De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 30 maart pagina 7

30 maart 1935 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

Schilderkunst ?iPERSOONLIJKE VORMING Wordt in Te «chnnlklas- rn tnegcpant door het Jongen*. Instituut FELSENEOQ" (Opgericht 1903) ZWITSERLAND ? IUQCRBEHO 1000 M. boven zeetplegel zich onkcnnolijke wegen langs, drong door tot in de witte straatjes van de juderla, werd door een jodenknanp met lange donkere lokken en twee grote peuizende ogen opgevangen, was telkens weer in zijn gedachten terwijl hij in do Talmoedschool de levenswetten van de Misjna leerde en de diepzinnige sententies van Sjammai en Hillelnazei. Hoe kon hij Thora en Profeten rijmen met do Grickschc wijsheid die de Arabieren met zich hadden meegevoerd in dezo stad, en die er was in alle ogen, oren, handen, harten? Wonderbare ver menging van denkkracht, overlevering, verstan delijk weten en een kinderlijk geloof; uit deze Spaanse samenvloeiing van Hellenendom en Oriënt is Maimonidcs geboren. DR Islam verjoeg hem uit Córdoba naar Almerfr; hij vreesde gedwongen te zullen worden op Vrijdag de grote Mezquita in te gaan en naar de Mihrab gebogen, een god te moeten aanbidden wiens naam Allah geschreven wordt en niet Jahwe. Vandaag staan in de straat die naar Maimonides genoemd is, nóg de laatste resten van de moorse baksteenbogen van de Synagoge. Een naam.... een dag verschil.... twee werelden die onverzoenlijk bleven. Ook uit Ahneiia moest de jonge Moses weg; hij trekt van stad tot stad, ervaart, van jaren nog een kind, geheel het tragisch noodlot van het jodendom: opgejaagd te worden als een eeuwige vreemdeling die nergens gans zichzelf kan zijn. Hij komt in Fez. hij is er vastgelopen in een slop van 't leven en hij vindt geen andere uitweg dan in schijn de Islam aan te hangen, het bedrcg te spelen-dat in deze wereld van bedrieglijkheid van ons geëist wordt. En dit tegen-wil-en-dank de leugen moeten dienen, leert hem een wjjsheid die niet uit de boeken maar van mens tot mens weer telkens overnieuw uit levensnood en leed gepuurd moot worden: dat het hart alleen beslist, in hogere instantie dan het weten; dat de daad slechts .scliijn-beweging is en de gezindheid allén haar richting geeft: en dat de Maker van de Wet de Maker van de Uitweg zijn moet, want hij gaf vóór alles Hedelijkheid en Oordeel aan zrjn kinderen. Eindelijk, als hij dit doorleefd heeft, mag Mniimini zich begeven in de vrijheid die de wijsgeer noiliir heeft, en die slechts waarde heeft voor wie de diepe prikkel leerde kennen van do Wet. Een middeleeuwse dokter die de ziekten ..kos misch" opvat en planetair beïnvloed weet; die de temperamenten van Hlppokrates ontleedt in zijn pntiënton en van Galenus heeft geleerd dot tle natuur planmatig en niet ervaarbare bedoelingen te werk gaat. Een dokter die talloos veel gebreken te cureren krijgt en diep beseft hoe broos liet leven, hoe armzalig het bestaan is. In zijn vrije uren zoekt hij te ontsnappen naar de hoogten van de geest, denkt hij zich een hogere wereld waarin «l 't onredelijke redelijk wordt, waarin de Idee verzoend is met de stoffelijke schijn. Het eeuwig streven van de Joodse geest, van Avjcebron tot Leo Hebweus, van Spinoza tot Hergson. Dan schrijft hij zijn Gids der Verdoolden," doolt zelf niet meer, maar blijft een halve eeuw lang, tot zijn dood in oud-Caïro. De Jood is tot rust gekomen, tot individuele rust. Alleen zijn Gids der Verdoolden" brengt nieuwe verdooklheid, nieuwe onrust, strijd, onverdraag zaamheid. Omdat de wijsheid die soms door n achterhaald wordt, steeds voor anderen een schaduw blijft en een spookbeeld, dat vlucht door do Poorten waarachter niets is en die wij toch hebbon in to gaan, omdat een vreemde drang in ons dwingt zo door te schrijden en het hart der duisternissen te verkennen. Ook nu. acht' eeuwen na Maimonides, is er geen rust,- geen zekerheid, geen verzoening van gereed geloof en ongerede wetenschap. En staat de Jood daar om het spookbeeld op te jagen in de duisternis. en toe te zien hoe wij ons storten door de tricmfante poorten in de afgrond die daarachter gaapt. ? Bewust en willens gaan wij. Slechts de dank baarheid te zeer vergetend jegens onze Gidsen". Tot het een enkele keer, zoals aan de thans on schadelijke" Maimonides, gedemonstreerd, wordt dat de Westerling zich somtijds toch ook enkele seconden hierop te bezinnen weet. 1 ALBERT HELM A N Castellamare di Stabia bij Napels ROYAL PALACE HOTEL O UI SI SAN A Uitzicht opi déVesuvius en Napels, ifgeneesk. bronnen, Park, Zcobud, Tennisbanen, orkest. Pension 35 tot45 lire Leiding: CARLO PAGANO VA'N CAPRI TENTOONSTELLINGEN VAN HEDEN Albert Plasschaert Fransche letteren Tjipke Visser, bij Goudstikker te Amsterdam BEGINNEN do beeldhouwers zich te roereu? Ge zoudt het zeggen; Krop heeft een ten toonstelling in Den Hnng. Tjipke Visser bij Goudstikker, Wenckebnch in den Hotterdarnschen Kunst kring! Wnnneer ge deze tentoonstellingen in hun geheel overziet, zoudt ge zeggen, wat zonder moeiten te voorspellen w«s, dnt de vrije." beeld* houwkunst niet dood is gegaan, maar integendeel weer meer kans heeft. Zeker is er bij Tjipke Visser volop vrije" beeldhouwkunst en een beeldhouw kunst, die niets anders wil wezen noch iets anders kon zijn. De beeldhouwwerken van Tjipke Visser zijn sieraden en het- sieraad is iets onweerstaanbaars, niettegenstaande alle hooghartigheden onzer eenzijdige bouwmeesters. Het sieraad is een bezit vol persoonlijkheid; persoonlijkheid, een tijd lang te sterk gedrukt, is als boter tusschen de vingers* der Knijpers" doorgegleden. Wij vinden dus bij Tjipke Visser dingen die als sieraad ten eerste gelden. Dat beteekent dus dat zijn beelden werken zijn, rol hist tot Jict anibcichtsscJiap, dat soms wat zinnelijker moet zijn om ons meer van den kunste naar te overtuigen. Zinnelijker! het zal den eersten tijd noodig zijn, meer dan een tijd geleden, de signatuur der zinnelijkheid te eisehen: die signatuur is verband met het leven. lift meest zinnelijk i.s bij Visser ongetwijfeld zijn steenen vrouwenbeeld. Koeler, ook door materie, zijn zijn albasten reliëfs. Goed zijn hier: een schotel met vogels (brons), zijn bronzen vogels en vissehen; strak en toch levend zijn' vrouwekop met het oogwit. Zonder groote bewogenheid noch diepte heeft Visser de zekerheid der toewijding. Toewijding is brengster van blijvends. 'Kloos in den Haagschen Kunsckrlng DE Kloos, dien wij hier noemen, is niet de dichter van het zeesonnet, maar het lijkt mij, dat hij gaarne de schilder zou zijn der nnnkt-sonnte. HU is dat laatste niet; hu is te braaf en die over hem schreven zijn nog braver. Zij zijn mij te braaf; te ethiseh-belrmmerd; zij kennen de groote sehriklijkheid der Ondeugd niet: zijn het kantoorklerken. die op een lentedag aan hun lessenaar, meenen. omdat zij eenigszins onrustig zijn. dnt de Ondeugd hun haar woest gezicht vertoont? Ik had van Kloos, den schilder, iets anders verwacht na wat ik. las aan beschrijving. Deze, beschrijvingen hebben mij niets bewezen dan de wat botte Hollandsche deugd, waarop.velen trotsch zijn, omdat ze hun beperking als deugd meenen to kunnen cjualificeeren. De naakten van Kloos.?ik weet, dat hij een zedig, eer schuw en correct leeraar is, ik had in mijn willigheid jegens het leven toch iets van ze verwacht. Ik zag pon stil leven, ingetogen, bcheerscht. maar dat als een oppotter van duiten tot een fortuin, eeii sensualiteit oppotte, tot zij tot een macht werd. en ons een ongekendon schilder bracht, dien wij te veel in onzen krans der schilders missen. Wij hadden een De Nerée.maar niet naar den aard van ons-land; wij hebben Van .Konijnenburg cerebraal en van een onzekere sensualiteit (zie zijn Dansers soms, zijn epheben) wij hebben Kelder, dan te grof dan te nadrukkelijk; we hebben Wiegersma, bij wien de zinnelijkheid voor de meesten meer verborgen, .grpoter is dan van de genoemde schilders waarom hebben wij in Klcos niet een stillen oppotter. die den Daenion een kracht won, hoewel in schijnbare stilten schriel slechts gevoed ? Kloos bleef mij te braaf, te achttienjarig! ' Lizzy Anslngh, Poppenportretten ? bij Houthakker te Amsterdam HET groóte verschil in de waardeeringen van mannen en van vrouwen ten opzichte van het zelfde voorwerp, enz., is een der genoegens van den Beschouwer. Deze waardeeringen zijn toch even verschillend als de levensfuncties van beiden dat zijn; de soms! openhartige dagboeken van mannen . en vrouwen maken dat óns allerduidelijkst. Ik heb reeds dikwijls gezegd, dat het dagboek den vrouwen nog meer eigen is dan den mannen; dat het werk van vrouwen dikwijls niets is dan een illustratie van haar leven; zóó was dat steeds bij Lizzy Ansingh. deze Amsterdamscbe Toffer. Daardoor, om den geest daarin, is haar schilderkunst als een bezoek brj haar op vertrouwelijke oogenblikken. Deze ver trouwelijke oogenblikken vindt ge weer in de PAG. 12 DE GROENE No, 3017 kleine poppenportretten, nu bij Houthakker. ge vindt er onmiskenbaar een bekentenis V;,H eigen wezen, naast een teeken- en kleurkunst. dj. vaardig genoeg is deze bekentenissen tot gcst;>lt«« te maken. En hoe is de geest van Lizzy Ansii,g|t; Zal ik zeggen, dat haar oplossingen van het l v.t ouderwetsch zijn, zonder dat dit ouderw.i daarom een blaam bedoelt? Kr is bij haar,'ir vrouwelijke, een ietwat, dat mij toch aan Uni»k< Korff's werk doet denken. Er is hier een 'sni-ka* tische scherpte, die meer uit een gewape ,.l. geest is dan uit een mildheid des harten; er is h j,. een scherpte, die andere détails echter aanvalt «In mannen zouden aanvallen: er is hier HOIIIS een l ;ia>j praeeiese nijdigheid; zeiden een medelijden. II.; werk van Lizzy Ansitigh is dat van iemand, il. zich steeds verdedigt door aan te vallen waf x.nu kunnen wonden. Dat is do typische karaktc-;-« van Lizzy Ansingh. haar tusschen de andere .Ti s eigen.... . ivji ;im M1<J M Hollandsche Voorzorg IK heb iets onaangenaams gehoord; we ku im het hier wel bespreken: we zijn toeh entantillIn tegenstelling tot veel Hc.Handers, die toch van Holland leven en het vun Holland moeten ln>l.l»<t verdedig ik dit land altijd in het buitenland. Mi» .seinen in dit mij gemakkelijker dan vele and r«ii omdat ik alleen omga met.«fatsoenlijk»" 11 ollan !«?!> die hardnekkig werken, zij het in verschil! iul< richting. Maar we zijn hiep en lamillu en t «uk en ik vond, dat een blijvende verhouding ond« lin; alleen mogelijk is zonder ..idealiseering" var "ti zelven en van onze nastaanden. Blijvends ,i-"-t alleen op werkelijk». Ik heb dus iets gehoord IH is ongezocht bij mij komen aanwaaien en van vi.n ik hoorde, had alleen vriendschaps-beJang il>ij. geen eigen belang. Het is dit.cn het kwam v- ??!?» Den Haag. Wij weten allen, dat du kritiek bij hel aami"iii<t van leden bij de kunstgenootschappcn c- u zwakke mate steeds aanwezig was; dat het lidh>«iifschap dus van verschillende kunstgenooUch; >|HII niet een onomstootbaar bewijs \vas van bej. uildheiil en vrm kunde, noch in het sehildervak n» 'liin dat van den beeldhouwer. Het toelaten was elnisscy.-pas.spr dan een scherp, geestelijk d<onderzoek. Een van de meest ellendige ge* dezer onachtzaamheid was de zwakte onz»'i toonstellingen in het buitenland en, indirect verzwakken der kunstbeschouwingen; het *>m haast onzichtbaar worden van de grens tus dat wat iets beteekent en dat wat feitelijk w de kunst niet meer bestaat noch ooit best on-1 Er komt nu in den laatsten tijd een moe i ijl maken van dat toelaten als lid van een kun-tv eeniging voor. Dat zou aanleiding kunnen zi,n < tevredenheid. Maar er is in den laatsten tijd "Vii aanleiding tot tevredenheid met officieele ol s-ii officieele kunstlichamen, en dergelijke, het /.ij t' Amsterdam, hetzij in Den Haag. Er is te ? -ÏR' stiptheid? Moet ik naar aanleiding van bc* laK1 gevallen te Amsterdam ook niet eens een vragen stellen? 'Maat'?zooals ik zei, wat i i l ohandel is niet te Amsterdam gebeurd, in Den Haag. Er is daar door een commissie v» lating (was het bij den Haagschen Kunst k: in?-' wier leden mij niet onbekend zijn, plotselii;s toelating een zoodanige kritiek op candidaat uitgeoefend, dat gegeven wie wel lid zrjn «'» w' zelf in die commissie ter toelating zaten, ik zou vragen, zooals mijn berichtgever dat ook de, dat niet niet de hoogheid der kunst eind»1 ijk ** plotseling gehandhaafd werd, maar dat h* r treurige voorzorg optrad om de spoelit)/..^ te dun te maken. Welke spoeling? Het i* mogelijk, dat eindelijk eens er toe, beslot-'ii & worden, de schilders en beeldhouwers te li"lp*D Hoe minder volk, hoe dikker do soep! Dn i 'ga* vanzelf zoo. Is die plotselinge scherpe kritiek bip toelating al een voorzorg om de soep sterker, houden? Daar zou niets tegen zijn zoo er c gemeene rcballotage werd gehouden! (mis viel dan wel een gedeelte van deze jure* leden óf!). Die algcmeene reballotage zio ik ?' nog niet gebeuren; zij, die dus reeds gébalK't<*tfl .zijn, deelen van de soep zeker mee! Nog «n» zijn ze daardoor opeens zoo kritisch? l»' Fin de la nmt fin de la vie D Fran^ois Maurlac: La fin de la nuit (Grasset, Paris) E nieuwe roman van Francois Mauriau La fin do la nuit" voert opnieuw de figuur van Thérèse Dcsqueyroux ten looneele, die wrj reeds in den gelijknamigen roman 'icbben loeren kennen als do ..gifmengster". Hoe?.vel Mauriac in een voorafgaand woord zettt. dat Iiij in La fin do la nuit" geen vervolg hoeft willen M-hrijvetl op hut vroegere boek. speelt het feit. dat rhóreso eens uit haat tegen haar man gepoogd ; *.fft dezen te vergiftigen hier een niet onbe'mgrijke rol als de schaduw van d-* misdaad" .-u al is in dit nicmvo bock Thérèse I)csn,i!cyroux tiet getcekcnd als de vrouw, die leeft onder het'?esef van schuld en boete, toch blijft het verleden i.-gemvoordig in den vorm van nen ..geheim". dat i.-cloroon verondersteld wordt te kennen, maar s-aarover men uit oogpunt van fatsoen" zwijgt. In het leven van ThérAae Desqueyroux is nu ? !«.? 17-jarigo dochter Marie getreden en hoewel tj voor de moeder, die al vele jaren alleen in i'arijs woont, vrijwel een onbekende is irebleveii. ie zij reeds bij tle gelmte Desqueyroiix' heeft ngedeeld. voelt zij opeens een verwant schap met ?Ut kind. wanneer het haar onverwachts te l'arij* i-omfc opxueken om haar tot medeweetster «MI i olpster to maken bij een tiefdesaffaite niet een ?ngeti man uit haar lamUtwek, Les T^IIM|.-S. l »eze jonge man, Georgvs Filhot, zoon van een Bezeten familie aldaar, vertoeft eveneens in l'nrijs ? u zijn genegenheid voor Mario is niet zoo sterk ;ls die van haar voor hem. Tiet geval wordt nog i'ij?e\\ikkelder als Georgcs. een lange, bei>nip> ?-2-jarige, niet onregelmatige t lekken en een l vht el ij k lofiischun blik, voor Marie 's moeder, tot v iühij eerst door een soort nieiiwsgieii^hfid < inwego het geheim" zich voelt aangetrokken, ? -u. liefde begint op te .vatten en do reeds ver? iderdo viomi blijkt nog steeds niet haar aani >kkingskracht voor mannen verloren te hebben. 'l 'lérèse doet eerlijk moeite, den jongen man van /?:?« af te houden zij strijkt b. v.' hel haar uil. l . mr voorhoofd weg om haar rimpels to toonon ? ?? wil hen, laten radon tot \\vlke misdaad /.ij in - aat is geweest, «n inderdaad weet zij de gevoelens » .n Goorges voor haar to remmen, maar niet n -dat hij beloofd heeft Mario niet te zullen ver'l.-.'en zoolang hu leeft". Do dubbelzinnigheid v.» n dit antwoord doet haar plotseling voor «? -oi-gcs' levon vreezen, maar deze denkt, er niet u. ii zich van kant to maken, hoewel ook zijn v iund Mondoux gevaar voor hem vreest. Doch l" .de gesprekken, dio zij met . Gum-go*' vriend h'fftj blijft ook dezo niet onverschillig voor haar. /i' het ook dat de/e aantrekkingskracht eveneens It. mvlood wordt door het mystoiu*usc, dat van li.-tar als vrouw met een geheim" uitgaat. Ten *l tte geraakt Thór esc van al deze crvarinuen iu ?l- war, begint aan vcrvolginiiswaan to lijden en '.ik koert zij, dour loodoeii van luwt» dochter. l»i; haar man ernard Uo«iqiieyröiix terujr. KM ?M haar ziekbed, dat een doodshed lijkt te iraan w-»rdet) -? Mau riay voert- «nis niet- tot /oover. hij ln.it Thérèse alleen la fin do la nuit" afwachten. w -.t zrj noemt la fin de la v V - weet zij Marie «'i Geo;gcs tot eer lumelijk to veremiigen, zij hot df.ii ook dab Goorde» dit huwelijk acVeptpert uil l»- innering aan d« mordi.-!-. Vis in volb vanMauriac's boeken is «-r ook in' nieuwo boek veel nrtiricUiels, veel goyot-hts' on Valligs. Zoo is in verband mot do psychologie vft«i : Thnrèso Dosquo>Toux het hni.nistuk. Avaa.in /ij .,aan het nmlon" goinakt-en aan een soort vervolgingswaanzin begint te lijdon, /.oo al niet on mnnomelijk op zichzelf, in. hot geheel van haar ka-akter gezien wat al to plotseling en niot vol<l«»-nde voorbereid. Naast bijzonder storku uitbo 'Idingen cii karakteriseeringen staan vago, bijna iAtrtgewasschen" gedeelten, waarin num meer m« ob raden dan begrijpen. Ook van hot loven, dut. ,. Tliürése geleid heeft in de jaroii nu haar misdaad" f-'i 'lic, waarin wij haar i.huns aantroffen, vernemen . «TIJ enkel vaagheden. Misschien achtte Mauriae d», alles nieb noodig,. zijn nieuwe boek is immers. g'--» u vervolg? (Maar niettemin belooft h'rj ons i.fl'telqües pages" waarin Thérèse een christelijkvi" dood zal worden gegnven). Niettemin, het boek boeit ondanks zijn ongelijke k\Vii|iteiton en. er staan wtderoin. velo meesterlijke l>lft<i^yden in, vooral de soms navrante gesprekken, )v'i-irin Thorcse om haar ,;geheim" heen praat. Óók is i u vergelijking met vroeger werk Mauriac's vaak ? »u,'nwikkeldo stijl hier belangrijk vereenvoudigd en ^?v< sas onmiddellijker geworden. C'. VAX 'Ui t'" Een der laatste werken van Hildo Krop (Zie bespreking van Plasschaert in Oe Groene" van 23 Waart) BOEKEN IN KORT BESTEK Teunls Oldenburger: Geboortebeper king (Van Bottenburg, 'Amsterdam) A A.V een degelijk boek dut vuu positief Christelijk ' ** standpunt het vraagstuk «Ier sebonrtoroj;i'lin« behandelt -bestaat . inderdaad?? bt-hocfte. Wij deukt-n hierbij aan iemand met, het intellect en 'de pen v;m een Kiiyper óf een Uaviuck; Juist omdat deze btrlmeftv IHV staat stelt het dikke boek x-an klcnhiirger zo»» teleur. Vplgcns eigen zcggoii heeft de schrijver,/Nederlander van geboorte, in Amerika ..een nlzijdig ontwikkelde. opvoeding genoten in orthodoxe en'moderne, protcstantschc en roomscli-katliolieke instellingen, waarv.in er vier universiteiten \varen en vier seminaries.'' A Is dit wo is geeft'zijn boek een weinig verheffend denkbeeld van het hooger onderwijs in de Verccnigde Staten. Hei volgende citaat is kenmerkend voor hét peil van het geheel: ? "',.,,-Ik twijfel er ernstig aun of het mogelijk ir».dat een vroüxv haar man .liefheeft anders dan uit zelfzucht, wanneer ze zal zeggen, dat ze niet meer clan twee kin deren wil hebben, wat in werkelijkheid gelijk staat, met te zeggen dat ze er slechts een wil opvoeden, daar bijna de helft van de kinderen nooit groot wordt en daar. de helft hiervan meisjes zijn. zou het de mannen door hun vrouwen verboden zijn, om zichzelf voort té. planten in de mannelijke linie. Dit mag xverkclijk worden gedefinieerd, a syhet loochenen van het geloof in God en de goddelijke bestemming van het mcnschclijk geslacht." . Wij zouden het enkel willen definiceren als baarlijke nonsens. Dr. Dupont. die het geval voor Xetlerland be werkte, heeft er blijkbaar ook geen raad mee geweten en allen onzin klakkeloos overgenomen. Zoo loeren wij,; dat Julian Menda auteur is-van een geschrift j,Het v rraad van het intellect": dat de beroemde leidster der Theosophisch'e Verecniging Annic Hosault (of Hcsaiilt) heette; dat er een handól in ,,witte slaven" bestaat; dat de voorstanders van geboorteregeling ,,ieder ;»rtikcl van het wetboek zouden willen herroepen" er dat ..de 18ewijziging van onzp constitutie spoedig naar tle prullcmahd zal worden verwezen." P Alen -voege het boek vari Tennis Oldcnbiirger er ge rust bij. PAG. 13 DE GROENE'Ne. 3017 Th, Malade: Semmelweiss. de redder ? der moeders (Thieme. Zutphen) IN April, toen dr 'nieuwe \\.IH hmethode d .w .2. de ..' desinfcctie der handen vóór het vfrl">kur.dig on derzoek dw>r don doktor t nog niet wa« in«» vncrd. viclep \an de drie h-mdcrd txvaalf vr-'U'.vvii ;!vvcn en 'v:;fti« 'iiiin den mo!«»rh'van do l%r.iainvr«"nvf.:iU'><in. ton «>ffor. In Mei begon men imt !icr nv.--. inn In Juni \o!s«;li ik> gi-ueldijie teniiücans:. ni Juli -'UTvi-n vanclohonderd tachtig jonso moodcrs iu«i s!c« ht^ drie. D.it WA* in het jaar 1^47." Zóó kort is het geleden, dat Si-inmclwciss 2i;n groot; -du» ontdekking deed. Zóó kort sind* hij wanlvopit; vocht voor de'erkenning van zijn theorie en vrijwel ?icrgeri.* gehoor vond. Zóó kort *ind< hij. verslagen. :tiorf in een krankzinnigengesticht. Het nagc? lacht kent'.vu eert den redder der moeders niet voldoende, en »}aarom is het goed dat Th Malade zulk een Viciend boek aaii zijn leven en werken heeft gewijd.. Dr.'. A., W. Ausems: De beteekenis ? der periodieke onthouding (Romen. Roermond) OVER periodieke onthouding als middel tot ge boortebeperking is yecl te doen geweest sinds de publicaties van Ogino-Knaus. hief te lande vooral be kend geworden door het bock van den katholieken arts Smulders. Zijn collega en geloofsgenoot Ausems ?stelt zich in dit boekje scherp, tegenover hem en be toogt, dat geboortebeperking op zichzelf ongeoorloofd is en dat niet de toegepaste techniek beslist over zondig of nict-zondig. Hovendien acht hij de methode KnausSmülders oribctrouwbaar. Wat hij als medicus hierover zegt is zeer belangwekkend. Als hij zich echter op socio logisch terrein waagt, begeeft hij zich op voor hém-glad ijs. AAN INZENDERS VAN MANUSCRIPTEN wordt verzocht bl| .hun bildrajen een (efrankcerd ? brlefomtlac met adres van den afzender in ie sluiten. Op het adres van stukken, voorde redactie be. itemd, vermelde. men teen namen van personen. ia 23 : rn i BE, l . \ .

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl