Historisch Archief 1877-1940
l
'l
DE KLEINE KRANT
Onze fotopagina
IIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllllllllllllllllll
Binnenland
IIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Illllllllllllllllllll
VACANTIEVRIENDEN
Teekemng Hormsen van Beek
Weest sportief! Een open brief
r\* i M i t. .«_ .....
?
Op 3 November is de gouden" helm, die G. van Dijk twee maanden tevoren
bij de motorrennen te Parduwicz had gewonnen, gestolen. Die dieven hebben
hem thans voorgesteld, den helm terug te koopen, omdat hij... van zilver zou zijn.
T
OF1«'IC jongens, slimme
«4*11, hebt go in de jn,rs
«lat de Motnrkaiupiti4>n luiast
gtM-n i ing 11 u-c r dicht, kun doen sinds
hem 4>ngt<wi>nsehtu gast4«n van /.iju
(ioiultm Hohn «
ontlasten, van den helm dien hij nii't
rij .len W4»n in Czeeho-Slowakijden ?
Toffe jongens, alsjeblieft, woest
spintiof,
Wuest sportief
Linke jongens, stoei c knapen, G er
van Dijk kan niet meel slapen, weest
sportief en bruiig i»ns vlug dun
be?oeiiuk'n helm terug. Immers, Piot
liet zich verlakken door du Czechischo t
$lowa,kken, men heeft den coureur'
gekuld en een
zilveren holni verguld
en misschien aal nader blijken dat 't
verguldsel óók gaat wijken en ontdekt
men tot uw schrik: de helm is van
verkoperd blik
en het ding is uiteraard geen vijt en
twintifc renten waard. Wuest sportief
en lief, mUn hecron, laat den helm
maar eens taxecren, presenteert uwe
trouvaille
3fr. J. B. Delafaille,
expert van kunst on kramerijen uit
het Czechisch Slowakyen. Het is
zeker dat hij zegt: Deze gouden helm
is echt, maar bij nader in/Jon houd ik
dit. goud niet. voor echt goud." Nog
maals heoren, alsjeblicf, toont u einde
lijk sportief. Komt de helm niet vlug
terecht, dan gaan wg naar «*
Johankneiit, ?
een van onze meest sportieve, effec
tieve detectie ven, een hoogstbekwame
oude rot, die dieven vangt voor zjjn
genot! De h lm is juist iets Van zijn
gading, hij vindt hem misschien aan de
Hollandsche {{ading
of in (de Jacob van Campenstraat,
maar vinden doet hij hem, vroeg of
laat. Wij raden <lcn t
onbekenden schelm
.bezorg aan ons bureau den helm, 355
Keizersgracht, van 's avonds acht tot
's morgens acht. De Kluine Krant
ruikt hom de hand en
tien gulden bolooning ,
bij wijzo va.li bekroning voor zijn
?betoond» sportiviteit, terwijl hij van
onze
stilzwijgendheid verzekerd
kan zijn. Dus, heerlijke vinder, 't zij
'.heler of dk'f,
sportief ! ,
lift heitlcnkingsfeest van het H).
jarig bestaan van den Hmul vnn .Ionp»
Lilvrulrn zag nu-n in de JSoinpost t'u
Sehevetiing4>n tal van vooi-juinstaando
VrUhoidsbondure met rosu i«n roodu
rozen, door lieftallige meisjes te koop
guboden, in het knoopsgat Uiopen. Du
dames der V4?stiaire waarschuwden uit
vrees voor eeii ruvohitionnairu be
tooging den agent op de stoep.
Deze lichtte hen echter in: ..Itooio
roossies benne onschuldig, maar rooie
tullopies da's strafbaar."
Buitenland
De. bruid ging terug, omdat zij
haar sluier had vergeten", schrijft een
verslaggever van een Fransche krant.
Dochter van een loodgieter?
In een Engelsche krant beklaagt
een inzender zich er over, dat de
fiscus niet genoeg waardeering hooft
voor belastingbetalers.
Integendeel, zij worden hoog aan
geslagen ! _.
Financiën en economie
In een gehucht nabij Arnhem,
hebben muizen een bedrag van zes
duizend gulden in bankbiljetten opge
vreten.
De knagulatie.
Een dame organiseert lezingen over
de verdeeling van' het inkomen
van de verschillende posten, wanneer
er bezuinigd moet worden."
Toegangsprijs 25 cents,
Dat levert al vast een kwartje be
sparing op! .
Wetenschappen
Een inkt visch is geen visch. %ij is
oen octopus, bchoorende tot
decephalopoda-klasse der weekdieren," schrijft,
een wetenschappelijk blad. .
En wij. ezels, hebben altijd gedacht
dat het een inkt visch was!
Voor de vrouw ?
BLOEMEN
Melis Stoke
BLOEMEN hebben van de oud
ste tijden-af, een merkwaardige
fooyen" en uitbundigheden, moet
veroordeeld worden en verdwijnen.
Mgn gastheer keek mij ecnigszins
verschrikt aan.
gaf mij te kennen dat hij in zijn
lau-omgeving geenszins gevaren
De pret na de zaken : Vader de Vlugt (I) en Vadertje" Stalln (2) maken na de ]luncb
een ommetje op de Moskwa
(DrMdlooi'UUfrefiich overgebracht* foto van onzen elfen correspondent W Moskou. Copyrifht
. Krant ? De Groene) ? '
IIMIIIIMIMIIIMIIMIIMIIIIIIIMIiilllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIINIIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllniMMMIIIIIMIMItllMMMIIUIi II
liet modorne meisje schrijft de
verzorgster van een mode-rubriek
heeft een nummer 1-figuur: Zij is
recht on dun."
Haar groot o angst is» een nummer
$-figuui< te krijgen.
:, ' ' l. ' ?' '
Feuilleton '
Die Tücke des Objekts
,H. B. FOKTUIN
HET' was al laat toen- mijn
vriend, Baron Hpenöhof, bij
mij. binnentrad. De anders zoo
'correcte figuur zag er vrcésclijk uit.
Eén arm was hom' afgerukt, on hing
er nu aan een paar vezels nog bij.
Zijn gezicht was vervangen door een
stuk witte tafzij; zijn lichaam bleek
bij nadere beschouwing uit latjes
inderhaast samengesteld.
Mijn hemel, Jacques wat is ge
schied:"' vroeg ik ontdaan.
Ik zal het je vertellen", zette hij
zich op de, haard bank neer: Ik liep
in de Leidachestraat, toen ik plotse
ling Minette tegenkwam-. je weet
toch....",_ en hier1- keek de XVitte
tafzij ,mij met een restje.;, van do-,
vroegere mondaine onverachilliglu-id
aan. , ?
Ja", haaste ik mij te antwoorden;
ga voort" verzocht ik.
Nu, zij was zichtbaar verheugd,
en ik stelde voor wat te. gaan drinken.
1 We gingen gearmd binnen bij X,"
(hier noemde hij den naam van een
bekend etablissement daar ter plaatse)
en zetten ons aan een tafeltje.
We dronken, iets, ik weet hu niet
meer wat." Met een moe gebaar streek
Jiij over do tafzij.
Het was alsof hij in een droom
verzonk : Nu", zei hij, eenvoudig,
en toen is het'gebeurd.
De hemel iceet hóe waar ik begrijp»
het nóg-.niet". ?'
Advertenties
Gratis proefrit met onze wagens,"
adverteert een bekende firma.
Auto-suggestie.
Humor
Ulij je te zien kerel. Ik dacht dat
je overleden was!"
Als je zoo behoorlijk was geweest
om op mijn begrafenis te komen,
had je kunnen weten dat dat niet zoo
is!" ? , : __ , . .'.
Correspondentie
Een lezer beklaagt zich over hot
donderend geweld waarmoe de auto
bussen langs zijn huis rijden. Hij
noemt dit een vloek van den moder-,
non tijd'. Wc wijzon er hem echter
op, dat reeds eeuwen geleden geklaagd
werd over z.g. donder-büssen.
Uit hot grooto radio-proces te
Berlijn, schrijft een lezpr, is wel
ge'bleken hoe verschrikkelijk er aan alle
' kanten afgezet is. Ook wy herinneren
ons, dikwijls bij het doorkomen van
van dat station onze radio afgezet
te hebbeu. .
zame verschijning vonden wij onlangs
in de Bussumsche Courant. Het is «ie
heer Wouter Hulstjjn, die in een
boordeeling van het schilderwerk v. n
Willem Dooyewaard toont hoe en w it
kritiek der schilderkunst moet. zi.ia.
Hij schrijft over dozen1 schilder als
,,een der groote levende Nederlands ;e
meesters".
Hij is'n felle colorlst, durft de gewaagd te
combinaties daarin aan, zonder nochtans-!e
goede harmonie te verwaarloozen.Zijn kleur* ;i*
weelde Is 200 uitbundig, dat menig au- a
werk daarnaast verbleek?'.
Dat is koren opzijn molen. Hier kan hij
zijn kleurendrift uitleven in een schoone sy >
fonie. Wie dit stukje verwerft, ra l zich <-'?
lukklg kunnen prijzen I Dooyewaard's prij n
zijn dit zij terloops opgemerkt op
vallend hag".
Zonder dat de figuren die hij uitbeeldt j t<
geposeerds vertodnen. ontleenen zij toch .?? "<«
hun voornaamste charme dan een natuur.' '<
gebaar, dat welsprekend is. Zoo geef t DDP\ ? ?
waard ons een weefstertje in een zeer pic><i>
rale zittende houding, die de prachtige ana
tomie van dit vrouwtje doet uitkomen. 0< <
de gezichten zijn zielvol en rijk aan ui'*
drukking". . ?
Hier bereikt zijn kleuren-passie, vooral: n
het tempera-werkv het stadium,van een orgie'
Wij citeerden voor do vuist weg »-»i
waarlijk, al wat wy citeerden isschcMUi
en opbouwend. Het i*» do taal van e< i
echten voorlichter wiens licht, tha?is
kwijnend onder do korenmaat va/t'
oen Erfgooierskrant, in do
rubrieken der Gjoote Dagbladpers..
'moeten , schijnen, al was hot alle*'
maar om den bovengenoemden dam«
Een les in de kritiek "n hl?eren dagelijks les to goyen i
der schilderkunst -^Kriti^ der Schilderkunst.
AAK .zien kunstschilders hun
werk be- eh veroordeeld door
'geheel- pf half-miélukto collo- ?
Naar aanleiding van het door
inzender geciteerde vragen wij ons. n f
wat de heer Hulstijn wel zou schrijven
over schilders als Rembrandt of Rubent.
Overigens zijn tcij het met den
geachten inzender in geen enkel opzicht
eens.-Discussie gesloten!.
Red. De Kleine Krant.
bc t eekenis gehad in het loven
ji r mcnschen. Ze komen voor in de
motieven der oudste uitingen van
iS'dsdienstige kunst en nog heden ten >JfeHeau-omge ving geenszins gevarei
Ut gen vertolken ze onze afscheid&**^*agtotverdierlUkingendatdegedach
V>eten ook aan lieden die, omge- te aan zulk gevaar absoluut niet had
r<n met ohzo niet onverdeeld har- voorgezeten bij zijn gewoonte om een
K'Üke' gedachten, dit ondermaansche vaasje bloemen op zijn bureau te
onIv rlaten. . . derhouden.
Do bloemen zijn altijd draagsters ge- Natuurlijk haastte ik müte
verklaj ven van een liefelijker, een milder ron dat het verre van mij was hem te
k- ensconccptie dan die van het dage- beschouwen als een werkman, naar
li. ;sche leven. Hindoe% gaan voort ze de mate van waardeering die Dr Jan
o). altaren te strooien en wij snellen fö" T*"5"1' «ii.««.-tr««inf..£,»ii%tf »ai«./j«
mar den bloemenwinkel op hoogt
ijd> Jten als verlovingen, bruiloften en
ju >iloa. ' '
Onlangs bezocht ik een man in een
?t i kt zakelijk bureau en voor
bespreki ig van een strikt zakelijke kwestie.
Voor hem lag een dossier. Achter dat
?oier stond een vaas met bloemen.
Terwijl wüspraken waren de
bloe?n, in haar liefelijke verschijning, in
«rtdurende tegenstelling tot de
beh. 'idelde stof en tenslotte kon ik mij
Ingezonden stukken
lloogacptena,
namens -De
kritieJccommissii''? O. HEYTIW-.
ga's f Van Dcene, Nichiaus, Viola,
Corn. Vcth enz.) maar meestal door
geheel onbevoegde dames.en hoeren
(Abas, de Gi-uyter, Plasschaort, Jo
Zwartondijk enz.). i
Een werkelijk goed kritikus is een
zoldzamo veischijning. Zulk n
zeldPAG. 20 DE GROENE No. 3009
t meer weerhouden van de \Taag
«?i betrokkene wellicht jarig was.
it scheen mij de eenige
verklaarh,- y oplossing van de aanwezigheid
v; i deze bloemen op deze plaats.
Si aren en cigaretten zou ik er
onmidd< lijk verwacht hebben en zelfs thee
01 koffie op een nót blaadje.
De bloemen daarentegen kwamen
m voor te zijn een buitengewoon
e v es, alleen te verklaren door een
b.i tensporig feestelijke stemming.
Vch, neen, zeide de man mij .... ik
h( v altijd bloemen op mijn bureau.
'k keek hem lang en oplettend aan,
M^do zijn blik dio, als die eens
gev.-r igenen en gekooiden vogels, waaide,
'i -i- eenige kale en natte takken dio
v. ,f het venster zichtbaar waren tegen
«li n achtergrond van een
verscheme>v 'den namiddaghcmel en sprak toen,
u< i licht wrocdelijk, een invallende
gcil:< hte uit dio nauwelijks terzake
dien* de was en stellig in gcenerlei
ver*>«> d stond tot de zakelijke dingen dio
t*1' sprake waren geweest.
? ...Onze oude letterkundige Dr
J" ten Brink, zoido ik,' gewaagt in
zij'- litterarische Kritieken van
om'oks 1800 van een te Amsterdam
? taand genootschap Floralia dat
ti speciaal bezighield met de
bot dering van de liefde tot bloemen
planten bij hetgeen in die dagen
rd genoemd de werkende stand".
ten Brink verhief de verdiensten
n dit genootschap hemelhoog, want,
?'"o betoogde hij, alles wat kan
ge.?»an worden om de verdierlijking
' ;«n den werkman" te voorkomen is
in .te prijzen, en alles wat deze
ver'TlÜking in de hand werkt, zooals
'?v. de Kermis met haar aanklove van
v.
Brink drie-kwart-eeuw geleden
aan dit begrip gehecht heeft.
Ik vervolgde, onder de nog altüd
wat wantrouwende blikken van mijn
gastheer, met te betoogen dat, ten
eerste, het handwerk zich sinds do
tijden toen de economie nog in de
windselen lag en de liefdadigheid
bloeide als een fooy" van de beter
gesitueerden aan do werklieden, hoog
verheven had boven de geringschat
ting dier dagen, maar dat ik, ten
tweede, hoe hoog ook ik het handwerk
aansloeg, nog immer meer waardeering
gevoelde voorde werkers vanhet hoofd,
de z.g. intelligentsia, waaronder ik
hem met overtuiging rangschikte,
zoodat ik, concludeerende, niets dan ach
ting voor hem gevoelde en het vaasje
bloemen in afwijking met Dr Jan ten
Brink zou willen verklaren uit zuiveren
schoonheidszin zonder meer en niet
als panacee tegen vordierljjking, van
welk verschijnsel ik overigens geen
spoor opmerkte in zijn gedragingen.
Mijn antwoord scheen hem niet te
bevredigen.*
Xadat ik hem verlaten had, bleef ik
nog geruimen ttfd over hot vraagstuk
van die bloemen nadenken.
Ik dacht aan den onaandoenlijken
Britschen staatsman met zijn garden ia
in het knoopsgat, aan steenon
Hindoeoudheden mot hot Lotusmotief, aan
do witte bloemen dio destijds mijn
bruid in do handen hield en aan
Witte bloomcu die ik op graven heb
gestrooid.
En terwijl ik het zakelijk resum
van het besprokene aan mij liet voor
bijgaan f kwam ik plotseling tot do con
clusie, dat in dit dikwijls wel schamele
leven de bloemen de roeping zijn blij
ven vervullen die zij in den tijd der
pok niet immer zachtzinnige ouden
hadden te vervullen, die zij in het
midden der vorige eeuw, onder nog
immer schreeuwende klasse-tegenstel
lingen, door de bemoeienissen van het
genootschap Floralia verder moesten
bevorderen en die zij nog altijd te be
vorderen hebben wanneer het zaak is
uiting te geven aan een spontaan fees
telijk of hartelijk of vergovonsgózind
gevoel. '
Opdat wij niet verdierlijken"
Geschiedenis van den
normaalvinger
HEINZ ENGEL
NEEN, u hebt niet verkeerd
gelezen! En het is er mij ook
niet om te doen, u een kinder
achtig verhaaltje op den mouw te
spelden. De zaak, waarom het gaat
is een ernstige zaak, veel ernstiger
dan u kunt vermoeden, want de
geschiedenis van den normaalvinger
is niets minder dan dégeschiedenis
van uw eigen veiligheid bij het luiste
ren naar de radio!
Maar nu zullen we het niet nog
geheimzinniger maken, maar zakelijk
worden. Welnu, wat is er van met
dien normaalvinger? Van wie is die
vinger, wat heeft dit te beteckenen,
wat hebben wij ermee te maken?
Deze vinger behoort tot geen
menschelijk lichaam, maar is wel uit
metaal naar het voorbeeld van een
vinger gemaakt. Zijn levend voor
beeld is zelfs een buitengewoon
toedere meisjesvinger, ja, we kunnen
wel zeggen, dat zoo'n dunne vinger
in werkelijkheid niet bestaat. Het
bovenste deel is van blank metaal.
voor tweederde is zij evenwel door
een isoleerende laag omgeven.
Onze normaalvinger is dus in wer
kelijkheid een electrisch instrument,
dat de zeer voorname taak te vervullen
heeft om electrische toestellen, vooral
radio-ontvangers, nauwkeurig te be
tasten, voordat zij de fabriek verlaten.
Een controle-instrument, fijngevoe
liger en daarom betrouwbaarder dan
ons eigen gevoel. En nu zult u mis
schien vragen, waarom dit betasten
zoo'n belangrijke kwestie is, omdat het
tenslotte toch een radiotoestel betreft
en wat kan daarmee nu gebeuren?
Dat is juist de hoofdzaak ! Want er
zijn maar weinig mensehen, die er
aan denken, dat de radio ook een
deel van de electrische installatie ge
worden is, evenals de lampen, de
stofzuiger, du straalkachel en wat er
verder nog op dit gebied bestaat. En
evenals deze dingen niet alleen
bedrijfszeker maar ook veilig moeten
zijn want de electrische stroom kan
zeer nadeel ige gevolgen hebben
moet ook van'bet moderne
wisselstroom-apparaat verlangd kunnen wor
den, dat gedurende zyn bediening door
den electrischen stroom geen schade
aan personen of zaken aangericht
kan worden.
En dat wordt juist door onzen
normaalvinger voorkomen! In de
groote radiofabrieken, b.v. bij Philips,
mag geen apparaat de .fabriek ver
laten, voordat de normaal vinger, met
een fijngevoelig meetinstrument ver
bonden, het toestel van binnen en
van buiten, van .het chassis tot het
laatste schroefje van de bedienings
knoppen betast en onderzocht heeft.
De normaalvinger is heel vernuftig
geconstrueerd, want de uitvinder
ging van het standpunt uit, dat
kleine en groote. slanke en dikke
vingers het toestel kunnen beet pakken.
regelen en inschakelen, zoodat alleen
een controle-instrument, dat aan deze
onvermijdelijke of toevallige aanra
kingen beantwoordt, practisch bruik
baar is.
Nu zult u gemakkelijk kunnen
begrijpen, waarom deze kwestie u
persoonlijk aangaat. Ieder instrument
dat niet van te voren door den
normaalvinger onderzocht is, moet als zeer
gevaarlijk worden beschouwd! Eti
bij ieder toestel, dat dezo proef door
staan heeft, bestaat de absolute zeker
heid, dat geen enkele aanraking
nadeelige gevolgen kan hebben, onver
schillig of het toestel al dan niet inge
schakeld is. Daarom is het nuttig, dat
df normaalvinger, die als alle wel
doeners een onbekend en terugge
trokken leven .leidt, eens voor hot
voetlicht gebracht wordt!
Echte vinger en normoo/vinger
Maatregelen
££.V Hof 10 .loc* altijd trui
anders dan een Rechtbank",
dat blijkt klaarlijk, ala men
het vonnis overtceegt, door het
Anutterdanuchc Hof geveld over
zekeren slitcadoor, deirelkc zekeren
bioscoopdirecteur met ..Maatregelen"'
had bedreigd. De Rechtbank, slecht*
's mans intenties bedenkende, vond
hierin een bedreiging met ..feitelijk*
heden" en strafte tien verdachte"
met een nuutnd gevangenis. Doek
ht t Hof, in hooger beroep en verstand,
sprak hem vrij, want ??
maatregelen".kon men geen feitelijkheden" nof'
men* ' ? ? . . .' "?
Inderdaad, icat aijn maatrege
len?"
Maatregel, regelniaat, regelmatig
is naar of volgens regel, niet soo- maar.
Een regelmaat .is ee n vaste, gelijk'
verdeelde opvolging. Maar dan
springt de maat" ineens naar'
voren en krijgen wij maatregel".
Is dat n tautologie of zegt hel
1 1 zelf de als regelmaat? In elk geval'
zegt het alleen, dol als iets gebeurt,
het in een gelijkvcrdeelde opvolging
gebeurt. Maar niet wat er gebeurt,
doch wel dat iets gebeuren sal. Wordt
dit nn een bedreiging, dan is 't
bedreiging met een vorm, afgezien
van ccnigen inhoud. .Vce«. Of ja.
Want men kan niet met een vorm
dreigen, zonder aan inhoud, zij 't ook
algemeen, te denken. Dus is hier een
bedreiging inet alle denkbare fciici
jhedcn, de allerergste dreiging, nog
trcl in nistenfucontinucn vorm. Xoo
hnd de -Rechtbank-tocli icccr gelijk,
dio enkel ovcncoog, dat de stucudoor
dvri bioscoopdirecteur ..ktcaad tril
de". Dovti de Rechtbank tras nift
dialectisch, hd Hof iccl, maar bleef
in de. dialectiek «teken, dctcïjl dia
lectiek zich niet goed tot een bepaalde,
positieve uitspraak leent, doch »aor
vele kanten uitvloeit, die elk een deel
der waarheid bezitten. Kan men dan
? echter de dialectiek voor positieve
rechtspraak gebruiken? Ja n neen.
Ja, als men tenslotte, de
redeneerknoop nutar doorhakt, neen, als men
blijft dóór-denken. Is het dan maar
niet beter bij de rechtspraak heel niet
te denken? Ja en neen, en zoo tot in
't oneindige. Ik voel toch meer roor
df ondoordachihedën der Rechtbank,
al zou 't mij voor den stucudoor
gespeten hebben, als 't Hof ook zoo
was geweest. Ft C.
'n
l' g.
'
lii»ViU:i
n.|rr
)ii\t
;li-lV
t l,
<t
'??i
«l
«?r
???i
\(
.V
?u
in
ar
?».',-'
lii
T.
PAG.21 DE GROENE Ne. 9009