Historisch Archief 1877-1940
!f
r
De vrouw en de vliegsport
WAALHAVEN. De hemel
is blauw, fel-blauw. Statig
komen witte stapelwolken
uit liet Zuiden aandrijven. Lekker
herfstweertje met een frisch briesje.
De zon. vraagt zich af; wat het
schoonste is: dat wemelend-kleurige
aardtapijt of die donzige witte
wolkenbergen. Maar zij kan niet kiezen en
toont ons nu eens haar stralend ge
zicht om het straks weer te verborgen
achter dat witte landschap daar
boven.
En ik ben de bevoorrechte, die dat
zonuespel van licht- en
schaduwwisseling op de aarde daar beneden lachend
gadesla vanuit mijn kleine vliegtuig.
Ik zit op :$UUO Meter. Ik heb mijn
vliogbril afgezet en met volle teugen
adem ik de koude lucht in. Har koud.
is het hier, maar wonderlijk.heerlijk.
IVneden mij wat wazige wolkjes,
net <u-n kleine kudde lammetjes, die
zoetjes voorttrekt. Waarheen? Wie.
/al het mij zeggen. Daar vér bone
den lii;t Holland, met zijn weiden en
«X al eren. die glinstoieii in de
schittereivd»» zonneschijn.'Hn boven mij niets
dan witte bergen, de grilligste vormen.
i Ie n al schoener dan de andere.
Zwijgend drijven ze, voort, verder.
Tineke de Veer, de schrijfster ran
onderstaand artikel is de eerste en
eenige Nederlandsche
sportvliegsler. Zij haalde haar brevet aan
de Vliegschool op Waalhaven.
steeds verdeer. Plechtige stilte rondom.
waarin alleen mijn motor zijn galmend
lied laat hooren, steeds datzelfde mo
tief. Dan plots, laat ik mijn vogel
duiken steil omlaag, terug naar het
kleurige vlak beneden mij, en als een
jubelkreet fluit het in de dradon.
Even later heb ik hem weer behou
den teruggebracht. Daar staat hij.
nog warm en trillend van de genot
volle vlucht.
En glimlachend herinner ik me den
verbaasden uitroep, dien ik enkele
dagen golfden te hooren kreeg, toon ik
had moeten bekennen, ook tot de
gelukkigo groep menschen te behouren. die
het, in don letterlijken zin, van het
woord. ..hooger op" zooken:
..Wat ? Vliegen ! Allén in zc.o'n
open toestel naar boven ! En dat voor
oen meisje ! Neen maar. dat vind ik
een braniestukjo !"
De geschiktheid der vrouw
voor de vliegsport
Maar waarom is het dan, dat deze
sport ons zoo aantrekt ? Waarom is de
vrouw zeer zeker geschikt om vliegen
te leeren, de vliegsport te beoefenen?
Ik heb er eens o Ver nagedacht, en, ja,
ik geloof, dat ik het heb begrepen.
Vliegen is een bijzonder fijne sport.
Het is een kunst, en die kunst moet
je aanvoelen. Nu bezit de vrouw drie
.speciaal A'rouwelijke eigenschappen.
die het haar mogelijk maken deze
vlieg-..kunst" te leeren beheerschen:
haar intuïtie haar fijngevoeligheid
en huar zuiver gevoel voor de har
monie der dingen.
Onze intuïtie, dat is onze grootste
steun. Op een zeker moment han
delen, besluiten we, omdat iets in ons
zegt. zóó moet het, en niet anders. En
waarom niemand weet het, maar
dan is dat ook d»- goede handeling.
het juiste besluit.
Onze fijngevoeligheid zal ons helpen
om stuurbewegingen te maken en de
situaties aan te voelen, zoo fijn en
zuiver, als nooclig is voor de besturing
van een zoo nauw-luisterend instru
ment als ons vliegtuig.
En nog meer dan bij motor-vliegen
zal dit uitkomen bij zweef-vliegen,
omdat hierbij de sturen nog gevoeliger
en dus alle bewegingen nog fijner
zijn, en fouten eerder noodlottig kun
nen worden.
En dan heeft de vrouw oen sterk
gevoel voor de harmonie der dingen,
wat zich zal uiten in haar stijl van
vliegen. Het soepele, elegante van de
bewegingen van het vliegtuig in de
lucht, het licht en sierlijk overgaan
van de ne beweging in de andere,
dat zal kenmerkend zijn voor de vrou
welijke piloot.
Er is nog meer: de vrouw zal een
makkelijke leerlinge zijn, omdat zij van
nature graag geleid wordt en bereid is,
aan te nemen; zij zal haar ervaringen
intens beleven en, bovenal, onbeschrij
felijk genieten van al het wondere
nieuwe.
Een collega-vlieger verzekerde me
eens: ,,Werkelijk, ik neem liever een
vrouw mee naar boven dan een man l
Een vrouw blijft óf beneden, óf ze gaat
vol vertrouwen mee, een man daaren
tegen gaat bijna altijd mee, maar óf
hij houdt zich groot, terwijl hij wan
trouwig den bestuurder becritiseert
en zichzelf naderhand gelukwenscht
met de, wonder boven wonder, behou
den terugkeer, óf hij is zóó enthousiast
en door bet dolle heen, dat er na vijf
minuten al een loopihg gemaakt moet
worden,, en tien minuten later het
toestel pp verzoek in warrelende vrille
omlaag komt gecirkeld, tot groote
schrik van de zich reeds weduwen
wanende vrouwen!"
Ja, het is de gulden middenweg, dien
wij allen zoeken, ook met vliegen, en
de opleiding leert ons haar vinden, al
is het dan niet altijd even eenvoudig.
Vooraf gaat een oefenen, vol teleur
stellingen en tegenslagen maar we
zetten de tanden op elkaar wie van
de twee is per slot van rekening de
baas: de kist óf zijn bestuurder?
en, houden we vol, dan is. de eerste
groote, werkelijk onvergetelijke
beloontng: de eerste solo-vlucht.
Urenlang zag je steeds het hoofd
met de vliegkap in de voorste cockpit
je instructeur .daar, om ten
allen tijde te helpen. ,
Urenlang hoorde je steeds weer
die stem door het telefoontje: je leer-,
meester, altijd even geduldig.
Voor, het eerst alleen
Tot den dag dat de instructeur kalm
uit de kist klimt met de woorden
Een zeilvliegster, gereed
om op te stijgen
Tineke de Veer
..ziezoo, en hu allén. Drie landingen
en netjes hoor !"
Met een ernstigen hoofdknik rijd
jtweg, de oranje wimpeltjes, het teeken
van je nieuwe waardigheid, lachen je
bemoedigend toe. De instructeur ver
trouwt je. jij zelf verlangt al sinds we
ken naar niets andeis. Wel, biet is het
oogenblik met een zeker gebaar
breng je de gashandle naar voren en
het wordt een triomf vlucht I
Weg is de steun, zélf doe je het.
voor jou de verantwoording, aan jou
Ons voet
in Zwit
De bekende radio-voetbal-reporter
Han Hollander begint 'met deze
bijdrage over den, voetbalwedstrijd
Zwitserland?Holland zijn mede»
werking aan ons blad.
ZONDAG a.s. speelt het Neder
landsche voetbal-elftal zijn
eersten interlandwedstrijd van
dit seizoen. Tegenpartij is het
Zwitsersche elftal. Plaats der han
deling Bern.
Voetbal is onze meest populaire
sport en interlandmatchea zijn uiter
aard hoogtepunten daarvan. De
sportpers laat zich bij die gelegen
heid niet onbetuigd in het wikken en
wegen der kansen, waartoe in uit
voerige beschouwingen de kwali
teiten der beide elftallen nauw
keurig worden nagegaan en in
factoren ontleed. Ik vraag me echter
af of zulks voor de aanstaande ont
moeting wel zin heeft.
Er behoeft geen sprake te zijn van
fatalisme, noch van bijgeloof, om
tot de overtuiging te komen, dat op
onze wedstrijden tegen de Heiveten
speciaal in Zwitserland geen
zegen rust. De Nederlandsche elf
tallen, die de laatste IS jaar
onsvoetbal tegen het buitenland ver
tegenwoordigd hebben, mogen al
verre van volmaakt geweest zijn,
de Zwitsersche voetbalrepresentanten
waren dat evenmin. Zij hielden
ongeveer' gelijken tred met elkaar
en toch keerde Oranje bij elke ge
legenheid steevast met een neder
laag?eenige malen zelfs met ge
peperde cijfers als 4?l, 5?Of
'6?3-?uit Alpenland terug. Als
tegenwicht kan men er op wijzen,
dat het in óns land, behoudens n
enkele uitzondering, steeds anders
om was. In. Néerlands hoofdstad
triomfeerde bijna altijd Oranje.
Van Sport, Spel en Strijd
d.; eer straks na afloop. Geen hoofd
n eer daar vóór je, geen stem door de
trlefoon. Jij allén bestuurt je vogel,
n.var jou zal hij luisteren, jou zal hij
dienen, als een trouw kameraad. En
l et wordt een stijgen, een cirkelen en
z.veven als in vreemde vreugderoes!
Tenslotte: de eerste landing voor
l-, at eerst die wonderiyke gewaarwor
ding: een handelen met een vraag in
j hart, een zeker weten met een kleine
aarzeling, een niet gelooven tot je
l et hebt volbracht, heusch, daar rol
j.- al over het hobbelige veld, kijk, je
slaat al stilt
En dan de blijde jubelkreet die
vacht van tevredenheid allén, al*
l 'én, voor het eerst dat trotsch gevoel i
Opnieuw stijg je omhoog, bewust,
, l hooger en hooger, ongeloovig beleef
,, -i het genot van dit oogenblik.
Beneden staat je instructeur, naast
hem je collega's; je weet, dat ze je
j net de oogen volgen wat een
ver'i'ouwd gevoel, wat een heerlijke
/ekeiheid I
En ineens weet je: dit zijn de mooi
ste momenten van de opleiding. Op
.en dergelijke wijze genieten, intens
. n met volle teugen, zeker te zijn van
. -nszelf en met onzen vogel omhoog te
tijgen, om daar een schat van, nieuwe
vonderen te beleven en ons te
ver'liepen in het
onbeschrijfelijk-groot,-che om ons heen, ja, dat is eerst
.vliegen l"
Dat de vrouw zich voor deze sport
?teeds mér mag gaan interesseeren
.ij is het zoo waard!
TINEKE DE VEER
Op de ,,Gereserveerde"
PAG. 32 DE GROENE Na. 996
b al fatum
5 e r l a n d
Natuurlijk heeft men niet nage
laten naar de oorsaken daarvan te
speuren, en men meende, dat het
verschil in klimaat wel de
voorlaamste factor zou zijn. Vooral
imdat deze wedstrijden gewoonlijk
in het warme jaargetijde werden
gespeeld, dus in een periode, dat
het klimaatverschüwerkelijk
beteekenend kan zijn. Toen echter later
deze ontmoetingen naar het najaar
verlegd werden, kwamen we er niet
beter af.
Ik geloof daarom werkelijk, dat
het vergeefsche moeite is ons te
verdiepen in vergelijkingen van de
kracht der beide elftallen.
Op onze wedstrijden in Zwitser
land, we herhalen het, rust helaas
(/een zegen. Want niet alleen dat wij
ze steeds verloren, . maar nimmer
ook heb ik een verklaring kunnen
vinden voor het feit, dat die neder
lagen steeds veroorzaakt werden door
onverwacht falen aan onze zijde.
Nimmer zag ik een Nederlandsch
Elftal op Zwüserschen bodem in
sijn besten vorm. Steeds bleef zij
ver daaronder. En ik heb daaren
tegen Zwitsersche elftallen zien
winnen* die positief zwakker waren
dan de onzen, en die bij normale
krachtsontplooiing van onzen kant
stellig zouden hebben verloren.
Bij andere interlandwedstrijden,
zelfs wanneer wij het tegen een uit
gesproken sterkeren tegenstander, ja,
tegen een vermeende overmacht
moesten opnemen, tracht ik mij
steeds vast te klampen aan den
stroohalm, dat.... voetbal een wissel
vallig spel is. Zwitserland is zoo'n
overmacht stellig niet. En dus zou
ik onze Oranjemannen zeker niet
zonder hoop op succes naar
Alpenland zien ^êrtrekken, indien....
het verleden op deze ontmoetingen
niet een fatum had gedrukt.
H.HOLLANDER
De Zesdaagsche koorts
STRAKS zit ik in de RAI op de
gereserveerde" en geniet van
het heerlijke schouwspel dat
de zuivere ?wielersport mij gedurende
zes dagen en zes nachten biedt, aan
genomen dat men mij voor dien tijd
niet wegens ongeneeslijke zwakzinnig
heid wegleidt naar een andere ge
reserveerde. Laat ik het eerlijk be
kennen, met de hand op het oude
sportieve hart ik ben dol op
zesdaagschen. Feitelijk zijn zij voor mij
de eenige demonstraties van zuivere
sport. De rest, zooals voetbal, is
maar knudde.
Op zoo'n zesdaagsche windt men
er geen amateur-doekjes om men
gaat er regelrecht op het geld af,
men strooit het zelfs in natura op
de baan opdat de renners het kunnen
oppikken en bij welke andere sport
doet men dat zoo en openlijk? Neem
nu maar eens een zuivere amateur
sport als het voetbal, om er een te
noemen. Wij hebben een bondsbestuur
bestaande uit louter liefhebbers die
er geen cent beter van worden dat
zij het voetbal regeeren en admini
streer en, die van al de gelden die
binnen komen, geen cent in de eigen
zak zien vloeien en is het dan wonder
dat een dergelijk bestuur met de
grootste nauwlettendheid waakt voor
de zuiverheid van de sport die zij
zei ven met zooveel zuiverheid dienen?
Is daar niet de kwestie-Bakhuys en
die andere pijnlijke kwestie-Weber
die een schoon licht werpen op de
zuivere sportieve bedoelingen van
onze voetbal-autoriteiten ? Daar hebt
gij Weber, die, naar ik meen, in den
Haag een niet al te goed beklante
melkhandel dreef en die deze ver
wisselen kon voor een beter zaakje
in Apeldoorn onder de vlag der geheel
onthouders 'waartoe zijn
melk-verleden hem natuurlijk voorbeschikte?
Steekt in zulk een overgang iets
vreemds? Mag .een vaderlander er
niet op uit zijn, zijn positie te ver
beteren? Maar moet hij, als hij een
internationaal voetballer is, alle
voordeelige aanbiedingen die hij krijgt
tot verbetering van zijn welstand van
de hand wijzen omdat niet alleen de
vrouw van Caesar maar ook een
oranje-trui niet verdacht mag worden
uit zijn beenen voordeel te slaan ?
Als men straks een van de Koninklijke
bondsofficials een schat van een
baantje aanbiedt dat hem idem zoo
veel meer oplevert dan het bevorderen
der voetbalsport, als men hem met
alle geweld in een zaak hebben wil
omdat men zijn organisatie-talent
op hoogen prijs stelt en zijn gaven
meent te kunnen gebruiken, moet
hij dan bedanken? Zou men het
vooral in deze tijden, Waarin de betere
baantjes niet voor het opscheppen lig
gen en men al blij is een matig betaald
baantje te kunnen uitoefenen, het
niet vertikken voetballer van repu
tatie te zijn, die alleen door zijn ver
schijnen de tribunes en daarmee de
kas, hetzij van bond of club doet
volloopen? Zoolang een voetballer
niet zoo dom is overschrijving naar
een andere club aan tévragen is er
geen vuiltje aan de lucht, kraait er
geen haan naar dat zijn vrouw de
hemden voor de club Wascht tegen
een vergoeding per stuk, waarvoor
u drie dozijn prima hemden kunt aan
schaffen, terwijl een ander de ballen
levert tegen een prijs waaraan een
al te .zoet 'winstje zit en 'het komt
ook nooit vóór dat goedgezinde heeren
DIPLO DOCUS
en dames zooveel op hebben met een
speler dat zij hem in een sigarenwinkel
zetten of bij hen op kantoor of fabriek
nemen. Een paar jaar geleden bestond
de geheele voorhoede van een zeker
elftal uit vijf sigaren-winkeliers en
het schoone van de zaak was dat zij
nog nooit n sigaar van zich zelf
hadden opgestoken omdat zij in
voortdurende training waren en dus
niet mochten rooken van den trainer!
Weber mag dus geen anijsmelk in
Apeldoorn slijten en tevens voor de
Oranje-ploeg uitkomen, maar de
heer Bakhuys die overschrijving naar
H.B.S. in den Haag heeft aangevraagd,
komt morgen tegen Zwitserland wel
uit en hij ligt evenals de roodharige
Weber onder de verdenking zij te
spinnen bij zijn overschrijving. Alleen
kan het Bondsbestuur dit niet be
wijzen, maar het vermoedt onraad
en Weigert hem daarom H.B.S. te
helpen. Als aspirant H.B.S.'er is hij
verdacht, maar als midden-voor van
het Nederlandsche elftal is hij van
vreemde smetten vrij en volkomen
waardig om de nationale kleuren,
die geheel rein zijn van
beroepsvlekken, te verdedigen. Men. moet
het onderscheid goed proeven, want
het heeft een eigenaardig smaakje.
Het zit hem natuurlijk daarin, dat
het bondsbestuur Bakhuys, die door
zijn spel op de verbeelding der menigte
werkt en zonder wien men een be
hoorlijke aanval mist, niet durft
.uit te stooten. Er zou een storm
van verontwaardiging door het land
gaan en er zou storm zijn in de ge
zellige bureaux van den Koninklijken
Voetbalbond en daarom maar liever
met twee maten gemeten.
Zet tegenover dit alles de zes
daagsche met zijn ongegeneerdheid in
het geld verdienen, van de onder
nemers tot de zwakste der
zesdaagschers en om menig lipje zal
een fijn lachje gekruld hebben toen
de ondernemers den volke kond deden
dat zij zorgen zouden dat de wedstrijd
zoo zuiver als goud zou zijn, sportief
van het startschot tot de laatste
eindspurt ! Het is of men een
valschemunter de vergelijking neme men
natuurlijk niet letterlijk hoort
zeggen dat zijn valsche rijksdaalders
volkomen echt zullen zijn, ja, dat
zij in plaats van zes en dertig cent
aan zilver, zooals de echte, zelfs voor
twee en zeventig cent zilver zullen
houden.
En waarom zich zoo benauwd
gemaakt over het sportieve van deze
wedstrijden, waar alles gebouwd is
op de emotie en de sensatie, waarbij
een Beurs-dag met afbraak-koersen
een dames-kransje bij is, waar een
tabaksveiling in Frascati" bij ver
geleken een kien-partijtje is met
kriekjes !
Hoe onzuiverder een zesdaagsche
hoe meer ,,lol". Het is er mee als
met de atmosfeer hoe dikker de
rook om te snijden, hoe lekkerder
het publiek zich voelt.
bont»
mantels
elegante bont
mantel agneau
rasé" met rijke
moderne
bontkraag, vakkun
dige bewerking
maten 4». 44, 46
69.
bontmantel*
avondtolletteh
middagjaponnen.
ook grote maten
apeclaalbnU voor dameskleeoMng
Itrause en voaelzanc
kalveratraat 114, tegenover perry
M* U DE GROENE No. »H