De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 1 december pagina 3

1 december 1934 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

?M.Aa'v 'f -t.i i De bloedige strijd om den Gran Chaco Een buitengeicone Volkenbondsvergadering kicam dezer dagen te Gentve bijeen om ie trachten een eind te maken aan, of weer te bemiddelen, in den oorlog tusschen Bolivia en Paraguay. Er is een pertnanente commissie gevormd van twee-enticintig leden, om deze zaak ter hand te nemen. Als drie-en-twintigste lid heeft zich Eciiador daar nu bijgevoegd, terwijl Avenol, de secretaris-generaal van den Volkenbond, een uïtnoodiging heeft ge richt tot de V. S. en Bolivia o>n eveneens in deze commissie zitting te nemen. Er is veel kans dat deze onderhandelingen tot een nieuwen icapens'tilstand sullen leiden. Eeuwenoude tegenstellingen NIETTEGENSTAANDE alle betrokkenen in het midden van dit jaar, een verbod tot ver koop van wapenen aan Bolivianen en Paraguayers hebben onderteekend, is de strijd tusschen de twee volken van. Indiaanschen oor sprong op bloedige wijze voortgezet. De Volken bond mocht intusschen al bemiddelend zijn opge treden, hij was echter niet bij machte in deze Zuid-Amerikaansche landen een blijvenden vredestoestand te brengen. Laat ons hopen, dat de thans opnieuw ondernomen poging van dien bond om vrede te stichten meer succes zal boeken, nu de Volkenbond door zijn commissie 22 in hare vergadering van 23 November op een belang rijk punt aan de wenschen van Paraguay is tege moet gekomen. Dit had betoogd» dat het uit geografische en andere overwegingen niet goed mogelijk was, dat de legers na de beëindiging der vijandelijkheden zich 50 K.M, van hun tegen woordige standplaatsen zouden moeten terugtrekken. De commissie heeft dit bezwaar erkend, en heeft bepaald, dat bij staking der vijandelijk heden ieder contact met elkander zal worden verbroken en dat de legers binnen tien dagen zich zoover zullen terugtrekken als ten aanzien van ieder punt mogelijk is. Het feitelijke begin van den oorlog tusschen Bolivia en Paraguay is niet te achterhalen, want van de Amerikaansche geschiedenis uit het tijd perk, vóór de Spaausche kolonisten hun voet daar aan wal zetten, is weinig bekend, en van voor dien tijd af dateert het begin van de reeks ooi-logen tusschen beide volken. De inzet van den laat sten oorlog, die in Juni 1Ü32 ontbrandde, was het streven van Bolivia om den rechter- of westelijken oever van de Paraguayrivier in zijn bezit te krijgen. Volgens het zeggen der Paraguayers heeft Bolivia dit sinds jaren voorbereid en het laten aankomen op een conflict met Paraguay. liet heeft zijn leger georganiseerd en het laten dvitlen door Duitsche instructeurs, en bovenal, zich buitenlandsche credieten verschaft. Eén ding staat vast, dat Bolivia in de laatste tien jaren zijn militaire voorposten in den Chaco in steeds sneller tempo en. met steeds duidelijker bewustheid heeft vooruitgeschoven in zuid-ooste lijke richting. Pogingen tot bemiddeling ZIENDE dat het mettertijd tot een uitbarsting zou moeten komen, besloten de andere Amerikaanschc republieken haar bemiddeling aan te bieden, en om den schijn van baatzuchtigheid te vermijden, onthielden de buurstaten Argentinië, Brazilië, Chili en Peru zich van een actieve rol in die bemiddeling, en werd de actieve bemidde laarsrol gespeeld door de V. S,, Uruguay, Mexico, Columbia en Cuba. Deze bemiddeling werd ge kristalliseerd in een conferentie te Washington, welke eind 1931 bijeenkwam, en nog aan' het beraadslagen was, toen de Bolivianen in Juni 1932 plotseling het Paraguaysche fort Pitiantuta overrompelden. De Paraguayers protesteerden ter conferentie en heroverden het fort in Juli d.a.v. ,De conferentie spatte uiteen; de ^ .^ oorlog begon in vollen ernst; voor* V "' loopig zonder oorlogsverklaring om dat geen van beide regeeringen het odium daarvan op zich wilde nemen, en van dat oogenblik .werd met af wisselend succes gestreden. In het begin met terreinwinst voor de Bolivianen; gedurende de laatste maanden echter bleek Paraguay aan de winnende hand. Wat des te meer bewondering wekte omdat het Boli viaansche leger ver in de meerderheid was boven het Paraguaysche. Dit artikel is echter geen mi'itaire geschiedenis van den Chaco-oorlog; we moeten dus volstaan met in hoofdtrekken te beschrijven, wat er gebeurd is. De Bolivianen rukten in tal van gevechten, die hun, ten gevolge van hun strijdwijze, heel wat meer offers kostten dan den zich in guerrilla verdedigende Paragua yers, voort, namelijk tot en met het fort Nanawa in het zuiden, en een lijn, zoo ongeveer noordelijk vandaar door den Chaco getrokken. De forten, die op en een weinig ten westen van die lijn liggen Gohdra, Zenteno, Arce, Boquerón zijn anderhalf jaar lang het terrein geweest van een feilen, blpedigen strijd, die op dit in'omvang be trekkelijk kleine oorlogs-theater vaak geheel het karakter van den positie-oorlog naar Europeesch voor beeld aannam, met loopgraven, tanks, vlamm'enwerpers incluis. Een groot nadeel voor beide partijen in dezer* strijd was,.. dat het terrein volkomen waterloos was, zoödat beide legers dorst leden en de cava lerie moest werken als infanterie, omdat er voor 'de paarden ? niet genoeg water was. Een Porogugyscne Joopgraof in den Chaco P In deze periode van' den oorlog heeft de buiten gewone elasticiteit der Paraguayers in het be handelen van hun front hun groote voordeeleii opgeleverd. Niet alleen maakten zij veel gevan genen, maar zij veroverden ook, wat voor hen zeer belangrijk was, enorme hoeveelheden Boliviaansch oorlogsmateriaal. , De posities wijzigen zich DE groote reactie kwam in het begin van Decem ber 1933. De Bolivianen, die trots tallooze aanvallen in gesloten formatie, ondersteund door vliegtuigen, tanks en vlammenwerpers er niet in geslaagd waren, door de Paraguaysche linies heen t« breken, hadden langzamerhand in deze sectie van den Chaco het gros hunner troepen en van hun oorlogsmateriaal verzameld, en hun flanken en achterhoede erg verzwakt. De opperbevelhebber der Paraguayers, commandant later generaal Estigarribia, wist van deze omstandigheid gebruik te maken en bracht, met een dubbele omsingelende beweging, die de twee flanken van het Boliviaansche centrum omtrok, een groot gedeelte zijner troepen in den rug der Bolivianen, hun verbindingswegen, en dus ook hun toevoer van water en levensmiddelen afsnijdend. Het resultaat was te voorzien: de Bolivianen moesten zich, na verscheidene hardnekkige pogingen om de omsin geling te doorbreken, overgeven. Drie Bolivi aansche divisies capituleerden op 11 December 1933. Het was de grootste helft van het geheele Boliviaansche leger, dat nog in den Chaco opereerde. Van dat oogenblik af was elke energieke tegen stand van de Bolivianen gebroken, «.n de opmarsch der Paraguayers begon. Deze concentreerde zich op de Boliviaansche vesting Ballivian, die echter eerst kortgeleden definitief in hun bezit kwam. Dft fortines" (oorspx'onkelijk simpele blokhuizen, maar in den loop van den oorlog tot ware vestingen uitgewerkt) Sorpresa, Munbz, Magarinos, Linares langs de Pilcomayo-rivier, Platanillos, La China, Cabezón in de lijn van Boquerón naar Ballivian. vielen, de een na de andere,.in Paraguaysch bezit. En achter de lijnen werd schoongemaakt." D.w.z.: aan de groote omsingeling ontsnapte Boliviaansche detachementen, die nog rond zwierven, werden gevangen genomen; hier en daar geconcentreerd oorlogsmateriaal soms door de Bolivianen begraven werd verzameld. Toen, einde December, de wapenstilstand ge sloten werd op voorstel van het in Montevideo vergaderende Pan-Amerikaansche Congres en de commissie van den Volkenbond, welke Bolivia en Paraguay had bezocht om bemiddeling' te verleenen, had 'Paraguay 15.000 Bolivianen in krijgs gevangenschap en het Paraguaysche leger was uitstekend bewapend met.... Boliviaansch oorlogsmateriaal. Sindsdien zijn nog eenige dui zenden Bolivianen en nieuwe voorraden oorlogs materiaal in het bezit der Paraguayers gevallen. Voortzetting van den oorlog DE wapenstilstand, op voorstel van Paraguay eenmaal verlengd, werd, tengevolge van den tegenstand van Paraguay tegen een tweede ver lenging, afgebroken, en de oorlog schreed voort. Een hardnekkige poging'van de Volkenbonds commissie onder leiding van Don Julio Alvarez delVayo, Spaansch ambassadeur in Mexico, om tot vrede te geraken, mislukte. De Bolivianen bleven insisteeren op het onderwerpen van den geheelen Chaco aan arbitrage, terwijl Paraguay aldus redeneerde: De Chaco is Paraguaysch ge bied; wij hebben over een grensregeling willen onderhandelen en waren daarbij bereid, concessies aan Bolivia te doen; Bolivia heeft dit niet gewild. maar heeft ons aangevallen; het is gevoelig ge slagen. Elke poging tot arbitrage behoort uit die gebeurtenissen de logische conclusie te trekken en in te zien,1 dat wij, na ons succes en de offers, die Bolivia's aanval ons gekost heeft, geen arbitrage kunnen aanvaarden, die mér wil dan een grens regeling. Bovendien hebben wij als leden van den Volkenbond, het recht te eisenen, dat bij eventueele vredesonderhandelingen de vraag, wie de aanvaller was, officieel beantwoord worde." De oorlog werd thans voortgezet, bloediger en heviger. Misschien zal eindelijk de Volkenbond. met meer succes dan voorheen, er in slagen, een einde aan, den strijd te maken. Krijgsgevangenen in Paraguay IK mag dit artikel niet besluiten zonder eenige speciale woorden te wijden aan de Boliviaanscho krijgsgevangenen, die ik in Asunción gezien en bezocht heb. De Paraguaysche Generale Staf heeft mij op mijn verzoek zeer bereidwillig verlof ge geven, de kampementen van Boliviaansche krijgs gevangenen, zoowel officieren als manschappen. vrijelijk te bezoeken en met de gevangenen te PAG. 1 DE GROENE No. 3000 Verboden toegang" Teekenlng voor De Groene" van W. v. d. Elzen Generaal Duymaer van Twist adviseert den ontwopenoars de grens te beschermen met een bordje verboden toegang" spreken. Mijn indruk die overigens volkomen gelijkluidend is met de indrukken, opgedaan door den Pauselijken Nuntius in Buenos Aires, die in opdracht van Z. H. den Paus de Boliviaansche krijgsgevangenen in Asunción bezocht is. dat ,de menschen goed verzorgd worden. Zij zien er over het algemeen welvarender^ gevulder uit dan de Paraguayers zelf, en medische controle heeft een algemeene gewichtstoename bij hen gecon stateerd. Ik schrijf dit hoofdzakelijk toe aan het feit, dat zij in krijgsgevangenschap zich natuurlijk hebben moeten spenen van coca-kauwen, dat. naar bekend is, een slechten invloed heeft op den eetlust. Do Bolivianen in krijgsgévangerischap hebben meer eetlust dan thuis, en de Paraguayers zorgen ervoor, dat die eetlust bevredigd kan worden. ' De Boliviaansche krijgsgevangenen wonen over het algemeen in zelfgebouwde woningen, die verHE«FST- «n WINTER. REIZEN ""MADE l RARONDREIZEN van 20 tot 33 DAGEN WEST-IN Dl E RONDREIZEN van 37 tot 54 DAGEN NEW-YORK VIA WEST-INDIE EN MIAMI RONDREIZEN van 46 tot 63 DAGEN PRIJZEN U KLASSE, .allei !nb«or«pen RÊSP., f 265.- - 485.- ? 720.- «n hoog.r KON. NED. STOOMBOOT Ml| n.v. A'D AM schillend zijn naarmate het materiaal, dat ter plaatse tot hun beschikking pstond. Biet, stroo, leem, hout; ziedaar de materialen. Dezelfde, waar uit de armere Paraguaysche bevolking haar huizen bouwt. l Een probleem voor den overwinnaar DE Paraguaysche regeering heeft aan de Boli viaansche laten voorslaan, dat beide landen de kosten zouden dragen van het levensonderhoud hunner gevangenen in het land van den vijand. Bqlivia heeft dit afgeslagen, en naar aanleiding van deze weigering laat Paraguay de Boliviaansche soldaten ; niet de officieren in krijgsgevangen schap werken. Hoofdzakelijk aan verbetering van wegen in het eigenlijke Paraguay, vooral rond Asunción. Zoo ziet men op de wegen rond Asunción hier en daar groepjes Bolivianen, onder militaire bewaking, bezig met het reparecren van wegen. Van een vijandige houding onder de Paragu ayers tegenover de Boliviaansche krijgsgevan genen heb ik oiets bemerkt. Men scheldt niet op de boli" zooals men hen in Paraguay noemt, afgekort, en met den klemtoon naar Guaranigewoonte op de laatste lettergreep , als men aan deni weg werkende Bolivianen per tra.ni voor'byrijdt, ziet men het publiek weieens grijnzen of glimlachen, en nu en dan hoort > men eenigzsins spottende opmerkingen als: Als de oorlog nog lang duurt, hebben'we in heel Paraguay asphalt of betonstraten." CHR. J. VAN BALEN PAG. 5 DE GROENE No. 3000 RIJMKRONIEK Chari varius Vergunt me wederom een overzicht te geven Van wat de wereld mocht, of liever, moest beleven. Ook heden open ik mijn chronologisch rijm Met een merkwaardigheid uit Heilsieghitlerheim, Waar thans een neiging zich begint te openbaren Den Führer vóór zijn dood al heilig te verklaren, Tenminste wel zoowat. Men richt een altaartj' op In woon- of slaapvertrek; de Swastikaansche kop Hangt boven een buffet, waarop een purpren looper, En kaaisen (altijd aan) in kandelaars van koper. De zoogenaamde zuiver Hollandsche partij Krijgt hier voor niemendal den goeden raad van mij, Om voor haar Afgod nog iets heiligers te stichten, En, bij de Duitsche grens, een Tempel op te richten, Hoog op een heuvel, ver van 's waerelds wild geraas Daar trone d'Opperheer, verkleed als Sinterklaas. Onz' TJivervaarders trof een toomeloos gehuldig; Het maakte Parmentier een beetje ongeduldig. Als nationale helden worden wij beschouwd, En deden niets dan 't werk, dat ons was toevertrouwd," Zoo klaagt hij sympathiek. Laat Parmentier ons leeren Wat maat te houden in ons juublen en fêteeren. Ik zal maar niet veel zeggen van dien jongen man, ^ Die zoo'n beroering bracht met zijn fantastisch plan: Hij had een wonderbaarlijk werktuig uitgevonden, En is deswegen naar een ziekenhuis verzonden. Italiëheeft nu een Instituut gesticht, Waar knaapjes, ver van moeder, worden afgericht, ,.De Zoontjes der Wolvin," zoo heeten deze welpen; Ik protesteer met klem; maar 't zal wel niet-veel helpen. De rede van Marchant. tot Huizinga gericht, Had dezen tot een woord van tegenweer verplicht; Hij schreef dan ook een stuk. waarin hij kort betoogde, Dat eenheid in den vorm de klaarheid niet verhoogde, Integendeel; men leest geen letters, maar een woord. Zelfs komt uit deze regels taaiverarming voort, En taaiverarming leidt tot geestlijke vervlakking, Dus brengt dit medicijn geen voordeel, maar verzwakking. En velen zijn, als hij, noch dankbaar, noch voldaan, Dat toont de Haagsche Post enquête duidlijk aan. Nu moet ik plotsling weer van heel wat anders sproken. Dit rijm is geen gedicht, liet is een lappendeken: Doumergue ruimde 't veld. Stavisky, Prince, Sarraut. (Ik stip maar aan), zijn rede door de radio.... Een innerlijke stem zei: ..Als je wijs ben. ruil je Het woelige Parijs voor 't stille Tournefeuille." En toen zijn grondwetswijziging hem was, mislukt. Is hij, den raad dier stemme volgend, ingerukt. De Roomschen maakten het Colijn een beetje lastig. Maar deze bleef golukkig stevig en standvastig. 't Gevaar van de besmetting door de X.S.B. Is thans geheel geweken, zei De Geer. Hou zee. Wel vroeg hij den premier nauwkeurig op te letten. Of't groepje feitelijk werkt in strijd met onze wetten. Mij dunkt, die slaafsche geest en pootjelichterij Is maar wat Duitsche wind; dat waait wel weer voorbij. De onderwijzeres, mits huwend," wordt ontslagen. Maar wanneer is ze huwend? zou ik willen'vragen: Dat moet wel zijn "t moment van 't zoete woordje ..Ja"; Roept op dat oogenblik de Staat dan: ,,Ik ontsla?" t Een aantal menschen zijn hierover slecht te spreken. Dat is in Kamer en in vrouwenclubs gebleken; Maak toch tenminste dat verbod niet permanent!" Riep mevrouw Bakker-Xort, maar haar amendement Had geen succes. De vrouwen echter bhjven vechten Voor wat zij voelen als haar burgeresseh-rechten. De Heilige heeft met een Franschen diplomaat Wat over 't mooie weer n kans op krijg gepraat; ' ,,'k Ben," sprak hij, pacifist. Dat moet de waereld weten," En wat er in ,,Mein Kampf" staat, was hy wat vergeten. Toen Baldwin had verkondigd, dat de Duitsche Rijn Voor Groot Brittanje de defensie-grens moest zijn, En 't in het lage land geen vreemd ge vlieg zou dulden, Heeft Haüsham de met zeekre achterdocht vervulden Bemoedigd, en met dit verklarend woord gesust: Geen schennis van gebied." Toen waren wij gerust. De vraag: hoe wordt het best het léven-leed gelenigd? Heeft velen op 't lawaai-congres, te Delft vereenigd, Waar leve n-d i ge woorden luid gesproken zijn; Ik las 't verslag maar half; mijn trommelvlies deed piju. Professor Zwicker vond de volgende geluiden In wat men pleegt als auto-herrie aan te duiden: Geratel en geknal, gepingel en gebonk, Geknars, gejoel, gegil, gebalk, gebulk, geronk, Voorts fluiten, puffen, kloppen, huilen, gieren, tikken, Tot niezen toe; ik miste rochelen en hikken, Dat is dus ongeveer hetzelfde dat men hoort In zuivre jazz-muziek, maar,dan in n accoord. De TJivervaarders zijn inmiddels hier gekomen, Je hebt daar wel het een en ander van vernomen; Men heeft de wijze les van Parmentier betracht: ?t Gehuldig was niet erger dan'ik had verwacht. Maar toch ik vraag mij af, wat moeten wij beginnen, Als straks nog vlugger vliegers 't weer van dezen winnen? Ik heb nog heel wat meer, maar (dit in diep geheim), 't Was mij wat moeielijk, vanwege maat en rijm. - *.f~ ' rX.^ ^* ~. C2V« '

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl