband volkomen logisch ?vinden, zij het wellicht op een geheel ver keerde wijze logisch, dan kunnen wij veilig aan nemen, dat onze verklaring van feiten, motieven en hartstochten ook juist was. En om nu weer op onze oerhorde te komen wij grijpen maar weer terug op de gebeurtenissen van 30 Juni. Die maakten een eind aan den imaginairen broederband, waarvan wij in onze vorige beschou wingen ook het homosexueele karakter als karak teristiek .herkenden voor den aanvankeüjken, hoogst labielen, rust- en vredestoestand van de oerhorde. Wij vergeleken dit toen met een aan haling uit Freud, die in het horde-leven aantoonde hoe telkens weer de in verzet gekomen broeders, na het uit den weg ruimen van den stamvader, tot behoud van den vrede overeen hadden moeten komen de vrouwen, Om welker bezit zij den stam vader hadden gedood, taboe te verklaren. De nacht van 30 Juni was Hitler's Kaïnsoffer. De plotselinge verontwaardiging over de sexueelpathologische sfeer der nazi-leiders, die lang en breed bekend was, moeten wij dan ook niet als hypocrisie zien. Zoo simpel is het niet. Het was een plotseling verbreken van de magische clan* gemeenschap. Degeen die zijn Grieksche oudheid kunde niet vergeten is, zal hebben geglimlacht om het woord orgiën" dat gebruikt werd in de officiëele , communiqué's waarmee de executies van Wiessee werden bekend gemaakt. Want was de oorspronkelijke beteekenis van dat woord oiefc juist het feest \an de bloedbroederschap der stamleden? Onbewust heeft de geheele beschaafde wereld gevoeld, dat dit het keerpunt was in de ontwikke ling van het nationaal-socialisme. Inderdaad?met het gezag naar buiten toe van den Hitleriaanschen staat was het gedaan. Wij, met onzen papieren, microscoop voor ons, zeggen. Wanneer wij de feiten beschouwen : met dit Kaïnsoffer was de vredes toestand opgeheven die er binnen den nationaalsocialistischen cirkel bestond. Deze labiele e venwichtstoestand kon zich toch nooit duurzaam handhaven. Waar zoo zichtbaar een leider naar De eed van trouw voren gestuwd is. ligt het voor de hand dat deze ook het streven heeft naar de volle putria potestas te grijpen, boven de bloedbroederschap uit te reiken en de plaats te usurpeeren van den stamvader. Het gaat hier niet om overwegingen, die binnen het gewone terrein der nuchtere politiek vallen. Dat moet men niet uit het oog verliezen. Oerinstincten zijn het, hartstochten waarop een geheel volk, een ziek volk, reageert, die steeds het vuur aanwakkeren van onvervulbare illusies en als motieven worden aangekleed voor politieke be sluiten van wereldschokkende strekking. Maar het zijn niet langer de oer-instincten van een imaginaire bloedbroederschap, waarvan bijkans een heel volk bezeten is. Het illusionaire bouwsel desintegreert. Individueele instincten krijgen de overhand. De broederhordéis geschokt. De om standigheden zijn neen, schijnen, want het blijft alles in oppositie tot de realiteit rijp voor de verheffing van een halfgod tot Divus Auyustua. * * Wij kunnen nu de grauwe theorie voor het grootste gedeelte weer ter zijde laten en tot de feiten terugkeeren. In deze psychologische con* dities moet het voor Hitler onweerstaanbaar aan lokkelijk geweest zyn, verder naar voren te treden, zich met steeds grooter macht te omkleeden en met het einddoel, het Caesarendom, rekening te houden. In de Rijksdagrede, die de gebeurtenissen van [den Duitechen Bartholomeusnacht moet trach ten te rechtvaardigen, noemt hij zich Duitschland's Oberster GerichtsJierr. Een vreemde* nieuwe titel, die eigenlijk alleen maar zegt dat er verder geen werkelijke rechtspleging heeft plaatsgevonden, ** ' ' . maar die. als titulatuur, bedenkelijk veel lijkt op des Keizers geliefkoosde expressie Oberster Kriegsherr. Er is maar een nuance verschil! Maar nu liet verdere verloop der gebeurtenissen. Na von Papen's oppositie was er voor dezen stoutmoedigen minister nog een oogenblikkelijke ruggesteun van den Rijkspresident gekomen. De fusillades van den deftigst en Juni kunnen in. Xeudeck geen appreciatie hebben gevonden. De echo, die daar vandaan kwam, was mat en onper soonlijk. Hindenburg was stervende. Zijn dood werd wel niet van den eenen dag op den anderen verwacht, maar een ieder wist dat zijn krachten. afnamen. Welke passies joegen onweerstaanbaar hoog op bij dengeen die toen reeds vóór alles aansluiting bij de Bijksweer, bij het leger had gezocht? Zij zijn gemakkelijk te raden.... Geheel parallel daarmee loopt de kwestieOostenrijk. Hitler is Oostenrijker. Zjjn geheele houding tegenover dit land is tweeslachtig. Hij is er aan verknocht, en hij keert het den rug toe. Hij bemint het en hij haat het. Is het nog noodig daarbij op een ziekelijke instelling te wijzen, een instelling die overigens niet werkelijk dit land moet raken maar een of ander vaag complex uit zijn kinderlijk verleden? In IPl'l trekt hij ten strijde, maar niet voor Oostenrijk. Voor Duitschland. En toch is er geen enkel logisch motief te vinden, waarom hij zijn Al-Duitsche idealen niet evengoed in de gelederen van de Monarchie had kunnen nastreven. Wij zien dus dat zijn houding tegenover Oosten rijk reeds lang voor de uitvinding" van het nationaal-socialisme tweeslachtig was. Het voert te ver j hier na te speuren waarom. f Slot op pag. 4) Teekening door L. J. Jordaan S a n k t Papen "V.ÜS35- .?.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl