Historisch Archief 1877-1940
Te dezer plaatse zij er nogmaals op gewezen,
dat men zich tijdelijk moet afwennen in de eerste
plaats op het chronologisch verloop der feiten
te letten, zoolang men er op uit is de psychologische
beteekenis te vatten en de, wellicht onbewuste,
drijfveeren te peilen van hen, die als de aan
stichters der gebeurtenissen beschouwd moeten
worden. Want het gaat dan niet om de gebeur
tenissen zelve, maar om de hartstochten en fanta
sieën, die de drijvers bezeten hebben. Verstaan
wij die, dan kunnen wij opnieuw de feiten bezien.
Wanneer wij dan het historisch verband volkomen
logisch ?vinden, zij het wellicht op een geheel ver
keerde wijze logisch, dan kunnen wij veilig aan
nemen, dat onze verklaring van feiten, motieven
en hartstochten ook juist was.
En om nu weer op onze oerhorde te komen wij
grijpen maar weer terug op de gebeurtenissen van
30 Juni. Die maakten een eind aan den imaginairen
broederband, waarvan wij in onze vorige beschou
wingen ook het homosexueele karakter als karak
teristiek .herkenden voor den aanvankeüjken,
hoogst labielen, rust- en vredestoestand van de
oerhorde. Wij vergeleken dit toen met een aan
haling uit Freud, die in het horde-leven aantoonde
hoe telkens weer de in verzet gekomen broeders,
na het uit den weg ruimen van den stamvader,
tot behoud van den vrede overeen hadden moeten
komen de vrouwen, Om welker bezit zij den stam
vader hadden gedood, taboe te verklaren.
De nacht van 30 Juni was Hitler's Kaïnsoffer.
De plotselinge verontwaardiging over de
sexueelpathologische sfeer der nazi-leiders, die lang en
breed bekend was, moeten wij dan ook niet als
hypocrisie zien. Zoo simpel is het niet. Het was
een plotseling verbreken van de magische clan*
gemeenschap. Degeen die zijn Grieksche oudheid
kunde niet vergeten is, zal hebben geglimlacht
om het woord orgiën" dat gebruikt werd in de
officiëele , communiqué's waarmee de executies
van Wiessee werden bekend gemaakt. Want was
de oorspronkelijke beteekenis van dat woord oiefc
juist het feest \an de bloedbroederschap der
stamleden?
Onbewust heeft de geheele beschaafde wereld
gevoeld, dat dit het keerpunt was in de ontwikke
ling van het nationaal-socialisme. Inderdaad?met
het gezag naar buiten toe van den Hitleriaanschen
staat was het gedaan. Wij, met onzen papieren,
microscoop voor ons, zeggen. Wanneer wij de feiten
beschouwen : met dit Kaïnsoffer was de vredes
toestand opgeheven die er binnen den
nationaalsocialistischen cirkel bestond. Deze labiele e
venwichtstoestand kon zich toch nooit duurzaam
handhaven. Waar zoo zichtbaar een leider naar
De eed van trouw
voren gestuwd is. ligt het voor de hand dat deze
ook het streven heeft naar de volle putria potestas
te grijpen, boven de bloedbroederschap uit te
reiken en de plaats te usurpeeren van den stamvader.
Het gaat hier niet om overwegingen, die binnen
het gewone terrein der nuchtere politiek vallen.
Dat moet men niet uit het oog verliezen.
Oerinstincten zijn het, hartstochten waarop een geheel
volk, een ziek volk, reageert, die steeds het vuur
aanwakkeren van onvervulbare illusies en als
motieven worden aangekleed voor politieke be
sluiten van wereldschokkende strekking.
Maar het zijn niet langer de oer-instincten van
een imaginaire bloedbroederschap, waarvan bijkans
een heel volk bezeten is. Het illusionaire bouwsel
desintegreert. Individueele instincten krijgen de
overhand. De broederhordéis geschokt. De om
standigheden zijn neen, schijnen, want het blijft
alles in oppositie tot de realiteit rijp voor de
verheffing van een halfgod tot Divus Auyustua.
* *
Wij kunnen nu de grauwe theorie voor het
grootste gedeelte weer ter zijde laten en tot de
feiten terugkeeren. In deze psychologische con*
dities moet het voor Hitler onweerstaanbaar aan
lokkelijk geweest zyn, verder naar voren te treden,
zich met steeds grooter macht te omkleeden en
met het einddoel, het Caesarendom, rekening te
houden. In de Rijksdagrede, die de gebeurtenissen
van [den Duitechen Bartholomeusnacht moet trach
ten te rechtvaardigen, noemt hij zich Duitschland's
Oberster GerichtsJierr. Een vreemde* nieuwe titel,
die eigenlijk alleen maar zegt dat er verder geen
werkelijke rechtspleging heeft plaatsgevonden,
** ' ' .
maar die. als titulatuur, bedenkelijk veel lijkt op
des Keizers geliefkoosde expressie Oberster
Kriegsherr. Er is maar een nuance verschil!
Maar nu liet verdere verloop der gebeurtenissen.
Na von Papen's oppositie was er voor dezen
stoutmoedigen minister nog een oogenblikkelijke
ruggesteun van den Rijkspresident gekomen. De
fusillades van den deftigst en Juni kunnen in.
Xeudeck geen appreciatie hebben gevonden. De
echo, die daar vandaan kwam, was mat en onper
soonlijk. Hindenburg was stervende. Zijn dood
werd wel niet van den eenen dag op den anderen
verwacht, maar een ieder wist dat zijn krachten.
afnamen. Welke passies joegen onweerstaanbaar
hoog op bij dengeen die toen reeds vóór alles
aansluiting bij de Bijksweer, bij het leger had
gezocht? Zij zijn gemakkelijk te raden....
Geheel parallel daarmee loopt de
kwestieOostenrijk. Hitler is Oostenrijker. Zjjn geheele
houding tegenover dit land is tweeslachtig. Hij
is er aan verknocht, en hij keert het den rug toe.
Hij bemint het en hij haat het. Is het nog noodig
daarbij op een ziekelijke instelling te wijzen, een
instelling die overigens niet werkelijk dit land
moet raken maar een of ander vaag complex uit
zijn kinderlijk verleden? In IPl'l trekt hij ten
strijde, maar niet voor Oostenrijk. Voor
Duitschland. En toch is er geen enkel logisch motief te
vinden, waarom hij zijn Al-Duitsche idealen niet
evengoed in de gelederen van de Monarchie had
kunnen nastreven.
Wij zien dus dat zijn houding tegenover Oosten
rijk reeds lang voor de uitvinding" van het
nationaal-socialisme tweeslachtig was. Het voert
te ver j hier na te speuren waarom.
f Slot op pag. 4)
Teekening door L. J. Jordaan
S a n k t Papen
"V.ÜS35- .?.