De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 25 mei pagina 5

25 mei 1935 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Tooneel Muziek :.* Lofzang op den acteur HENRIK SCHOLTE HET klinkt misschien paradoxaal en het is dan wellicht ook het summum van opti misme om te zeggen dat het in het afgeloopen seizoen met het tooneel nog zoo slecht niet gegaan is, terwijl do boeken der verschillende gezelschappen toch angstige gapingen aanwezen en b.v. de Amsterdamsche Tooneelvcreeniging thans reeds een schuld heeft, waartegen de nieuwe subsidie (vijf-zevende van het totaal) vrijwel weggestreept kan worden. Maar het is myn over tuiging, dat juist door de harde, ja hopelooze jaren die het tooneel, met name in de hoofdstad; gekend heeft, thans langzamerhand een soort zuivering uitreedt, al is die meer artistiek dan economisch te merken en al is de economische levensvatbaarheid van het tooneel nog altijd een eisch, waarnaar de artistieke desiderata organisch bepaald dienen te worden. Maar de f Urn bevindt zich merkwaardig genoeg in een veel acuter conflict dan het tooneel. Want wanneer de filmtheaters klagen dat thans dezelfde films met dezelfde acteurs slechts een derde van de toeschouwers van het vorige jaar trekken, dan wijst dat op een f ilm-moeheid, die veel meer in artistieke dan in economische onzekerheid te zoeken is. Een tooneel-moeheid heeft ons land gekend en hoe! en zonder twijfel zijn wij nog maar nauwelijks een streepje boven het minimum uit. Maar hoofdzaak is, dat deze oververzadiging ten aanzien van het tooneel uitgewerkt schijnt to hebben en dat de acteur nu tenminste definitief zeker is van zijn publiek, hoc gering in aantal dit ook moge zijn, vergeleken bij dat van de film. Het tooneel en vooral het tooneel in, ecu klein land met eigen taalgebied als het onze heeft stormen doorstaan, waarvan menigeen dacht dat het theater als eigen sc.enische uitingsvorm ze niet zou overleven. Onze acteurs hebben ze overleefd. Vraag niet wat ze er voor geleden hebben. Vraag wel of ze er beter van geworden zijn. En dan luidt het antwoord volmondig: ja. Er wordt nog steeds te weinig aandacht gehecht aan den zuiver emotioneelon kant van het tooneelspelen, waarbij de technische vaardigheid maar o zoo'n kleine rol speelt. Le critique c'est un monsieur, maar de acteur is ook maar een "mensch". Het is goed dat Jan Publiek uiet hoeft te wroeten in de particuliere omstandigheden van den tooneelspeler,. maar het is anderzijds buiten kijf, dat geen waarlijke tooneelspeelkunst ontstaat zonder dat er met bloed voor betaald wordt, en stellig is de marktwaarde van den puur technischen virtuoos, den man die even een rol uit zijn mouw schudt en achter de schermen grappen verkoopt over wat bij op het tooneel stond te doen Bouw meester kon en mocht dat nog ! enorm gedaald. De Nederlandsche acteur heeft de laatste jaren de zweepslagen van het lot gevoeld, hij is er armer door geworden, maar ook.... beter. Er zijn dit l jaar op ons tooneel vele slechte stukken gespeeld, er z^n weer grove vergissingen begaan, er was reden tot klacht, verwijt of schouderophalen. Maar er is gespeeld, en gespeeld met den inzet van het leven zelf I Als ik de voorstellingen van dit seizoen nog eens na ga, dan vind ik misschien weinig geslaagde avonden maar wel een heele rist namen van acteurs, die om deze of gene vertolking diep in de herinne ring gegrift staan: het was het seizoen van Joan Remmelts, van Mary Dresselhuis, van Charlotte Kohier, van Hans Carpentier Alting, van Lou / Ezerman, van Saaiboni als acteur. Nog maar zeer kort geleden kon men zien hoe een man als Ezerman een slecht geschreven, slecht geregisseerd en door gaans ook mat geïnterpreteerd stuk als Priestley's Gouden Regen" wist te redden door een vertolking van een klaplooper, zoo voortreffelijk dat men voor hem alleen zou wenschen dat het ook goud regende. En terwijl dit geschreven wordt, staat Saalborn's tooneelzetting van De Andere Wereld" voor de deur, een stuk uit de tropen dat onwillekeurig de herinnering oproept aan dien smoorheeten zomer avond van het vorige jaar toen in Rubber" Saaibom en Tournialre twee rollen neerlegden, die aan groote tijden herinnerden, terwijl Saalbora toch vrijwel zonder gezelschap van eenige beteekenis is en dit seizoen verder stukken speelde, die vaak het aankijken niet waard waren. En hoe terzelfder tijd, aan het slot van een voor de Amsterdamschn Tooneelvereeniging over het geheel toch allerminst geslaagd seizoen met veel vergissingen" en mis' grepen, Charlotte Köhler's extatische Elektra in de herinnering doorleeft als een fel droombeeld van wraak, dat als een vlam uit de muziek naar boven. schoot. Stelt men tegenover zulke individueelc presta ties b.v. de recente vertooningen van het Straats burger Stadttheater, toch een regelmatig gezel schap dat zij het met een groote vlag op buitenlandsch tournee durft gaan, dan geloof ik dat het einde van die eigenaardige, défaitistischc lamzakkerij, die het publiek vaak ten aanzien van onze nationale acteurs betoont, spoedig nabij is en dat ten laatste onze acteurs winnen omdat zij wel vechten voor een bedreigde, maar juist daarom niet voor een verloren zaak. Het seizoen, dat thans achter ons ligt, zal op zichzelf nimmer in de annalen voortleven. Maar het vertrouwen op onze acteurs,. in het bizonder ook onze jongere acteurs, is er door gesterkt, omdat zij zichzelf gesterkt en gezuiverd schijnen te hebben. En die winst is te merkwaardig om niet met kracht te constateeren, omdat van hieruit alleen een gezonde regeneratie van ons tooneel geboren kan worden, zooals alleen om en rondom hen een kern van trouwe schouwburg bezoekers herrijzen zal! In memoriam Prof. Hugo de Vries HET groote publiek, de leerlingen van mid delbare scholen, gymnasia, kweekscholen kennen De Vries als den ontwerper van de mutatietheorie, als den man, die de erfelijkheids leer in nieuwe banen leidde of nog wat meer in het vage als den geleerde, die merkwaardige proeven en ontdekkingen deed met de Teunisblóem. In de. jaren omtrent de eeuw-wisseling stond de Amsterdamsche Hortus vol. Teunisbloemen en die .werden geteld en gemeten en bekeken en gekruist en niet gekruist, totdat ze wel haast al hun geheimen zouden hebben geopenbaard. Zoo ver is het nog niet gekomen, maar de veertig jaren die achter ons liggen zijn voor de botanische weten schap ui het algemeen en voor de erfelijkheidsleer in het bijzonder van overweldigende beteekenis geworden. Het begin van dergelijke onderzoekingen ligt nog weer vijfendertig jaar verder terug, toen Gregor Johann .Hendel zijn Versuche tiber Pfjanzenhybriden" bekend maakte (1865). Hugo de Vries heeft Mendel doen herleven en op den bescheiden grondslag dien de monnik legde, zijn grootschen arbeid voortgezet. Toen De Vries dit werk begon, was hij al lang een beroemd geleerde en wel in déeerste plaats door zijn baanbrekende onderzoekingen over plantenphysiologie, waarbij WJ meer en beter dan wie ook van zijn voorgangers, de chemie en de physica in het veld bracht. En als voorspel van zijn werk over erfelijkheid, aanknoopend aan Darwin, gaf hij in 1889 zijn Intracellulaire Pangenesis", ook alweer een werk waar zijn volgelingen op konden voortbouwen. Ook In ander opzicht was hij een baanbreker. Hij was een voortreffelijk veld-bloloog en onver moeid in het organiseeren van excursies. Zijn mooie terreinen hl de nabijheid van de hoofdstad liggen haast alle begraven onder nieuwe stads wijken en industrieterreinen. Maar n er van is tenminste behouden als een bezitting van de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Dat is de Oosteinder Poel onder-Aalsmeer en ik zal het altijd als een groote eer blijven beschouwen, dat De Vries Heimans en mij door een van zijn zoons daar heen liet geleiden. Toen die twee onbekende schoolmeestertjes in 1803 met hun werk begonnen, werden zij door twee beroemde Amsterdamsche professoren met groote welwillendheid, met vriend* echap bejegend. Dat waren Mar Weber en Hugo de Vries en zij hebben ons nooit begeven. Eenige jaren geleden, bij gelegenheid van een kampeer-, week van het Kennemer Lyceum te Lunteren, mocht ik daar De Vries nog eens ontmoeten terwijl hij wandelde met zijn leerling, opvolger, vriend en 'trouwe bewonderaar, Prof. Th. Stomps. We heb ben toen een uurtje, samen gekuierd r professor rechts, professor links, het leekje in het midden. Oude herinneringen werden opgehaald, nieuwe zaken besproken en de tachtigjarige verbaasde en verblijdde ons met zijn moed en helder inzicht en tegelijk met zijn groote en nog altijd kinderlijke liefde voor de schoonheid en het wonder der planten. Een gelukkig mensch. Dr. JAC. P. Tmjssti PAG. 101 GROENE Ne, M85 Gesprek in de pauze over Beethoven CONSTANT VAN WESSEM A. Ik zie, dat ook u een trouw bezoeker bent van deze Beethovencyclus, die we ieder jaar als seizoenbesluit mogen genieten. B (ietwat wantrouwend om den toou vanden ander): U bent er toch ook? A: Waarde heer, men blijft niet weg waar Buuthoven's muziek weerklinkt. Bovendien, hoort u eigenlijk niet veel liever een Beethoven-cyclus dan een Nederlandsen Muziekfeest? B: U zegt daar zoo iets. Was u ook op het Noderlandsch Muziekfeest? A.: Ik was er. Ook op een Nederlandsen Muziek feest blijft men niet weg, alleen al uit gevoel van nationale eigenwaarde; en wio heeft dat gevoel tegenwoordig niet? Alles van eigen bodem, hoor. en ook muziek, dat is mijn leuze. B.: De mijne ook, natuurlijk. Maar het is niet altijd makkelijk, wanneer de buitenlandsche schot» nen beter zitten dan die van eigen fabrikaat. A.: Kom, kom, mijnheer. Men moet wat vom zijn vaderland over hebben, ieder moet zijn dei* bijdragen aan 's lands welvaart. B.: Natuurlijk, natuurlijk, zoo meende ik het ooi niet. Maar we hadden het over Beethoven. U ben' dus ook verzot op Beethoven? Ik kan dat geher meevoelen, ik zeg ook altijd weer: er gaat toch niets boven Beethoven. Het is een grootsche b»' leving wanneer men leest welke nobele gevoelen in deze muziek allemaal zijn uitgedrukt. Trouwen» ik heb veel over Beethoven gelezen, niet alleen i> het programma, maar ook in boeken. Het dor goed te bedenken wanneer je je beroerd voelt m* deze malaise, dat er een man geleefd heef t, die nu het Noodlot worstelde en het overwon. Dn i zeg ook Ik, met Beethoven: Van duisternis nair licht. A.: Of: ik worstel en kom boven. B.: Staat dat niet ouder het wapen van %ci>lari' 't Meneer, u spot ook altijd ! A.: Volstrekt niet. Dat kun ju ook in Bei'thiwi s muziek hooren, als u wilt. B.: Die vijfde symphonie! Het begin, dat w\t-:» kleine motief: Hier klopt het noodlot aan do dot.-: en dan volgt er een oogenblik stilte, d.w.z. je hou It je adem in.... A.: Ja, ja, en dan klopt dat noodlot maar vo< M en begint muzikaal te moduleeren. B.: Natuurlijk, het is toch immers muziek. !? u musicus beleeft in muziek. Maar of het muziek 'K of een schilderij of een boek, altijd kun je meii -n wat een kunstenaar er bij gedacht en gevoeld he< I. A.: Ik vind dat knap. Had u gehoord, dat in l -t begin van de vijfde het noodlot aan de deur kl< ;>t als u het uiet wist? Ik heb ook wel eens wat o er Beethoven gelezen en toen werd mij verteld, ? at Beethoven het motief eigenlijk afgeluisterd l ut van een vogel. B.: Maar daarom geloof Ik nog niet alles < ut men vertelt. A.: Neen, maar wat men graag gelooft. B.: Beethoven is menschelijk, mijnheer. Dn i* het, daarom gaat het. Je kunt alles meeleven ? iet hem. Schreef hij zelf niet boven zijn MissaSolenrtis: Van het hart, moge het naar het hart gaan. B ethoven is populair, omdat hij menschelijk is, da v is het heele geheim, waarom wij hier allemaal v«*t bij elkaar zitten op een Beethovencyclus, het Mfrischt, eindelijk tusschen al dat dorre en venv. ten modernisme" van tegenwoordig weer eens ien mensch in de muziek tegen te komen. Daaro: i is Beethoven ook opvoedend. Ik vind het heel ;'iist gezien, dat geen jaar zonder een Beethovency-ius wordt besloten. Beethoven voedt het volk o) tot verheven en groote'gedachten, leert de mens hen de werkelijke taak van de Kunst .kennen, di- "il veredelen en verheffen. Ja, mijnheer, of u e om lacht of niet, zoo'n idealist ben ik nog, dat H'M van de Kunst vraag. . 1 A.: Waarde heer, het zal wel zoo wezen: "&& ondergaat van de kunst wat hij wil onderga»"*T wilt in de muziek van Beethoven edele en j.::oot« gedachten hooren. Ik luister naar muziek, prachtig vind en waarom ik ook naar de hovencyclus ga. In onze bewondering voor hoven zijn we het eens, de andere motieven ku <&& dus terzijde blijven en ik wensch daarom ook niet te critiseeren waarom ieder jaar weer met een '*<#*' hovencyclus besloten wordt. Maar Ik hoó' bet schelletje, het teeken, dat de pauze om i*- Tot ziens, mijnheer en veel genoegen. Bloscopy WHAT PRICE TRUTH....? L. J. Jordaan l» /? LaurenceStallings:?The first WorldjWar" (Princesseschouwburg, Den Haag) ANDERHALF uur duurt deze documentaire van menscheUjke razernij en men keert zich tenslotte van het schouwspel af.... verbiti i'i'd en moedeloos. Want in dezelfde dagen dat dit requisitoir deze verpletterende aanklacht werd ?pgesteld, gaat over de wereld opnieuw een golf am verdwazing als de jaren vóór 1914 hebben ,'ekend. Een generatie voor wie de vierjarige orgie van bloed, drek, schande en stupiditeit slechts .de la littérature" is groeit op en wij hooren .voer de bekende klanken van nationale eer", .weerbaarheid" en mannenmoed", die indertijd ift sombere praeludiuni vormden van den fri?hen und fröhlichen Krieg". Twintig jaar na de .«?ost zinlooze, want .volkomen ongemotiveerde .oordpartij die de geschiedenis der menscbheid ??{?ft gekend, is het woord pacifist" weer syno. it-iii geworden met misdadiger" en lafaard". root e monden worden weer opgetrokken door ??n die hulpelooze baby-kreten uitstieten toen de minier van zestig millioen menscheu uit de abat? ore der «Jachtvelden ten hemel schreide. Men werd* oer nuchter en kloek de zin voor het avontuur u de daad is, godlof! weer ontwaakt en de akker i.-r meuschheid schijnt opnieuw bereid het zaad U»r verdomming en verdelging te ontvangen. Hebben wij, die den wereldoorlog als tijdgenoo?'ii meobelcefden, teveel over zijn gruwelen geproken? Hebben wij het jongere geslacht dood?-praat, zoodat ónze haat en onze afschuw door ??olvuldige herhaling slechts ijdele klanken en olie rhctoriek werden voor hen, wien zij in de rste plaats golden? Of is het de eeuwige reactie r generaties het blinde oer-instinct dat het ijd anders en beter weet dan de voorganger en i zich niet wil laten overtuigen? Heb was meen ik Dorgelès, die het beslissende <ird in deze quaestie wist to vinden: Er is maar i middel om den oorlog te leeren verafschuwen... ? ? is, hem mee te maken (" De auteur van Les ix de bois" zal weinig vermoed hebben hoe nt? ilend spoedig de tijd hem gelijk zou geven. Maar '.ijn wij dan alweer zoover en het wachten is op emedie, die reeds daarom erger is dan de kwaal, ? /.ij een armzalig palliatief blijkt dat ternauwer- «l eenige decenniën van geesteshelderheid fborgt. Wat zal de herinnering aan de dagen '14 dan nog uitwerken tegenover een instinct sterker blijkt dan rede en gevoel? De waarheid . i nu eenmaal gekocht en betaald worden, tegen ontante remise van tranen en bloed a la <ie heure.... de menschheid schijnt bereid het gekozen kruis weer op te nemen ! De stem eens roependen T'»T de fanatici, die niet ophielden den iiopeloozen strijd tegen den oorlog aan U* W; i'-n behoort de auteur Laurénce Stallings. Hij "l* ulo den aanval met een novelle Plumes", di in \inerika groote sensatie verwekte wegens haar '?'l uti-oorlogskarakter. Toen schreef hij, tezamen Maxwell Anderson het fameusëWhat price ? ?", dat van Broadway uit zijn triomftocht over ?Hjneelen der wereld maakte. Vervolgens nam /.ijn toevlucht tot het populairder en krasser mm der film en hij ontwierp het scenario Voor "big parade". Maar intusschen groeide de ?? generatie op voor wie dit alles woorden bleef pgewonden sentimentaliteit, die men sphouder?lend over zich heen liet gaan in afwachting ..de daad". En opnieuw wijzigde Stallings zijn ??k. Men wilde geen sentimentaliteit en geen N'os? Goed?hij zou met nuchtere feiten koliiei .... onweerlegbare documenten van de verr % Ie daad". Zijn boek The first world war" top. vide zich ertoe 513 oorlogs-foto's te publiceefcft, Rechts begeleid door korte bijschriften en een. **k i jpte inleiding. Voor ieder onbevooroordeeld j*të<g hier de oorlogskanker in al haar afzichte«jkh- id te kijk en inspanning slaan de ouderen het gèlai.! der jongeren gade, in vrees en beven voor «Ie v.iwerking.... Tv-itslotte nam Stallings opnieuw zijn toevlucht' tot <;,. fum. x)e anti-oorlogsfilms als Westfront en All quiet...." bleken volgens sommigen *? Rendeel uit te werken van de bedoelde ten- welnu, hij zou dezelfde tactiek volgen als laatste boek. Hij verzamelde zooveel authen'"riogsmateriaal als hy uit de filmarchieven nu «I. il.' '«j uu ..T.,. op) va; lan byeen kon rapen en monteerde dit tot een nieuw, hartstochtelijk betoog tegen den krijg. En zoo ligt dan de First World War" voor ons een stuk wereldgeschiedenis, dat zelfs in zijn betrekkelijke onvolledigheid imposant en overtuigend genoeg lijkt.... tenminste voor hen, die reeds overtuigd zijn! Want opnieuw dringt zich het woord van Dorge lès op: Wie de oorlog wil leeren verfoeien, dient hem mee te maken l" en geen beeld geen document, hoe navrant en onweerlegbaar, is in staat de werkelijkheid zelfs maar te benaderen. Het kan dan ook niet anders of het geslacht van 1035 ziet deze fragmenten uit een gigantische folterkamer met andere oogen aan dan het geslacht dat 1914 heeft gekend. Wat aan deze fragmenten ontbreekt is de bloedstank en.de wurgende onze kerheid en de sfeer van demoralisatie.... maar vooral: de tijd! De trage, sleepende, eindelooze tijd het hopelooze, uitputtende wachten de grauwe, moordende monotonie. In al haar verschrikking werd deze film nochtans niet meer dan een Serie sensationeele momenten ont stellend, weerzinwekkend, beschamend.... maar zonder de eentonige ellende, waarvan zij geweld dadige erupties waren. Zij geeft de torpedeering van een vrachtschip.... een somber, beklemmend schouwspel. Maar zij zwijgt van de maanden vol van, angst en nervositeit, die toen de wereld ver teerden. ZU toont ons het fatale heure H" waarbij wy ? met verbijstering het menschelijke slachtvee uit de loopgraven zien klimmen, om strompelend over het veld van eer een blinden, zinloozen dood tegemoet te rennen. Maar wij worden niets gewaar ? van het ongedierte en de modder en de vervuiling der tranchëes".... noch van de afstomping door de dagen van ledigheid en wachten. Wij zien gewonden een veldlazaret binnendragen en hier en daar een man neerstorten als een gevelde os. Maar niets bereikt ons van het gruwelijk naspel van het leven der verminkten of van de ver. slagenheid der nabestaanden. ' ? Het eenige wat onverkort tot ons komt is d satyre de bloedige hoon van het verschil in schijn en wezen. In grooten getale aanschouwen wy parades en decoraties met plechtige défilé's en dierbare accolades....groteske rustpunten in de reeks van gewelddaden. En het laconieke document vervolgt zijn relaas: es wird weiter gemord et! De film als historicu; NAAR het heet, werden voor deze film de geheime archieven geplunderd". Het Ujkt weinig waarschijnlijk, dat de archieven-in-quaestie zich tot een dergelijke naïveteit zouden leenen. Wat er werkelijk aan documenten in de off icleele bewaar plaatsen geborgen ligt, zal wel ten eeuwigen dage aan de oogen van het publiek onttrokken blijven. Paul Sabon, een der leiders tijdens den oorlog van den Service Cinématographique",. heeft daar over een boekje open gedaan in zijn essay: Gran deur et décadence du cinéma au front" (Revue du cinéma, Mei* 1931). De f ilmdienst zoo schrijft hij was gedurende den wereldoorlog miserabel genoeg georganiseerd, maar toch -liggen in de archieven meer dan 250.000 meter film wegge-sloten, zonder nog te spreken van de 150.000 foto's en -20.000 stereoscopische (!) opnamen. Maar geen gouvernement zou het ooit wagen, derge lijke documenten openbaar te maken.... al ?ware het alleen maar uit instinct tot zelfbehoud! ? Daar zijn opnamen bij van soldaten, die door loopgravenwaanzin bevangen de beschuttende ?onderstanden verlieten en door Niemandsland ronddwaalden tot zij werden 'neergeschoten. Er 7<ijh opnamen bij van gewonden, die zich voortsleepen met beide handen de ingewanden vast klemmend, welke uit den opengereten buik puilen. .Daar zijn blindgeschotenen bij, die in hét prikkel draad verward raken en als insecten spartelen tot een barmhartige kogel hen afmaakt. Daar zijn episoden bij van verdierlijking en verruwing, die met geen woorden te beschrijven zijn. Het behoeft geen betoog dat dit alles nimmer het dag licht der publiciteit zal aanschouwen: ... .Ie gouvernement et l'autoritémilitaire" (zegt Sabon woordelijk) gardent en principe jalousement secrets ces document» l" . Al blijven ons dus de allerergste getuigenissen bespaard* zoo valt niet te ontkennen dat uit zuiver historisch oogpunt beschouwd The first' PAG.9DCGROENENo.JttS Type uit S. M, Eisenstein: Storm over Mexico (Alhambra, Amsterdam) * ? ? . ' ? ' ?? ; world war" een der indrukwekkendste films werd. die ooit in het publiek vertoond werden. Het is afgezien van de tendenz een aangrijpend*1 sensatie dit bewogen stuk wereldgeschiedenis ..a renyers" aan zich te zien voorbij trekken. De koningin van Engeland, en de keizerin van Duitschland rijden zij-aan-zy over de jubelende ..t'nter den Linden". Het is de laatste maal" zegt de laconieke commentator ..dat zij elkaar van aange zicht tot aangezicht zullen ontmoeten!" Keizer Franz Josef, Tsaar Niculaas met den jongen tsamvitsj, Keizer Wilhelm met opgestreken snor ren en arrogante allure.... heel deze kaleidoscoop van ijdele, wereldsehe grootheid zieii wy schitteren in kortstondigen glans, tot de wereldgeschiedenis met hen afrekent.... eea ,.Mene tekel!" dat tot nadenken stemt, ook iu onze dagen! De film toont zich-in dit leerzame en boeiende werk de historieschrijver bij uitnemendheid zij stimu leert daarbij aanzienlijk alles wat de beschouwer aan filosofischen ? zin bezit. In die korte flitsen van een geagiteerde werkelijkheid doemt een. heel tijdvak op om weer weg te wentelen in de nevelen van het verleden. Maar of zij haar doel als oorlogs-antidótuni zal bereiken is een andere vraag. Reeds belijdt een deel der tegenwoordige jeugd weer zijn geloof in ploèrtendooders en kaplaarzen. Reeds wordt ons ernstig in overweging gegeven zand in huis te nemen voor den komenden lucht oorlog. Neen hoe dicht zoo'n film bij de ontzettende waar heid komt, het is toch altijd nog de waarheid zelve niet. Maar als wij de waarheid wenschen, behoeven wij slechts te kikken..... de rekening volgt later! , S. M. Eisenstein: Storm over Mexico (Alhambra, Amsterdam) DE veelbesproken film van Eisenstein, Storm over Mexico", die een zoo scherpen strijd. ontketende tusschen Upton Sinclair en de filmfanatici der wereld, loopt thans in het Alhambra* theater te Amsterdam. Wij komen volgende week uitvoeriger op dit merkwaardige product van den grooten Russischen regisseur terug. acJ. lijk det rer ;<en n i 2n' en in ar »/ Ie A r. ?o r t

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl