Historisch Archief 1877-1940
DE BIOSCOOP IN HUIS
Wie fotografeeren kan, kan ook filmen
Dr. W. G. N. VAN DER SLEEN
Siualfilm: het materiaal voor den amateur
HET ia nu al weer 35 jaar geleden, dat ik de
duinen introk met een 13 x 18 statief*
camera om tc trachten de schoonheden Van
' de natuur op de fotografische plaat vast te leggen.
Wat is er sedert dien ontzettend veel veranderd.
Het materiaal werd gevoeliger, de korrel werd
fijner, zoodat steeds kleinere formaten door de
amateurs werden gebruikt. Kolf ilm en filmpacks
vervingen de loodzware glasplaten, maar vooral de
kleurgevoeligheid van het gebruikte materiaal
stelde ons hoe langer hoe beter m staat een natuur*
getrouwe afbeelding te verkrijgen. Wat echter
bleef ontbreken, dat was het bewegende beeld voor
den amateur. De wuivende boomtakken, de gratie
van een kat, de sierlijke vlucht van onze vogels,
dat was het wat rijkhalzend deed uitzien naar
camera's en projectietoestellen, waarmede het
levende beeld in huiskamer en voordrachtzaal zyn
intrede kon doen. De normaalfilm, zooals die in de
bioscopen wordt gebruikt, had de mogelijkheden
doen kennen, maar ondanks de prachtige
fotografisch" effecten die dikwijls worden bereikt en de
geweldige uecors, waarin de filmdiva's hun rol
«pelen, blijft voor mij een dergelijke voorstelling
toch eigenlijk maar tooneel in blik.
Dat is het dan ook zeer zeker niet, wat de ama
teur vau zijn smalfilmtoestel vraagt. Bijna elke
gocdo aimtlnlm is een documentaire, zij het dan
een die Waarde heeft uitsluitend voor de leden van
een bepaald gezin, zooals vele famiüefilms; van een
bepaalde groep, zooals de bekende reisfilms, die
uitsluitend genot en pret van een bepaald vacantie*
reisje weergeven. Daarnaast echter weten enkelen
ook van een gewoon reisje door de Alpen op de film
een reisverhaal vast te leggen, dat iedereen met
genoegen zal bezien en we weten hoe vele ont
dekkingsreizigers van de laatste jaren van hun
'levensgevaarlijke tochten smalfilmopnamen hebben
meegebracht, die voor elk, die ze ziet, een open
baring van schoonheid en van tallooze wetens
waardigheden beteekenen. Want tenvijl voor een
normaalfilm-uitru?t ing twee muilezels aan de
karavaan moeten worden toegevoegd, kan -2
smalfilmtoestel met een voorraadje films naast
slaapzak en tandenborstel een plaats in den rugzak
vinden.
Mogelijkheden der smalfllm
IK ben zelf eerst geen vriend van de film geweest.
.Niettegenstaande het prachtige werk bijv. van
Burdet met zijn vogelfilms mij zeer sterk aantrok,
miste ik daarbij toch tc zeer de gelegenheid om
rustig t c vertellen.' Maar laat ik u dan meteen
verklappen? dat, nu ik eenmaal met smalfilm werk,
ik al dadelijk een bijna ideale combinatie heb
gevonden, door altijd eerst niet gewone lantaarn
platen een inleiding te geven en als het ware de
acteurs aan het publiek voor te stellen, om ver
volgens ook tijdens het afdraaien van de smalfilm
deze voortdurend mondeling toe te lichten. Dat de
behoefte aan dit laatste bestond is eigenlijk oor
zaak van het ontstaan van de sprekende film. En
velen van u zullen oemerkt hebben, dat de
conférencier den laataten ty°d weer meer en meer
begint op te treden, al is zijn stem dan ook op de
filmband vastgelegd. Ik wil hier echter nog even
ernstig waarschuwen tegen het illustreeren van
documentaire smalfilms met muziek. Dat deden
wij dertig jaar geleden: bij elke stroomende rivier
een wals van Strauss. Bij een reisfilm behoort een
reisverhaal, voor mijn part in dichtmaat op een
fonograafplaat, maar geen potpourri.
De hoofdreden waarom ik zoo spoedig met het
filmen verzoend ben geraakt, ligt wel in de groote
mogelijkheden die deze kleine, handige toestellen
bieden. Met een behoorlijke smalfilmcamera van
een bekende firma fotografeert men achter elkaar
een gezellig etenspart\jtje *-huis onder de lamp en de
proefvlucht van de eerste Douglasmachihe met zijn
in het felle zonlicht schitterenden romp. Het kalm
uitvaren van een vloot van visschersschuiten, het
worstelen der boschnegers in de stroomversnellin
gen der Surinaamsche rivieren, het door de lucht
dwarrelen der meeuwen op den Vijverberg, de heen
en weer rennende bladsnijdermieren in de oer
wouden van Zuid-Amerika vele onderwerpen,
waarvan het bijna niet doenlijk is met een enkele
foto het juiste oogenblik van de mooiste combi
natie, de sierlijkste houding, de alles tegelijk
toonende belichting te vinden, dat alles kan met de
film zooveel beter worden vastgelegd, omdat hon
derden beelden zich aaneen rijen en de beweging
dus in al haar phasen, het spelende licht in al zijn
vallingen wordt vastgelegd. Opvallend is, dat zelfs
bladeren en bloemen, mits door den wind zacht
heen en weer bewogen, op de film een veel levender
en duidelijker beeld geven dan zelfs niet een ge
kleurd lantaarnplaatje. ,
Het is verwonderlijk, wat men met een goede
smalfilmcamera al niet doen kan. Met een een
voudig voorzet lensje film ik op 15 cm afstand en
krijg dan mieren op het doek van een voet lang.
Met een enkelen handgreep uitwisselbare lenzen
stellen in staat het beeld op de film drie of vijf maal
lineair te vergrooten. Wenscht ge natuurlijke kleur,
het is wat duurder, maar het gaat! Vertraagde en
versnelde film, het is allemaal te krijgen en we
hebben nu zelfs klanksmalfilm. Zelf opnemen
daarvan door amateurs zal nog wel een poosje
duren, maar het begin is er. Opnametoestellen,
waar je achterin spreekt, terwijl je vooruit foto
grafeert. Maar dat is dan ook alles. Van meer belang
is, dat men tegenwoordig op 10 mm smalfilm
verkleinde copieën kan krijgen van normale klank
films en ge dus de stemmen van Tauber en Die
Garbo" in uw huiskamer kunt halen. En niet alleen
in de huiskamer. De smalfilm is bezig een groot deel
der wereld te veroveren. Het materiaal is tegen
woordig zoo fijnkorrelig en de projectoren zijn zoo
lichtsterk, dat men beelden van drie en vier meter
breedte maken kan, die zóó goed zijn, dat alleen
technici ze van normaalf ilmbeelden kunnen onder
scheiden. Weet daarbij, dat voor zalen tot drie- &
vierhonderd toeschouwers een beeld van twee
meter breedte ruim voldoende is. En«... de smal
film is brandvrij, is volkomen gevaarloos en wat
dit beteekent heeft Hilversum ons doen zien.
velen van u zuilen ppguuiviM «v.««»..,
MlmMllllllimiimillllllllHHIIIIIimiHIHMIIIIIIIMMIII l ' ' " ' ' ' ' " "»l««l'««"l«"«"lll««""ll««ll«llll»«ll»l«M»MIMIIIIIMHIIini»ltlllllllMMII|IIHM|
1 ?? » ..-.?-.!?
llHIIHIIIIIIIIIIIiii ? ^ .
l DeVander Hóogt-prijs of Boontje komt om zyn loontje
- ' . . ' . . .-t J.»?:~Éntiffiftifa annex*
'|
i
i
s
? s
vv?. v *.. ., . .
DE'Mij. der Xederl. Letterkunde mag op , jaarvergaderingen met kleine attracties annex,
een hoogen ouderdom bogen'1. Reeds in Tot argelooze lieden haar Heten bazen over de
de dagen mijner jeugd werd er door dé-prijzen, die zij, bij testament of uil zuivere
edelJongeren de draak mee gesloken, als een bol- moedigheid, aan letterkundigen en historici voor
werk der litteraire reactie. Doch dat was pure kif, hun beste werk hadden toebedeeld.'"
omdat zij geen lid waren. Kr ging toen, in de De Mij. der Ned. Letterkunde mocht die prijzen
personen van Schaepman n Jan ten Brink, juist uitdeden en zoo verkreeg zij weer eenigszina een
ten rumoerig en roezemoezig leven van haar uit, doel en reden van bestaan. En tevens macht over.
sjteciaal op de jaarvergaderingen. Overigens bleef haar ,\wederpartijders." Wie haar nu pest,
zij, als zoovele vereenigingen, vrijwel morsdood, krijgt niks. Christelijke vergevensgezindheid is
Wat zij eigenlijk beoogde, wist men niet recht, geen zaak van letterkunde en de heer Marsman
Het scheen iets mei letterkunde van doen te kan naar zijn f 1000 fluiten". Men ziet hieruit,
hebben, maar dat bleek eerst, als er een lid dood hoe ook in de letterkunde geld toch maar alles is.
was. Dan kwam er een biografie van het lijk, door Het zal nu- zoo licht niet meer gebeuren, dat aan
een bevriend mede-lid opgesteld. En dat was duur komende tteratoren deze Oud-Leidsche Tante
in de jaren als er vele leden sneuvelden. Daarom bespotten, want er valt van te erven. Zelfs zullen er
heeft men die necrologieën ook afgeschaft. Doch wel lofdichten op haar gemaakt worden en staan
daarmee verdween er een groote attractie van haar jaardagen thüns in een verhoogden litterair en
het lidmaatschap, en tevens dl het zichtbare lit- glans. En niemand zegt openlijk waar die
vanteraire van de vereeniging. Zij gaf -nu enkel Haan komt. '? ' JVC.
l
5
i terare van e .
\ ' ' . ? ' ?'?''.'? ?????'? ; '. ? .. ' ' :?????? . .. ..
De schrijver filmt met een Movex 30. De camera wordt
tegen voorhoofd en jukboog aangedrukt. Bij het gebruik
van te/e-objectieven moeten de effebogen steun hebben
Dingen die men weten moet
BEHALVE de normaalf ilm van 35 mm en de smal
film van l U mm zijn er nog kleinfilms van U'/a
en 8 mm breedte. De '/g kleinfilm is voor huiselijk
gebruik heel aardig en natuurlijk veel poedkooper.
maar wie in iets ruimercn kring wil wei-ken zou ik
toch aanraden de IK mm film te gebruiken. Ik
heb steeds met Agfa gewerkt, van mijn eerste foto
jaren af en steeds met evenveel pleizier on succes.
En vele van mijn films zijn meer dan honderd
maal in groote zalen met volle lichtsterkte
gepro*jecteerd, tenvijl na deze kracht proef nog nerpens
een peiforatie beschadigd is en bijna geen krassen
op de gelatinelaag zicht haar zijn. Tegenwoordig
zyn alle automobielen betrouwbaar en zullen velu
smalfilm-uitrustingen goed zijn, maar ik houd mij
bij wat ik weet dat goed is en blijft.
Bij de aanschaffing van een bpnamétoestel lette
men vooral op de mogelijkheid van het gebruik vau
telelenzen, niet alleen voor een vliegtuig in du
lucht, Of een ooievaar op het nest, manr ook voor
een aardig meisje, waar je niet al te dicht bij wilt
komen. Voor opnamen bij kunstlicht is een lens
met zeer groote opening. ll'z of 2, noodzakelijk.
Echter vrijwel alleen daarvoor, en wie zich voor
stelt vooral op reis en dus buiten te filmen, kan
beter een extra telelens aanschaffen. Bij aanschaf
fing van een projector dient vooral gelet op twee
bijzonderheden, die beide betrekking hebben op
het smalle kanaal, waardoor zich de film langs de
lichtbron heen voortbeweegt. Dit kanaal moet zeer
gemakkelijk gereinigd kunnen worden en boven
dien moet de film er niet te vast in geklemd zitten, .
omdat anders bij het minste onraad de perforatie
wordt stukgetrokken.
En nu de opname zelf. Filmen is gemakkelijker
dan fotografeeren, goed f Urnen precies even moeilijk
als het maken van een goede foto. Een olectrische
belichtingsmeter is bij beide wel haast onmisbaar,
maar dan komt het er bij de film vooral op aan,
dat ge straks een rustig op het doek bewegend '
beeld krijgt. Niets vreeselijker dan de amateur die
zijn toestel hanteert als een tuinspuit, met als
resultaat schokkende, niet aaneensluitende beelden
De eerste wet van de f ilm is: de camera stil en uw
onderwerp laten bewegen; slechts een enkele maal
verdient het de voorkeur bijv. een voorbij
vliegenden vogel in den zoeker nauwkeurig te volgen. Voor
wie een eenigszins vaste hand heeft is een statief
vrijwel overbodig. .Men ga echter stevig staan en
drukke het toestel tegen voorhoofd, neus of
juk?been, al naar de constructie. Bij tele-opnaroen uit
de hand moeten in elk geval bijv. de ellebogen het
hoofd ondersteunen. Een statief mag beter zijn,
maar hierdoor mist men zijn bewegingsvrijheid.
De. meeste amateurs werken op z.g. omkeetf ilms
Dan bezorgt een atelier dat moeilijke werk. Dan.
volgt nog de zorg voor het monteeren van de film,
het maken van titels enz. en daarin ligt weer ver
bazend veel gezellig, mooi en dankbaar
amateurswerk. En om met een goeden raad te eindigen: de
grootste kunst van het filmen is het uitknippen en
weggooien van al wat niet werkelijk goed en mooi
en belangrijk is; ?
IK ZEG...
OP* EN AANMERKINGEN l
UIT ONZEN LEZERSKRING l
5
flIIIIIIIMMIIIIMIIMIMIIIMIMIIIMMIIIIIIIIIMMIIIMIIIlMIIIMMMMMIIIIMIMMIIMnilllMIIIMIHIIMIIIIIIIIIIIIIIMIIIMMIMIMIIIIIMIIMIIMMIIlT
Mannhelms Sociologie
Mijnheer de redacteur,
H ET trof mij dat in De Groene"
van 8 Juni een weinig gunstige
en zeer scherpe, critiek te lezen
was van de hand van A jax"
waardoor prof. Karl Mannheim in
n woord werd ingemaakt". Men
kan over de duidelijkheid en over
zichtelijkheid van dit werk oordeelen
zooals men wil. maar men kan niet
Ontkennen dat het een wetenschap
pelijk werk is van den eersten rang.
Professor Mannheim, bekend door zijn
studie, die evenzeer van sociologischen
aard is als van philosophischen aard,
is do grondlegger van de moderne
sociologie, der Wissenssozlologie".
Uw criticus gaat zyn boekje te
buiten, wanneer hij meent met een
grap, die een geweldigen baard heeft,
te kunnen volstaan om de these te
verdedigen, dat het hier gén wezen
lijk wetenschappelijk werk betreft,
waarin Karl Mannheim zich begeeft.
Dergelyke beweringen hooren niet in
. De Groene" thuis. Wanneer uw criti
cus hoort tot dezulken die neerzien op
..het intellect", die genoeg hebben van
exact en wetenschappelijk denken,
dan moet hij dat weten. Maar wij in
Holland laten ons niet in met deze
negatie van liet objectieve denken,
die op dit oogeiiblik. een epidemie
schynt te zyn, met den zièktehaard in
het land dat Mannheim verlaten heeft
om rustig aan de Universiteit van
Londen zijn zegenrijken arbeid te kun
nen voortzetten.
AerdenhOid. 12 Juni. SCHOLASTICUS
Anlicoprd van Ajttx:
H KT is verre van mij, mij homoloog
te verklaren met de beweging"
die de exactheid der wetenschappe
lijke vorsehing en het heele
wetenschappelyk denken verwerpt; integen
deel.
Dat de door mij slechts ter verdui
delijking en niet als grapje aange
haalde anecdote ..een baard heeft"
bewijst intiisschon dat ook reeds vroe
ger de plechtige en omslachtige
methortiek. die aan sommigen
wetenschappelijkeh arbeid kleefde als een sacrale
rite, vnak op den korrel genomen werd.
Kn die: verschrikkelijke omhaal van
woorden .kun zelfs dienen om het feit
te bemnntelen, dat er geen ondergrond
is, die den toets van een degelijke
critiek kan
doorstaanWanneer Mannheim den mensch in
het historisch tijdvak van den om
bouw, zooals hij dat noemt, den weg
wil leeren, laat hij dat dan doen in
begrijpelijke uiteenzettingen l Niet
omdat het onwetenschappelijk zou zijn
om geleerd" te zyn. Natuurlijk niet l
Maar er is verschil tusschen geleerd
heid en geleerdigheid.
Er Worden op dit oogenblik hoopen
boeken geschreven over dit zelfde
onderwerp. Daarbij hoogst
begrijpelUke zelfs voor n leek begrijpelijke
boeken. Dit bewijst, dat het wel dege
lijk mogelijk is om over den mensch
in het tijdvak van den ombouw" op
een klare manier te schrijven. (Overi
gens is de mensch steeds m het tijd
vak van den ombouw" geweest en
daarin zal hij wel blijven óók 1) Neen,
die on-klaarheid is in 'dit geval een
ernstige verdenking tegen de echte
wetenschappelijkheid, die juist de
Engelschen in hun bondigheid zoo
goed verstaan. ?? ;
De Groene" is geen orgaan om
daarin over de mérites zelve van?Den
mensch in het tijdvak van den
om.bouw" tégaan debatteeren, maar n
ding wil ik toch'nog zeggen & propos
van wetenschappelijkheid". Wie
Watson en het Behaviorisme voor zoete
koek opneemt, heeft als man der we
tenschap voor mij afgedaan. En dat
zal de geachte opponent wel met m U
eens wezen! AJAX
Debat gesloten. (Red.)
Vaderlijk gezag in de letterkunde
Geachte Redactie,
DE laatste dagen dringteen jeugd
herinnering zich onweerstaan
baar aan mij op.
Het was in mijn schooljaren. Mijn
rapport had nogal wat te wcnschen
overgelaten, en mijn vader was te
recht boos. Nu zou er, vlak nadat
het volgende rapport komen zou.
kermis zijn (die goede oude tijd) en
vader beloofde mU» wanneer ik heel
goed mijn best deed, en ik had min
stens voor driekwart achten op mijn
volgende gedragbockje, dan zou ik
van hem een heelen stuiver krijgen.
en die zou ik ter kermis mogen ver
teren zonder er de minste rekenschap
van te moeten geven» Denkt u eens
aan. wat een aansporing.
Het spreekt wel vanzelf dat ik
blokte, drie lange maanden achtereen.
en dat alle schoolmeesters vol luf
over mij waren. En ik bemerkte dan
ook, van hoeveel bet eekenis het is.
wanneer de schoolmeesters tevreden
over je zijn. .
Maar ik was zoo overtuigd, dat
mijn rapport goed zou zijn. dnt ik
meende, mij nu wat te kunhen ver
oorloven, en op een kwaden dap.
toen ik het met mijn vader niet
heelemaal eens was. stak ik de tong
tegen hem uit. Dat was natuurlijk
erg slecht van mij. en mijn vader
zei dan ook, dat ik de gevolgen ervan
zelf zou moeten dragen. _ Daar ik
geenerlei gevolgen bevroeden kon.
trok ik er mij niet voel van aan.
Edoch, drie dagen lator kwam mijn
rapport, en nog drie dagen later
zou de kermis beginnen, waarvan
ik inU zooveel'festijnen beloofd had.
Mijn vader bezag het rapport met
gefronst hoofd, knikte dnt het goed
'wiis..... oh ging over tot de orde
van den dag. .
En myn kermisstuiver?" vroeg ik.
Die heb je verbruid, want je hebt
je tong togen mij uitgestoken." luidde
het verpletterend antwoord. En 'of
ik nu al betoogde, dat er geenerlei
voorwaarde was gesteld, en ik de
stuiver zou krygen. wanneer mijn
rapport goed' was, ik kreeg niets.'
De havenmeester was het volkomen
met mijn vader eens. Myn vriendjes
en ik. ja. zelfs jongens .waarmee ik
niet zoo heel bevrienid was en waar
ik wel eens mee vocht, vonden mijn
vader erg onrechtvaardig. Maar, na
tuurlijk, mtfn vader en do
bovenmeester hadden gelyk, want do wereld
wordt nu eenmaal (gelukkig) gere
geerd door vaders en bovon moesters.
Ik heb deze bittere ervaring nooit
Vergeten. Misschien komt het daar
door dat ik zooveel sympathie heb
voor Marsman.
B J. BUXXMA
Amstenfam, Juni 1933.
Heeft de tram nog toekomst?
IN De Groene" van 8 en 16 Juni j.1.
worden onder bovenstaanden -titel:
eenige beschouwingen gewijd aan
het tram-autobus vraagstuk, die m.i.
niet zonder tegenspraak kunnen blij
ven.
De schrijver, (A.K.) van deze. arti
kelen, gaat met lustigcn zwier over
allerlei belangrijke kwesties heen, (de
grap" aan het slot van zyn eerste
artikel getuigt in het bijzonder van
den ernst waarmede hij te werk ging !)
on maakt daarom gebruik van allerlei
onjuiste gegevens en veronderstellin
gen.
Hy* behoort dus evenals zoovele
andere ondeskundige scribenten over
dit vraagstuk, tot degenen, die aller
minst geroepen zijn om het publiek
over deze zaken in tc lichten.
Reeds vroeger heb ik mij verzet
tegen een verkeerde voorstelling van
zaken in De Groene" over het
tramautobusvraagstuk (zie de Ingenieur"
van O Mei 1930 blz. V21-V37).
Dezelfde fouten, welke ik toen sig
naleerde, begaan uw schrijver en uw
teekenaar opnieuw.
Zoo blijft men echter aan den gang,
totdat de publieke opinie'door onver
antwoordelijke ondeskundigen einde
lijk voldoende is bewerkt" en een
ondeskundige instantie, die tenslotte
over dergelijke vraagstukken moet
oordeelen, voor deze totaal verkeerde
publieke opinie zwicht.
Het belastingbetalend publiek zit
alsdan voor de kosten en de onverant
woordelijke schrijvers, zich verschui
lende achter een of ander pseudoniem,
behoeven zich daar verder niets van
aan te trekken !
Hot zou mij te ver voeren de groote
fouten en onjuistheden in het betoog
van den blijkbaar geheel ondeskundi
gen heer A. ,K. te weerleggen. Ik meen
te mogen venvijzen naar de verschil
lende publicaties, die op dit gebied
in ..de Ingenieur" en andere tijd
schriften zijn verschenen. (Dr. Ir.
Bakker Schut, die hij aanhaalt, komt
b.v. in een uitvoerige studie, welke
in het tijdschrift ..\\egen" van l Mrt.
1034 verscheen, o.a. tot do conclusie:
L Voor massa-vervoer in steden vnn
de grootte van 's-tiravenhape is de
t tam het aangewezen en onmisbaar
vervoermiddel.
2. Autobuslijnen (eventueel
trolleybuslijnen) zijn voor steden van de
prootte van 's-Cïravenhage een
noodzakelijke aanvulling van het
tramwegnet. Xij zijn noodig in de
volgende gevallen:
</* voor het vervoer door die straten
der binnenstad waar een tram
niet kan worden toegelaten:
b. iri de buitenwijken als
voeding*lyn' voor het traimvegnet:
r. als proeflijn in buitenwijken.
waar althans voorloopig
peen zoodanig intensief vervoer
is te verwachten, dnt een tram
lijn levensvatbaarheid heeft.
Eerlijk pczepd. valt hot mij vau oen
blad als ,.De Groene" tegen.dat daarin
het onderhavige vraagstuk op zoo'n
oppervlakkige, ondeskundige wijze
werd behandeld, on dan nog wel in
een hoofdartikel!
Met beleefden dank voor do
plantsingv Hoogachtend.
Uw dw.
Dr. Ir. J. C. J. C. N
Dir. 6'ciii. Tram- en
Anlubusbedrijft Rotterdam.
Ambtenaren en bezuiniging
Geachte Redactie,
MET verbazing las fk het inge
zonden" van den heer .F. Duym
over de ambtenaarssalarissen.
Vooral de verhoging met 100. 150 en
meer percent (excüsez du peu !) depd
me watertanden. Maar nu de feiten!
In 1020/21 dan kreeg ik eert ver
hoging van 42 pCt. Later werden m U
kortingen opgelegd tot een -totaal van
33 pCt. Thans verdien ik dus ptm.
8/3 x 142' pCt. =» 05 pCt. van my"n
salaris volgens de regeling vóór de
befaamde verhoging. En dat ondanks
het feit, dat alles of bijna alles aan
zienlijk, duurder is dan toen. Een
Een plastiek van HILDO KROP
GRATIS
voor nieuwe abonné's
Zie den bon op pagina 23
nieuwe verlaging van 10 pCt. is een
ramp voor ons, onderwy'zers, die heus
niet in de door den heer Duym ge*
tekende positie verkeren. Misschien
niet ten overvloede voeg ik hieraan l j
toe, dat myn geval onder de onder*
wy*zers normaal" is. Mijnheer Duym
stare zich niet blind op een kleine
proep en informere eens, voordat hij
gaat schrijven.
Hoogachtend
L. J. BREL'RE,
Hoofd Mulo-school
Steenbergen, Juni
IN de rubriek Ik zeg...." Is
plaats voor uitingen van lezers,
voor zoover zij van algemeen
belang zijn. Inzending kan plaats
hebben tot Dinsdagmorgen. Bij
dragen, die niet kunnen worden
opgenomen, worden teruggezon
den wanneer porto hiervoor bij
de kopy Is ingesloten.
De redactie maakt de lezers er
op*attent dat inzendingen voor
deze rubriek moeten worden In
gestuurd op papier dat aan n
zijde is beschreven.
Een nieuw dwangmiddel
voor den Volkenbond
ALS vurig voorstander v«?i den ?
Volkenbond heb ik f ????H nieuw
dwangmiddel beda 2it v rd.-n
Volkenbond, dat bovendien ve»«! ec-n
voudiger toe te passen i.' d«n m<-t e» n
leger of door boycot, en. waarn-wle
toch vrijwel hetzelfd*- beivikl KMI
worden als met boyc* t.
Aangezien de Vol*.iiUnd j.ll«e«)
poed kan werken tusscden
iM-schhaiVUnaties, die weten wat :'ats« -n is, zou
dat dwangmiddel moet--n l staan in*'
uitzetting van alle le«k-n vnn een
bepaalde nationaliteit als
rninderwnardipe wezens uit allo lnn«l-u. die
lid zijn vnn den Volkenbond.
Ik poef toe. dat o/> dit oogt-nbUk nog
allerli-i wettelijke en
verdrngs-bepalincon zich danrtugen verzet t t-n. doch
dal nwel dan autar zoo spoedig mogelijk
rt'mwlcrd wurdcn. En dat ln«t toch niet
nnnchnt. om ec-n geheele natie over
n kam te schoren>n te laten boeten
voor daden van do ivgeering. en al
dergelijke mooie praatjes meer. En
dat er zelfs nog wel leden van den
Volkenbond zijn. die als het er op aan
komt g*K*n haar bi-u-r zijn 5 Maar
<iH.r grand* i>i(t((.r les grands remcdes!
Van hun standpunt hebben b.v. de
Japanneezen groot pdyk. maar hun
standpunt deugt niet:;on wanneer;
toen Japan begon den Volkenbond te
tarten, imn dadelijk begonnen was
met alle Jnpnnnet,'Zen uit allo landen,
die lid waren vnn den Volkenbond»
te zetten en naar hun eigen land terug
te zenden, zou men te Tokio wel uit
een ander vaatje zijn jraan tappen.
Bovendien wordt daardoor tegelijk de
dumping van allerlei artikelen, om aan
peld te komen, vrijwel onmogelijk
gemankt, aangezien dan daarvoor
personen vnn een andere nationaliteit
in don arm genomen moeten worden.
Ik geef mijn .bordeel voor beter,
doch mij dunkt, ilat dit toch wel een
idee is. en waar nog niemand op is
'gekomen.
Mr. F. B. SIMON VAX LEEUWEN
Den Haag, Juni 1933,
l
PAO. ri DE GROENE No.3029
PAG. 10 DE GROENE No.3019
f