De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 29 september pagina 5

29 september 1934 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

u. 12 *' ' 8 De Groene Amsterdammer van 29 September 1934 N o. 2991 Onstoffelijkheid der menschelijke ziel HET VIJFDE INTERNATIONALE SPIRITU' ALISTISCHE CONGRES TE BARCELONA De rc-lnrarnaticlccr Hoewel ik niet ten volle onderschrijven wil hetgeen een der bekendste Engelsche bladen over dit Congres vermeldde Barcelona Conference a fiasco" zoo kan ik toch niet ontkennen, dat er vele grove fouten vóór en gedurende het Congres gemaakt zijn. Deze fouten waren weliswaar veelal van organisatorischen aard. Meer dan 31? landen waren vertegenwoordigd met uitzondering van Duitschland. De Duitscue delegatie had een schrijven gezonden waarbij zij mededeelde niet aan het Congres te zullen deel nemen, in verband met het feit. dat de overige landen in de laatste tijden duidelijk blijk Ixadden gegeven het niet met de huidige politieke richting in Duitschlaml eens te zijn. Deze bij uitstek Duitsche mentaliteit is alleszins t'.'betreuren, daarliet in .Spanje gehouden Congres all'lerminst een poli tieke strekking; had. maar integendeel een nauwere verbroedering tussehen. de verschillende volken. een verbroedering gebaseerd op een wetenschappe lijke en ethische wereldbeschouwing, nastreefde. Het geheele Congres stond in het teeken der re-incamat ie'eor. De Littijhsche volken zijn allen bijn-i zonder uitzondering vurige aaiir liangers en volgelingen van de school van Allen Karde-..' en Leon Denis en men trachtte op ? dit Congres coüte que coüte een resolutie door liet Congres als zoodanig' te doen aanne men, waarbij de F.I.S. (Fédération Interna tionale Spiritualiste) zich vóór het dogma der re-incarnatie zou verklaren. De Amerikaansche. Anglo-Saksische, Zuid-Afrikaansche en Nederlandsche afgevaardigden daarentegen hebben zich met alle kracht tegen het aan nemen van deze resolutie, verzet en zelfs ge dreigd uit de Internationale Federatie te treden, indien deze de re-incarnatie als een vaststaand wetenschappelijk bewezen feit zou aannemen. Ten slotte werd een uitweg uit de impasse gevonden, door een resolutie aan te nemen. waarbij ieder land vrij gelaten werd zich een eigen meening over het probleem der re-incarhatie te vormen. Tevens werd besloten een permanente commissie in te stellen teneinde dit vraagstuk te bestudeeren. Discussies tot diep in den nacht Het verschil tussehen de opvattingen van het Spaansche Spiritualisme en die van de noordelijke landen en Amerika kwam op dit Congres wel zeer sterk tot uiting. Daar waar in Nederland, Amerika, Engeland en in de Scandinavische landen het spiri tisme is gebaseerd op een empirisch onderzoek der supra-normale verschijnselen, putten de Spanjaarden hun kennis der occulte phenomeaen bijna uit sluitend uit de literatuur. De philosophie van het occultisme vervult bij de Spanjaarden de plaats, die bij ons het empirisch onderzoek inneemt. Mediums zgn in Spanje zoo goed als onbekend en hét is merkwaardig hoe zelfs de ontwikkeling van het mediumschap in Spanje wordt tegengegaan. Het ia tevens zeer opvallend dat ook politieke stroomingen en richtingen in het Spaansche spiri tualisme een groote rol spelen. Gelukkig komt iets dergelijks in Nederlandsche spiritische Vereenigingen nog niet voor. Er waren twee groote secties, n.l. de weten schappelijke sectie en de sectie Voor philosophie en propaganda. Uit eenige honderden afgevaardigden werd voor beide secties een Nederlander als secre taris gekozen. Er vonden eindelooze discussies plaats. De Span jaard hoort zichzelf schijnbaar gaarne praten. Vandaar dat de vergaderingen dikwijls onnoodig gerekt werden. Hierbij komt nog, dat de Spanjaard ieder gevoel voor punctualiteit schijnt te missen. De bijeenkomsten vonden veelal des avonds om tien uur plaats, tenminste was dat uur op het pro gramma aangegeven, maar men kon tevreden zijn als de zitting dan om elf uur, half twaalf begon. Het gevolg hiervan was dat ook al in verband mot de rederijkheid onzer gastheeren, deze bijeenkom sten tot diep in den nacht voortduurden. Mijn vrienden en ik hebben ons dikwijls afgevraagd ..wanneer slaapt de Spanjaard eigenlijk". Men dineert 's avonds om negen uur. De theaters be ginnen om tien uur, half elf en om twee uur, en drie uur des nachts zijn de restaurants en café's nog even vol als midden op den dag. De gastvrijheid waarmede de congressisten dooi de autoriteiten en de bevolking ontvangen werden verdient allen lof. 3 Let gemeentebestuur had ver schillende festiviteiten georganiseerd en bij het banket, dat aan hot einde van het Congres werd aangeboden, was do regeering eveneens vertegenAvoordigd. Verschillende voordrachten Dr. Envique Calvet. professor te Tarrasa hield een verzurgde voordracht over het onder werp ,,moderne wetenschappelijke methoden oni de supra-normale verschijnselen te bestu deeren." Hij wees daarin speciaal op het groote gewicht van de infra rondo stralen waardoor het o.a. mogelijk is photographieën in het donker te maken. De heer Molino trachtte de re-incarnatie langs zuiver weteixschappelijken weg aan te toonen. en. hield een lang betoog, waarin liij wel vele feiten opsomde die op het eerste gezicht de re-incarnatie zouden bevestigen, maar die m.i. toch geenszins liet wetenschappelijk bewijs daarvoor leverden. Ondergeteekende heeft de proeven van Dr. Watters behandeld, n.l. het photographeeren van het intra atomische, of beter liet photographeeren van <le losmaking van een astraal lichaam uit het stoflichaam op het stervensmoment, in verband met de mechanistische en vitalistische opvat tingen die omtrent het begrip wat is leven" bestaan. Het is mij mogen gelukken de aanwezigen aan de hand van photographieën van dit astrale lichaam, opgenomen met behulp van de Wilson Expansion Chamber te kunnen overtuigen, dat bij den dood een astraal lichaam uit het stof lichaam treedt. Dr. Humberto Torres hield een zeer interes sante voordracht over Spiritualisme en Socio logie," waarin hij de waarheid van de Spiritische hypothese aantoonde langs zuiver wetenschappelijken weg, als het noodzakelijk gevolg- van het levensbeginsel. Buitengewoon veel belangstelling bestond er voor de voordracht van Dr. Fred. Wood. Deze gaf een beschrijving van zijn seances met het Engelsche medium Rosemary. De controle van dit medium is een Egypti sche die 3300 jaar geleden leefde en dïe door het medium de juiste uitspraak van verschil lende oude Egyptische woorden doorgegeven heeft. Het merkwaardige is dat Egyptologen van naam de uitspraken van Rosemary inder daad als zijnde de juiste heeft bevonden. Dit geval heeft in kringen van Egyptologen groot, opzien gebaard. . , Niettegenstaande de vele fouten die aan de. or ganisatie van dit Congres te wijten waren, heeft dit vijfde Internationale Congres ten slotte toch bewezen de waarde die de geheele wereld in steeds grootere mate hecht aan de supra-normale verschijnselen; het heeft bewezen dat ook de officieele wetenschap steeds meer ? belangstelling be gint te koesteren voor dat machtige probleem dat de geheele menschheid interesseeren moet ..van waar, waartoe, waarheen". Beeldhouwkunst Kulturgeschichte Griechenlands, Jctcob liurckhardt. I'aul Aretz Verlag G.m.b.H., licrlin 1934 Steeds overstroomt het buitenland, vooral Duitschland. ons met lijvige, fraai uitgevoerde, prachtig gebonden, maar niettemin zeer goedkoope boekwerken. Begon Phaidon- Verlag er mede, thans in hetzelfde formaat wordt mij uit Berlijn van de Aretz-Verlag de Kulturgeschichte (irienhenlands" van den bekenden kunst-historicus Jacob Burckliardt toegezonden. In n band wordt [de -1-deelige Grieksche kuituur-geschie denis aangeboden, iil.. I. Staat und Nation, II. Beligion und Kultur, III. Kunst und Wissenschaft, IV. Der hellonische Menscb. In 1180 pagina's zgn die deelen samengeperst. De Grieksche beeldhouw kunst begint in den laatsten tijd weer in de belang stelling te komen van den tegenwoordigen mensch. En terecht, want mijns inziens begint men eerst nu een juist inzicht te krijgen van deze prachtige plastiek die in het neo-klassieke tijdperk van plus minus 1800 met de beeldhouwers Thorwaldsen en Canova niet in Iiaar volle diepte werd doorvoeld maai» alleen eenzijdig bewonderd aan den buiten kant om de uiterlijke vormenschoonheid alleen. Wat er achter den plastischen drang en vormenspanning oor/akelijk aanwezig is, begreep men niet on dat verklaart wel dat de Grieksche kunst zoo zoetsappig werd vereerd en nagebootst en later zelfs moer gehaat dan gestreeld werd. Zoo 'kwam deze 'fonkelende en lichtende zuidelijke kunst in discrediet. Na de uitgave van Winkelmann. voor een deel volledig, komt heden volledig Burckbardt 's uitgave. Een alzijdig overzicht der Grieksche samen leving wordt gegeven van het Koningschap. Spai-ta en. do tyrauuen' af tot den Hellenist i.schen nieusch. Als titelplaat is genomen de fijne archaïsche figuur Artemis uit het Nationaal Museum te Napels. Ik ken bijna geen loopende figuur, die inderdaad zoo prachtig en rustig van beweging is. een gaan dat te vergelijken is met den Johannes van llodin. lïet'ls' een klein figuurtje dat ieder wel opgevallen moet zijn die het Napelsche museum bezoekt. Jammer (gelukkig niet óp de foto te zien) is het beeldje scheef opgesteld door ongevoelige restauratie. Als men er vlak voor staat, ziet men deze grove fout dadelijk wanneer men gevoel heeft voor het statische en een beeld houwer ziet dit onmiddellijk. De tweede foto is evenzeer van een bijzonder beeldhouwwerk uit den vroegtijd der Grieken, een meisjesfiguur dat op de Akropolis heeft gestaan bij het beroemde Parthenon te Athene. Verder zijn er vele beelden opgenomen uit het Britsch Museum te Londen, zoo'dat wij niet telkens den inhoud van het Vaticaan voor oogen krijgen. Trouwens wat heel begrijpelijk is, omdat men de echte Grieksche kunst niet in Rome moet gaan zoeken maar in andere steden van Europa zooals Londen. In Rome vindt men op enkele loffelijke uitzonderingen na als de archaïsche kunst op het Kapitool en denVenustroon in het Nat. Museum, uitsluitend de Romeinsch Hellenistische kunst, die onder het Romeirsche regiem dus ontstaan is. Een prachtfiguurtje is o. a. de dansende Aphrodite uit; Londen en de Olympische wedloopster. Ook vele afbeeldingen van vazen niet prachtige teekeningen zijn opgcromen uit het Berlijnsche Museum en uit München. Zij, die willen doordringen in de Griek sche kunst, zullen verrast zijn bij het zien der streng gestijlde archaïsche sculpturale beelden en de beroemde naturalistische vleezige Antinous figuur uit lateren tijd uit het Vaticaan te Rome. THEO VAK REIJN De mensch van deze tjjden stelt zich niet langer tevreden met een dor religieus dogma. Het oc cultisme in het algemeen, het Spiritisme in het bijzonder is tot een wetenschap geworden, waardoor voor den steeds zoekenden, en voor den steeds vorschenden mensch nieuwe wereldaspectea ge opend, nieuwe horizonten ontsluierd worden. Het Congres te Barcelon» heef t velen zoekenden een nieuwe levensphilosophie geschonken. H. P. VAN WALT ;»,' r >' i- '-? ;? -mg. Rondtrekkende patrouilles in de opgelvóken straten van de Jordaan Is het rustig in de Jordaan? IN HET HART VAN DEN JORDANER LEEFT DE WROK, IN JULI 1934 DAARIN GEBOREN, VOORT Juli 1934 De Jordaan is in opstand. De bewoners hebben er hun armoedige woningen verlaten en zijn afgedaald in de straat. De overheid moest ingrijpen. In een goed geordenden staat moet de discipline gehandhaafd blijven, en de wet geëerbiedigd ! ?Gepantserde auto's langs de trottoirs; mitrail leurs boven op de stadspoorten; rondtrekkende patrouilles door de opgebroken straten; geknetter ?van schoten weerkaatst tegen de nauwe huizenwanden. Het gezag is hersteld geworden. De .wet heeft gezegevierd. Lang nog na de onlusten heeft zij haar macht doen voelen. Er zijn verooi-deelingen uitgesproken tegen de opstandigen. de ontevredenen: vier, zes, negen maanden. In de Jordaan zegt men algemeen dat enkele der ver oordeelden niets met den 'heelen opstand te maken hadden. Het is niet mijn taak te onderzoeken of hier om echt geschied is, ja dan neen. Ik ga hier rond A!S reporter en neem de indrukken in mij op die ik nier krijg, of breng aan het lezend publiek de ?woorden over welke men hier uitspreekt. ' De Jordaner zélf berust oogenschijnlijk. Er leefden en er leven nog menschen in ?de Jordaan, die langzaam van gebrek omkwamen. ?Tot zjj het plotseling moe werden, en er de voor keur aan gaven te vechten in de hoop op een ver betering van hun toestand. Een hopeloos gevecht !. Enkelen zijn gevallen. Hun dood heeft vrede ?en rust gebracht. Echter geen bevrediging! September 1984 Nauwelijks drie maanden later. Luxe auto's komen uit alle richtingen der stad gereden naar de Jordaan en houden stil voor de cabarets. In de Egelantierstraat zwaait DéKalkhoven ?den cabaretiersscepter bij Bleeke Bet. Het publiek ^stroomt er binnen en giert er van het lachen. De Jprdaners brengen er hun eigen liedjes, en Freddy ?de Ruiter is er de opkomende ster, die morgen ?wellicht zal schitteren in een grootschere theateromgeving. Een weinig verderop het oudste cabaret der wjjk, dat van de helblonde Tilly Kalkhoven. Geen plaats is er onbezet. Tot tegen de muren staan de 'bezoekers gedrongen. De oude refreinen worden ?door het publiek uitgebruld. Daisy, Daisy...." Ik voel er mij ineens veertig jaar jonger. Muziek van piano, van harmonica, van radio overal. Bart' Volkers, de zingende kellner, galmt zijn liederen door de zaal bij Verbrugge. De Jordaners staan gedrongen voor de deuren der cabarets, om te zien wie er in- of uitgaat. .Enkelen, de bevoorrechten, gaan er zélf binnen en drinken een biertje aan de toonbank. Voor de> hoog opgeschoven ramen volgen de vrouwen het drukke verkeer in den laten avond. Alle bezoekers zijn welkom, goen wordt er ook maar in het minst gehinderd. En Amsterdam is tevreden. Zooals Parijs de caveau's der Halles had, Londen zijn Chinatown. en New York zijn negerwijk Harlem, zoo heeft thans Amsterdam zijn Jordaan. de volksbuurt waar de perversitèit van den stadsbewoner het dol vermaak verbindt met de armoede der om geving. Maar noch cabarets, noch nachtelijk gefeest ontnemen den Jordaner de herinnering aan de, voorbije dagen van Juli, of leiden hem af van zijn tegenwoordig bestaan. Dit bestaan is niet benijdenswaardig. Het is zelfs in vele gevallen deern iswekkend. Verborgen misère Ik heb er verborgen misère gevonden, die ik dacht dat slechts het deel was der groote wereld steden. Ik heb er woningei? gezien, een kamer onder de dakpannen waar de zon door de kieren speelde en waar straks de regen zal instroomen wanneer het echte slechte jaargetijde zijn intrede doet. De ellende in de Jordaah i? niet denkbeeldig. Zij bestaat. Even goed als er bij de Jordaanbewoners genoeg trots bestaat die misère 'te maskeeren, ze te verbergen voor den vreemde, die hun wijk bezoekt. Eén ding treft den bezoeker hier onmiddellijk: de gemoedelijkheid welke den Jordaner eigen if ? En. juist deze gemoedelijkheid, deze vriende lijkheid doen mij veronderstellen, dat de Jor daner voor rede vatbaar is. dat het niet zoo moeilijk moet zijn hem tevreden te stellen, omdat zijn eischen niet zoo hoog zijr, omdat hij zélf in den grond van zijn eenvoudig hart genoeg rede bezit niet het onmogelijke te eischen. Wanneer echter het geduld van een lijdzame natuur raakt uitgeput, staat deze open aan alle invloeden. Vooral aan de slechte. Er zijn politieke partijen die zulks weten en er hun voordeel meedoen. Des te erger voor de andere partijen indien zij daar niets tegenover stellen. De Jordaner is niet bevredigd. , Hu heeft zich niet bij den toestand Voor 'het Jordaan-cabaret van' Tilly , Kalkhoven verdringen zich de be zoekers, waarvan velen mit auto's worden aangebracht. Eenige dagen geleden werden wij weder op pijnlijke wijze herinnerd aan den, dezen zomer, in de Jordaan uitgebroken opstand; de strafvervolgingen, tegen enkele verzetplegers en opstandelingen ingesteld, teerden berecht. Voor velen is deze opstand resds in vergetel' heid gzraakt; men is van oordeel, dat de rust in Amsterdam geheel ia teruggekeerd. Hel leek ona van groot nut en belang, vooral met het oog op den komenden winter, te onderzoeken in hoeverre deze rust zich tot het uiterlijke beperkt. Daartoe heeft Edouard de Nève, schrijver o.a..tan ,,ln den Strik", Aan den- loopenden tand", Kerels", en onze Saar-reportage, een onderzoek in de Jordaan ingetteld. Zijn conclusie luidt, helaas, dat de rust inderdaad slechts uiterlijk is. neergelegd. In zijn hart leeft de wrok, in Juli daarin geboren, voort. De ordemaatregelen en de veroordeelingen hebben hem voorloopig tot rust gebracht. Zij hebben hem niet doen berusten. En overal waart de onrust' door de buurt rond. De winter staat voor de deur. De winter, die een vermeerdering van ellende beteekent. Zal de Jordaan die ellende zonder meer accepteeren? Ik meen symptomen gemerkt te hebben, die erop wijzen dat vandaag of morgen een nieuwe on tevredenheid kan uitbarsten, erger en heviger dan in Juli, zwaarder van consequenties wellicht. En terwijl het broeit en smeult in de Jordaan. stroomt het Amsterdamsche publiek er te hoop naar de cabarets en vogue. Het wordt er ont vangen zonder misnoegen. Met genoegen zelfs. omdat alles wat zingt en vroolijk lijkt, den Jor daner in een goede stemming brengt. Michelangelo's inkeer tot zich zelven Wee mij ! die dacht nog jong te wezen, En zooveel jaren zorgeloos voorbij liet gaan. Des spiegels waarheid grijnst meedoogenloos mij tegen. Dwingt mij terug te zien op d'afgelegde wegen Wat deed ik met den tijd. mij toegewezen? Hoe moet ik. oudgeworden. verder gaan? Wie raadt mij. als berouw mij weifelend doet staan Wie zal mij steunen, zoo mijn krachten mij begeven? Mij zelf ten prooi gegeven. Zijn klachten, zuchten niet meer te verhooren; Ging. met den zóó verspilden tijd. ook niet mijn ziel verloren? Wee mij ! wee mij ! als ik blijf staren Op al die nutteloos verspilde jaren. Vind ik geen dag, die mij niet hield gevangen In eerzucht, ijd'le hoop, of ander aardsch verlangen. Door al mijn klagend minnen, al te vurig streven Is niets, wat mensch'lijk is mij vreemd gebleven En ver van 't eeuwig ware Verkeer ik in gevare. Dat, mocht mij langer tijd nog zijn gegeven, Mijn moede ziel den strijd heeft prijs gegeven. Ik dwaalde moede voort, niet wetend waar te landen. En vreezend, dat de niets ontziende tijd, Mij toonen zou, wat in den loop der jaren Ik, blind'lings gaand, mij zei ven dacht te sparen, Besefte ik niet, dat zóó myn ziel moest stranden Door 't zwakke vleesch verwonnen in den strijd. En, ben ik niet geheel mijzelven kwijt. Dan is het Godes wensch. Want ik, rampzalig menach, . Die 't kost'lijkst, wat hij had-niet kon bewaren Moet ik, o Heer i niet alle hope laten varen? (Metrische vertaling van C. M. Ritter-Landré). TIUY 1 II i v: 1'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl