De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 25 augustus pagina 4

25 augustus 1934 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

\ l De Groene Amsterdammer van 25 Augustus 1934 N o. 2986 Schilderkunst'kroniek Al b. Plasschaert By Klrykamp. ilrn Haag;. A. J. Burnouw, portretten P Het spijt mij zeer, maar ik ben nipt zoo goedhartig in mijn oordeel als de overige schrijvers over de tentoon stelling der portretten, door Barnouw gemaakt. Misschien komt dat daar door, doordat ik meer eerbied heb dan zij voor goede teekenkunst en meer eisenen stel aan de vertolking der psychologie van d'afgebeelde men schen. Wanneer ge toch de ..essays" leest, gewijd aan deze portretten door lieden, die er niet komen en nooit zullen komen, dan zoudt ge zeggen, dat wij in dezen verren landgenoot iemand bezitten, die Moro van Dashoest een kleinen jongen doet worden als portrettist en die Rembrandt naar zulke diepten moet doen talen. Ik had gaarne willen lezen wat deze lucht hartige beschouwers zouden geschre ven hebben als dit werk het werk niet Was van een verren landgenoot, maar Van een dichtbijen en als deze verre landgenoot niet tevens een professo raat bekleedde, dat hem, volgens deze beschouwers, van zelve het recht geeft op alle psychologie. Misschien hadden zij wat juister blik gekregen op dit zoozeer geloofd werk en mis schien hadden zij dan in koelte mij gemakkelijk geslagen. Misschien Door twee vereenigde hoedanig heden wordt een portret allergrootst &i dat is door een beteekenisvollen Vorm in een niet meer te vergeten kleur geopenbaard, want de vormen zijn de symbolen van de psycholo gische eigenschappen van den afge beelde en de kleur is, picturaal, de verwerkelijking van (een gedeelte? van) het wezen van den schilder. Wanneer deze bepaling maar eenigszins juist is, dan blijkt het werk van Barnouw daaraan weinig te beant woorden. De kleur toch en ik geloof dat die onscheidbaar mag aangeno men, van den vorm is ten slotte van zeer gemiddelde qualiteit: en dat is nog goedhartiger wijs gesproken; de vorm, die dan toch de psychologie. meebrengt heeft zeer weinig van de kracht eener persoonlijkheid aan zich; wanneer wij 'zulk werk van een nabijen Hollander ergens zagen tentoonge steld, zouden wij niet anders kunnen denken dan: zóó zijn er genoeg in Holland; laat ons verder gaan om troost te zoeken. BIJ Kleykamp; schilderijen uit de verxameUmf Katz, kunst handelaar» te fileren. Vpór dat ik begin met de kritische , bespreking dezer eigenaardige, ik zou naast willen zeggen: ongeregelde ver zameling van schilderijen van de collec tie Katz, heb ik een algemeen bezwaar tegen deze verzameling te uiten en dit bezwaar is. dat de schilderijen schoon 'gemaakt lijken, door een ijverige Hollandsche huismoeder opgeboend. Misschien is dat zeer juist gezien van den heer,Katz of van de heeren Katz, misschien is het een listig tegemoet komen aan een trek in LEVERT MEUBELEN STOFFEN - TAPIJTEN EN VERSIERINGEN den Hollaiidschon aard. maar pictu raal bedacht Is het toch een te veel! De schilderijen hebben zoo goed als alle niet het uitzicht daardoor ge kregen of ze pas geschilderd zijn, maar ze zien er alle daardoor ietwat ont luisterd uit; ze zijn kaal en schraal geworden: ze hebben de weligheid van het ,,bestorven" schilderij verloren; voorgrond en verdere plannen zijn van elkaar geraakt; muren hebben hun vastheid, wateren het spel der diepten verspeeld. Wanneer ik geen groote bezwaren had tegen een woord speling met eigennamen, zou ik zeggen, dat ge, niet hierdoor alleen! op deze tentoonstelling een Katz-in-dezak, zoudt kunnen koopon, want ook met de toeschrijvingen ben ik het niet altijd eens; ik ben inderdaad beducht dat er voor den bezitter aangename vergissingen zijn gepleegd; zelfs certi ficaten, zelfs die van Hofstede de Groot hebben wat van hun over tuigende kracht verloren.... * * r Het teederste schilderij van deze verzameling, ge zoudt ook kunnen zeggen de lokvogel van deze collectie, is de Titit8 van Rembrandt, dat ge lukkig ook niet het opgeboende heeft van te veel der overige. Natuurlijk is de lijst die om het werk zit een lijst. die het geheel schent (wanneer zal voor het omlijsten van beroemde schilderijen eens een volledig-voldoend vakman opstaan?) Niet alleen omdat die lijst niet edel genoeg is voor het werk als vorm, maar ook omdat de kleur eerder een zwakke voortzetting is van de kleur van het schilderij, dan een nobel contrast of een rijp-kleurige afsluiting. Zoo'n lijst moet hierom toch gewenscht worden, want ongetwijfeld is dit kinderportret een der roerendsto kinderportretten uit de schilderkunst j het heeft niets van een makelij, niets van een coquetterie; het is geen ijdel bezitsvertoon van een oppervlakkigen vader, maar het is de betuiging eener liefde van een vaier. en die vader was Kembrandt! Het is zonder sier (het groen is alleen innerlijke verrijking); het is een van die schilderijen die van 't Hart. de onuitwischbre signatuur dragend Het is een eenvoudig werk Van een zeer groot romantisch" schilder, wien in het werk langzaam alle pronk te veel werd, omdat zoo goed als steeds de grootste innigheid alleen bereikt wordt door een eenvoud in n ,,kleur" vol wemeling. Voor dezen eenvóudigen Kembrandt geef ik verder al 'de KatZen cadeau, al d'e meesters" met de groote namen, die u onwillekeurig voorzichtig maken en op uw hoede doen zijn. Hét Titusportret, dit Titusportret van Rem brandt, het zou, alleen, in een sobere huiskamer passen met gekalkten muur; het is daarvoor niat te groot van for maat; het is immers niet weidsch en statieus; het heeft een innige een zaamheid aan zich, die het niet thuis doet zijn in een tentoonstellingszaal, noch in een pralende ruimte. Nieuwe uitgaven Geïllustreerd vouwblad van N .V. Lips te Dordrecht, met mededeelingen over de bekende Lips-fabrikaten. , Crisis en Revolutie, door II. P. van Oaïcar, hoogleeraar te loeiden. Nijgh & van Ditmar N.V.. Rotterdam. VERWEEGEN & KOK AMSTERDAM Kalverstraat 86?90 DEN HAAG Noordeinde 64c LEDERWAREN REISARTIKELEN VARKENSLEEREN SU » T C A S E S PRIJZEN VAN F32.50 AF IN LENGTEN VAN 65-80 cM WEL BETER - NIET DUURDER Bij vermageringskuren vetvrije yoghurt van OUD-BUSSEM de uitkijk" 24 AU* a farewell to arms regie: frank borzage met: beien hayes, gary cooper en adolphe menjou Prinsengracht bij d« Ltidtonastrut Tttaf. 37480 (?aftijd boven 18 Jaar Oijelijkt 2.30,7.15 IB 9.30 BEGRAFENI5 ONDERNEMING MIEUWE 5PIEGEL5TRAAT 61 AMSTERDAM NAARALLLPLAAT5EM LRLMATUL Gelieve bij ADRES-VERANDERINGEN te vermelden of deze tijdelijk of blijvend zijn De administratie ? stf Vlinders in het najaar Dr. Jac. P. Thijsse Kr lijken thans wel mihdor vlinders te zijn dan gewoonlijk in Augustus en 'September, de drukste vlindermaanden. Dat heeft n goede zijde, want nu is het gemakkelijker om eens op individu's te letten. Zoo weet ik vrij zeker, dat ik vier dagen achtereen dezelfde Kleine Vos heb ? gewen op de bloeiende Watermunt in Thijsse's Hof en wel al tijd tussrhen half twaalf en halfeen, lift was «?en mooi gaat' beest al die dagvlinders zijn in dezen tijd van het jaar gaaf. want ze zijn pas ontpopt maar hij had toch al een sleetsch plekje op zijn rechter-achtervleugel, 's Middags «m halfdrie komt er een Atalanta op de ILeleniums in mijn tuin en blijft ook ongeveer een uurtje. Hij dwaalt wel eens af naar een heel fraai bloeiend Amerikaansch Koninpinnekruid (Hough-Joe-PyiWeed. (Euputoriiim mafülitfnin) en ontmoet daar «?en ander habitué, een prachtige gave vol uitgekleurde ?Oitroénvlmder. Daar blijft het dezer dagen bij. Had ik een Buddleya in mijn tuin. dan kreeg ik zeker wel meer to zien. Wie nog bloeiende Jiuddleya's- heeft, moet ev eens op letten, dat het vlindergezelschap er wel dag aan dag dezelfde samenstelling heeft: Kleine Vos, Dagpauwoog, Atalanta, Citroenvlinder en dat ze vrijwel op geregelde tijden komen en gaan. 1 * ' .* Natuurlijk komen de vlinders op die bloe-men, omer honig te halen. Wanneer ge ir kalm genoeg weet te bewegen, dan kunt ge vlakbij komen en zien, hoe ze hun zuigapparaat ontrollen en er als het ware mee in de bloemen poken, om dan den honig op te zuigen. Om dat nog in bijzonder heden te zien kan men zelfs nog het vergrootglas er bij halen. Dat lukt niet alleen bij vlinders maar zelfs bij de zoo schichtige zweef vliegen. Wij weten nog lang niet precies, wat de insecten eigenlijk zien, maar het lijkt vrij zeker dat zij in langzame veranderingen in hun omgeving geen erg hebben. Als ik op een afstand van drie decimeter mijn hand beweeg met een snelheid van een halve centimeter per seconde, dan merken de zweefvliegen daar niets van. Maar dan weer hoe dichter bij, des te langzamer. Wanneer we nu naar onze vlinders kijken, dan zien we. dat ze lang niet altijd honig zuigen. maar ook .wel minuten lang stil zitten, zich lekker schikkend naar het zonnetje, en dan meestal met de vleugels wijd tiitgespreid. Soms ook klappen ze de vleugels langzaam op en neer. 7e schijnen het niet noodig te hebben, om te profil beren van de Bchuilkk-uren aan de onderzijde van hun achtervleugels en- van den top der voorvleugels. ?Van. schuilevinkje spelen thans geen sprake. Wol straks, als de zon daalt en ze .hun rustoorden betrekken, tol morgen als 't weer warm gaat worden. * » * _ Deze dagvlinders hebben in. hot najaar niet anders't e. doen, dan te eten, zich te zonnen, en. te slapen. Ze dartelen weinig of niet. De mannetjes bekommeren zich niet om de wijfjes, de wijfjes zich nog minder om de mannetje?. Ook bekommeren ze zirh niet om voedselplanten voor hun jongen. «Ie rupsen. Dat was in den voorzomer anders. Toen waren ze iederen dag uren en uren achtereen «»p de wieken, de mannetjes zochten de wijfjes hoe dikwijls hadden ze de verkeerde voor ? dan kwamen speelvluchten en paring. De wijfjes zochten hun brandnetels, of peen, of wegedoorn of ander loofhout en brachten daar hun eitjes onder .dak. En dan waren ze al heel gauw afgevlogeii en gingen dood. De vlinders, die we thans zien, «ijn uit die eitjes voortgekomen en kunnen nu dit jaar zich niet meer voortplanten. De'planten, die noodig zijn A*oor het voedsel van de rupsen, verliezen hun bladeren, worden in elk geval «jngeschikt. Zoo krijgen dan deze vlinders een lang vlinderleven, want eerst in April vinden ze gelegenheid voor het afzetten van hun eieren. En wanneer de koele dagen komen, dan verlaten /e hun schuilplaatsen niet meer, maar blijven den heelen winter slapen door voist en ontij heen. Sommigen betrekken reeds in September hun winterkwartier. ' Eventjes nog dit: Niet alle vlinders oveiwinteren in volwassen staat (als imago). Andere doen het als pop, weer andere als i-ups en nog weer andere als ei. Men heeft er vaak verwondering en bewondering over geuit, dat de vlinders den winter kunnen doorstaan. Wel. heel veel doorstaan hem ook niet, trouwens de p«»ppen, rupsen en eieren evenmin. Groote hoeveelheden worden in den loop van den winter opgegeten door vogels en muizen, andere bezwijken door kou en droogte. Van de mooie Atalanta's brengt hoogstwaar schijnlijk geen enkele liet er levend af. Kr zijn er nog wel levend gezien in Januari, maar geen in Maart. Zoo gaat het ook niet de over winterende rupsen van Posthourri tjes en met de poppen van Doods hoofdvlinder en andere Sphinxen. Ten slotte zouden we al deze vlin. ders nooit in ons land te zien krijgen, indien niet ieder voorjaar nieuwe vlinders uit het warme Zuiden hierhecn kwa men.Erbostaat een vlindertrek even goed als een vogeltrek. <-n die betreft nog wel veel meer soorle n, dan we een jaar of t wint i g ge leden wel meenden. In Enge land is men sedert eenijro jaren bezig'dezen vlindert rek te bestudeeren. min of mér met dezelfde methoden, die men gevolgd heeft voor den vogelt rek. Tal van waarnemers zijn het heele jaar door waakzaam en er worden ook waarnemingen godaan op vuurtorens ou lichtschepen. De verwarring der slawden Het Xederlandsche volk is een volk van standen. Dat is altijd zoo geweest. Men heeft de Hoogere Standen, den Middenstand en den Minderen Man, en waar de eenen zijn kunnen de anderen niet wezen.'Dat spreekt. vanzelf. Tenminste, dat sprak vanzelf. Maar in de laatste eeuw is de boel een beetje door elkaar' geraakt en veel Middenstand in de Hoogere Standen verzeild of Hoogere Stand tot Middenstand gedaald, vooral door het gemis aan contanten. Maar aan de strenge afscheiding dier gebenedijde Standen van den Minderen Man t o: mie langen .tijd nog niemand. Er zijn echter teekenon, dat ook die grenzen worden uitgewischt. Zoo ontwaarde ik op reis. dat de restauratie wagens, dat allerheiligste voor de beide Hoogere Klassen n Taboe voor de lagere, nu ook voor deze werden opengesteld. Is dat niet ten hemelschreitnd? De derde-klas-mensch gemengd onder de-Betere Standen! Ja. nog: wel niet heolemaal. Kr staat uitdrukkelijk geschreven, dat hij alleen het sarictuarium mag betreden, als hij een hftl diner wil verorberen (zulke schrokken !) Voor een enkelf kop thee of koffie wordt hij niet toegelaten en dat is tegelijk wijs en liefdadig geregeld. Want zulke menschen met schrale beurzen zouden allicht om eon gril, voor de aardigheid of om de Hoogere Standen te zien eten den .restauratiewagen overstroomen en maar \ oor een luttel bedrag verteren. Xühoudt men ze groötendeels af, of krijgt tenminste een behoorlijk bedrag binnen, als zij dan werkelijk zoo'n honger hebben. Want het is onchristelijk een medemensen te doen hongeren, die voor zijn ten betalen wil. Maar ondertusschen is er toch maar weer een grens uitgewischt. De verwarring der tijden toch brengt moe, dat er inderdaad in de mindere klassen menschen zitten, die ook een heel diner betalen kunnen en men kan ze niet eens goed onder» scheiden van de anderen. Daarom is er verordend, dat de spoorkaartjes getoond moeten worden. Wie dan op zijn minderwaardigheid betrapt wordt, terwijl hij een simpel kopje koffie drinkt, wordt met hoon en verachting uitgewezen. Opdat er tenminste nog eenige onderscheiding overblijve en wij tenminste bij de koffie en de thee onder ons zijn. F. C. \

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl