De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 8 september pagina 10

8 september 1934 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

18 De Groene Amsterdammer van 8 September 1934 No. 2988 I j Spreekzaal Geboende kunstwerken Naar aanleiding van het artikel van A. Plas schaert over oude schildergen in de kunstzaal Kleykatnp ontvingen wij cenige ingezonden stuk ken die wij niet alle kunnen plaatsen. Een daarvan, dat van den besproken kunsthandel, mecneu wij, eenigszins verkort, te moeten laten volgen: Er zou voor ons geen bizondere aanleiding bestaan aan de critische slippertjes" een kenschetsender woord weten wij er niet voor te vinden van den heer PI. een woord te verspillen, wan neer hij zich tot een zooveel mogelijk objectieve critiek had bepaald en er geen persoonlijke aange legenheid van had gemaakt, in een betoog, door spekt met maar al te doorzichtige insinuaties, waarvan wij hem tarten er ook maar n waar te maken. Wij verklaren hier openlijk, dat wij voor de consequenties hiervan ook maar geen óógenblik terugdeinzen. Er zijn hier geen voor den bezitter aangename vergissingen" gepleegd.... deze be wering is eenvoudig een impertinentie ! Wanneer de heer PI. beter op de hoogte was van de dingen, waarover hij met zooveel autoriteit vermeent to moeten schrijven, dan zou hij hebben geweten wat iedere insider weet dat de meeste van onze schilderijen terug zijn te vinden in den wei bekenden catalogus van Smith, terwijl wij den eventueelen bezitters de beste waarborgen bieden, welke men hun menschelijkerwijze bieden kan, n.l. de expertises van dn op het óógenblik het best daarvoor aangeschreven levende kenners. Die aanval glijdt dus volkomen langs ons af, maar raakt des heeren Plasschaert's collega's, voor wier integriteit wij niet behoeven op te komen, daar zij best in staat zijn zich zelf te Verdedigen. Wij merken op, dat wij ons, wat dit betreft in bét beste gezelschap bevinden. Alleen meenen wij, nu wij er de gelegenheid toe hebben, op te moeten komen voor wijlen Dr. Hof stede de Groot, een Europeesche vermaardheid, die niet meer in staat is zich te verweren en die zich niet alleen door zijn nog steeds door kenners druk geraadpleegde werken een plaats heeft weten te veroveren in de kunsthistorische litteratuur, maar die zich ook een onvergankelijk monument heeft gesticht in liet kunsthistorisch archief, dat binnen kort een plaats zal vinden in het nieuwe Haagsche Gemeentemuseum.' waarin hij de resultaten van een leven van noesten spoor/oekersarbeid heeft neer gelegd, een onuitputtelijke -bron voor verdere historische onderzoekingen* PI. heeft het over schoon geboende schilderijen en doet hét voorkomen, alsof heel de collectie schoon gepoetst en van,haar bestorven" luister zou zijn ontdaan.... Maar melieve, er bevinden zich maar drie (zegge ) op deze gansche tentoonstelling van ruim honderd stuks, die van al te hinderlijke boven lagen vuil ontdaan en opnieuw geconserveerd zijn, heel voorzichtig. En onder die drie bevindt y.ich ook de door hem /oo geroemde Rem brandt... . De met 700\eel psycho-analytisch flair opgeioepen boe nende huismoeder bestaat dus alleen maar in uw eigen verbeelding. PI. heeft het verder over een ongeregelde" collectie.... voelt men de insinua tie ? Maar wij maken er op attent, dat niet wij, maai de heer Plasschaert den bona l'ide Hollandschen kunsthandel verlaagt tot een uitverkoop van onge regelde goederen.... Daartoe behoort dan, als wij het wel hebben: de Titus van Rembrandt, de Lachende Man met Bierstoop' van Hals, Jan Steen's Soo de ouden songen", daartoe behooren de Jacob en Salomon van Ruysdaels, d$ Aert.van der Xeer, de Van Goyens, de d'Ilondecoeters.... daartoe behooren nog tal van andere meesterwer ken, die wij verwierven en> die eenmaal deel uit-, maakten van bekende collecties, als die van Z. M. Koning Willem II, Lord Ossory, II. L. Bisschoff, G. Leembruggen, G. J. Schouten, den Earl of llöve, de Graaf von Fessets, Graaf Kospoth, Graaf du KUNSTZAAL VAN LIER ROK IN 126 = AMSTERDAM DOORLOOPEND TENTOONGESTELD KUNSTWERKEN VAN JONGE HOLLANDSCHE EN BUITENL. MEESTERS Chastel, Chevalier Francoty, John Smith, Lady Wantage, Earl of Crawford and Balcares, Six.... en tal van anderen. Behoeven wij er nog meer te noemen ? En al deze schilderijen zijn herhaaldelijk ten toon gesteld geweest op historisch geworden tentoon stellingen, in bekende musea; zij zijn onderzocht door de beste kenners en beschreven in kostbare werken, die in alle nationale bibliotheken ter inzage liggen ! En zulke meesterwerken noemt de heer Plasschaert want dit wil zijn insinuatie toch /eggen ongeregelde goederen? ' Fa. D. KATZ Mozart's blijmoedlgheid In Uw artikel over het optreden van Gerard Hengeveld in het Kurhaus, in de Groene Amster dammer" van 25 Aug. j.l. schrijft u, naar aanleiding van het concert in A-dur K.V. 488 van Mozart, dat scherts en blijheid dit concert karakteriseeren". Met uitzondering van het Andante klopt dit ook wel. En vervolgens: Bovendien compo neerde Mozart het in 1780, in de beginperiode van levensblijheid, die aanving na de uitvoeringen van Figaro's Hochzeit." Naar aanleiding hiervan stel ik F. S. de volgende vragen: i°. Is het u bekend, dat het concert in A-dur door Mo/art werd voltooid 2 Maart 1786 (zie partituur Wiener Philharmonischer Verlag 58) ? Is het xi bekend, dat Mozart het concert in c-moll (K.V. 491) voltooide op 24 Maart 1786 (zie partituur \V. Ph. V. 57) ? Acht u dit concert ook een uiting van de bovengenoemde levensblijheid? Is dit niet eerder een bewijs, dat in zijn latere jaren er heel weinig verband is tusschen M.'s particulier leven en zijn werken, daar hij immers direct na het concert in c-moll weer genoeg levensblijheid had, om de ,.Figaro" te schrijven? Wijst ook de gelijktijdige conceptie van de Symphonieen in g-moll (K.V. 550) en C-dur (K.V. 551), die ' naar aard en karakter zeer uiteenloopend zijn, niet in deze richting? 2°. Is het u bekend, dat de eerste opvoering van ,,Lc nozze di Figaro" plaats had op i Mei 1786 (zie partituur Eulenburg yiö, pag. VII, inleiding van Hermann Abert) ? Vindt u het niet op zijn minst merk waardig, dat het A-dur concert geschreven is in een periode van levensblijheid, die het gevolg is van op voeringen, die twee maanden later gegeven worden? M. H. FLOTHUIS Jr. i ?» x. Ten opzichte van de data heeft de inzender volkomen gelijk. Doch uit het vermaarde werk van dr. Robert Haas: Wolfgang Amadeus Mozart (Akademische Veiiagsgesellschaft Athenaion) blijkt echter dat 1786 een gelukkig jaar voor den com ponist is geweest, waarin hij zich waarlijk blij moedig gevoelde. En verder: Sein Beliebtheit im Wiener Konzertsaal dauerte das ganze Jahr 1786." Hij voelde zich gelukkig. Na het genoemde c-moll concert van dat jaar, volgt het c-dur (503) van i December, dat met het voorafgaande weer in tegenstelling is. De meening over de al of niet levensblijheid van het c-moll concert is persoonlijk. Dat het concert in mineur is geschreven zegt niet alles; men kan dit voelen als een levensblijheid in een anderen vorm dan die uit K 488 A dur. (Zie ook verder in bovengenoemd werk blz. 128 e.v.). In 1787 echter veranderde zijn stemming. Hij schreef toen aan zijn vader: Der Tod ist der wahre, beste Freund des Menschen". Kort daarop stierven ook zijn vriend graaf August Hatzfeld en zijn vader. F. S. De boekenlijst Ieder jaar, Maart-April, wordt de brievenbus van den leeraar, de tafel in.de docenten-kamer, overstroomd met present exemplaren. Leerboeken voor Fransch, Duitsch, Engelsch, Nederlandsch, Wiskunde, Natuurkunde, Aardrijks kunde, Scheikunde, Plant- en Dierkunde, Boek houden, Handelsrekenen en wat dies meer zij, komen zich aandienen. Dr. Zoo & Zoo heeft gemeend de bestaande reeks te moeten uitbreiden, aldus in een bestaande belxoeftévoorziend. Dat deed Dr. Zoo & Zoo en Dr. Zoo & Zoo en Dr. Zoo & Zoo. En zoo deden ze allen. Dr. Zoo & Zoo geeft les aan de U.B.S. en op de boekenlijst van die school kan men zijn leerboek" aan treffen. Op de boekenlijst van de andere H.B.S. in dezelfde stad deugt natuurlijk dat boek niet en het boek van den anderen Dr. Zoo & Zoo staat er óp, enzoovoort, enzoo voort. Es ist einmal so hergebracht en vader en moeder vinden 't wel goed. Voor de opvoeding van hun ?spruiten is hun niets te kostbaar. Homerus' Odyssea, Xenophon's Anabasis. The Merchant óf Kurhausconcerten Weatmiiuterkoor, Palestrlnakoor, en eenlge inwijdingen. Het Wesfcminster Koor is op bezoek geweest. Van waar en waarvoor alle hooggespannen ver wachtingen en reclames kwamen, blijft raadsel achtig. Een weinig talrijk publiek heeft geluisterd naar dit gemengd a-capella-koor, bestaande uit negenendertig dames en heeren, onder leiding van dr. John Finley, dat mooi, degelijk en knap ge zongen heeft met zeer vele fraaie stemmen (in de sopranen en de bassen). De samenwerking was voortreffelijk, dr. Finley dirigeerde zuiver en rustig maar een bezieling, een grootschen indruk, vermochten noch het werk van da Vittoria (Mag num Mysterium) noch dat van Bach te maken. De negro-songs, die ook nog op het programma stonden, lagen het koor veel minder goed, met het oog op den aard en de intonatie. Maar het geheel kon toch met ingenomenheid worden aanvaard doch het was alleen maar heel prettig" om naar te luisteren. Aan het slot heeft dr. Finley een krans en het koor een geestdriftige ovatie in ontvangst genomen, waarop het met toegiften heeft geant woord. Een avond nadien is het Amerikaansche koor verwisseld met hét Hollandsche Palestrina Koor, onder leiding van Jos. Vranken, dat in een pro gramma Was ingelascht, dat Wegens talrijkheid en Verscheidenheid van werken er een van do Rotterdamsche Philharmonie kon zijn. Na een keurige uitvoering van Sinfonia in bes dur van Bach door het Residentieorkest Werden voor het eerst eenige prachtige lyrische madrigalen van Palestrina door het gelijknamige koor ten gehoore gebracht, van welke oh, che splendor", het meest glansrijke en wat uitvoering betreft fijnste en gevoeligste van den avond was. Niet zoozeer dooi de fraaie stemmen dan wel door de innerlijke saamhoorigheid en de leiding van Jos. Vranken, zijn deze liederen,, alsmede motetten van Middeleeuwsche Nederlanders: Anton Fe vin, Nicolas Gombert en Clemens non Papa zeer tot hun recht gekomen. Buiten verwachting was het zeer geslaag de samenspel der twee trompetten, twee hoorns, drie bazuinen en een tuba, welke het voor hen geschreven sonate pian e fortc van Gabrieli gevoelig naar voren brachten. Van Georges Migot stond de eerste uitvoering geboekt van twee preludes voor orkest. R a vel's grootheid heeft n nadeel, dat zij nagevolgd wil worden. Dit heeft Migot, overigens leerling o. a. van d'Indy, getracht en deze poging heeft geen gelukkig resultaat gehad. Sater, een dansspel van Henk Citroen, werd eveneens ingewijd. Wat jammer, dat de heer Citroen alleen maar graag gewild had, dat hij door den Sater van den heer Hugo A. van Mens gegrepen was. Het heeft niet zoo mogen zijn. Hij heeft alleen misleid door enkele technisch zwakke bokkesprongen. Daarbij is het gebleven. Het vioolconcert in D. gr. t. op. 33 van Tsjaikofski door Ruth Possel gespeeld was na dit alles tot slot een ware verademing. ' F. -S. Venice, les précieuses ridicules. Wilhelm Teil worden 25 X uitgegeven, telkens weer van ver klarende" aanteékehingen voorzien en altijd weer getrouwelijk van den voorganger gecopieerd. Zoo is Nederland. En niemand doet een mond open. 't, Is de school nietwaar en van de school blijft men beter af. Je kunt nooit weten, de leeraar zou 't eens op je kinderen kunnen verhalen. Denkt u zoo niet allemaal oen beetje, brave vaderlanders? Maar ge hebt toch allemaal yoozeer den mond vol van bezuiniging? Waarom wilt ge dan niet bijv. ook op de schoolboeken bezuinigen? Als gij de Max Havelaar wilt lezen, is het dan noodig dat hij in 'n stuk of wat verschillende tütgaven ver schijnt? Kan men niet, zooals het schriftelijk eindexa men uniform verstrekt wordt, ook het algebra leerboek uniform voorschrijven, of de vadeflandsche geschiedenis of Goethes Faust? Als wij liet woord Gleichschalten zoozeer vreezen, kunnen wij dan het begrip niet op Vaderlandschor_wijze propagéeren? ? *i De dwaasheid signaleeren is nog niet haar uit de wereld helpen. Maar gesignaleerd dient ze te worden. ' LEO STRAUS. No. 2983 De Groene Amsterdammer van 8 September 1934 Croquante croquetjes Alida Zevettboom Ik ben lid geworden van 'de Oranje Garde. Dat vind ik noodig. Dat kun je niet meer alleen aan" de mannen overlaten en ik heb de eerste exercitiën meegemaakt. ,.Pink op de naad van den rok! Kop-hup! comman deert domino", borst-vooruit ! buik-in! Markeer de pas! Marsch !" Gelukkig dat ik jaren geleden kennis had aan een tamboer-majoor u moet hem nog wel gekend hebben uit den tijd dat er op Konings verjaardag nog een parade in Amsterdam gehouden werd in de Plantage Middenlaan en later gingen wij naar de Ceintuurbaan omdat de kolonel daar een kennis had wonen die steevast in haar rose peignoir op het balcon kwam om bij het saluut van het vaandel een buiging te maken. Een prachtman om te zien, die tamboer-majoor, en als ik er nog aan denk hoe hij zijn .staf in de hoogte gooide, draaien liet. en weer opving, dan kan ik er nog kippevel van krijgen en royaal als het op de consumptie aankwam ! En muzikaal! Hij floot met zijn tanden op elkaar het ,.Wien Neerlands Bloed" en ..Lieve Schipper, vaar me over" en nu hebben wij van de week voor generaal Snijders gemarcheerd en hij inspecteerde ons en ik heb angst gezweet, dat mag ik nu wel zeggen, want toen de generaal nog vijf meter van mij vandaan was. voelde ik dat mijn jarretel los schoot, zeker van de schrik, en ik voelde dat mijn kous begon 'af te zakken, maar gelukkig kijkt de generaal niet zoo heel scherp meer al heeft hij nog een arendsblik ondanks zijn tachtig jaar en het liep alleen af met een schrobbeering van dominédien het niet ontgaan was, want die let op alles. Het goed-zittende oranje-hemd staat me heel goed, zegt meneer Stiefstra al draagt die een zwart hemd in het stiekeme en het is toch ook wel prettig te weten.dat. als het land in gevaar komt, wij klaar staan. Ik sta nu alleen nog maar met een vlag in mijn hand in de krant maar een pot kokende olie zou ik net zoo goed als Kenau Simons Hasselaar kunnen hanteeren, want ik heb eens een jongen kerel, die het me in de keuken bij mevrouw zaliger lastig maakte, een ketel kokend water naar zijn hoofd gekeild en het was bijna raak ook geweest. Waarom zouden wij vrouwen achter het spinnewiel blijven zitten als de mannen er op uit trek ken ? Heldenmoed beteekent tegen woordig niets meer en kan een vrouw zich niet nog beter verbergen dan een H. V. Insulaire Hypotheekblt te ZIERIKZEE. Uitgifte van 4%Pandbrievenè100% Uit het kladschrift van Jantje man en wie verdraagt beter pijn. een man of een vrouw? En als Oranje Garde zijn wij ook naar de vlootdemonstratie voor Scheveningen ge weest en dat was prachtig, dat moet ik zeggen. Daar lag onze vloot vlak bij de pier, net op de plek zoowat waar meneer -Stief stra toen ik van het voor jaar met hem in Schevoningen was op pietermannen heeft staan visschen en wat verderop, lagen de onderzeeërs maar zij waren ondergedoken en je kon ze niet zien, wat goed gezien was van den admiraal want waarvoor is het anders een onderzeeër en ik had minister Deckers nooit anders gezien dan op een plaatje maar hij viel erg mee en mooi dat hij sprak en populair als hij is want om me heen noemden 'ze hem de Kleine Korporaal", net als Napoleon want hij is in Kampen korporaal geweest, schijnt het, en zoo ziet u dat hij, net als Napoleon. de maarschalkstaf in zijn ransel had. zegt meneer Stiefstra en dominézegt, datals wij stevig in den pas marcheeren, de hoogste militaire eer voor ons van de Oranje-Garde -ook is weggelegd en dan bedoelt hij het sneuvelen voor het vaderland maar daar voel ik me toch wel wat te oud voor dat is beter voor het jonge goedje want ik sterf, als ik dan toch sterven moet, liever in mijn-bed dan in de modder of in een gaswolk en weet u wat ik nog maar niet begrijp dat wij in Amsterdam nog geen gasoorlog gehad hebben. Ik weet wel dat er indertijd tusschen de gasfabriek van de Imperial" en de gemeente nog al oorlog geweest is want wijlen meneer was aandeelhouder van de fabriek en ik hoorde er nog al wat over als ik tafeldiende en er gasten waren die ook aandéeltjes hadden want de gemeente zei dat de fabriek meer wind dan gas door de pijpen blies en er scheen een wethouder bij geweest te zijn die aan de Imperial" de concessie gaf en , daarna er directeur van werd als belooning en zulke dingen zie je tegenwoordig toch maar niet meer. Nu krijgen de wethouders als beloo ning een mooi pensioen en als er een het verdiend heeft dan dokter Vos, maar waarom heeft hij de heele week. geen kik gegeven ? Ik zie niets dan dien dikken meneer Kropman in de krant staan en dan ontvangt hij da roode bakkersgezellen en dan de kleinhandelaars en dan den midden stand en waarom hij en nog eens hij en dokter Vos niet ? En wat hebben de socialen tegen hem te keev gegaan omdat hij een stuk of wat scholen sluit omdat er geen geld is. Aan wie de schuld dat ze mijn personeel^ alweer hebben opgeslagen en ik hoor dat het met de inkomsten denzelfden weg opgaat en alsmaar meer opcenten. Dat vind ik ook zoo'n hatelijke uit-' drukking van de heeren van de Financiën, dat ..opcenten", want het is altijd een kwestie van guldens en rijksdaalders en nooit van centen en wil u wel gelooven dat ik er flauw om mijn hart van ben geworden toen ik in de krant las dat minister Oud terug was van zijn vacantie ? O. o, wat zal ons nu weer te wachten staan ? Als minister Marchant wat doet dan kost het geen geld, behalve dan natuurlijk als hij aan het bezuinigen gaat en minister Deckers moet ook heel goed koop in de kost zijn, zegt meneer Sfciefstra want vroeger las je om den haverklap dat de petten of de uni formen vari de soldaten veranderd waren en ik ben er eens door al dat verander erg ingeloopen want ik zou uitgaan dien avond met een marinier en ik had in het halfdonker met hem afgesproken en hem niet goed gezien maar hij had een erg.lieve stem, wat nog al vreemd was in een marinier, en den volgenden avond dacht ik dat ik met hem op stap was en het was, wat ze een bpkkepoot, een gewone infanterist, noemen en waardoor? Door een uniform-verandering waar van ik niet wist! En hoelang loopen nu onze infanteristen al niet met dezelfde pet en in dezelfde kleur van uniform ? En is ons leger er minder or/i ? En nu hoop ik maar dat ik de vijf duizendste bezoekster van de Almitento ben, dan krijg ik, geloof ik, een tweézitter en dan leer ik nog auto rijden óók, dat beloof ik.u. Waar de Middenstand al niet goed voor is en dan zijn er lui die hem met alle geweld weg willen hebben !.. .. Verwijdert bruinen tondaonslog. Grammofoonplaten Van Greia Keiler Momenteel vertoeft Greta Keiler, een ster van de Amerikaansche en Britsche hroadcast in ons land. Greta Keiler is. een oude bekende, van de verzame laar» dor zwarte schijven, vooral zij, die nog Ultraphoon-reconls bezitten, ?/uilen nog wel enkele van haar oudere opnamen bewaard hebben. Een zeer goede, hoewel oudeiv. opname is Decca F. 3502. Stormy- Weather. met op de keerzijde, de ontroerende song: Maybe I lovo you too much. * * * . Het schijnt, dat haar voordracht zich in de laatste jaren niet in stijgen de lijn beweegt. Tenminste, minder sterk is deze op Decca F. 3t>01. Hold me en. Lover en F. 5058, Easy conuv easy go en Don't let it happen again. Hetgeen bij het beluisteren van meerdere records opvalt is. dat haar voordracht op enkele punten sterke overeenkomst vertoont met die van Sophie Tucker. Met dien verstande, dat haar creaties niet zoo sterk schep pend, maar meer herscheppend zijn. Niettemin blijft het steeds een genot naar Greta Keller's donker gevolleerd geluid te luisteren en zoo doende mogen haar records ook in geen wel voorziene discotheek ont breken, omdat zij naast Sophie Tucker zonder twijfel een der meesteressen van de hot song is.' ' .' . ' ' ' S. ? De oogen van Amsterdam kij ken door een bril van Schmidt J. M. SCHMIDT, opticien, RoUm 72 .T. iWT 'M

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl