De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 20 oktober pagina 2

20 oktober 1934 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

l 12 'l '*,* POINCARÉIKZEG OP- EN AANMERKINGEN UIT ONZEN LEZERSKRING AAX de Itomeinen hebben wij het Hecht te danken, de formuleering «Ier regelen IUK* zich het merisehelijk verkeer moet bewegen. Zoo bleef dit een tier pijlers van on/e cultuur. Dat deel der I.atijnsche traditie hebben de Fransehen voortgezet. Overal waar ideeën op komen die het uiterlijk van de mensehelijke samen leving wijzigen, krijgen zij in Frankrijk hun. beslag, hun formuleering. Zoo ontstaat daar de gecentra liseerde Staat, in die periode die wij naievelijk de Xieuwe Geschiedenis" noemen. Dit staats wezen, souverein in zich zelf, vindt zijn kern achtigste formuleering in de uitspraak van den Zonnekoning: ,,1/état c'est moi." Waarmee echter ook de leegheid van die formule wordt aangetoond. Nieuwe ideeën, idealen van vrijheid en sociale recht vaardigheid komen op. of worden, waar zij elders chaotisch waarneembaar zijn, in Frankrijk door Montesquieu en Housseau binnengehaald en verbreid. Opnieuw vindt het I^atijnsche juri dische instinct de voor dien tijd passende formu leering en de leuzen der Hevolutie zijn er evenzeer de vruchten van als de leerstellingen der Amerikaansche Constitutie. Zoo bewijst deze zin voor juridische formuleering dienst door de eeuwen; en nog heden ten dage blijft dit voor onze steeds groot er en ingewikkelder wordende menschenma-at schappij een onmisbaar fundament. IV Engelsehen mogen reeds een toentertijd voor anderen geheel onbegrijpelijke!! Habcns Corpus Act gekend hebben, de bescherming van den burger tegen willekeur en het besef tlat niemand aan zijn bevoegden rechter mag worden onttrokken, zijn begrippen dit* hun algemeene verbreiding hebben gevonden door de klaarheid der Fransche formuleering.' Het hooghouden van deze traditie, de onver zettelijkheid hierin, als ingewikkelde na-oorlogsche omstandigheden wel eens compromissen schenen te eisehen. dat was de verdienste van Poincaré. De geschiedenis zal hem hierin recht doen en gelijk geven. Hij kon deze houding kiezen en blijven verdedigen omdat hij zelf volkomen integer was, wars van onhoudbare vergelijken en groot van karakter. Met politieke kuiperijen liet hij zich nooit in, noch als parlementariër. nocli als minister, noch als staatshoofd. Hij was ruim genoeg van blik om zijn tegenstander Herriot, die tot aan den rand van Frankrijks bankroet partij-politiek gevoerd had. in zijn ..Kabinet tot redding van den franc"' op te nemen. Dit teekent hem beter dan alle biografische détails te samen. Persoonlijke vooroordeclen kende hij ? niet. Het samengaan niet .Herriot was geen handje-plak, het was: de handen in n slaan. Want van zijn vaste formuleering, het directe herstel van het financieel evenwicht, zag hij geen oogenblik af. Die zin. voor fornuileering was zijn uitgangs punt, zoowel in binnenlandjjch»' als in buil.-'nlatidschc politi-k'. Deze trek had hij gemeen met zijn broer, die niet alleen Minister van Oorlog was. maar ook een groot wiskundige en een der eerste Fraixseheu was die Einstein wist te 'waar deeren. De publieke .opinie, die. vooral in de beüór óeling der gebeurtenissen op het terrein der inter nationale politiek, vaak de lijn van den geringst en weerstand zou willen volgen, zag in hem een stijf?kop die zich na den oorlog niet wilde neerleggen bij de natuurlijke apaiseering der FranschDuitscho tegenstelling. Ten onrechte, lïedelijke concessies waren iets waar hij voor te vinden was mits de formuleering, de ruggegraat der ver dragen, onaangetast bleef. De concessie was voor nu, de ruggegraat der verhoudingen voor lani/er. Hq wist dit en verzette'zich tegen ieder, die dit uit het oog verloor. Op dit oogenblik is het moeilijk uit te maken, hoe het komt, dat de Fransch-Duitsche apai^ seering niet gelukt is. Voor mij zelf geloof ik. dat het niet het vasthouden aan de Fransche thesen is geweest, dat de Duitschers geprikkeld heeft. Want in den Briand-Stresemann-tijd werd de pacifi catie wel in Frankrijk, maar niet in Duitschland gewenscht. Stresemann is er verguisd. Wanneer nu de tegenstelling met den dag ern stiger wordt en cultuur en maatschappij zich daar door bedreigd zien, is er voor Frankrijk een funda ment, waarop het stevig gegrondvest is. en waar voor de geheele menschheid dankbaar zal zijh. Het werk van Poincaré. ? , K. De Nazi's zijn ,.an allem Schuld"! Zeer yeachte reilaciie, IK meen te moeten protesteeren tegen het beeld, dat uw medewerker Mr. M. Ka n n van den moordaanslag op Koning Alexander op hangt. Dit is een hoogst tendentieuse voorstelling van zaken. Zonder het eigenlijk te zeggen schuift hij de schuld van dit afschuwelijk bloedbad Duitsch land in de schoenen. Hij ziet daarbij overliet hoofd, dat hij heulemaal vergeet te, bewijzen, dat het ook de bedoeling van den moordenaar zou zijn geweest om Barthou neer te schieten. Alles wijst er immers op, dat minister Barthou een toevallig slachtoffer is. Dit is nu juist het punt, waarop zijn redeneering schipbreuk lijdt en ik zou het niet minder dan fatsoenlijk vinden, wanneer uw blad thans, nu het complot geheel is opgehelderd en vrijwel all« medeplichtigen geknipt zijn, een rectificatie zou geven. Niemand kan nit nog langer twijfelen, of de geheele aanslag is niets dan een daad die uit sluitend komt voor rekening van die Kroatische terroristen, die uit het opstandige en ontevreden boerenvolk zijn voortgekomen en wier namen de politie kende. Hoogachtend, Amsterdam X. 1-J October ,.Abonné''. De geachte inzender vergist zich. wanneer hij spreekt over een ,.tendentieuse voorstelling". Te recht heeft evenwel bjj hem, evenals bij ons. de samenvatting der historische feiten, aan den moordaanslag voorafgaande, de gedachten-associatie gewekt, dat de aanstichters van dezen koningsmoord in een bepaalde richting moeten neen: kunnen worden gezocht. Het gaat eigenlijk om deze vraag: is die samen vatting der feiten tendentieus opgesteld? Daarop kan slechts ontkennend worden geantwoord. In tegendeel. De intriges van het Hitlerianisme in Hongarije en Uoemeniëzijn slechts z:óó terloops behandeld, dat uw buitenlandsche medewerker daarbij een iiiterst belangrijk feit, als de moord op minister-president Duca, hier niet eens heeft genoemd. Van do terroristische aanslagen in oostenrijk heeft hij alleen de vermoording van Dollfuss vermeld. Vit de voorhanden gegevens heeft hij slechts een uiterst sober geformuleerde stelling geconstrueerd, daarbij ook uitdrukkelijk wijzende op de moeilijkheid van Kroatische intriges of andere moordplannen van Balkaneesche allure. Hij geeft dus drie onderstellingen. De eerste veronderstelling, die men zou mogen noemen tle insinuatie der f/c«<7u'crfe»ii's..is intusschen veel en veel sterker geworden. Wel blijkt een Komitadji den moord gepleegd te hebben, die met Kroatische terroristen, düj onder zijn aanvoering stonden, in Hongarije is beraamd. Maar dat is, voor wie ost -Europa eenigszins kent. zeer vreemd. Bovendien moet het geld. en er was veel geld iioodig, uit andere bronnen zijn gekomen. Komitadji's zijn roovers en geen kapitalisten. Verder is n< tuit' tevoren gebleken van broederlijke samen werking tusscheh ontevreden Kroaten en (Macedonische) Komitadji's. Deze laatsten verzetten zich tegen hot Bulgaarsche bewind, omdat y.ij zich geen Slaven en geen Bulgaren voelen. En omdat daar de oude roov«'i;strrflitie nog leeft. Een ge meenschappelijke haat tegen de Bulgaren zou hen in theorie met de Serviërs kunnen verbinden, die ook de Bulgaren niet mogen lijden. Maar dat gebeurt niet, want zij voelen anti-iflnviscH. Een band met de Kroaten, die op hun beurt weer op de Serven neerzien, is heelemaal ondenkbaar. Er zit dus iets ongerijmds in een dergelijke alliantie en het feit dat een Macedoniër de aanvoerder was van een groep Kroatische terroristen spreekt er Wel zér voor dat achter dit opzetje onbekende bevelhebbers aan de touwtjes trokken, die van zekere milieu's gebruik maakten. Dat is eerder gebeurd. En tot nog toe zijn het onbekende bevel hebbers, wier anonymiteit nog niet is opgehelderd. Zelfs de feiten wijzen niet in een bepaalde richting; slechts de daaraan voorafgaande gebeurtenissen ,doen dit. Tenslotte nog dit: de moordenaar zou Barthou per ongeluk hebben gedood? Och kom. zijri be, wapening'wijst er op. dat hij niet anders kon doen Unit alle inzittenden, van de auto neerschieten. PAG. 2 DE GROENE No. 2994 Inzendingen voor deze rubriek Ik zeg:" worden gaarne van onze lezers ingewacht aan het Secre tariaat van De Groene Amsterdammer", Keizers gracht 355, Amsterdam C. Zij worden, voor zoover de beschikbare ruimte toelaat, in het eerst volgend nummer geplaatst, mits de copy uiterlijk Dinsdagmorgen is ontvangen. Niet geplaatste bijdragen worden alleen dan teruggezonden, wanneer de benoodigde porti voor terugzending is bijgevoegd. Men zou dat dolus eventualis kunnen noemen en toegeven dat het het persoonlijk ideaal van den moordenaar was om Alexander te dooden. Degenen dio hem van geld en wapenen hebben voorzien, moeten echter precies geweten hebben wat er zou gebeuren. Is het dan overdreven te veronderstellen dat zij dat ook hebben gewild ? K. Het prijsvraagbiljet der Grato In uw weekblad A'an 13 October j.l. komt een artikel voor van uwen medewerker Otto van Tussenbroek betreffende het aanplakbiljet van de d'rat o, dienende voor de Clrafische tentoon stelling, welke onder de auspiciën van de Federatie der Werkgeversorgariisat iën in het Boekdrukkersbedrijf van 21 October?10 November a.s. in Utrecht gehouden zal worden. ?Schrijver geeft een beschrijving van het biljet dat door de Jury gekozen is als Ie prijs e.i daar naast komt hij tot de conclusie dat volgens zijn meenint» veel meer de Troostprijs zijnde het ontwerpbiljet van Van Wees in aanmerking bad moeten komen voor den Isten prijs. ..Dat zij (de Jtu-y) dit naliet valt stellig te betreuren", schrijft hij aan het slot van zijn beschouwing. Naar tianleiding hiervan voel ik mij geroepen als zijnde een der leden der Jury. het navolgende onder uwe geachte aandacht te brengen. De heer van Tussenbroek heeft het bij het rechte eind. waar hij schrijft, dat de Jury in hoofdzaak uit leden bestond, die bovenal in de .typografie thuis zijn. Onze taak was te beoordeelen. welk biljet vol gens haar het best was voor het beoogde doel, rekening houdende met de voorwaarden, waar onder deze prijsvraag voor de aanplakbiljetten wa« uitgeschreven. En n van de voornaamste voor waarden was. dat het biljet in boekdruk uitgevoerd moest kunnen worden. Het biljet van Van Wees werd inderdaad door de Jury erkend als het beste aanplakbiljet dat ingekomen was. In dat opzicht i.s de Jury het dan ook volkomen eens met uwen medewerker, doch dit biljet was helaas niet in boekdruk uit te voeren -?wel in diepdruk, offset of steendruk. Hierdoor vervrcl de toekenning van den Isten prijs.' De Jury heeft echter gemeend ge zien het knappe, zeer suggestieve werkstuk van dezen teekenaar, dit biljet voor den troostprijs in aanmerking te doen komen. Ter goede beoordeeling; van een en ander zou liet mij aangenaam zijn bovenstaande te willen opnemen in uw veelgelezen blad. J. M. IIOLTZ. Directeur Ellerman. Haring & CV». DE GROENE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f 2.70 per kwartaal (f 0.20 voor in cassokosten) of f 10.- per jaar bij vooruitbetaling. LONDEN-MELBOURNE Teekening dsor L J. Jordaan. l De Vliegende Hollander

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl