De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 20 april pagina 7

20 april 1935 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

.-_? ' -=g ff' i i i -.Vt ?i * Tooneel Schemering en toekomst HENRIK SCHOLTE Lenormand's Crépuscule duThéótre" en Else Mauhs in Toekomst" (Espoir) BIJ de geringe vrijheid van beweging die het tooneel in ons land heeft, is in de laatste jaren aan het student ent ooneel een merkwaardige en niet onbelangrUke rol ten deel gevallen: het experimenteeren, het in proef, iu schetsvorm vertoouen van stukken, die ten aanzien van de vertooning door het beroepstooneel om welke reden ook een te groot risico met zich mee brengen, ja zelfs menigmaal voor zulk een vertooning niet in aanmerking komen en toch door den tooneelliefhebber niet gaarne gemist zouden zijn. Van liefhebberij-tooneel" zijn deze avonden van intelligente en enthousiaste jongeren zonder verdere spel-pretentie langzamer hand tooneel voor liefhebbers" geworden. En een typisch voorbeeld daarvan is de recente introductie van H. L. Lenormand's Crépuscule . du Thédtre", door de Amsterdamsche studenten onder Ad. Hooykaas. Er zaten ook ditmaal in de zaal beroepscollega's die terecht de zaak als een t rade-show" opvatten en alleen maar eens wilden kijken of het misschien wat was." Zij zullen er wel met hun handen van afblijven, want --? hoe curieus ook als voorbeeld van actueel debat zelden heeft een schrijver, wien het by alle mislukkingen (een formidabele reeks langzamerhand) toch niet aan routine en kennis van het métier ontbreekt, zoozeer een levensprobleem van het tooneel fout gesteld. Voor hem is er inderdaad een crépuscule du théatre" en zoo de zaak lag zoo als hij het voorstelt, dan was er niet eens een schemering meer, dan was de dood reeds lang ingetreden. Lenormand, de man zouder humor, de man zonder werkelijkheidsbesef, vage droomcr en alleen ambitieus in zijn Multatuliaansche zucht van Houdt u staande, lieve Tine," grijpt voor zyn eeuzydig debat terug naar een verbleekte revue-vorm van het tooneel achter de schermen, de Bühne op de Bühne. Daar scharrelen als in de schmieru van Evreïnof's zooveel dieper en gron diger peilende Comedie van het Geluk" een stel acteurs en actrices rond, die al mogen zij ge leefd hebben of nog leven, ten allen tijde en met name in Parijs toch moeilijk als representatief voor het tooneel kunnen gelden en zeker niet in dezen tijd. Een juffrouw met een minnaar en dus geld gaat een stuk enscenecren van een halfzacht en dichter die een zecmeeuw willen latei, sterven van heimwee en liefdesverlangen naar een zeeman (dit nu is hooge ernst en geen parodie de dichter is Lenornmud zelf en als zijn wassenbeeld kwam hij dan opk by de studenten op het tooneel). Voor de repetities van dat stuk is ieder een te lamlendig om een hand uit te steken maar wie wel eens de repetities van onze in uiterst moeilijke omstandigheden werkende gezelschappen heeft gezien, weet dat precies het omgekeerd het geval is en 's mans stuk valt en verdiende niet beter. In Duitschland want inderdaad, elk land koopt perséelk nieuw stuk, onafhankelijk of het goed of slecht is wordt de lieflijke poëzie op sadistisch-cultuurbolsjewistische wijze ver minkt en van de zeemeeuw maakt men een per verse, acrpbatische wijfjesaap, in Engeland een Kerstsprookje waarbij de pinguïns haas j eo ver springen. En intusschen staat in Parijs het theater met zyn wee-zoeten directeur (in oen fluweelen jasje!) aan den rand van het failliet. Lees: het is op een oor na verkocht aan een (natuurlijk Amerikaansch) fUmcbuceru. Maar nog eenmaal wil du directour de zwauimzaug ^van Shukespeut >, Thu^Teuipedt," ensceneeren. Moe,£ dat zien v ij gelukkig niet, maar wij merken het aan do^reac'. Uvuu het publiek op do buvenrungen, waar wij a .u deze zijde van het voetlicht domweg tegenoN nkomen to. zitten: de vyf vrijplaatsen loopcn w -g om op de boulevards de uitslag van oen bol s. match te hooreu on alleen do ouvreuses blijvt u. Dit nu is defaitisme van de ergste soort. Het U een ontstellend naieve opvatting zoowel van l ei toouecl als de film. Dat hij de film miskent, w -l, niemand vraagt Lenormand om een juist be>ot daarvan. Maar dat hij het tooneel in den r tg aanvalt.... de lafheid van zulk een aanval i» alleen gedekt door haai' betrekkelijke onschuld g heid. Er hadden belangrijke dingen gezegd kunn-n worden over de tweo-eenheid van tooueel en film, die, hoezeer onderscheiden ook en stellig in détails antipoden, toch stoelen op n begrip der dramatische illusie, die eiken vorm vindt het woord nu levend bluft of het gebaar via Ie binocle van clo filmcamera tot ons komt. Uvt zijn twee bloemen op n steel, met een ecoi o mischc, maar zeker niet artistieke overmacht a i do zijde van de film. In Frankrijk discuteert ra tegenwoordig angstig veel over de positie van het tooueel, maar zoo n argument daarbij kracn heeft dan is het de overtuiging, dat het toom el door de film slechts heeft kunnen winnen oind u het tooneel daardoor gedwongen wordt zich zuh et te stellen en terug te grijpen op zyn essentialii: het gesproken woord, gedragen door do aanwezig heid van den acteur, die tot een graadiozut schepping van menachen in staat is, tegenover i -;t noodzakelijk geworden terugdringen van do dt-or decors en alle vergankelijke utensiliën van het oude tooneel ondersteunde situatie. En daardt-ot blijft aan het tooneel de rol van keurtroep, vo -rbestemd tot het stellen van scherpere psychisi ie conflicten, fijnere nuancen, trillender leven d iu de op andere gebieden stellig terecht oprukkei Ie film. En wil men zulk tooueel zien, ook m ons la id waar den luatsten tyd juist door den materiee «.'n nood beter, zuiverder en intenser gespeeld schi.ut Verzamelen De schoonheid der kleine dingen Chineesche snuiffleschjes WIJ leven in een tijd van liquidatie, van vloeibaar worden van oude vormen on een beginnende kristallisatie meenen wij waar'te nemen van iets nieuws, dat zich voor onze van te nabij ziende oogen nog niet in duidelijke gestalte kan voordoen. Te staren op dit proces heeft ons vaak moe gemaakt en nu is niets wel dadiger, dan ons af. en toe te wenden weg van het ondoorgrondelijk heden on de nog meer verhulde toekomst, om naar het verleden te zien. En aan het verleden te beleven, dat er vormen zijn, die niet worden geliquideerd, dat er kleuren zijn, die met ouderdom winnen aan schoonheid; dat niet alles om ons heen vervloeit en vervaagt, maar dat er eeuwige dingen zijn, die standhouden. En dan bedoel ik daarmee niet godsdiensten en wereldbeschouwingen, filosofische theorieën en leerstellingen van zedelijkheid, dan bedoel ik niet de onvergetelijke werken van groote dichters of mUsici, zelfs niet de mooiste producten van schil derkunst, maar ik wil materieeier zijn, veel materieelér nog, want ik moet hebben ter recuperatie van mijn. geestelijken weerstand, voor het op zij zetten vaa mijn vermoeidheid, het direct waar neembare, het tastbare, in kleur en vorm be lichaamde; kortom: een ding. Een duig, waarnaar ik kan kijken met vreugde, dat ik in al zyn dimensies kan bevatten en dat ik kan aanvatten met een zeker genot; dat daar op zichzelf staat, dat er lang is geweest en niet is geliquideerd; de zichtbare voelbare vastigheid, het bewijs van die oude stelling, dut waarheid en schoonheid eeuwig zijn. Ik wil nu trachten u aan tastbare zakeu te tooueu, wat verdieping, concentratie en liefdevolle toewijding in hot verleden iu China voor ceuwigs hebben geschapen. Do kleuren der dingen kan ik niet reproduceereu, maar ik zal trachten ze in hot kort te beschrijven; met den vorm «is het gemakkelijker gesteld. En hut is juist in den vorm voor alles dat de Chiueezen de grootmeesters en leermeesters der kunst zijn geweest. Ik heb mij in m'yn keuze bepaald tot enkele gebruiksvoorwerpen, voorwerpen van Kleinkunst, een term die ik gebruik omdat ik geen andere weet, maar die men zich hoedo op een ly'n te stellen met kleine kunst", want niets is minder waar. Het zyn, u zult dat op de foto's al hebbeu gezien, Chineesche snuiffleschjes, waarvan het grootste nog geen 15 en het kleinste nauwelijks 5 centimeter hoog is. Een geleerde verhandeling te doen voorafgaan over het gebruik van snuif onder de Chmeezen of oen vergelijking te maken met de vaak zoo mooiu Himifdoozen onzer voorouders valt buiten het bestek en ligt ook geheel niet in mijn bedoeling. Ik wil u slechts mee laten genieten van de vreugde die zulke dingen geven kunnen en wil alleen nog die eene, bijna afgezaagde, maar eeuwig ware opmerking maken, dat het kenmerk van het ware w het schoono is 'gelegen in eenvoud. Een voud van vorm on ponvoud in de compositie van kleur. En, hoewol clo Chmeezen in ?decadentieporioden al evenzeer tegen dit maxime hebben gezondigd als onze kuufjtenaaty uit Kococo d Louis XVI tyd, in het algemeen zijn zij ?/. ?« trouwe exponenten van dezen gulden regel. Bezien wij de reproducties, die zijn gemaakt .na zooveel mogelyk variatie in de materialen t« toouen. Hut eerste f leschjc lijkt van porselein m mr het is ondoorzichtig wit glas, .waarop in zeer t< <i kleuren: rose, violet, geel, groen en blauw, b een Chiueescheu tuin zijn afgebeeld een jo-.gt vrouw, een jongen mot een hengel en oen oidc heer, die in een makkelijken stoel van den mooicu dag geniet. Het heeft een sfeer van vroolijk v« 'irjaar on typeert het genot,, dat do Chinees sch -pi in het buitonleven, in do harmonie der natuur, Ik hij weet, dat hem, evenals aUe andere wez< iu beheerscht. p den bodem is het stempel n ui gebracht van den keizer Kien lung (1739?'3;, een tijd van zeldzame verfijning, die niet af ijd even sterk is geapprecieerd door de connoissc it*> maar die niet minder meesterwerken telt dar de oudere generaties en dynastieën. Het fleschje h eft een stopje van oranjeachtig coraalyn. Nun»-ier twee is uit massief, diep-oranje cornalijn, '??en halfedelsteen, gesneden j zeer streng van 'ju. zonder eenige versiering dan de ryke abrikoosk '*ur Van den steen, met een stopje van zuiver gr H;U jade, terwijl het derde weer van glas is, gep- uitileerd molkglos, waarop in magistralo lijnen, in rood glas uitgesneden, twee gestyleerde tljg-is. dio zicli rond het f losehje kronkelen. De sto - is van gewolkt cornalijn, harmonieerend in k <»ur met het rood dor veraiorhig. Het vierde fleschje is uit massief, sterk licht ad. ijrijswit agaath gesneden, met als eenige vorsi» ing TUINMEUBELEN In wit, geel of rood gelakt, bank, 2 fauteuls en 1 tafel f 28.TU l N PARASOLS 140 diameter, compleet f 4.7O &HDER S"\ PANDIBI fkut^ 6 ZOMEN worden dan ooit to voren, men ga dan Else. .M uhs zien in Bornstoin's Toekomst," met Ko Auioldi als oen voortreffelijke steun: tooneel dat s:t n al te groot u waarde heeft om het stuk, noch ?nu do .regio, noch om de decors. Maur uitsluitend on alleen om wat Leaormand nimmer in zijn stukken hooft kunnen bei-eiken: do totale psyehi*-'te metnniorphos»' van een karakter dot slechts In- subtiel genuanceerde woord noodig hooft om innerlijk zoo blijvend te verrijken als de breed t.'1-ichildcrdc omstandigheden, do gansene kostIO Aufwand" van de film nog niet heeft kunnen doen. Daarin inderdaad ligt nog een schijn van schemer over hot tooneel, daarin lipt 'l du zijkanten hot op deze gebruiksvoorwerpen v. l voorkomende, oeroude loeuwonkopmotief". II i volgende is van dofzwarton ..inksteon", die ?nsoort \vuui-op do Cliinoosclie sehoonschrij ver dichter zijn inkt bereidt en waarover menig ?ra ir opstel is geschreven. Hot heeft in krach? karakters hot opschrift ...Do stoongroevon ? Huan brengen goed materiaal voort, zacht vochtig, als mooie judo." Kn de woorden ?izoHijk gedicht". Nummer zes is van zwart --, waar hot licht bruingrijze reflexen doorheen vort; hot is alleen versierd mot het leouw nkopiii''lief on heeft een stop van zachtorunje, geaderd "i. Dezo drie geef ik zelf, gedachtig mm wat ik hierboven schroeft den prijs; onderen zullen «r» leiv mooier vindon. Hot zevende is oen ivoren Iw -Idje, voorstellende de godin Kwan Yin, de dor barmhartigheid en liefde, mol don \» v,ik van lang loven on 0011 haasje, dat ook oen *y ibonl van lang loven is. Hot is fraai gesneden, z- r devoot van lijn en versierd in typische kl- iwii uit den Mingtijd ' (.|:iU8~'HM4): lakrood, ai «'ii. blauw on goud. Nummer acht is oen forst-h l stukjo van glinsterend violotrood ki'istal, »l»i ./waar het licht er doorheen schijnt, een diepo M ijnklonr hooft. Hot is versierd mot het in ki '-tal uitgesneden loouwonkoppen on een bladin-'iiuf om den rand, terwijl het is gekroond mot ??i. stopje van gewolkte diepgroene jade. Het lafste i's misschien het fijnste van deze.voorto- Iden, al is het ook niet het krachtigste of m. liste van vorm. Het is van wit porselein met >i''j-leerde bladmotieven van blauw on goud op 'If '.ijvlakken on op de voor on achterzijde versierd '» literst fy"no teekoning, in bruinrood roso, gooi. ST« u on blauw,'met oen elegante jonge dame, clio «P' bezoek gaat. oen meid achter zich, diéoen SK^'ton waaier boven haar hoofd houdt; op do "k" zichtbare zijde is een tuinscénc afgebeeld. Het is, evenals rimnmor n, een pareltje uit don Kif-u lung tijd. ''..":? 11», ontveins rnij niet, dat deze eenigszins dorre I>S' mmihg de voorwerpen niet tot hun recht kan ?lof-i, komen, daarvoor moet men zo in de -hand Mtt.-.ien nemen, maar ik hoop toch, door reprodtiiMiog en beschrijving tezamen bij u. als gij dien roods had t, den lust tot deze kleinigheden op te hebbon geroepen, tot dingen d iu ge, [He-i ,<cnig geduld, voor slechts weinige guldens 'n 'l'ïi, loop dor jaren kunt verzamelen en die oen Or°» zijn van blijvend genot. H. M. G. KERVEL snififf/esch/es uit verschillende perioden Dr. A. BREDIUS 80 JAAR VAN tijd lot tijd verschijnt Dr. Bivdius uit Niet- in Den Haag. Ik zag hom dan steeds geregeld voorbij Uicho puin. ver moedelijk naar zyn eethuis; het was tenminste hft uur, dut vet lust iemand naar zulke ver blijven drijft en vermoedelijk was dat eethuis dut van Bosch, vlak b'üHiehe. Daar ik iu Uiehe oenigszins verscholen zat, kun ik hem up mijn gemak dag nu dag bekijken en controleeren of een mogelijk portret op hem zou lijken. Hij loupt nu cotiigszins gebukt, maar nog steeds niet oud, bedrijvig steeds, over straat met het bekende gezicht van een genieter des levens, wat rouil met een witte snor er in. Van tijd tot tijd kijkt hij op en spreekt wat tot zijn gevolg. Terzij van hem loopt dikwijls een vrouwelijke verwante; achter hem n ? of twee jongelui, die hei A volgen zooal.s secretarissen een minister volgen. Wat Bredius in zulke perioden in Holland uitvoert, kan niet anders zijn dan adviezen geven over de toeschrijvingen enz. van oude schil derijen. Deze man, Bredius, is namelijk een dokter van toeschrijvingen; hij is op de hoogte van de schilderkunst uit vroegere perioden. Hij heeft daarvan een zuivel* kennis, die niet alleen en niet ten eerste op een aantal ficheV berust ! Zijn SüretéUénérale is meer een quaestie van gevoel, van. smaak, die gesterkt wordt en versterkt door, zooals ik schreef, een ongeëvenaarde- kennis van bepaalde perioden onzer schilderkunst. Deze twee dingen vormen te samen dus een oordeel, dal ik steeds gewaardeerd heb. Het oordeel van Bredius heeft daarenboven nog een waarde, die het van het dogmatischer oordeel van Hotstede de Urout gunstig heeft onderscheiden. Hel oordeel van Bre dius, minder eigenzinnig dus, heeft oen groot er vrij heid in zich; Bredius heeft nooit gedacht, dat hij zich nooit kon vergissen, hij heeft nooit gedacht, dat zijn 'roem hem een onfeilbaarheid garandeerde; hy heeft den steeds nobclon moed gehad een ver gissing te durven erkennen. Dal deze vergissingen zeldzaam zijn spreekt uit dit alles vanzelf: ook dat zijn gevoel voor schilderkunst, waarschijnlijk ge steund door een beweeglijke muzikaliteit, hem over moiiige vergissing bij anderen zeker maakte. Ue ziet. dat een tachtigste verjaardag van zoo een kunsthistoricus een ding is in Holland het vieren waard, terwijl Brodtus duurbij een voorgan ger b, die door de nukomors niet werd overtroffen, en dut ik alleen, wanneer ik hem met iemand iu Holland wou vergelijken, in Schmidt Degcnor den man zie met bepaalde verwantschappen. \Vij moe ten daarom den tuchtigjurigou jongen grijze dien dag, den acht t lenden een feestelijke herinnering wijden. Een zeldzaamheid in ecu kunsthistoricus, zeldzaamheid ten minste voor mij, om zijn kennis eveneens moet hij gevierd worden. Want naast het Bevoel voor de schilderkunst; naast zijn zui veren speurziu en daardoor juiste toeschrijvingen, heeft hij levensbizouderheden zonder tal opge spoord uit de archieven. Hij is niet alleen een vol ledig historicus van Kembrandt, een waardeerend vriend van Stóvn'x schilderkunst, en van do ge aardheid dier schilderkunst; hij is een soort duiker naar onbekenden of naar zoo góéd als onbe kenden van oen eeuw en in een eeuw, die do overdadige couranten miste om. iedereen te ge makkelijk met een aureool te sieren, 'Wanneer, wij toch zouden sonimooroiu wat dooi- rodius b.v. in Oud-llollaiid werd gepubliceerd- uil do nuiari*archieven, dan zien wij .met een oonigszins ver schrikten eerbied, dat by de bekende schilders wij nooit'zijn vondsten en inlichtingen kunnen missen, maar dat bij óngowelone of vordonkeiile, namen on diulnii wij niemand zoo /oor t o noemen hebben, mot dankbaarheid als dozen ijvorigcu genieter.' dezen epicurist wien geestelijke en stoffelijke zaken in n organisme bloeiden on nog levendig houden. Daardoor blijft zijn ge sprek niet den cigcnmmligon klank van zijn stem erbij, steeds iete dat leerzaam is en persoonlijk. Hij is in werkelijkheid een uitzondering tusschen zijn vakgenoot en. Hij heeft nooit meer in de plank achter het schilderij geloofd dan in hot schilderij; hij begreep, dat door den schilder door het schil derij de plank zijn bekendheid verkreeg. En dat is bij zijn vakgcnooten niet zoo zeer vanzelf sprekend als ge denkt. Maar laat dit alles .genoeg' zijn om u duidelijk te maken, wat Bredius is, wat het zeldzame van hem en in hom is. Het is toch voldoende hem een goeden' verjaardag te wenschen en hem to overtuigen van onzen eerbied viior .wat hij allegaar deed, zoo dezo eerbied hem onbekend bleef. PLASSCHAERT Dr, A. Bredius, naar een schilderij van Antoonvan Welle IIIIUIIIlllllllllMIIIIIIIIIMIIMIIIIIIIIIIinilMIIIMIIIIIllllMIMIMIIIIIIHIIIIIIIinillMIIIIIIII Wat is beroemdheid? T* 1 Enquête van De Groene EÜES\VOVRD1Üwordt er druk met 'fcn gewerkt. Alles wordt onder en nauwkeurig in tabellen vastgelegd, om de resultaten te kunnen vergelijken. De Groene heeft een onderzoek ingesteld inzake beroemdheid". \\"j wilden eens zien hoever de beroemdheid van verschillende menschen reikt. Met tv»» lijst mimen van zeer uiteenloo| jïende personen sljn wij er op uitgegaan en op de volgende pagina's vindt ge het resultaat. Doch wij zijn niet onze lezers gaan onder vragen, neen, wij zijn op straat gegaan, onder de massa" en hebben een praatje gemaakt met den olicman en met den taxichauffeur, terwijl deze ons vlug door de Amsterdamsche straten rccïl. ]\'ij hebben den .postbode even opgehouden op zijn dagelijksehen tocht en onder een kopje koffie in Amerieain hebben wij den kellner ondervraagd. De antwoorden waren soms verrassend, soms teleurstellend. Sport- en filmhelden bleken in onsen tijd een grootere bekendheid te genieten, dan weten' schappelijke, grootheden. Vaak werden namen verwisseld; de meeste van onze slachtoffers verwarden b.v. Mme Curie met Mme Hanau, over wier oplichtcrijeii ds kranten vol hebben gestaan. ? «Merkwaardig is óók, hoezeer bepaalde bcgr! p pen blijken te worden gekoppeld aan de namen der beroemdheden van den dag. Zoo ivcrd. MusHolini herhaaulelijk genoemd' de Jtaliaunsehe II Uier": men neemt eenvoudig ..llitler" voor ..dictator"'. . . . Twee der beroemdheden, -over wie onze enquête loopt, waren bij alle ondervraagde ?jtcrsoneii bekend: Pijnenburg en Cling Doorenbos. Kouden zij de beroemdste Neder landers zijn? . Uit dit onderzoek is wel duidelijk gebleken, hoc betrekkelijk alle beroemdheid is. Onze lezers kunnen thans zichzelf aan. een ond'erzock onderwerpen. Wal tceet u van deze ^beroemdheden"? Kn indien u zelf beroemd mocht zijn dan tceet u voortaan wat u er van kunt denken! . f s l l i 8 i iilllllllllMIIIIIIMIMIIIIMIMMIMIIMMHIIIIMIIMIIIIItlMIIMIMIIIIIIIIMIMIIMIMIM IMIMII HO. pa DCl liji tic-t rer vu «?' In en in ar r. ?e :' .3 't ? ? PArt f!O OEM E M

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl