Historisch Archief 1877-1940
IBN SAOED, DICTATOR IN DE WOESTIJN
l J
BX SAOED, de koning der Wal
labieten, of, zooals hij met zijn vollen
naam heet, Abdoel Aziz Ibn
Abdoerrahjnan ibn Faisal es Saoed, is, dat moet als
punt van verschil met de Europeesche
en de beide bekende Aziatische dictators
vooropgesteld worden, geen leider, die
door een partij uit de onbekende massa
naar boven is gestuwd, maar hij is
een telg van een oud geslacht van
strijders voor het^geloof. Een van
God gezondene, om het zoo eens
te zeggen, en zonder gelijke
onder de dic
tators van
tlezen tijd, een ?
man met een
geestelijke ba
sis voor zijn
wil. Wel zegt
men ook van
zijn buurman
en verguizer,
den Imam van
Vemen, dat hij
een man van
goddelijke ge
nade is. hij
een afstamme
ling van den
Profeet
maar waar de
Wahabiot alle kenteekenen van een et/iisc/i gefundeerde leidersnatuur
heeft, is de Imam een autocraat, leider niet nu»', doch <nrr zijn volk.
Ibn Saoed tracht zijn geheele volk te vereenigen in een, dbor hem
vertegenwoordigde, godsdienstige secte, die- ook politieke doel
einden belichaamt, terwijl de hcerscher van Vemen met.een kleine
secte gezag voert over een volk. dat in. die secte nooit kan worden ?
opgenomen.
Afstammeling van een
Arabische heerschersfamilie
|P>.\ Saoed is een afstammeling van een ('entraal-Arabisehe heer
schersfamilie, die in de tachtiger jaren van de vorige eeuw in'het
kleine Sultanaat Kuweit (aan de Perzische Golf) in verbanning was
gegaan.
Hij wist als jonge man, in J()oi. toen het steekspel tusschen
Turkije en Engeland in Arabiëduidelijke vormen 'begon aan te nemen;
den politieken toestand op juiste wijze te. schatten. Het resultaat'
van 'dit juiste inzicht was,'dat.'hij zich door een vermetele greep in
het'be/it kon stellen van de landstreek Er riyadh, waardoor hij zich
een concrete basis schiep. Doch pas. in'10,12 kon de jonge. Ibn Saoed
den geestelijk-economischen grondslag leggen, die hem tot vermoede
lijk den voor onzen tijd grootsten verwezenlijker van de politieke on
religieus-ethische gedachte van 'Mohammed heeft gemaakt. In dat
jaar vestigde hij de eerste ,,Hidjra" en tegelijkertijd de broederschap
der Ichwan, die de kern van zijn, macht was en is. De oude gedachte
van het Wahabisme, een secte, die in het begin der 2oste eeuw bijna
geheel verdwenen was, nam hij weder op en hij begon Bedouinen van
verschillende stammen bijeen te brengen in gemeenschappelijke
leerkampen, waaruit zich snel blijvende Bedouinen nederzettingen"
(tlidjra) ontwikkelden. -Van hier uit ging zijn leer van een vereenigde,
, puriteinsche.en van mystiek en menschenvereering gelouterde Islam
en voor de eerste maal, de leer van een vereenigde Arabische
natie ,uit naar de tentenkampen der Bedouinen, bij wie hij van den
aanvang'af zijn steun zocht.
Met deze Ichwan, wier propagandamissie in Arabiëzeer snel om
zich heen greep, veroverde hij half Arabiëmet inbegrip van de heilige
plaatsen, waardoor in ondenkbaar korten tijd uit den onbelangrijke!!,
geëmigreerdeir afstammeling van een sedert lang 'vervallen secte,
De eenige leider van
die, in naam van
een rijk van dezen tijd
een godsdienst, als
dictator weet in te grijpen
M. Y. BEN GAVRIEL
een koning groeide over Nejd, den Hed/jax en half Assir.
Maar niet zijn politieke resultaten in de eerste plaats hebben hem
tot clc reusachtige verschijning in de geschiedenis van den geheelen
modernen Oriënt gemaakt, neen, voor alles waren dat de ethische
grootheid en onverzettelijkheid van zijn aard.
\Vel is er in Saoedie, zooals sinds kort de officieele naam van het
rijk luidt, een Uitvoerende- en een Rijksraad, maar die beide lichamen
zijn in werkelijkheid niet anders dan instellingen tot uitvoering
van een centralen wil, die Ibn Saoed heet. Maar hij, en dat is een
belangrijk verschil tusschen hem en alle andere dictators, heeft zich
met onverbrekelijke trouw geschikt onder een. teef, die de wet van
zijn volk is: de Sjaria, het kanonieke recht van den Islam, en de
puriteinsche grondstelling van zijn secte.
Deze dictator dicteert uit naam van een wezenlijk bestaand wet
boek, een boek, dat iedereen kan opslaan en op grond waarvan een
ieder den dictator voor het gerecht kan dagen, als hij deszelfs wetten
zou schenden. Hoewel Ibn Saoed een 'ongelooflijke omwenteling in
Arabiëte voorschijn heeft geroepen, een omwenteling, waarvan de
resultaten en de gevolgen voor den geheelen Oriënt nog niet zijn te
overzien, heeft hij de godsdienstige wet tot hoofdmotief der gemeen
scha]) gemaakt en heeft toch niet den oorlog verklaard aan den
,.nieuwen tijd", voor zoover men voor Arabiëdaarvan spreken kan.
Een veelvoudige zending
DE zending van dezen man is buitengewoon veelvoudig en staat
het dagelijksche leven zeer na. Deze zoon der woestijn heeft het
klaar gespeeld aan een ongodsdiënstige, natielooze, in duizend elkander
bestrijdende stammen en clans verdeelde Bedouinenmenigtc het
gemeenschappelijke bewustzijn van een godsdienstige taak en van
een nationale eenheid bij te brengen. En hij heeft aan deze, als liet
ware in een oogwenk tot een volk geworden zuurdeesem van nomaden
stammen, de middelen in handen gegeven om van voorwerp eencr
duistere en van willekeur overvloeiende geschiedenis onderwerp van
politieke actualiteit te worden. Door rde onwrikbare Islam
van Aziëte dwingen stelling te nemen, vlinderde hij dien godsdienst,
van lieverlede in een wederopbouwend, de schepping herscheppend
Godsbewustzijn. En doordat hij leering trok uit het falen van het
eerste Wahabirijk in de iode eeuw, loste hij het Bedouinenvraagstuk,
waarmee zijn rijk staat of valt, op.
Het steeds meer onderbrengen van nomadenstammen in de
Hidjr'anederzettingen beteekent een vergaande omwenteling in de maat
schappelijke structuur ten goede en daarmee het binnengaan van het
oude Arabiëin den nieuwen tijd.
Daarbij stelt, deze overgang niet alleen een beweging voor, die
op de naaste toekomst is gericht, maar tegelijkertijd door den
aan de wet gebonden wil van den leider, en door traditie en door de
beteekenis van die traditie, een eendrachtig gaan , in een richting,
die wijde perspectieven opent. ,
Wat thans in Saoedie gebeurt is voor Arabiëeen novum. Van
het scheppen van een leger van vrijwillige Ich wan 's af (in tegen
stelling met de in Arabiëvoordien gewone slaven en soldenierslegers),
tot het verleggen van het zwaartepunt van den staat van de
finantieel krachtige stadsbevolking naar het Bedouincnvolk toe. Er
is een band gelegd van vernieuwingen, die de maatschappij omvat.
en den staat opbouwt en ondanks zijn revolutionair karakter,
dat natuurlijk slechts uit het heele beeld van Arabiëis te begrijpen,
toch voortvloeit uit de traditie, het milieu en den zin der woestijn.
Het gebruik maken van bepaalde Europeesche zaken, zonder
dat echter Europa slaafs wordt nagevolgd, dat onderscheidt Ibn
Saoed totaal van de heerschers over Perzic en Turkije.
De oppositie
NATUURLIJK kwam de ontwikkeling van de Turksche
rooverprovincie Ne j d tot het bijna voor honderd procent veilige Saoedie
niet zonder sterke stoornissen tot stand, waarbij dan nog niet aan de
van buiten, door oorlog en de gevolgen der wereldcrisis aangebrachte
moeilijkheden, moet worden gedacht. Van binnen uit, uit de rijen der
Ichwan zelf, braken, voornamelijk onder leiding van den vriend en weg
bereider des konings, Faisal ed dawisch, bewegingen door, die herhaalde
lijk de heerschappij van Ibn Saoed in de waagschaal stelden. Bepaalde
vernieuwingen, die de koning in het bijzonder om het leger
gevechtswaardig te doen blijven, invoerde, werden tot aangrijpingspunten
voor de oppositie, die van meening was, dat radiostations, telefoon
en auto in tegenspraak waren met de Wahabitische leer. De daaruit
ontstane propaganda moest in bepaalde kringen wel in vruchtbare
aarde vallen, daar de koning de elementaire, duizenden jaren lang
in de richting van roof en oorlog bewegende krachten der stam
men bijna zonder overgang, van den eenen dag op den anderen als
het ware, lïad gebonden, zonder dat een andere veiligheidsklep voor
die vrijgekomen krachten was geschapen. De Ghazutochten, de roof-1
expedities van stam naar stam waren verboden en waren met wapen
geweld door de uitvoerende macht onderdrukt geworden. Deze
opgehoopte krachten moesten nu in andere richting ontlading zoeken.
Oorlog moest er komen ! Daarom geschiedde die ontlading onder
aanvoering van Eaisal ed dawisch over de grenzen tegen de vijanden
des konings in Irak en Tninsjordanië; maar toen de vredestendentie
van Ibn Saoed oppermachtig werd en hij met geweld tegen zijn
overkokende aanhangers optrad, moesten de geweren zich tegen
hem wenden. .
Ook dat was natuurlijk, want de eenvoudige van geest in de
woestijn begrijpt cle ingewikkelde Europeesche politiek niet, waar
van de koning zich moest bedienen' om zijn rijk te beveiligen. Een
voor Europeesche begrippen belachelijke aanleiding gaf den doorslag:
het feit, dat de koning een telefoonleiding had laten maken van de
haven van Djeddah naar zijn paleis in Mekka naar dat paleis,
waar, hetzij terzijde opgemerkt, een brievenbus hangt, waardoor
een ieder bezwaren en wenschen direct binnen het bereik van den
koning kan doen komen, dit feit deed uit de latente ontstemming
van een deel der Ichwan een revolutie voortkomen, de zoogenaamde
telefoonrevolutie.
Maar niet alleen technische vernieuwingen hadden de gemoederen
verhit, vooral ook de breuk met den Takfir, het besluit des konings
dat niet-Wahabitische Mohammedanen en niet-Mohammeclaansche
vreemdelingen voortaan niet meer als ongeloovigen in yoortdurenden
heiligen oorlog moesten worden bestreden, maar dat propaganda
door oorlog moest worden vervangen door de vredelievende missie
van het woord en de goede daad, waren daaraan schuld.
, Nederlaag der oproerlingen
D IC strijd van Faisal ed dawisch tegen deze vernieuwingen, de
opstand der getrouwen, eindigde in December 1929 i n het Batindal
in een bloedigen veldslag met de nederlaag der oproerlingen. Dat
bleek de proef op de som. Faisal ed dawisch moest ten gronde gaan'
omdat hij niet had begrepen, dat zelfs een Wahabi-revolutie, wat
het naar het grijpen van de macht door den koning was geweest,
niet permanent kan zijn; dat elke staat, zelfs een Bedouinenstaat,
ten slotte in een toestand moet komen van vreedzaam opbouwende
concentratie der samenstellende krachten. Voor houwdegens, als
deze vurige kampioenen van het \Vahabi-ideaal, biedt een staat in
dat stadium van ontwikkeling geen andere mogelijkheid, dan met
pensioen te gaan.
Een compromis is hier onmogelijk, noch in het Duitschland der
S. A., noch in het land van den grooten Ibn Saoed, de groote dictato
riale antipode van alle dictators van dezen tijd. \Vij weten niet,
waarheen de tijd en de ontwikkeling der zichtbare feiten gaan en wij,
levende in een tijd, die voor het profetisme niets voelt, kunnen ook
niet zeggen, of Ibn Saoed en zijn werk stand zullen honden, dan wel
of de strijd om de petroleum de ethische missie van dezen bevrijder
der woestijn om hals zal brengen. \Vat wij weten is, dat de dictatuur
in die gebieden der wereld, die Europeesch worden genoemd, ren
geheel andere is, anders naar den geest, naar de gevolgde methode
en naar het gestelde doel, dan de dictatuur in de gebieden van het
Oostersche leven, aan welke landen de groote positieve godsdiensten,
de politieke categorie van het profetisme en ten 'slotte ook liet
zich afwenden van de wereld, hun ontstaan te danken hebben.
Anders dan andere dictators
IBN Saoed is een dictator, maar an«ler> dan alle andere dictator
en anders ook, dan zijn, bijna aan het/elfde milieu ontsproten buur
man, de dictator-autocraat van Vemen. Terwijl die oude man in
zijn angst voor het binnendringen van Europa zelfs de rapporten
der schoolkinderen eigenhandig onderteekent en zonder ministers
regeert, kan de zoon der Bedouiënen in zijn edelmoedigheid het wezen
lijk goede van het verkeerde scheiden.
Zijn ministers en zijn zoons die als stadhouders fungeeren. /.ijn
wel ministers en stadhouders, maar toch alleen als vingers aan een
lichaam, waarvan Ibn Saoed het oppermachtige hoofd is.
Eén ding vergete men vooral niet. Arabiëi< in geen enkel opzicht
.Europa en de Bedouinen der woestijn bezien het leven uit een geheel
anderen hoek dan de burgers van een. Europeesehên staat. De bena
ming: dictatuur houdt ook op Arabiëtot-gepast op zichzelf geen
loltuiting in.
GISPEN
SINGEL 299
TAG. 8 WINTEP.NUMMER No.'3003
r AG. 9 WINTERNUMMER No. 3003
- .-Erf