De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 1 september pagina 2

1 september 1934 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 1 September 1934 No. 2987 liUi Twee profetische boeken Boekbespreking Mr. M. Kann Germany Unmatked by Robe r t Dell, Martin Hopkinson, London. 1934. Dos Ende der ///usi'onen v. Leopo/dSchworzschi/d. Querido Ver/ag. Amsterdom. /934. Men moet wel eens een woord gebruiken, dat wel niet verkeerd is. maar dat in het dagelijksch leven toch ook weer niet precies de beteekenis heeft die men er in dit speciale geval aan hecht, om precies datgene uit te drukken, wat men zeggen wil. En hier houden wij ons met een be spiegeling bezig over twee profetische boeken, terwijl wij direct ons excuus moeten aanbieden over het woord profetisch. Want wanneer in genoemde zuiver politiek-historische werken inderdaad de toekomst zou worden voorspeld, zouden wij deze studies bij den beroemden Enkhuizer Almanak indeelen en naast ons neerleggen. En niet alleen dat. Ook de auteurs zouden ons heel raar aanzien, wanneer zij bij toeval eens de Groene zouden lezen, en tot de ontdekking kwamen dat wij hen voor profeten versleten of, in ieder geval, hun werk voor profetisch.. Want ze zouden zeer zeker zeggen, dat het geenszins hun bedoeling was geweest om een fantasie-beeld van de naaste toekomst te geven, maar enkel en alleen om dat te zeggen Avat hun op het hart lag en de toestanden af te schilderen, -/ooals zij meenen dat ze zijn. Maar daarin zit het hem juist. Hun capaciteit om de zaken af te schilderen zooals ze zijn. hun suggestieve wedergave van iets objectiefs. is zóó treffend, dat men er tegelijk al een ietsje door gewaar kan worden van dnt wat achter het brand scherm van liet ..morgen" verscholen ligt. Maar om bij het begin te beginnen. Roburt Dell is oen van de Engelsche ster-corrospondenten". een van hen. die regelmatig het krantenlezend publiek onderrichten over.datgene wat er buitens lands voorvalt. Hij is op dit oogenblik de correspon dent van den Manchester Guardian te Genève, nadat hij in de zestien jaren die ons van het einde van den wereldoorlog scheiden, heel Europa Tbereisd heeft. Een vollediger front verandering dan Genua ny ?Unmasked inhoudt, toonde wel zelden een eerlijk geschreven boek. Maar. al lezende, gelooft men den man. Ja. hier is iemand aan het woord, die er eerlijk voor uitkomt, dat hij zich heeft vergist, dat het vertrouwen dat hij. en heel Engeland met hem in Dultschland stelde, misplaatst was, en dat hij van de dwalingen zijns weegs bekeerd is en tofc het inzicht gekomen, dat Duitschland nog steeds, krachtens zijn aard. en meer dan ooit, gezien de omstandigheden, een bedreiging vormt voor de Europeesche beschaving. Een daadwerkelijke be dreiging, een bedreiging te vuur en te zwaard. RobeH Dell vertelde hoe hij aanvankelijk van meening was dat ieder Engelschman en ieder ander ridderlijk mensch. Duitschland een handje moest helpen. Hij impersonifleerde' als het ware het 'sportieve medegevoel van den Brit voor de ver liezende partij. Daarbij kwam de affiniteit die in zeker (maar niet ieder) opzicht Brit en Duitscher zonder twijfel eigen is. Zoo vertelt hij ook dat reeds vaak tallooze vrienden, vooral Franschen, hem waarschuwden dat hij met zijn Duitsche sympa thieën op den verkeerden weg was, waarschuwingen die hij aan overdreven angst en afgunst toeschreef en dientengevolge naast zich neerlegde. Maar hij toonde zich een veel te scherp en veel te goed geschoold waarnemer, om niet op een gegeven oogenblik het groote verband der dingen te zien. Wanneer de Hitleriaansche furie losbarst, staat hij eerst' perplex. Daarna hervindt hij zijn supe rieure beschouwingswijze en de berichten en brieven, die hij aan zijn bladen doorzendt, dragen daar de onmiskenbare teekenen van. Hij ontdekt niets nieuws'* aan het hatelijk nationaal-socialisme. Hij herkent de eigenschappen van den snoevenden kroegjesklant, die geen sportieve gevoelens kent en desnoods valsch speelt. Hij herkent de tyrannieko eigenschappen, de bloeddorstige im pulsen van hem, dien de Duitschers graag uit kiezen om zich door te laten bevelen, onwillekeurig of het een sergeant of een werkelijk leider is. Hij'ziet, hoe alle mogelijke eigenschappen» die vroeger onderdrukt werden en daardoor den Duitst'her het aanschijn van een fatsoenlijk mensch hielpen behouden, uu plotseling een bloedigen bruut van hem hebben gemaakt. Hij gaat dit na in de geledingen van politieke en militaire organi satie en komt tot de conclusie dat de Duitsche agressiviteit dreigender is dan ooit. Het zijn deze menschen, die tot inzicht gekomen zijn en die er eerlijk voor uitgekomen zijn, dat zij zich vroeger hebben vergist, die nu de Britsehe publieke opinie voorlichten. Iets later dan de Engelsche politici en buitenlandsche journalisten, maakt daar nu de publieke opinie de metamorfose in deze richting door. Men herkent het gevaar. Men ziet den vijand. En in de politiek zal het resultaat (het samengaan met Frankrijk), niet uitblijven. Aan mannen als Robert Dell is het te danken. dat Baldwin onlangs in het parlement uitriep, waar Groot Brittannië's grenzen lagen: aan den Bijn ! Dit boek is een requisitoir. Een scherpgestelde samenvatting der feiten. Maar reeds is de door Robert Dell geredigeerde samenvatting der feiten gemeen goed geworden. Algemeen is geaccepteerd, wat hij in zijn land vrijwel het eerst heeft gezegd en gedacht. In zooverre is zijn boek profetisch geweest. * * * Een geheel anderen geest ademt het boek van Sehwarsachild. al gaat dit wel langs dezelfde lijnen. Als iemand ooit do mooie woorden van Tacitus tot de zijne heeft gemaakt, sinc iru et studio tii schrijven, de'geschiedenis te boek te stellen zonder eenig blijk te geven van wrok en zonder eenige neiging een zaak fraaier voor te stellen dan zij is. zonder eenigen lust. welk doel ook. te propageoren, dan is het wel Leopold Schwarzschild. Voor dengeen, die dagelijks met deze onderwerpen te maken heeft, is het moeilijk gedachten en interpretaties (bijv. over de politieke ontwikkeling van Duitsch land) te scheiden van zijn eigen wenschen en hoogst begrijpelijke gevoelens. Het is juist hierin, dat deze natuurlijk te Parijs wonende Duitsche auteur (den lezers van De Groene overigens geens zins onbekend) zoo bijzonder uitmunt. Maar dat is dan ook de bedoeling van dit boek: aan alle illusies een eind te maken. En onze illusies worden dan ook stuk voor stuk aangepakt en grondig afgetakeld. De Illusie van het Gezond Verstand, de Illusie van den Volkenbond, de Illusie der Ontwapening, de Illusie der Welvaart. Dit boekje is enkele maanden oud. Maar wanneer het «u, op dit oogenblik, geschreven zou worden, zou het niet actueeler kunnen zijn. Het werk cul mineert in zijn analyse van de Illusie der Ont wapening, waar het aantoont hoe bespottelijk het is vrede te verkrijgen door ontwapening, in deze wereld waar agressie nog bestaat. Het is wel mogelijk vrede te krijgen, maar, hetzij door generale ontwapening in een wereld van lammeren en engeltjes. En daarin leven we niet. Of door een zeer drastisch gereglementeerd bewapeningsrcracJtil, waarbij de vrede-bewaarders de macht hebben, en degenen die de orde dreigen te ver storen en agressieve idealen huldigen, aan banden worden gelegd. Wie dat zijn, dat weten we. Maar dat valt helaas nog niet binnen de politieke sfeer der mogelijkheden, zooals die door onze illusies geschapen is. Want die is nog steeds: een streven naar gelijkheid, een diplomatiek handje plak en een hypocriet vertrouwen, dat geen garantie voor goeden wil is, kortom: een toestand, die vol gevaren is en morgen met een explosie der agressiviteit het wankelbaar evenwicht verlie zen kan. Toch wordt, in zaken van binnenlandsche poli tiek, de rust, de vrede bewaard doordat orde en recht met gezag omkleed zijn, zwaar bewapend staan tegenover de buitenwereld, die telkens weer daar waar de agressiviteit zich toont, eenzijdig" wordt ontwapend. Hoe ver staat ons water-en-melk pacifisme daar nog van at'.... Wij zijn geneigd op ieder gebied de Illusie maar te omhelzen, omdat we niets beters hebben. Toch is dat juist gevaarlijk. Er is geen onderdeel van het politieke leven, waar wij die illusies niet aanbidden. Te midden van de politieke en economische schok ken, waaraan wij dagelijks bloot staan, moet het echter langzaam duidelijk worden, dat het onver antwoordelijk is nog langer die illusionaire waarden voor gangbare munt aan te nemen. De waarheid komt steeds dreigender en duidelijker om den hoek kijken. Ook in dit boek kan men reeds nu den prol'etischeu blik van den schry ver waardeeren. Met name, waar hij het heeft over het ontwapeningsvraagstuk, dat dan ook juist de laatste maanden zoozeer van aspect veranderd is. Wie, bij de belangrijke gebeurtenissen, die er in de buitenlandsche politiek zonder eenigen twijfel op til zijn, op de hoogte wil zijn, en niet alleen een aandachtig toeschouwer zijn wil, maar ook een goed geïnformeerd toeschouwer, schaffe zich Das Ende der Illutionen aan en leze, bij voorkomende gelegenheden, eens aandachtig een of twee hoofdstukken. Opmerkelijk, vooral, is wat Schwarzschild schrijft over de illusie der welvaart. En ook hier rommelt de verre donder van naderend onheil. Hij toont aan, hoe. mits goed geleid, conjuncturen uit vrijwel niets geschapen kunnen worden. Hij wijst op Sovjet-Rusland en het Duitsche Rijk tijdens den wereldoorlog. Hij waarschuwt tegen overschatting van Duitschland's armoede en zet helder uiteen hoe hoog de potentieele aanvalskracht is. wanneer dit land oorlog voeren roil. Het is wel merkAvaardig, dat juist dezer dagen nog Mussolini op het steeds dreigend oorlogs gevaar gewezen heeft. Hij kon het Aveten. Avant terecht kon hij zich er op beroemen met de Avtspens in de hand het uitbreken van een oorlog nog onlangs te hebben verhinderd.' En is hei niet ditzelfde geA'oel van ongerustheid, dat geheel Europa de laatste maanden beAVust geworden is. AvaarA-an een herniemvde internatio nale aansluiting het geA'olg is geweest, zoozeer zelfs, dat de komst van Sovjet-Rusland binnen den kring van den Volkenbond, niet lang meer op zich /al laten wachten ? Aan den loopenden band Aon den loopenden bond door Edouord de Nève n Henriëtte von Ei/k. De Nève, de schrijver, is mij bijzonder lief. Om dat ik in hem een der weinigen in Nederland zie, die wars Aran theetafel- en Freudiaansche com plexen zakelijk kan zijn en menschelijk, een voudig en waar, zonder daarvoor de A'ormeu te behoeA'en te kiezen, die de meeste onzer boeken zoo ondragelijk langdradig en zoo taai-intelligent. doen zijn. De Nève betrapt het leven om het leven zeh'e en niet om het gewicht van de Nève's opvattingen omtrent het leven. Er mogen al vele jongeren zyn toegegeven: zij hebben een zwaardscherp intel lect en zij zijn meesters van het woord - die naarstig afgeven op het vermaledijde burgerdom, deze overcompensatie van klein-burgerlijke in stincten is verre van de Nève. die te veel van de wereld en de menschen heeft gezien en aan den lijve smartelijk ervaren om het goedkoop effect eener aangemeten wereldwijsheid of bereidheid te behoeven. HU treedt in het hart van den mensch om den mensch zelve en hij vertelt van zijn lijden om de loutere constateering zelve. Basta. En wij hebben een mensch ontmoet. Omdat de Nève ons dat kan doen ondergaan, dat gewone met gewone woorden, daarom houd ik van hem. Henriëtte van Eijk is geestig. Er is er geen die zóó geestig is als zij. Donker heeft in Critisch Bulle tin die geestigheid geestig verklaard. Die is, zoo schreef hij, gelegen in het juiste misbruik vap het woord". Ook Henriëtte van Eijk ontbeert de bur gerlijkheid (van een de Sinclair bijvoorbeeld). Een Nederlandsche vrouw die zich veroorloven kan tegelijkertijd dolle sprongen te maken en gracieus als een plaatje van Du'ac te zijn, is een kostbaar bezit. Haar sprookjes zijn dwaas en door trokken van de zotheid die van de goden heet te stammen. Nederland houdt niet van dwaasheid. Het vindt ; dwaasheid minderwaardig. Engeland, dat zoo st^f ia als Medemblik en Assen tezamen, gnuift van de pen van Woodhousëen W. W. Jacobs en van de stift van Bateman, Heath Robinson en Fongasse. Wij hebben (nu Job Ileynen blijft zwijgen) maar n humorist. Henriëtte van Eijk. Houden wij haar in eere. Verheugen wij ons om dit kostelijke boekje. En laten wij het anderen over zwaar te theoretiseeren hoe die twee zoo ge heel verschillend geaarden in n (loopenden) band, terecht komen. E. E LI AS MOSKOU EN GENÈVE Teekening door L. J. Jordaan J V \ '3 i Barthou: Schrik niet, heeren dit is geen ongelikte beer, maar een perfect gentleman!" ? . ? - ? r''"l""'V* '"? ' "? ? '? ??- ' ? ^u * r- I*--rrjm l , r- -.. li-.ui*-»- * ** ?*?'? *? *' «I ...... , ,», _ »*»^**

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl