Historisch Archief 1877-1940
]
WELKOM VREEMDELING!
HF.T schijnt, als-«»f er in ons land
een kleine golf van
ongerustheid aan het opkomen is
over het ,. ge vaar" dat bij ons ge
vestigde vreemdelingen aan onze nationale huis
houding zouden kunnen toebrengen. In Kersteen
Tweede Kamer zijn vragen gesteld aan den minister.
of naturalisatie niet wat al te lichtvaardig verleeiul
wordt. Hier en daar speurt men in gewone ge
sprekken, in gezelschap, in den trein en in de
tram, ook iets van deze ongerustheid. Kn in een
serie artikelen beroert ..De Telegraaf" nu deze reeds
trillende snaar van het volksgevoel nog eens met
evenveel journalistiekeii flair als wetenschappelijke
onjuistheid. Onjuist, vooral daarom, omdat «Ie
gevaren, die onze volkshuishouding bedreigen, in
hoofdzaak ondersteld worden va,n economischen
aard te zijn: de vreemdeling eet onx het brood uit den
mond! Kr zijn hier bijvoorbeeld veel meer
Duitschers Werkzaam, dan er Hollanders in
Duitschland werken - dat is een wauverhimding. zoo
zegt men.
Kr zijn behalve economische. «>ok andere kanten
aan deze zaak. We kunnen dit thema van zooveel
kanten bezien, maar laat ons bij het begin
beginnen. Naderhand is er misschien nog eens
gelegenheid om ook de andere kanten van dit
vraagstuk onder de loupe te nemen.
Nuchtere feiten en exacte theorie
De zooeven gesignaleerde redeneeringen ko
men, voor zoover zij in economischen zin ge
rationaliseerd zijn. hier op neer dat het eigenlijk
maar het beste zou zijn zooveel buitenlanders uit
hun dienstbetrekking te ontslaan en uit het land
te zetten, als er hier nog werkloozen rondloopen
die voor de opengevallen betrekkingen1 in aan<
merking zouden kunnen komen. Dat is toch de
kern van «Ie zaak. niet waar'r
Laten wij ons nu vooral tot 'dit (economisch)
aspect van ons thema beperken. Anders vertroebe
len wij de zaak maar.
Aan «leze thesi?. waai van wij de onjuistheid nu
gaan bewijzen, ligt du gedachte ten grondslag, als
zou er na het ontslaan van een buitenlander een
positie vacant komen,voor een Nederlander. Laat
ons eens zien.
In een garage, waar ik geregeld kom om benzine
te halen <tf herstellingen te laten doen. werkt sinds
jaren een Duitsche bankwerker als mêcanicien. Hij
krijgt zijn loon uitbetaald en daarvoor koopt hij
een paar flesschen melk. kadetjes, tabak en en
paar schoenen. Dat 'wil zeggen, dat hij aan de
algemeene cqnsumptie mee doet voor ongeveer
evenveel als zijn loon bedraagt. Maar der.e con
sumptie moet óók gepioduceerd ? worden.. Kn
hoe verdeeld die ook is, in fleschjes melk. kadetjes.
tabak, schoenen en huur die te produceeren ?
consumptie voor een als gemiddeld voorbeeld
genomen loontrekker. zal altijd weer arb"id
'V i
t i
VERDERE INHOUD
4. F. A. Roels. Kunnen wij ons beschermen''
5. R. van Ravenbeek, Engelsche politiek.
6-7. L. J, Jordaan, Op Hoop van Zegen. C. van
Wessem, Missa Solemnis. H. Scholte, Het
Kamerolifantje. W. v. d. Elzen, De limonade
marketentster.
8-9. Ed. de Nève, Filmjournaal. L. J. J.,
Vrooliikhtid in De Uitkijk.
(Ml. Mr K. Ellas, Orkaan bij nacht. Charlvaria.
- J. van Nijlen, Hét lied der aarde. t. d. N.,
Nederlandsche letterkunde op' gevel en put.
S. C. van Vleuten, Ministeneele maskers.
Korte recensies.
12-13. Alb. Plasschaert, Hedendaagsche schilders.
ld., Kritiek der schilderkunst. Prof. Mr A. G.
Josephus Jltta, C. F. fan Dam. De verza
melaar laat restaureeren. Ch. Roelöfsz,
Tijdgenanten.
14-15. Dr H. W. van Laren, Onzichtbare stralen.
W. J. van Balen, Waar de Passaat blaast.
16-17. J. Sternheim, Tooneelspeler worden. Mode
van morgen. Paul Bromberg, Wastchen en
plassen.
18-19. Paul Huf, Declamatie voor de plaat. i Prof.
Dr J. J. van Loghem, Malaria in Nederland.
20. Henr. van fcyk, Hoe je nergens meer veilig bent.
O. P. Bronkhorst, Narcissen inde huiskamer.
Het nieuwe album van Verkade.
22. C. A. KJaasse, Uitvoercontrdle.
24. Meppen en moppen. Ik zeg.... Melis
Stoke, Visioen bij de wisseling van het Jaar.
(teekeningen Harmsen van Beek)
25. Kladschrift van Jantje. Rik Kaardt, Jubileum
anno '1040. Tentoonstellingen.
26-2T. F. de Sinclair, Geheim van Rodi Majorca
(teekeningj. ??'. Doevej. Fotoraadsel en letterpuzzle.
ge-ven aan een gemiddelde
arheidskracht. Want dit mort men zich
steeds voor «togen, stellen, «lat het met
begrippen als arbeid, loon, deelname aan
</«? (iro<lucli<\ <lfd hcbbt-n in de eonsumpliV.precies /o<>
gesteld is als met boekhoudkundige ]>osteti. .Men.
kan er n rekening mee belasten, maar dun moet;
men er steeds een tegen-rekening voor t-rediteeren.
Voor wie '/.iel) niet in «leze problemen heeft
ingewerkt, klinkt dat misschien een beetje moeilijk.
'Poeh is het dat niet. mits men zich maar niet
vnsl klampt aan vooroordeelen en
gevoelsarguinenten, «lic het zakelijk redenecren in tien weg
slaan.
Maar om mi tol on/.en Duitschen
mccaniriell terug te keeren: laten wij eens van tlit geval
uitgaan en vei «Ier redeneeren1). Laat onsaanncinen.
dat hij f 20.-- per week verdient en dat het moge
lijk /.on /.ijn morgen dui/.eiul van de/.e lieden
naar huis te sturen. Dan /.ouden inderdaad over
morgen «liegenen g«-lijk krijgen, dit- /eggen:
../.ie je nou wel. duur komen mi duizend
werklo:)/e Hollanders voor in «Ie plaats J" Maar al
ras /.al het blijken, dat bet beele productie-appa
raat moet worden ingesteld <»p een aflevering
van luiiuler ..eonsumplie" dan voorheen. Immers.
«lui/end werknemers, die samen per maand ook
voor ruim taehtigdui/end gulden ..afnamen".
out! Teken voortaan als klanten. J>e marhino
der piotluctie moet tlns wér iets vertier worden
neergesehroofd. Preeies /oover. dat «Ie voort
brenging zich weer aanpast aan de veranderde.
Vernaiwde. omstandigheden. Met dit gevolg.
dat er nood/.nkelijkenvijze elders, dwars door het
heel- productie-apparaat heen. weer precies zoo
veel arbeidskiaehten moeten worden ontslagen
als er >.\erbodig . zijn geworden doordat er dui/eml
koopers /.ijn weggetrokken van t'leschjcs melk.
kadetjes, taltak, schoenen, ledikanten en wat dies
meer zij.
Wij luidden opgemerkt dat. er voor het
produceeren van'de eonnumptie. van dcli
leet'toehtin-den-meest-uitgehivi«len zin van n hiontrekket
ook gemiddeltl n arbeidskracht Werkzaam . is.
(Ware dat niet zoo. dan zouden wij. niet bij wijze
van uitzonde!ing. maar allemaal tegelijk in Mmit
zijn m on/.e tegenwoordige maatschappij veel
meer te pi'oiluceeieii dan wij voor ons onderhoud
noodt*.' hadden: «lan -/.ouden wij allen rijkdommen
naast lijkdomnien kunnen opstapelen en "s werelds
welstand zou zich in een ten hemel strevende
spiraal omhoog schroeven. Hn dat is nog
?methet geval!) Kort en goed - mi er «lui/.end ver
bruikers van den NVderlandsehcn bodem zijn
weiiufevuairtl en er ronr. duizend verbruikers minder
moet worden geproduceerd, moet er. want de/.e
conclusie volgt hieruit met ijzeren
nondwcntligheid. ook tloor duizend arbeidskrachten minder
aan de productie worden deelgenomen. Kr komen
dus opnieuw- duizend arbeiders op straat !
Steun als factor van deviatie
. (i e-/.uit mij tegenwerpen, dat deze redeneering
- hoe juist ook in theorie niet geheel en al
op kan gaan: dat er niet duizend arbeiders do
straat op moeten, maar slechts, laat ons /.eggen.
niet voel hieer dan achthonderd, lmme.rs.die duizend
die aanvankelijk de opengevallen plaatsen konden
?bezetten en 'daarvóór van steun moesten leven,
kunnen nu hun -consumptie-capaciteit uitzetten.
Zij behoeven niet meer van een
minimum-exis' tent'ie'to' leven en kunnen op hun beurt, door
een royalere consumptie, waarin voorzien moet
worden, aan mér arbeidskrachten werk. ver
schaffen dan voorheen.
Deze opmerking is juist, maar er moet geen
overheerschende beteekenis aan gehecht worden.
Hoc paradoxaal het ook klinken moge,' ook de
ondersteunde werklooze is bron van welvaart
omdat zijn aan geen productie-proces tmtleende
inkomsten hém tot een nét voldoende consumptie
in staat stellen en dus werk verschaffen aan die
menschen, die moeten' produceeren om in zijn
onderhoud te'voorzien. -Want op iicee manieren
worden de middelen van onderhoud van hem
die buiten het productie-proces staat op peil
gehouden: primo door den steun, sccundo door
dat hij verschillende zaken, die anders aan hef
fingen onderhevig zijn, goedkooper krijgt. Hier
mee is volstrekt niet gezegd, dat zijn lot roos
kleurig is; alleen dat ook hij, reeds voordat hij in
het arbeidsproces wordt ingeschakeld,aandeel heeft
in de consumptie, - dus arbeidsgelegenheid schept.
;?? >.l
Koning Georee V
Het- blijft eyenwel toegegeven, dat- men hier een
y.ekcr saldo moet c«mslateeren en dat. op dezo
wijze bezien, het getal van de ontslagen en naar
huis gestuurde buitenlanders en het. getal van
«liegenen, die wegens het wegvallen van zooveel.
monden ontslagen moeten w»»rd«*n. elkaar niet
IHTricn «lekken. Wij schijnen dus toch. /ij het maar
vooreen klein deel. op het buitenland at'te kunnen
Wentelen wat we zelf te kort komen.
Mam- waar lijkt dit op? liet ligt- voor de hand !
Wij blijken op precies dezelMe
icder-voor-zichivdciHvi ing te zijn aangeland als bij het goederen
verkeer. Zeker, het protectionisme stelt ons in
staat bepaalde stroppen op ..het buitenland" af te
wentelen en. zounls we er\aivn hebben, en
dagelijks tot groot er schade dóórgaan te ervaren.
nooit tot ons vooideel. Want automatisch keeren
/ieh alle protectionistische maatregelen \\ecr tegen
tiengt'en. die zijn welvaart- wenschte te beschermen.
Ook in dit geval, dat wij nu hebben leeren zien als
een anderen vorm van protectionisme.
Onze conclusie.was. dat- inderdaad een irurtie van
het aantal t c werk gestelden, dat op «Ie opengevallen
plaatsen van de naar huis g< stuurde buitenlanders
werk dacht te kunnen vinden, ook aan het werk
kan blijven. Kestecrt dus op het eerste gezicht
een zekere .winst. Tenminste 'wanneer men
eventueele af weeinwat regelen van ..het buitenland"
buiten calculatie laat. Maar dat het een lichtzinnig
heid 'zou zijn. te denken dat men dien dreigenden
factor mag verwaarhtozen. leert ons de ervaring
van het handclsproteetioiiisme.
In een zeer groot aantal Nederlanders, dat buiten
onze grenzen emplooi vindt o/ ilanr uln onder
nemer» optreedt, bezitten wij een uiterst kwets
baren Achilles-hicl. Zou het dan maar-niet beter zijn
weer ijlings het hazcnpad.te-kiey.cn met de tegen
werping, dat wij. door vél buitenlanders te ontslaan
toch een klein «//n/«Mandgtmootenaaii werk kunnen
helpen? Ongetwijfeld nl 'moot erkend worden,
«lat de tegenwerping tegen onze ooi-spronkelijke
redeneering haar theoretische mérites heeft. Door
vergrooting van de consiimptie-mogelijkheid van
een aantal op gereduceerd rantsoen levende
menHclien wordt er vanzelf eenige arbeid geschapen.
Het is intusschen wel 'merkwaardig dat deze eenig
mogcljjkc tegenwerping stoelt op precies dezelfde
consumptie-theorie als waartoe wij kwamen, de
?theorie dat iemand, niet door zijn productie, maar
door zijn consumptie, weer arbeidsgelegenheid
schept voor een ander. Of in haar tegendeel:
dat men, door minder te consumeeren. arbeid
ontneemt aan een ander. Deze wet verklaart
den vicieusen cirkel, de -'schroef zonder eind,
van de deflatie, ' en den langen duur van
de crisis. De erkenning van dit principe, beteekenfc
het inzicht waar hem de sphoen wringt.
Een correctie in tegengestelden zin
Maar ter zake. Wij verdiepen ons op dit
oogenblik niet in de crisis, maar in de tcetmatigheid der
verschijnselen. De wetmatigheid bestaat, crisis of
geen crisis. Wij zeilen die echter hooit geheel
kunnen begrijpen, zoo lang wo ons laten leiden
door vooroordeelen of Wenschen.
Sto/.'n
Wat wij gezien hebben, was de als het ware
?mathematische wet, dat duizend menschen die uit
het productie-en-consumptie proces w«>r«len ge
schrapt, nog eens duizend menschen hun arbeid
ontnemen. Maar tegelijk zagen wij, hoe het kom
pas, dat onverstoorbaar naar de ijzeren wetmatig
heid van deze stelling wees. in onze samenleving
natuurlijk niet in een belegerde vesting
een deviatie vertoont, een afwijking van tie econo
mische wet, veroorzaakt door den socialen maat
regel, die de ondersteuning is.
Het is echter de vraag of deze afwijking niet
ruimschoots gecompenseerd wordt door
rorrigeerende factoren. Dit is welhaast zeker.
Kr bestaat een rapport dat aan onze regeering
is gezonden en dat samengesteld is door de com
missie voor economische voorlichting aan Duit sche
vluchtelingen, een commissie onder voorzitterschap
van Mr Dr G. van den Bergh. Het handelt over
den invloed van de Duitsche immigratie van den
laat sten tijd op de arbeidsmarkt en opent een
enquête over de bedrijven, die door immigranten
zijn opgericht. Er is weinig over gepubliceerd in de
hier verschijnende dagbladen 2). Intusschen blijkt.
dat er im- en exportfirma's zijn opgericht en fa
brieken voor metaahcarcn, voor texlielprodudcn.
houtbewerking, chemische industrie, cm, . Voorna-'
melijk van zaken die vroeger uit het buitenland be
trokken teerden.
De te werk gestelden zijn voor 90 pCt. Hollander a
en het aantal werknemers, dat rechtstreeks en zijdelings
is ondergebracht (arbeiders, bedienden en weder
verkoopera), is zóó groot dat het totaalcijfer der in
de laatste twee jaar hierheen gekomen Duitsche vluch
telingen evenaart (ongeveer 5000J,
Inplaats van een druk op de arbeidsmarkt.
blijkt dus deze immigratie in de gecompliceerde
balans van productie en consumptie een verlich
ting te weeg gebracht téhebben.
Ook andere aspecten
Het is duidelijk welke herinnering bovenstaand
voorbeeld oproept: die aan den vooravond onzer
Gouden Eeuw, toen een stroom van Hugenoten,
later van Portugeesche joden naar de Noordelijke
Nederlanden zijn weg vond. En daarmee raken wij
ook andere zijden van dit thema: humanitaire,
cultureele zelfs nationale. Het bestek van deze
beschouwing laat niet toe al deze zijden te belich
ten. (Wij moeten onze taal hoog houden!)
Dat in de historie dévolkschheid, het nationale
element, door de aanwezigheid van hét zuurdeesem
der vreemde infiltratie niet is aangetast, maar juist
is versterkt, dat nijverheid en buitenlandsche handel
er sterke impulsen aan ontleend hebben, dat de
Nederlandsche cultuur juist daardoor een machtige
ontplooiing onderging, wie zal dat durven ont
kennen in het land van Spinoza neen, van
Wilhelmus van Nassau?
WEEKTROMPET
VAN DEN WIJZEN OLIFANT
1) De schrijver volgt hier een uiteenzetting, die het
eerst gegeven is door den Duitsehen econoom en
publicist Schwarzschild.
2) Een uitvoerig bericht geeft het Tagebuch van
27 Oei. 1934.
D K dierentuinen bobben in de thans uit
geschenen Kerstdagen, waarvan het laat
ste, flakkerend licht nog over de/.e ko
lommen bc«*ft, met de kerstboomun en door hulst
getooide* restaurants, een wedstrijd aangegaan.
liet zijn ware lust gaarden geworden, bewonderende
kindcroogen konden door verlichte
aquani-m\\anden zelfs giftige palingen aanschouwen uit
«Ie Mi«Ulellandsche Zee, en de roofdieren in .\rtis
vertoonden ontroerende blijken van huiselijken
zin. Le/.en V\ij niet, «lat vele va«ler-leeuwen zich
in den familie-kring hebben begeven r Zij gaven
een waardig voorbeeld aan ons uithui/.ig wordend
ras. dat, bij «Ie comtnercialiseering van d-* kerst
gedachte, die een onderdeel vormt van het
algeineen pr«»ces «Ier verzakelijking van gei-stelijke
- wuanlen. de eigenlijke kern der dingen vergeet.
Verzet is ijdel, nu «Ie crisis nu er dan ooit tot /.aken
?doen nijpt, en de inzender, die in een verboruen
uithoek van de N.H.('t. zijn Weerzin lucht gaf <>v,-i
een gesmoorde big voor een uitstalkast in * en
slagerswinkel, die een karton met ..vrede op aarde.
in menschen een welbehagen", "p /.ijn zijiu-- huid
vond gespeld. draagt de stem des r> epeiiden
in i Ie woestijn van klatergoud, di. den inke. i- van
het kerstfeest overdekt.
Intusschen hebben de dierentuinen aan 'den
kroniekschrijver, die. heden zijn wekvlijksch over
zicht begint, een Verheugend geschenk gebracht.
«Ie Kerst gave- zijner vermomming. Kr is een prach
tig klein olifantje verschenen in Artis, met jon^e
kuren, in hem vindt tl u lezer het symbool van wat
de schrijver wil: een groot e olifant word» n. die
niet zijn spleetouirje-i naar de wereld kijkt, «-n
met /.ijn slurf uit d** gebeurtenissen der week
datgene oppikt, wat hem de moeite waard lijkt.
* *
Kn daar is dan mijn slurf /..waaide er al ov.
iheen: het ontstellend -proces van 's levens
verlawaaiing en 's levens verzakelijking. Dit kerst
feest werd een beschaduwd kerstfeest, omdat van
«Ie nokken der huizen, waarin de kerst boom»:*.!)
glinsterden, de vhiggon halfstok hinden. In de
Syrische Woestijn gitigel) ze Ven lev.-ns Verloren.
en een zilveren luchtvogel. tlie kortgeleden het
voorwerp geweest was van een lyrisch en deliris-ch
enthousiasme, als ons nuchtere volk. nadat het
danste om den Mei-boom in den pntrioUentijd.
niet heeft gekend. De t'iver-koekjes. waarmee de
banketbakkers hun voordeelige negotie hebben
gedaan, zij smaken wrang, niemand heeft ze aan
den kerstboom. gehangen. Kn de vraag diingt
zich op of wij niet rustiger en waardiger de mannen
kunnen eeren. die hun leven wagen voor nobel
pionierwerk. Kr zijn er. waarover ieder spreekt.
er zijn er ? denk aan de bemanning der duikboot
op haar gevaarlijke wereldreis waarover nie
mand spreekt. Maar allen koesteren ze in hun
binnenste het oordeel dat een bekend Indi
vliegur eenmaal aan mij openbaarde: ..men ver
giftigt ons vak met zijn feest-botoou t"
De vreugde over de verrichting van ,,de Snip'1.
die de begeerde brug bouwde tusschen het moeder
land en de veronachtzaamde West, is door de
Uiver-droefenis versluierd. Zonder ministerieele
redevoering en 'fanfare-corpsen staVtjnHondongen
de zijnen met een weemoedigen glimlach de wel
verdiende lintjes in hun knoopsgat, en de oude
vader van Hondong in het oude Grave dacht aan
vier jonge, treurende vrouwen, en zei: verwijder
het sparregroen en het vlaggedoek van mijn deur
post l
**.-'.' ? ?'
Wanneer ik. aan dit Kerstfeest denk, dan
denk ik aan drie Koningen. Eerst aan den Koning
van het Westen, Koning George :van Engeland,
wiens goedige oude stem velen zullen hebben be
luisterd, toen hij op den eersten Kerstdag zijn
Kerstgroet door de radio sprak. Er lag iets
ontroerends in de nobele wijze, waarop zij gesteld
en gezegd werd, er lag iets pijnlijks in het ontbreken
van Ierland op het appel der zuster-naties, die den
vaderlijken monarch kwamen begroeten met een
,,God save the King", er lag iets vernuftigs in de
vondst, om het in souvereine eenheden versplin
terde Britscho Imperium te herstellen als een bond
van families, die door denzelfden geest worden
bezield. Men zegt tot zich zelf: ook in Engeland
gaat de gedachte eener volksgemeenschap boven
de Staatsgemeenschap opgeld doen, om verloren
machtsposities ie her.stelleu. Maar «Ie kinderen, die
tot het oud- Kngelsch kerstfeest geroepen werden,
waarvan «Ie Koning sprak, geleiden de Moeder.
Dut blijkt uit de reactie van Kngeland bij de
opzegging van het Japunsehe vloot verdrag. Wij
constateeien in den laat sten tijd een plotselinge
opleving dei Volkehbond.-liefde in Kngeland.
waarvan het uiterlijk bewijs geleverd wordt door
het Kngwlsche initiatief voor de Suarexpeditio,
nuuwlijks een maand nadat de Kngelsche Hegeering
had verklaard, niet over het /.enden van troepen
naar de Sa a r te denken. Wal zit «laarachter ':
Op i.7 Maart l'.tMÓ zal het 2 jaar geleden zijn. dat
Japan uit «len Volkenbond trad, en op dien datum
vervallen de rechten en plichten, dit: rusten op Japan
als volkenbondslid. Dus <».>k het mandaat, dat
Japan van den Volkenbond kieeg voor het beheer
der Zuid/.i ..... -Handen, van welke eilanden de
Japansehe He-irëei-iny verklaard heeft, dat ze t: ven
n< odza k' lij k /.ij n voor Japan t er Zee als Mant sjwoeko
te land, en dat Japan ze nooit zal opceven. In het
rapport van de inandAten-c«.>nirnissie van den Vol
kenbond. dut op -j o Januari l'.'IW ' werd gepubli
ceerd. wordt Japan .-r van IM-M ImMigd. in strijd
niet de verdragen, \vrsterkingeji te hebben
aangel'-u'd op de/.e eilanden, -lie op Jen weg van Japan
naar Australiëli-.'en. /,,o,lat de afkeer der Domini
ons van de /.vf. ...lapansehe li.-liiiML'" in Knireland
alle^/ius t" begrijpen i>. Wat. y.;tl er gebeuren,
wanneer op 27 Maait ]'.<'.','> Kn-'éland te «jeiu-ve
v-jor.-t.-lt om-JapaiJ l
r-tille Ztiidx ..... .
/ijdft wat /.al de Nedeiiandü-1 h
wanneer haar ^evi-aa^d wordt .
\"o]kenl'ornl»-e\pe1li» j
d- Zuidzee-, i
t
ov,_-r de
Kn. dit
ter? -riïic «lueU.
om aan een
eel te HellleH. tllUliSUaai'
i. \\u&i niet het «.Mj.g op het
nabijBelegen Xieii\v-( iuiii. a meer Xt-derlandsohe
bolangen zijnt-- bescherniên dan in het Saar-eebied ir
Wie de/.e v] a_vn «telt . ziet de ii il e l 'pellat it-'-Sneevl iet
? ?ver oir/.e tlet-lneminu' aan de Saar-espt-ditie opeens
in een teheel ander licht.
De ongekroonde Koian^ van het Ooston. Stalin.
de itiaehti^te man (Ier Sovjet -Hepublick. l.ieleeft
merkwaardige, dagt-n. - .-'De kerstweek vert«'Onde
Uu,-land als een groot./ Mogendheid van
toenemeiule intei'iiatiotiale beteekoni*. De gloeiende
moeilijkheden tn'^schen Japan eenerzijds en
Kugelaiul?Amerika aan den anderen kant. die oen
gevolii /.ijn van de opzei-rgin1.' der vloot -overeen
komst. plaatsen Rusland op het vinkentouw, eii
onderwijl vlijt Mariauue zich in kokette bochten
om den Hu>sii»clien beer te behagen. Als nu Rus
land, als-t -u-blieft maar zoo vriendelijk wil zijn om
>.ijn revolutionnairo piopagamln in Frankrijk te
staken. De beer lacht in zijn banrd, maar de lach
wordt een grijns, want Stalin. de machtige, heeft
moeilijkheden in eigen land.
Van den derden Koning, don ougekroonden
koning van het midden, den Leider, die meer
macht in zich vereenigt dan vele absolute mo
narchen uit het verleden, verneemt men in den
?laat sten. tijd opmerkelijk weinig. Wat doet Bitier?
Hij wordt h o o langer zoo meer een legende, terwijl
do ? mannen die om hem heen zijn steeds meer
van zich laten hooivn. In de kerstweek trad
Blomberg. ?' de Minister' van. Oorlog, op den voor
grond door een merkwaardig vraaggesprek, dat
vooral van beteekenis is voor wie tusschen de
regels weet te lezen.
Hoe het zij, in de'Saar' zal het wel geen vaart
loopen. De Tommies verbroederen zich met de
Saar-jeugd. en een Hitler-knaapje staart met be
wonderende oogen naar een Hollandschen marinier,
die zijn voorgeslacht tot het jaar 1065 opvoert.
De Saar is een station op onzen terugweg naar
Nederland.
Wat is er in Nederland geschied?
De olifant heeft maar een beperkt hok, en
daar«tm omringt hij zich nog met maar weinig bult.
Maar welk een buit? Een kerstrede van Albarda
en een Kerstmarsch van Mussert. De Heer Albarda
trekt wel een bedenkelijk gezicht, maar hij
dispereert niet, on de Heer Mussert dispereert niet, al
weigert. Amsterdam hem nog de sleutels en hu zet
er met de zijnen de beenen in. Wanneer mar ch ee
ren er mannen uit een anderen vreemde mee dan
Duitschland? Een waanwijze vraag van den
olifant, die nu zijn oogjes sluit.
PAG. 2 DE GROENE No. 300-4
PAG. 3 DE GROENE N . 3004