Historisch Archief 1877-1940
Schilderkunst
?'.?*'!
.»!
f
l
]
Hedendaagsche schilders
l
?'M
»'-i'
f J» II
l
A. Loots. bij Santee Landweer.
Amsterdam
W A N N K K K wij het o\vr ..na
tuurlijkheid" hij e«'Uschild«'i
hebben «Hu voegt y,eker
eenige oplettciidhcül. Natuurlijkheid is
ongetwijfeld ??«?u overeenkomst ighcid
van «l" gi-voeicns van tlt'nschihl'-r met
«lie «Ier incest t- nu'iisi'lH'ii; liij hi'eft
dan «Ie kans op hot meest-verstaan
wor«len: zijn persoonlijkheid, met haar
marge van afwijking van «len norm.
«lie iedere perst lonlijklu'id karakte
riseert, kan dan liet eenvoudigst ge
noten worden dour de meenten.
Banaliteit valt van /.elve hier buiten:
bairiliteit erkennen wij niet in het
kunstwerk. Kr is echter nog een na
tuurlijkheid, die ge moet laten gelden.
wanneer liet kunstwerk u bizar of
den meer-teil vreemd en vervreemd
van de meesten, u toeschijnt te '/.ijn.
Deze hi/.onderc . nat wirlijkheid" is in
het kunstwerk steeds aamxe/ig. wan
neer mv gevoel u «loei gevoelen.
dat de innerlijke aard van «U-n. schilder
geen andere vertolking duJdt dan hij
geeft: waniieer ge tussclien /ijn werk
en zijn w<"Zen geen actief voornemen
ontdekt ..afzonderlijk" te zijn. geen
moeilwil dus er in erkennen kunt.
Dat isnoic een
natuurlijkheid.dicafzonderlijke en diclatcrtot een haast
algemeeiie kan worden, wanne»-!' het we/en
van een tij«{p«-rk daarom vraagt en /.e
vele elementen bex.it. toch Vllll
blijvenden aard. Zulke af/.onderlijke.
eerst afzonderlijke natuurlijkheid, die
dikwijls iet- nieuws brengt, heeft in
de kunsten menigmaal aanleiding
gegeven toi ioiderschatting.
miskenning. onwil, di" later wonderlijk kun
nen toelijketi.
liet \verk van den jonr«'n
schilde;A/li. r.ti'ifx is van een eenvoudige
nat uurlijkiiei'l. die «je b.v. bij den
schralen <>reg<drc te veel mist. Het
werk is het werk van een «uilen
realist en <«-l«'ii-;t en het is in /.ijn
intonatie /eer uit ons land.. Twee
poi'tretle), .niet het naakt) en een
paar s'tad>.ge/.ichtcn /ijn (laarvan «te
iiUH-.st t ypeeii-nde voorbeelden. Vooral
d" twee portretten, waarvan het
lle nnn<.ri-n<iam is door Vele levende
..bruinen" >'M waarvan het andere
(met roodeii de figuur weergeeft'
in een licht-niimte. lijken mij van
Loot s i--t~ t.e «l-ieii .verwachten.
Eekman bij Santee Landweer,
Amsterdam
NATliTKLUK ziet iedereen en
z«lgt het. dat Kekman een invloed
lieeft ondervonden van. Jirueghel.
<len teekenaar der boeren. Het is niets
ongewoon*, dut iemand xoo'n invloed
ondergaat van een der
oivweerstaanbre meesters van ons ras. of dal hij.
van datzelfde ras gelijkenis vertoont
met "Bru ey h el. Soms is zulke gelijke
nis van de hoogste orde en g«v kunt
zeggen-<1 H t een ras. zich opni.-uw be
leeft of herleeft in een .schilder.
(.Jo gevoelt dan enkel noodzaak in het
werk: innerlijkheid cnwerk xijn
ongescheiden: geen verstandelijke over
weging ti-aeht «l«iu bedriegelijk aan
elkaar te plakken wat
geenonsL-h.'idbanr geheel is. .Hij IVrmcke vindt ge
de Jiêrleving van het Vlaamsclie ras
in een schilder en het werk is bij
h'.'in onscheidbaar van de aan-/ettende
DANSEN
EEN'BESCHAAFD GENOEGEN
mits In
TANZ KLAUSE
Mirnlittr. b/h LEIDSCHEPLEIN
ontroering, Kr zijn andere
««vereenkomsten bij andere schilders, /ij xijn
in meerdere of mindere maten be
vangen van visucelc herinneringen
atitieen voorgang,«r of aan een grootere
en hun geest, uit op Koeken, voelt .zich
tijdelijk verzadigd door wat een
ander maakte, /onder dat daarom
hun eigen wezen geheel gegeven wordt
door wat zulke visueele herinnering
daar achterliet. Kr is nog iets, en
dikwijls, in zulk. werk te bespeuren.
J let werk van den n'ivtdgeriden schil
der krijgt iets litterair* tegenover het
volslagen picturale van don
vooruauger: het drarnu wordt gespeeld op
een kleiner, en eer-begrensd toonecl.
Wie kun ontkennen, dat we dit laatste
bij Kekman vinden?
J. Troelstra. bij Van Lier
Amsterdam
H KT werk van J elle Troelstra heef t
een bekend gezicht; het is zonder
twijfel uit wat g^ de Iktrgsehe School
?/.oudt kunnen noemen. Het vertoont
dnarvan «Ie kenmerken: een sterk
driedimensionaal modeléen het tracht
de vormen synthetiseereiid. groot ze te
geven. Het is van dat Jiergsche werk
een exempe!. zoo niet een kiaehtigst
voorbeeld! Ge wordt onophoudelijk
herinnerd aan sterker talenten bij het
bezien ervan. K^n tier goede portretten
van Troflstra is de kop vun Wibaut.
een kop. di * door d? uitdrukking van
'macht-hebben en van inachtig-/ijn,
meer dan n schilder bewoog hem te
kenschetsen. De meeste, andere wer
ken zijn landschappen met de eigen
schappen, die ik hiervoor beschreef.
Toch is er verschil in de/e landschap
pen, enz. Sommige zij n blanker, andere
zwaarder van /wart. Mijn voorkeur
gaat mrir het wei-k, dat blanker is;
ik vind daar een persoonlijker uit
drukking in dan in de andere.
j. P. van der Leeuw, Statenlaan 71.
Den Haag
OM het goud. rood en blauw zullen
sommigen deze teekeningcn ver
warren met groot e miniaturen. Wij
waardeeren alleen de miniaturen uit
bepa-ilde perioden, omdat zij ons tref
fen door een'toch sterke naïveteit en
omdat de vulling van hel vlak, omrand
door guirlanden. een krachtig gevoel'
voor het decoratieve vertoont, waar
bij wij dan wel aan natuurgetrouw
heid? wat verspelen, maar veel meer
winnen door juist den gesimpliceer
den rijkdom der versiering. Kigcnlijk
zoeken wij dus overal oen kracht, die
recht van «loon geeft en eigenlijk
laat ons wat zwak in van onnatuurlijk
heid onverschillig of ongetroost.
De/e teekeningen van Van der Leeuw
hebben om* nergens overtuigd van
de kracht van den teekenaar; /ij
hebben ons nergens overreed tot het
medebeleven der ontroeringen van
den maker: zij hebben ons de 'ontroer
ringen van «len maker nergens aange
naam gemaakt. -.Jlot is niet zonder
leeriiig voor den toeschouwer, als
hij de teekeningen vergelijkt met
Heanlsley's werk, met dat van De
Xerée. Deze vergelijking kan dien
toeschouwer toch duidelijk maken,
dat Vnn der Leeuw kracht ruist in
de lijnen, die zijn vormen bepalen
en in de lijnen, die bij «leze teekenin
gen dus overbrengsters zouden moeten
blijken vanden wil of van het geluk
vanden kunstenaar. .Hel tegendeel
overkwam ons. We vonden geen
volledige mannelijkheid of spontane
\rou\\elijkhcid in dit werk. maar een
soort tussehentoestand. die. en dat is
persoonlijk, meer weerstreven wekt
dan bereidwillig mee-gami.
Isaac Israëls. een algemeene beschouwing
E H is een regelmatige opeenvol
ging vast te stellen in de vraag
stukken, die de schilderkunst van
den eolorist Isaac Israëls zich heeft
gesteld. K n deze opeenvolging i-,
zou natuurlijk, dat ge u ze niet
anders kunt denken dan zooals hij ze
beleefd heeft. Wat is toch logischer.
al zijt g.* later bij uitstek «Ie schilder
der beweging, om te beginnen met den
stilstand, niet den stilstand dei din
gen, met de stilstaande dingen V liet
is van den scholier om de \\-eivld zoo
te kunnen weergeven en uiterst ge
ring is het aantal der schilders, die den
scholierentijd schijnbaar oversprin
gen. Maar wat. Isaac Israëls eigen zou
worden, is daarna spoedig gekomen:
zijn figuren hebben zich in beweging
gezet; zij xijn bewegende volumina
geworden, die soms den rijkdom had
den van een sterke ghuv/.ende kleur.
Daarmee zijn sommige levens van
schilders verzadigd en daarmee en
daarin zijn ze geëindigd. Maar niet
Isafic Israëls. Hij heeft de bewegingen
niet steeds bezien als bewegingen.
verplaatsingen van schoon e vlekken
kleur; hij heeft de bewegingen gegeven
in het licht. Dat is een saamgestelder
probleem, waarbij het licht echter, hoe
ook genuanceerd~en hoe ook de locale
kleuren wijzigend, een bepaalde ge
stadigheid bezit. Het is met andere
woorden een ingrijpen van liet eene
stabiele op het andere oorpsronkelijk
stabiele, waaruit vele wijzigingen kun
nen voortkomen; waarbij het oog vele
verrassingen ervaart en waar de
snelnoteerende Isaaac Israëls ons
fleurigheden heeft doen genieten, die men
bij andere Hollanders uit zijn tijd niet
genoot. De/e luminist Isanc Tsraëls.
verwant aan de Franschen. heef t aan
do/e subtiliteiten voor ons oog en die
alleen in het gebied dei kunst te
waardeel en zijn bij ongerepte zuiverheid
en zekere beschaving, nog iets toe
gevoegd; zich het nog moeilijker, nog
gecompliceerder gemaakt. Was het
licht in de werken op bepaalde mo
menten toch als stabiel nog'gevoeld,
een laatste wijziging was nog mogelijk.
Het was het omhullende licht feitelijk
als labiel steeds te gevoelen: een bewe
ging van het licht yelf nog te erkennen
en te genieten. liet licht had op den
duur bij alles wat zich leeds wijzigde.
nog wankelingen in zich zelf: alles
bewoog zich in een licht, dat zelf
bewoog on zelf ook onophoudelijk
veranderde. Wij vinden dat in be
paalde werken, b.v. uit Indië. Door
een veranderende licht-at mospheer
liepen, bewogen zich figuren! (Je
zoudt. zonder gevaar van tegenspiaak.
kunnen zeggen, dat hier door Isaöc
Israëls een maximum- van zijn kunst
bereikt was. Nog verder op dezen
Aveg toch voortgaande mo;>st allen*
vorm verliezen en worden tot
iriseerende trillingen, of hij mói>st positief
weer terug gaan en tot de erkenning
van bet nmte volumen zich bekeereii.
zij dat volumen ook in het licht ge
modelleerd. Kn soms vraag ik mij af.
of we. in een enkel zelfportret «lat
laatste niet kunnen aanduiden':
PLASSCHAKHT
KINDERPOSTZEGELS
D
ITMAAL is aan Afirt ;-ati
buruh vanwege den Bond voor Kin
derbescherming opdracht- verleend tot
het ont\yefpen van. een z.g. kinderpost
zegel, waarvan de opbrengst ten goede
komt aan verschillende instellingen welke
zich bewegen op het gebied der kinder
verzorging.
Ken meisje, met een ' ietwat ouwehjk
gezichtje, een popje in de handen hou
dend. kijkt vragend naar omhoog. Kr is
een fijne lichtglans om het' figuurtje, dat
van boven en van onder door duidelijke
-letters is afgesloten. Ook de waardecijfers
zijnfloed opgelost. Wat het meest opvalt
is echter het bezield karakter. Ken zegel
dat gezien mag worden O v 'l'.
PAC. 12 DE GROENE No, 3004
C F. VAN DAM
Afscheid van
De Groene"
M KT het eimle van «lit jaar gaat
de Heer C'. F. van Dam. die
gedurende twintig jaaraan «ie (Jroene
verbonden was het gr«>otste deel
van di.-n tijtl als secretaris van de
Heduetie ons l.la«l verlaten, om
zich in het vervolg geheel te wijden
aan werkzaamheden', die bij in de
laatste jaren naast «lie aan «!«? (iroene
heeft waargenomen. Toen ik in «leii
zomer van 15(17 voor het eerst aan
«Ie (Jroene werk/aam was, als tijde
lijke plaatsvervanger van den
toenmaligen secretaris |der redactie, IL
Salomonson, trof ik er den Heer
van Dam reeds aan.
In «lie langdurige periode heeft «Ie
Heer van Dam zich de dankbaarheid
van «te redactie en van de lezers
verworven do«>r «len gro«»ten ijver.
waarmede hij zich bezig hield met
het omvangrijke werk. «lat bestaat
in het voeren van «Ie correspondentie
met de medewerkers en het wekelijks
tot n geheel verwerken van bijdra
gen van zoo vcrsi.'.liilleiulen «mrsprong.
Kr is op het bureau van een week
blad als de ti'mene heel wat meer te
«loen. dan de meeste lezers zich waar
schijnlijk vo«iirstellen. De individua
listische aard van ons Nederlanders
heeft tengevolge, dal vele schrijvers
alle aandacht besteden aan hun eigen
bijdrage, zonder zich rekenschap te
geven van de maar beperkte plaats,
«lie tloor een stuk kan worden inge
nomen. Het verband te leggen
tusVerzamelen
C. F. van Dam
suhen de deelen en van die tleelen een
geheel te vervaardigen, behoorde mede
tot de taak van den Heer van Dam.
Er is heel wat tact voor noodig
om zorg te «Iragen, dat die omsmel
ting de meilewerkers niet grieft.
Wanneer wij met gepaste bescbei
lenheid mogen getuigen, dat het resul
taat niet onbevmligend was. dan is
etMi woord van hulde voor tlit werk
aan den Heer van Dam. op Ix-t
oogenblik. «lat hij ons .blad gaat
verlaten, zeker Wel verdien«l.
De lezers en «Ie redactie van «Ie
Groene Amsterdamm«ir zijn den Heer
van Dam «lankbaar voor hetgc«-n hij
ten behoi'Ve van «ms weekbhul heeft
getlaan «>n zij spreken de beste
wenschen uit voor zijn werkzaumhetlen
in zijn nieuwe functie.
A. C. JOSKl'lU'S J1TTA
De verzamelaar laatrestaureeren
Oeze bijdrage in onze reeks
verzome/en"^ werd .geschreven door een onzer
knapste restaurateurs. Om eiken schijn
van reclame-voor-eigen-zaak er aan te
ontnemen, verschijnt zij of> verzoek
van den schrijver zonder vermelding van
zijn naam.
D K verzamelaar van oude
schil«lerijen, die in zijn collectie een
tl«>el van zijn hoogste goed
vertegemvoor«ligd heeft, die ermede leeft
er'er eiken dag vreugde aan beleeft.
zal u gaarne alle bijzonderheden van
zijn bezit toonen. Hij zal u-vertellen
van «Ie oude meesters, die aan zijn
verzuiu«>lin<ï'.medewerkten. «>ver do
?problemen, die het verwerven ervan
met zicli niede.bracht, over de rang
schikking, de belichting bij dag en bij
avond. Kort«>m. hij zal u deelgenoot
maken van alle emoties, die hij als
vei-zamelaar medemaakt. Misschien
zal hij ook wij/en op de conditie van
zijn s«-liil<lerijcnbezit, en wellicht ook,
«lat hij heeft ,.lat«*n rcstaureeren".
Is restaureercn eigenlijk wol «Ie
juiste benaming? Gedeeltelijk. Soms
is het wel degelijk. n<>o«lig. beschadi
gingen, nis scheuren of krassen, die
het at'sthetisch voorkomen ernstig
storen, te herstellen. IIiervo«>r is
ivstaurecreii een goede benaming.
Maar dikwijls is een kunstwerk vrijwel
jiog ongerept, doch in onaantrekke
lijke!» toestand., geraakt door den
invloed van «len tand «les tijds. een
volkomen natuurlijke oorzaak. Ook
dun kan het aanzien verbeterd worden,
al wordt hier ook w«-inig g«-restau-'
Jeefd. Heter ware liet hiel' van
c«»nserveeren te sprek«Mi. Het is duidelijk.
«lat beide wij/en van verbetering wel
eens in elkaar grijpen. Hoofdzaak is.
«lat het ivsultaat «len verzamelaar
bevredigt «'t* vo«»ral. dat «lit. resultaat
duurzaam is.
Wanneer een schilderij moet wor«l«'ii
gerestaureerd is tot op zekere hoogte
een kwestie van. smaak. Niet elke ver
zamelaar stelt even luioge eisclu-n ann
het goede. v«.»orkomen van zijn bezit.
Er zijn er, al behóoren zij tot «Ie
uit/«mderingen, «lie liefst alles Z«H> laten,
zooals zij het verkregen hebben, doch
er zijn er «>ok. die hun schilderijen in
zoo goed mogelijken toestand willen
brengen, en zich niet tevr«-«len stellen
met een be/it, «lat alle teekepen, van
verwaarl»H>/ing draagt.
' Ken schiUU'Kj «>p doek kan een onge
lijk oppervlak vcrtoonen. Het is niet
meer goed opgespannen ? op het raam.
vertoont bobbels-en daarbij eeu hin
derlijke barst vorming. -Bovendien, is
de 'vernis.'ondoorzichtig, vergeeld en
met een-vuil aanslag bedekt. In tij t
geval kan d«ior een. do'elt ivffemle ver
doeking, gepaard met reiniging van
de voorzijde van het schilderij' e«-n
grooto verbetering tot staiul gebracht
worden.
Schilderijen op hout trekken soms
krom of. barsten, langs de lijnmaden
van de planken. O«»k hierin is verbe
tering te brengen iltmr een lat werk aan
de achterzijde, een z.2. parkc-tteering.
Ten slot t e xal de verzamelaar een
keus moeU-n doen. wie hij /ijn schilde
rijen zal toevertrouwen. Dit znl ui«'t
altijd even gemakkelijk -vallen «-n
het'beste doet hij wellicht zich om a«lvies
te wenden tot <le «lirectie van een
Kritiek der
-»-?»?
Schilderkunst
ALB. PLASSCHAERT
WIJ spraken over de verstand
houding tussehen kritikus
en Ie/er, die kan - en moet
berusten.op wederzijdse h verstaan.
iNog OV.T veel andere dingen kun
nen zij het dan ns worden, /ij kun
nen tesamen verstaan, dat grooté,
synthetische vormen alleen goed /ijn
als /ij alle details als het ware op
slokten; dat zij dus werkelijk de
saamvatting van details zijn en
nietverwaarloo/ing van details. De kriti
kus en de Ie/er zullen eveneens
begrijpen, dat grootgolvende lijnen
alleen wa-ir zijn. als die in hunne
bewegingen all«- details meesleuren
of mee doen dienen: zij zullen tesamen
ervaren, «lat een lijn sexueel tot
sadisch toe den vorm ontvang! : dat
een lijn realistisch of romantisch een
vorm kan bepalen: «Int ook in de
beeldhouwkunst de vormen bepaald
zijn óf op romantische of op realis
tisch»' wijs: «Ie eene keer zullen de
volumina zich toch scherp afscheiden
van de omringende ruimte, de andere
keer zullen zij. als het ware. naar de
grootéruimte weer willen kecrcn. .. .
Kr is voor den krilikusen voor den
Ie/er altijd meer ! Kr is het soms ver
bijsterend probleem van d"U inhoml.
Dus wat het werk aan
persoonlijkgeschakeerd gevoel, psychologie, get si
bevat. Niemand kan verder reiken
dan hij lang is. ook «Ie kritikus niet.
maar iedereen kan zich. m<nt zich
ontwikkelen, ontplooien,
geestelijklanger, geestelijk-dii-per worden, mits
hij teil eerste de kei 11 van gevoel
be/it !
Het probleem vanden inhoud is het
probleem van «l-n meiisi-helijkeii.
geestelijken rijkdom. Kr is altijd, een
problccm-van-het -tijd.vak. naai wel
ker oplossing dat tijdvak hunkert en
er zijn altijd (g.-lukkig'J
persoonlijklieden, die eigell schakeerillïi" ti'eVell
aan /ulkeoplossing. Deze oplossingen.
on/er musea. Kr zijn vele categorieën
van schilderijen en 7.00 zijn er ook velr
categorieën van restaurateurs. liet
persoonlijk element, zoowel bij den
?\vrznmclaar als bij den restaurateur.
zal' steeds een rol spelen. Het is te
vergelijken met de 'keuze van een
medicus, wanneer men een zieke in
zijn omgeving heeft.
Ken goede diagnose blijft in elk
geval van heel groot |belang, liet is
te verwerpen zonder eenig vooraf
gaand onderzoek aan «-en schilderij
t«- beginnen en zi«-h geen rekenschap
te geven van het resultaat, dat te
hereiken 'valt.. A-"» zal men ook in veel
gevallen de oorzaak van de kwaal
eenvoudig visueel kunnen vaststellen.
niet altijd is dit even betrouwbaar.
D«>ch tlan zijn er weer nnxlerne
hulpmuUlelen. Door mier»wet»pisrhe be
schouwing van liet oppervlak van het
schilderij, door microehemisehe ana
lyse en vooral- dooi- röntgeiiopnumen
kan de conditie van een schilderij
feilloos w«»rden vastgelegd en
«laarine«l«' wof«lt «Ie kans op onn'ïiurenHme
verws-»ingen tot een minimum
be'perkl..
Is «Ie verzamelaar eenmaal
bevivdigd niet het resultaat van een eerste
ivstauratic. dan zal hij misschien i»i,-t
dirt-kt. doch welhaast zeker ir» eenigen
tijd .met aiidetv stukken uit /ijn col
lectie «loorgrtan eii' niet rust ««n. tot
/ijn geh«vl bezit er il' alle on'lel'de.'leU
ev«-n góéd-uit /iet. Kerst dun zal hij
volop genoegen aan zijn verzameling
kunnen beleven.
TIJDGENOOTEN
Teekening voor De Groene" van Ch. Roelofsz
«Ie/e hunkering moet de kritikus. «-n
niet alleen va n-, «V-n tijdvak! kuitn.-n
begrijpen en in woorden, in klare.
stijlvolle Woorden duidelijk klM'llen
maken. Dat is het grootéwelk van
hem naast het kleiner, datrelijksch
weik. <>m dat te kunnen moet hij
volop. leVelld /.ijll ell Volop-levend
blijven, lli.j moet leven om het kun-;t"
werk. «lat kristal van het leven, te
kunnen met en-en te kunnen vereeren.
Hij moet hartstocht be/.itt«-n en
wijshfid. onrust, of rust of be/.onueidu-id
en een talent van kan'tig schrijven:
hij moet kunnen karakteriseeien. kun
nen voorvoelen op haast, stoutmoe
dige, roekeh'o/e wijs: hij moet kunnen
liefhebben en kunnen haten. /.'/? i*
?/i'i'ti ifi-o»(>' H('i<!(' zondt'i" <li >i '.;;»?<«»/» n
limit. Niet die kritici zijn kritici. die.
sukkelachtig-goe«lhartig. alles in n
weckéomliel/.iiiir otnatineii. De. kri
tikus moet ook kunnen veistootcn !
Want «Ie schoonheid is met eene. die
ge wandelend op alle wegeii vimlt:
/ij is «Ie zeldzame: /.ij is geen juffer
van elk uur. van eiken «lag! De
schoonheid is «Ie gemnkkelijk-ver-.
worpene (de burgerman vreest .haar !)
en het besef van haar rijkdom woult
in de scholen ni«>t gewonnen. De gave.
de sehoonheiil te genieten, is. ik
herhaal, een geschonken gave: zij
zoekt het leven sub specie
aeternitatis. Dat wél te willen, «lat wél te
zoeken - daar voor mag «len kritikus
geen innerlijke tocht te ver zijn. De
kritikus is een getrouw, een bezeten.
een lK-l«l«»r beseffen»', «lienaar van «Ie
'.schoonheid: hij beleeft" zijn le\vn in
haar. Hij is «lus geen drentelaar op
het domein der kunsten: hij flaneert
daar niet met ziji>.-zi«»l-on«W-d«»n-arm: ?'
hij is geen bru'ual nietsnutte!' ' hij
is «Ie verrukte jager om n veer van
een stein'.s ven'cr vlU'i'cm'eii vogel.
Dat is hij: «Mar is zijn mio,l/aak !
Kri'ii'k is willig en onwi'Iig zijn:'
willig legenovi-r 'het echt»-, dat alle
jai-«-n vtirduurt. en omvillig-zijn tegen
het onechte. tt'U'ell de U I1U edwil. tegen
d.-n uewion«_vn stand.
Hij is voor lyet nieuwe l>ereid e u
open. wanneer het. n< od/akeiijk i<:
hij i.< tegelloVet het oude « el'biedic.
wanneei het ns n< ciJ/.akelijk was !
Hij i> luist ei/.iek. kijk/.iek. h« o:-ziek
om den neii tooi>. «.'Jen hij zoiu'.e ?
weifelinti hei kent en die de «lrang is
van het 1-art tot ten onw» e-.staanbie
melodie u'eW«m'en: r.ie zingeiul-öp
door de «ouwen naat en ki»mt. luid
als een waa:eü«le \\ini'. of als een
fluUtei-ing di-.-ht bij het innerlijk «. or !
(üj meent ? wellicht'. «'.at dat niet
voldoende is: ge . neht dan. in
tegenstelling tot u. het ambt van
den kiitikus. xoo begrepen, zóó vol
voerd, «'en we/ent lijk ambt. nood
zakelijk en nuttig, nuttig en. onver
mijdelijk.
NEDERLANDSCH BALLET
Nu er veel Iniitenh'ndsche artisten in
ons-land gekomen zijn c-m' hier \vtrk te
.zoeken en er voortdurend l
uit«.nlanilsche groepen van balletten k< men. is
te Amsterdiim opgericht: ,,Het
Ne.Ur'landsoh Bullet" onder leuling van Lily
Green.
Kr wortlt metlegewerkt tlo,.r liet Nieuw
Amste-rdamscii Orkest, onder leiding van
Nico. van «Ier Linden,
Hnllet en orkest bestaan uit Neder
landers, en men hoopt hierdoor, \\vrk te
aivn een veertigtal kunstenaars.
DB ZKEMBEUW-SBItlK
? lo»i m .«d«r« «atdt bo«kt"«''«l -«'k""b'"
VAN LOGHUM SLAUKUS ? mtiMviM ? N.V. StKVIBi
PAG. 13 DE GROENE re. 3004