Historisch Archief 1877-1940
DE TROONREDE
A. C. Josephus Jitta
..U*or»/frt r/r gelederen tfcslolcn. natuurlijk
niet in dien :in </«/ rerurhil run in:Mtt 2««
worden uitgesloten. Dut nimmer. Het teurc niet
min'ler tlun geestelijk rerntl.
Altnir dit dort niet* ui run tien ftllt-ht mii mrt
hnndfun'iny rnn eigen beginselen, fwmemct'fkiny
run dirergcercndc geeelen te zoeken en te effenen.
iraitr het gunt om V Itinds hoofittte behingen.
i f elk f te beoogen en te dienen eoor een ieder
lif'ntinir gebod i».
KcivIrurM. geen eon/liet.
Het rnderlund ducht zulks."
(De conrsitler runde Eerste Kauur)
EK is «Ut jn:ir een bijzondere roden om mot
groot o aandacht kennis to nomen vu n «!«?
«loze wrok uitgesproken Troonrede. Bij
hot optreden van een nieuxv kabinet ploegt
«Krogooring in dat. stnntsstuk haar programma neer
to loggen. Hoewel er gtiede gronden zijn mn to
bot wist on. dat or oou iiiouw kabinet is opgetre
den de samenstelling van hot niomvo kabinet
is nagenoeg geheel identiek aan bot mulo Kabinet
is dit jaar do troonrede daarom toch van /.oor
groot belang, omdat men daaruit tracht at' t o
loidoii. in hoeverre do Heer Oolijn aan do oppo
sitie dei*' Rtmmsch-Katholieke .Tweede 'Kamer*
fractie is tegemoet getreden.
. >e algemeone beschouwingen over het
Bezuinigingsontwerp zijn in Juli plotseling afgebroken.
tóén uitdrukkelijk gebleken wa*. dat het Kabinet
niet langer het vertrouwen had van de
^eerderHeid van de Tweede Kamer. De poging van den
Heer Aalberse, een parlement a hjifebinet te vor
men, mislukte binnen -48 uur. Do TjjA Colijn kreeg
oen nieuwe opdracht een' extra-parlementair te
vormen. Hij slaagde daarin binnen twee dagen. In
dien tusschentijd heeft de Heer Colijn overleg ge
pleegd met de Heeren Aalberse «n Uoseli4k De
laatste wees het aanbod van een
ministerpR'tefeuille van de hand. Dat wettigt de onderstelling,
dat er geen overeenstemming werd bereikt.
Sndsdien heeft, naar ingewijden verzekeren, geen enkel
overleg tusschen Kabinet en Roomsch-Katholieke
fractie plaats gevonden.
De hoofdvraag, die men zich dus bij het lezen
van de Troonrede moet stellen, is deze: in hoeverre
is aan de wenschen van de Roomsch-Katholieken
tegemoet gekomen ?
?LJ ET komt mij voor. dat een onpartijdig toe*
'?schouwer op deze vraag'geen ander antwoord
kan geven, dan: in zeer ruime mate.
De voornaamste grief, die tegen het beleid van"
het Kabinet-CoUjn, met name van
RoonischKatholieke zijde werd aangevoerd, was. dat het
Kabinet te zeer de aanpassing aan een lager wel
vaartsniveau op den voorgrond stelde en. t e weinig
deed aan wat men pleegt te noemen actieve
welvaartspolitiok. .
Gaan de goede Voornemens dienaangaande,
die uit de Troonrede spreken, in vervuiling, dan
krijgt de oppositie althans in dit opzicht volledige
voldoening. De Heer Aalberse zou, indien hij in '
zijn pogingen tot Kabinetsformatie geslaagd
ware, in .dit opzicht in ieder geval den Heer
INHOUD.
4. Mr. M. Kann: Tvaeeerlei in:icM -r- F.
Hazeveld: Kchnisttnt niet nieuw program
'5. R.: De Xederlandschc ceremonie?F.*C:
Anti'tnilïtaristische Geestelijken .
.6*7 J n het oog der wereld
8. 'J. Greshoff: De etJiwiKf Marlitt -?? Frans
Coenen: Band" en burgers?Cornelis
Veth: Conflict te Leiden .
y. Jïduard .Verkade: Stuit?regie ??ff>el
l,. J. Jordaan:.'Film-jatiün '.???
.10-11.' Ir. J. B. van Loghem: Wat wij willen
? '??? B. Merkclbaeh: Rotterdantschc stationsboutti.
12-13. Erica: Gasttn te dineeren. ...én dan?
' E. W,: Spiegeltje, spiegeltje aan den wand
14-15: G. P. Bronkhorst: Kamerplanten
Pr. Jac. P. Thijsse: Spechten smidse?Do
kilfh danst Ch. Roelofsz: De oude wact>h
16. Dékleine krant . '
17. Kladschrift van Jantje Alida Zevenboom:
Croqitante croquetjcs Charivaria
i S. S, Vestdijk. De kleine held
itj. C. A.KIaasse: Dcfinancieele toestand??? W.
H. Meyburg: Verhooging der staatsinkotnsten
io. Schaken -?Pussles
('«?lijn niet hebben kunnen overtroeven.
Ken onderzoek naar industrialisatie zal op
riume schaal worden ondernomen: vrijwel alle
takken van volkswelvaart industrie, land
bouw en scheepvaart zullen worden onder
steund; do werkloosheid, in het bijzonder die
van de jeugd, z.il kluchtig worden bestreden.
ik citeer letterlijk uit (Ie Troonrede: een doel
treffende, snelle berichtgeving voor handel, nijver
heid on scheepvaart wordt oen gobiodendo nood
zakelijkheid : or zullen komen regionale
economischlochnologischo instituten on een maatschappij voor
industrie-financiering («lat is do wolbekende
imiustrieba uk): aan nieuwe ondernemingen, /oowol op
lul gebied van «Ie industrie, als op dat van den
handeldrijvenden inïtUlenstiiml /uilen vi-gtigingg-.
oischon worden gestold («Int is dus eelt beschot ming
van do bestaande bedrijven 'togen nieuwe
eoncurl ent en l: nagegaan zal worden, of het mogelijk zal
zijn geleidelijk de bcstaaiule
c-ontingentecrin^sbcpalingon to vervangen duur andere maatregelen,
die tien haiulel minder bel« inmeuui («lit kan moei
lijk iets anders bet eekenen, dan de mogelijkheid
'van .oen aanzienlijke verhooging van hot tarief van
invoerrechten, van muis een hartewonsch der
Roomsch-Katholieken); aanvulling van het Werk
fonds en voortzetting van de inpoldering van het
Uselineor.
Men kan waarlijk van deze Troonrede niet
z«»ggen. dat zij mager is. veeleer, dat zij naar het woord
van de Maasbode overladen" is. De socialistische
Arbeiderspers en enkele kleinere
Roomsch-Katholieke bladen konden niet nalaten t o constateeron.
dat het programma prachtig is, maar. omdat zij
zich nu eenmaal stellig hadden voorgenomen niet
tevreden te zijn. constateeren zij. dat het te mooi is.
om te gelooven. dat een Kabinet-CoHjn dat alles
werkelijk zal brengen. Zoo is het wel heel moeilijk,
het iemand naar den zin te maken.
Afgezien van deze hoogst belangrijke toezeggin
gen van de regeering op het gebied der actieve
welvaar t «politiek, wordt in tweeërlei opzicht voldoe
ning geschonken aan sinds eenigen tijd
VanRoomschKatholieke zijde uitgesproken wenschen. Er is
reeds een nieuw Departement van Landbouw inge
steld. En voorstellen tot herziening der grondwet
worden aangekondigd.
Twee jaar geleden had de Roomsch-Katholicko
fractie" aangedrongen op het instellen van een
commissie tot onderzoek naar de wenschelijkheid
van een herziening van de grondwet. Toen achtte
echter het Kabinet-Colijn weliswaar het vorige,
maar dan toch een bijna op gelijke wijze samen
gesteld Kabinet dien wensen te vaag. Thans
zullen dergelijke voorstellen, blijkbaar zonder het
advies van een speciale commissie, de
StatenGeneraal bereiken.
In n opzicht zwijgt de Troonrede, waar men
verwachten mocht, een duidelijk geluid tézullen
hoor en. waar het namelijk geldt de zoogenaamde
aantasting van de vaste lasten. Maar een wets
ontwerp dienaangaande was reeds bij de Tweede
Kamer aanhangig gemaakt eri liet verslag daarover
is juist verschenen. Vermoedelijk meent de
regcoring haar standpunt .beter bij het antwoord en bij
de mondelinge behandeling te kunnen toelichten.
Het is in ieder geval wensehelijk, dat de discus
sies tusschen regeering, en Tweede Kamer over het
programma van het Kabinet zoo spoedig' mogelijk
worden geopend, opdat klaarheid worde verschaft.
Prieërlei Aveg stond daartoe open: een adres van
antwoord, een interpellatie en de heropening van
de discussies, óver hot Bezuinigingsontwerp. De.
laatste weg ligt het meest -voor de hand en is voor
de regeering het minst prikkelende-middel om tot
overleg te komen. Men kan er misschien een gun
stig voorteeken in zien, .dat de Heer Aalberse dat
middel heeft aangegrepen. ? .
Het is een landsbelang van de allergrootste orde,
dat hot overleg tusschen de; Hoeren Colyn n Aal
berse tot .overeenstemming zal leiden cji dat wrj
voor een nieuwe crisis worden gespaard. Wanneer
beide heeren zich bij dat overleg laten bezielen
door den g'eest, die spreekt, uit do'woorden van
dt;n voorzitter van do Eerste Kamer.'die ik aan
het hoofd van- dit'artikel plaatste, en die ontleend
zijn aan de. hoogst merkwaardig»?'rede, waarmede
de Heer de Vos van Steenwijk Dinsdagmiddag de
zitting van'de Eerste Kamer opende, dan mag men
daaromtrent de beste verwachtingen koesteren.
PAG. 2 DE GROENE No. 3042
?;.??**?
' . tj ? £fSfcv /
jhr. Mr. CH. J. H. RWS DE BEERENBROUCK
. voorzitter der Tweede Kamer
DUITSCH BLOED
Ds. J. J. Buskes Jr.,
Foor tien dagen moest iK- naar een Inter
nationale conferentie in Bazel. Ik
reisde door DuitscMand. Aan een van
de Duitsche stations kocht ik enkele bladen.
Daarbij uw ook -?Der Sttirmer".
Het is eenvoudig, ongelooflijk, wat een
zedelijke en geestelijke vuilheid in n enkel
nummer van. dit weekblad aan het publiek
wordt aangeboden.
Het lust mij niet daarover te schrijven.
Mij troffen vooral enkele met groote en
dikke letters' gedrukte slagzinnen:
l) De Joden zijn ons ongeluk.'
2) Zonder oplossing van de Jodenvraag
geen verlossing van het Duitsche volk.
8) De Jood overwint met den leugen en
sterft Utet de ivaarheid.
±) Wie tegen de Joden strijdt, vecht tegen
den duivel.
5j Vrouwen en meisjes, de Joden zijn uw
ondergang. ;
6 ? Zonder ver n ietiging der
Jodenhecrschappij t geen verlossing van de mcnschheid.
In mijn nummer r«r/i Dert8türfneri" wórd
een cjctramnnmer aangekondigd, dat aan alle
deelnemers aan dm Rijkspartijdag en de
Rijksdagzitting te Neurenberg Uitgereikt is ge
worden. )c titel van dit extranummer luidt:
'Menschcnmörder von Anfang a/i".
Jttlius Streicher, de redacteur van dit weer
zinwekkende schendblad, is de groote over
winnaar van. Neurenberg. Deze mah, in wie»
het antisemitisme van het Derde Rijk vleescli
en bloed geworden is. is na de afkondiging van
Hitler's. nieuwe wetten triumfator.
,j)uitsc9iland werptt het masfter af en keert
terug tot zijn oorspronkelijke, wildheid. , (
Iedereen kan nu duidelijk zien, hoe het
Mr. W. L. Baron DE VOS VAN STEENWIJK
voorzitter o*er Eerote Kamer
'DUITSCHE EER
Geref. pred.
Derde, Itijk de Joilen hcsctwuivl: ah'een
mindcrivaardig ,sowt inr.nsclien, die op z'n
hest alu dit niinderivaardige noort geduld
mogen worden, maar deze minderivaardigheid
tlan ook naar den geest en aan den lijve zullen
liebben, te voelen. ',
Hiertegen gaat ons fel en hartstochtelijk
protest. Wij ontkennen niet, dat het bestaan
van een volk als dat van de Joden midden
tusschen de andere volken zware* problemen
met zich nleebrengt, maar deze problemen
. mogen niet opgelost worden op de wijze,1
waarop dit1 in de niéuwe wétten, van- Neuren
berg geschiedt.
Het antisemitisme, dat zich in deze wetten
uitspreekt, is onmenschelijk en onchristelijk.
Een van deze wetten heet Wet tot bescher
ming van het Duitsche bloed en de Duitsche eer".
Het is mogelijk wij kunnen dat niet
heoordeélen dat het Duitsche bloed door
deze wet zuiver wordt gehouden. De Duitsche
eer wordtin elk geval iedere keer, dat deze wet
wordt toegepdst, op de gruwelijkste wijze
6e-yedeld en door de modder gehaald.
Het allerergste is, dat dit alles het resultaat
i* van een beweging, welke pretendeert te
Haan op den- grondslag van het positieve
.Christendom.
Wanneer de Christelijke kerk in
Duitschland niet uit volle overtuiging tegen deze wet
protesteert, houdt zij daarmede in beginsel op.
Christelijke kerk te zijn.
Moge de Christelijke kerk in alle landen
in den naam van het Evangelie getuigen tegen
'deze nationaal-socialistische wetgeving, die
een verkrachting van alle menschelijkheid en
een, slag in het aangezicht van Jezus Christus
beteekent.
WEEKTROMPET
VAN DEN WIJZEN OLIFANT
D K afgeloopen week was de week van de
troonreie. over welker beteekenis onze
noofdredacteur zijn beschouwingen geeft.
Maar de wijze olifant hoeft-, bij zUn snuffelen aan
die t roonrodo, een aparte gevaarlijke* plek ontdekt»
Kn die gevaarlijke plek ligt in de passage, die.
van do buitenlandscho betrekkingen gewaagt
Dat is gewoonlijk een passage die kan overstaan"'
zooals we bij ons op de zetterij zeggen. Ze luidt
nltijil eender, en ze stelt immer vast, dat die be
trekkingen /. ij n van den meent
vriendsRhappelijken nnrd. Ook ditmaal bleven ze vriendschappelijk.
maar de mededeelingen over den internationalen
toestand vertoonden niettemin een onheilspellende
ingewikkeldheid. En de toevoeging dat er nieuwe
maatregelen zullen worden getroffen voor de ver
dediging der onafhankelijkheid van het Koninkrijk
was allerminst in staat, ons van het onbehaaglijke
gevoel dnt over ons kwam te verlossen.
De hardnekkige onwil van Italiëom zich
, naar n de te schikken, is nqg niet eens het veront
rust endste. Angstwekkend is de versterking der
Britsche vloot in het Oostelijk deel van de
Middellandsche Zee en de toenemende spanning tusschen
Italiëen Engeland.'Wat moet daarvan komen!
Men heeft z:ch in de laatste weken zoo hevig
beziggehouden met het engere conflict tusschen Italiëen
Abessinië. dat men het internationale kader.
waarin dit drama zich afspeelt, wellicht onvol
doende bekeek. Wie dat wel doet. ziet dat de
Ttaliaansche opmarsen in Abessiniëmet als(
einddoel het bezit van de pijpleiding naar de
Golf van Aden. beteekent een Italiaansche
vlooten duikbootbasis, die de hoofdverbindingsweg
tu?schen Engeland en zijn Indische bezittingen kan
afsnijden. Want wie de olievoorraden in de buurt
heeft, kan zijn vloot stoken, en de pijpleiding stelt
dus Italiëin de gelegenheid een militaire positie
te krijgen van de Boode Zee. Afgescheiden van
de rolkenbondspolitiek. is de situatie gevaarlijk
genoeg.
En gevaarHik is ook de boutade van Hitler tegen
Litauen op den Rijksdag te Neurenberg. Hitler
schijnt zich voorloopig te willen houden buiten
de problemen die er tusschen de
Volkenbond»mogendheden bestaan, maar toch is er een kwaad
aardig verband tusschen het Italiaansche geval en
de? Duitsche bedreiging ja: oorlogsbedreiging
van Litauen. Achter de booze uitlating van den
Föhrer schemert het antecedent, waarop hij zich
straks zal kunnen beroepen.
Wat is het ontstellende in al deze dingen? Dat
niet meer de vredes-gedachte. maar de agressie
gedachte hoe langer zoo duidelijker het wereld
beeld beheerschen gaat.
En terwijl het oorlogsgevaar om zich heengrijpt.
wordt ook op andere wijze de humanistische, de
christelijke gedachte met voeten getreden. Dat
Duttschland bezwaren heeft tegen de Joden, waar
van de andere volken den zin niet begrijpen, dat
is Duitschland's zaak. Maar dat een minderheid
der bevolking, na eerst van alle menschelijke rech
ten te zijn beroofd, buiten de volksgemeenschap ,
wordt gestooten, en officieel met misdadigers gelijk
gesteld, dat is een slag in het aangezicht van het
Wereldgeweten.
.Men versombert door dit zedelijk verval, en met
ontmoet geen feiten, die tot opgewekter gedachten
leiden.
Het is onzeker of de Troonrede, die aan de
wenschen der katholieke oppositie tegen het
kabinet zoover mogelijk tegemoet komt, de bedrei
ging yan hefc Kabinet zal stuiten. Op hefc
oogenblik waarin dit wordt geschreven, is-het gevaarlek
oen weddenschap aan te gaan op de bestendiging <
van het Kabinet. De katholieke pers is over het
algome^ door de Troonrede niet zachter gestemd
geworden, en de kritiek der devalulsten voegt het
hare toe aan het offensief der malcontenten.
Intusschen is ook de begrooting verschenen voor
1930, die ons de onaangename boodschap bracht
i van een tekort van 110 milHoen. De Begeering
kwam met ettelijke voorstellen om hefc gat te dich
ten; waarbij opvalt, dat zij voor een deel de dek
king van het tekort "uit indirecte belastingen wil
puren. Een der voorgestelde belastingen, de be
lasting op buitehlandsche 'plezierreizen,rbehoort,
de onverdeelde sympathie te ontmoeten van ieder
weldenkende. Zij vormt een waardig antwoord
van de Begeering op de terecht geslaakte
jammer?kreten der Nederlandsche hotel- en
restaurantbedrijven. En. «jj heeft hefc voordeel dat ze niet
alleenTonmiddellijk geld in'hêt laadjr brengt.fmaar
ook -het Nederlandsen bedrUfrwezen steunt.i
Er zijn twee omstandigheden van het allergroot
ste belang bij de beoordeeling der lotgevallen van
het Kabinet Colijn. De eerste omstandigheid is
deze, dat de positie van het Kabinet verbonden is
aan de positie van den gulden. En daarbU heeft- het
allerminst kwaad gedaan aan hefc Kabinet, dat de
troonrede in de Lbndensche City zeer gunstig is
ontvangen. Men meent daar zelfs, dat voor het
geval geen bizondere gebeurtenissen meer plaats
hebben, de kortstondige crisis van den gulden weer
doorstaan is. Het komt nu maar op die bizondere
gebeurtenissen" aan. En dan verschijnt de tweede
belangrijke omstandigheid, de vraag welk wapen
heeft de Heer Colijn achter de hand? Zal h{j aan
sturen op kamer-ontbinding, wanneer de oppositie
op nieuw den aanval waagt? Een standhouden
van het Kabinet, ook bij een hernieuwde veroor*
deel ing. is verdedigbaar, indien de oppositie weder
om zonder omlijnd programma bij Hare Majes
teit verschijnt. Het is een onontwijkbare
constitutioneele eisch, dat een oppositie, die een Be
geering laat tuimelen, zelve tot regeeren in staat is.
en het is volkomen constitutioneel gewettigd, dat
bij gebreke van die regeeringsbekwaamheid de
Regeering de teugels in handen houdt. De zwakte
der huidige oppositie ligt vooralsnog in haar gemis
van omlijnde plannen.
»?*?"
In de afgeloopen week is het leven overal met
nieuwe vaart begonnen; de vacantie van dit jaar is
nu geheel geliquideerd. Ik denk nu in het
bizonder aan het universitaire leven. Als we de novieten
met hun groenenpetjes op door de straten zien
kuieren, dan is het tevens de ttfd geworden van de
rectorale oratk>s. Wij moeten eenige motieven in
beschouwing nemen, waarop dit jaar ongeveer alle
rectores'magnifici in het land hebben geborduurd.
Ten eerste het feit van den algemeenen teruggang
ran het aantal studeerenden. Naast de hoogere
collegegelden ligt hieraan de mindere ^onimn
voor de intellectueele opleiding ten grondslag. Er
zijn voor afgestudeerden haast geen kansen meer.
Wel worden er thans systematische pogingen
ondernomen om de werklooze intellectueelen ie
helpen, maar ten aanzien van de intelectueele car
rière is.de room toch van de pot. Prof. Bolkestein,
déUtrechtsche Rector, wilde ook het aantal pro
fessoren verminderen, ten minste dat gaf hij door
de regels van zUn oratie te leeren. En hij heeft niet
heeleinaal ongelijk wanneer hij vaststelt dat het
instituut der bizondere leerstoelen in de laatste
jaren is misbruikt. Maar ook valt op het hooger
onderwas wellicht nog wat te bezuinigen, zonder
dat het gehalte van het onderwijs er door
lijdt.. ?'? ? * * ?'?, ? . . ?'
-.'? - . ? * ?'?.-'
Het Amster'damsche Stedelijk Museum, het
Koloniaal Instituut en de Heer van Lanschot. de
opgewekte burgemeester van den Bosch jubileerden.
Mr. van Lanschot is een zestiger geworden, maar
niemand gelooft het. wanneer hij zijn jeugdig cori*
jerfeitsel bekijkt. Overigens: zonder een zweem
van somberheid zijni al deze jubilea niet voorbij
gegaan. De Heer Röell liet ontmoedigende klanken
hooren over den financieelen toestand van het
Koloniaal Instituut. ,
.Ondanks alle sombere dreigingen en
toekomst|| roorspellingcn schijnt het plan om in Amsterdam
yjna te doen wat Brussel met zooveel energie heeft
?? voorgedaan, rasteren vorm aan te nemen. Minister
Gelissen heeft, tenminste op geestdriftige wijze zijn
Instemming betuigd met het denkbeeld van een
Wereldtentoonstelling in onze hoofdstad. Mijn
ondeugende kleine collega heeft hierover in .zijn
kladschrift eenige krabbels gemaakt die van een
eenigszins critischen kijk op het geval getuigen.
doch het kan niet ontkend worden dat het plan
zelf bewijst hoe onze energie en ondernemings
lust nog onverzwakt zijn. En dat is veel waard.
Een feest van grodten luister heeft Maastricht in
Limburg gevierd, toen Koningin en Prinses het
Juliana-Kanaal openden. -De ontvangst in Maas
tricht was jubelend. En hier vind ik dan een blij
moedig en verkwikkend slot-accoord van mijn
olifantiade: De Limburgers zijn gehecht aan het
Vaderland en het Vaderland aan zijn Limburgerp.
i
''?''?CHAMPAGNE KRUG
Rcnommc par sa qualilc
j
I-I
'i