De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 12 oktober pagina 7

12 oktober 1935 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

l: j. -ijl BN' rouwen en vrouwenleven De waarde van een eigen kamer IK wil het wel eerlijk bekennen; hoewel" huisvrouw en huismoeder van beroep, heb ik een eigen zitkamer. Het is een droevig feit. dat ik 7.00 schuchter met dit kostelijke bezit voor den dag moet komen, maar de ervaringen, opgedaan met veelsoortige bezoekers van ons huis, dringen mij tot een zekere voorzichtigheid. Aha, daar hebben wjj mevrouws boudoir," valt velen uit den mond bg het be treden van mijn heiligdom; een bizonder grappig uitgevallen bezoeker spreekt zelfs van mevrouws boudeerof pruilkamertje. Anderen loopen er zonder opmerkingen doorheen, dat zijn de reè'ele probleemloozen, die de dingen nemen zooals zij zyn of de genen, die te beleefd zijn om hun meening te uiten. Weer anderen * 'prijzen het vertrek als bizonder aardig, maar stellen onderzoekend de vraag: ..Zit je hier nu wel eens?" of Wanneer zit je daar nu?" Wat valt uit deze opmerkingen af te leiden? Is het hebben van een eigen kamer in het algemeen voor een mensen een bizondere luxe? Dat hangt er van af hoe iemand is, en wat iemand is. Er zijn menschen met zooveel concentratievermogen en stalen ze nuwen, dat ze op de trap, in den trein, bij de radio of temidden van huisgenooten het moeilijkste hersenwerk verrichten. We kunnen hen buiten beschouwing laten, want ze dragen hun eigen kamer onzichtbaar overal mee en sluiten de deur af, zoodra het hen uitkomt. Zij zijn de uitzonde ringen op den regel, die het ons heel gewoon doet vinden, dat de zaken man of de zaken-vrouw een eigen kantoor heeft, als vereischtc voor het goedgaan van zijn zaken; dat de intellectueel een eigen vertrek- heeft om de bron van zijn kennis op peil te houden. Wanneer kinderen een middelbare school gaan bezoeken, zal voor de meesten, zooal niet een eigen kamertje, toch een eigen tafel of schrijftafel worden ingericht, opdat in zoo'n eigen hoekje de vele oefeningen in het denken worden volbracht. En aan het student-zijn is wel het meest het begrip eigen kamer onverbrekelijk verbonden. Bij dit voorbeeld voelt ieder, waarin de waarde van een eigen kamer ligt: de onbeperkte mogelijkheden staan open om door eigen vrijheid van beweging zichzelf te vormen tot een zelfstandig denkend mensch. In ons land wordt deze vrijheid van doen en denken voor den student nog verhoogd, door de financieele onafhankelijkheid, waartoe, zelfs in crisistijd, vele Nederlandsche ouders hun studeerende kinderen in staat stellen, naar oud royaal gebruik. Deze beide materieele dingen, eeu Najaar s mode De herfat ia bij uitstek geschikt om sportief gekleed te gaan. Bovendien ia het voor lange bontmantels ook nog een beetje vroeg* De behagel ijke, ruige Engetiche titeedstoffen leenen zich bijzonder goed voor defgelijke ensembles. Bij het linkercomplet is de japon grijs en groen geruit, de driekwart mantel is effen grijs, met een effen groene ceintuur en shawl. De baret doet denken aan die der Schotsche Hooglanders. Het andere pakje heeft een kastanjebruine jupe-eulotte en een geel en bruin* geruitjtfasje. kaïniT cu »vu oigc>ii jaargfltl nuomt Virginia \Voolf de basia voor intellectueelu vrijheid. In 1020 ver scheen haar zeer geestig geschreven essay A room of one's own", waarin ?/Ij twee lezingen verwerkte, in 1928 gehouden voor meisjesstudenten van Xewnham- en Oirton college over een opgegeven onderwerp: woman and fiction, vrouwen als schrijfsters. Het verband tusschen een eigen kamer en de dichtkunst legt >zij aan het slot op blz. 103: Een professor in de Engelschc literatuur heeft nagegaan, dat de grootste Engelsche schrijvers van de laatste 100 jaar op drie na, aan een universiteit studeerden, en dus door materieele dingen in staat gesteld waren de beste opleiding te genieten. Van de overige drie : Keats, Browning en Roae'.ti, was alleen Keats, die jong stierf, niet in goeden doen. Een arme dichter, aldus Quiller-Couch, heeft nu, evenmin als voor 200 jaar, een schijn van kans; een arm kind in Engeland heeft niet veel meer hoop, dan de zoon van een Atheenschen slaaf, om door emancipatie die intellectueele vrijheid te bereiken, waardoor groote boeken Ontstaan. Daar komt het op aan. Intellectueele vrijheid bei-ifst op materieele dingen. Dichtkunst berust op intellectueele vrijheid. Vrouwen zijn altijd arm geweest, niet alleen de laatste 200 jaar, maar vanaf de schepping der wereld. Vrouwen* hebben ? minder intellectueele vrijheid gehad dan de zonen van Atheensche slaven. Vrou wen hebben dus geen schijn van kans gehad om te schrijven." De publieke opinie van vroegere eeuwen ontzegde aan vrouwen a priori de kunst van schrijven; op grond van baar yrouwzljn. Geen ttvrouw, geboren met groote gaven, zou toen een vrij leven hebben kunnen leiden tegen de opinie van iedereen*, zonder een geweldige zenuwschok. Als zij die zou overleven, dan zouden haar gedichten zijn gevloeid uit een overspannen verbeelding, ze zouden anonyin zijn gebleven, of zooals van George Eliot en George Sand onder den naam van een man ztfh gepubliceerd. Iedereen weet dit, maar niet iedereen weet, dat nog in 1028 Cecil Gray de vrouwelijke componist becritiseerde met woorden, vroeger gebruikt voor de- vrouwelijke dominee: Een com positie van een vrouw is als het loopen van een hond op zijn achterpooten. Het is slecht gedaan, maar men is verrast te merken, dat het gedaan wordt." In dit licht van de nog zoo kort aanvaarde intellectueele vrijheid voor vrouwen, is het niet zoo verwonderlijk, dat bij het zien van een eigen kamer voor een gehuwde vrouw, die sinds eeuwen ingeroeste gedachten -weer bovenkomen in den vorm van lichte spot en verbazing. . En waarom? De vrouw en moeder behoort aan haar gezin; zij hoort het middelpunt te zijn in de huiskamer onder de lamp; zij hoort de warmte bron te zijn in hot gezin, waaraan ieder, als hij het . npodig heeft, zich koestert. Inderdaad; alle tegenstan ders van de emancipatie der gehuwde vrouw, die zoo spreken, hebben gelijk. Maar zij moeten niet vergeten, dat er, juist bij deze hooge taak van zichzelf wegcijferen voor man en kinderen, perioden zijn, dat heel veel warmte aan deze warmtebron wordt vonttrokken, zoodat hij uitgeput raakt en weer gevuld moet worden. Dan is het noodig, om eens alleen te zijn voor bezinning, rust of eigen werk. Som-" mige gehuwde vrouwen trekken zich daarvoor 's middags terug in haar bed of op haar slaapkamer, waar zij de deur op slot kunnen doen. Maar er zijn er, voor wie slaap niet voldoende is om het geestelijk peil te herstellen, omdat zij door intellectueelen arbeid haar geest verfrisschen. De maat schappij, door werkeloosheid geteis terd, stelt geen prijs op dezen arbeid; het gezin echter wel. Want, wanneer die andere periode begint, waarin te weinig warmte aan de warmtebron wordt onttrokken, n.l. als de kinderen volwassen worden, en de moeder minder noodig hebben, dan is de geest gewend gebleven aan zelfstandig werk, gericht op de eigen persoonlijk heid der gehuwde vrouw. Dan staat de vrouw en moeder als harmonieus middelpunt in het gezin gedurende haar gehèle leven en blijft zij niet, zooals nu al te vaak, met een groote dosis ongebruikte opofferende liefde zielig achter. Er is veel geschreven over de dubbele roeping der vrouw in verband met een opleiding voor beroep of huwelijk. Voor de meeste vrouwen (86 %) komt het huwelijk tot stand: men is tevreden en schrijft niet verder, de roman heeft een gelukkig einde. Maar- dan begint het pas met do dubbele roeping. Dan moet blijken, dat de vrouw de-juiste maat weet te vinden tusschen haar taak van afzien van haar eigen persoon, zich instel lende op man en kinderen, en haar taak van toezien op haar eigen persoon, zich instellende op eigen werk naar eigen aard. Daar ligt voor mij de waarde van een eigen kamer. Mr. A. W. DB RANITZ-COHEN SPELINGEN DER NATUUR "Vleeachetende planten HET is gelukkig, dat slechts" een 500 soorten planten op aarde voorkomen, die zien met een vegetarische levenswijze niet kunnen vereenigen en zich voeden met insecten en vleesch van andere dieren. Die dus niet als de andere planten uitsluitend voedsel en water uit den bodem opnemen en het kool* zuurgas uit de lucht. Doch die 500 soorten zijn dan toch maar de insec ten-verdelgers, die maken, dat wij menschen, gespaard bleven van een insecten-plaag. Hoeveel vliegen, mug gen, spinnen en andere beestjes zijn er reeds aan ten offer gevallen l In andere werelddeelen is het insect een veel grootere plaag voor den mensch dan hier en de natuur heeft daarom maar een drietal vleeschetènde planten in ons land gebracht. Twee daarvan komen in de natuur voor, n.l. het Vetkruid en het Blaas jes-kruid, doch de derde wordt zelfs als.kamerplantje aangetroffen. Het is de z.g. Ründbladige Zonne dauw (Drosera Hotundifolia). De bla deren lijken wel iets op speldekussens door de lange haren, die aan het uit einde een knopje hebben, dat een kleverig vocht afscheidt. De insecten, die ervan snoepen, blijven kleven, de haren buigen zich over en het vleesch wordt verteerd. Daarna gaan de haren weer recht overeind.' > U zet het plantje in de zon, voor het raam, desnoods buiten, doch op een schoteltje water. Het plantje heeft verder niet veel uiterlijk schoon, toch bloeit het nog met een wit bloemetje. : ? O. P. BBONKHOBST PAG. 12 DE GROENE N*.w» JEUGD VAN HEDEN Dr. A..Saalt WANNEICK I.H-II gucliireude twintig jaar dagelijks uiel een paar lumdurd adolescenten omgaat, dan ziet men langzamer hand duideljjk de twee 'puien, waartusschen dat jetigd-zyn heen en weer balanceert: de agressieve en de defen sieve. Eensdeels is jeugd opstandig, uritisch, eerbied en bewondering op zettelijk onderdrukkend, als natuur lijken, vijand voelend wat niet van haar leeftijd is; anderdeels (en dikwyls tegelijkertijd) ontvankelijk, receptief, ljjdeUjk, volgzaam, passief, gereed tot bewonderen. Merkwaardig is, dat de invloedssferen van deze beide polen ?/.ich in den loop der jaren vrij aan zienlijk hebben gewijzigd. Aldus: omstreeks 1880?1000 overheerscht de defensieve pool. Ouders, meesters en leeraren zijn geduchte on te duchten, autoriteiten, liet kind is gevangen, lichamelijk, maatschappe lijk, geestelijk ea psychisch in den greep der ouderen. Het volkskind zwoegt voor zijn ouders en zijn bazen, het kind der gegoeden jurat in verba niagistri". Vergelijk Woutertje Pieterse. Ook de Kleine Johannes zit nog gevangen, maar in zijn eigen droomen; Bline Vere in de maatschappelijke vooroordeelen die haar verhinderen te leven. Tusschen 1900?1915 b de middel bare school- jeugd defensief, receptief, eerbiedig. Maar er komt critiek en, wat meer zegt, het verlangen naar andere waarden dan de school geeft. Kwamen wij op school niet verder dan ''ütgieter en de Genestet, dan lazen i.ve voor ons zelf Kluos en Van Eeden. Tusschen 1015?1025 kwam ik als ,-mg leeraar zelf met Kloos en Gorter u de gansche Nieuwe Gids-bcweging i andrage n en met open hart, met ;? pen oo ren werd het opgenomen en verwerkt door de jeugd van dia jaren. >.y was in hooge mate ontvankelijk x oor de dingen des geestes. Daarnaast '?rak de offensieve pool zich baau. Meer en meer critiek groeide. Eerbied v-ior de grooten" begon te vermin? -ren. Van een heel enkele kreeg ik i> die jaren te hooren, dat een locoi i-jtief toch mooier was dan Vondels l 'icifer. Maar dat bleef uitzondering. r- 'j de meesten bestond groote behoef!?? aan schoonheid. (Niet te verwarren u 't aethetisch gezwam inde ruimte" V'ioals sommige venijnige schoolmeesM-S het gaarne noemen). kwam de tijd sedert 1025; men kan niet zeggen, dat het h -den" toen begon. Alleen, dat de -randeringén steeds sneller op elkaar \ dgen, dat het zich afwenden van i- «Stelijke en aethetiachs waarden t- enam ten bate van grootere naar l'titen gekeerdheid. Het defensieve moest wijken voor het agressieve, het s! i 11e voor het luide. Van Schendeis w-rk werd in die jaren door sommigen vervelend gezeur genoemd, Van Eeden tf u dominee. De Kleine Johannes ni'iar dat geldt eerst voor 'de laatste j&ren neemt men als een lief sprookj" nu ja, maar dat weet men nu wel; Bi-kend, meneer, alsunietsinteressan?<>?« hebt l i l De betweterigheid, zelfovorschatting, het cynische over-alles11" -n-zijn, daarbij het brutaalgrove u u toon spreiden van eigen half-gare oi.doordachtheden en onb zonnenj zich op een voetstuk van 'jong7->jti plaatsen en oudere jaargangen als af gedaan ter zijde plaatsen, dat alles is karakteristiek voor het heden. Ik ii-ifor uit een brief: Wanneer bijv. Adama van Schel'«ma wat staat te beweren over een .koe m de wei, dan kan ik daar godsotunogelijk dichterlijke schoonheid in zien. Wel beeldende (n.l. in het 'AG. 13 DE GROENE Ne. 3CM6 orn niet iu het K<'dicht), bijv. fotografische." (! S). Leerzaam in ook deze uitlating, die men trouwens ook vindt bij tal van hedendaagschc auteurs: Perk zal ik niet meer uit du kast halen, Kloos, Verwey evenmin. Heel iets anders is het met de moderne Vlamingen, die vind ik prachtig, niet alleen ik, maar de heele klasse. Waarom ? Omd,at die de kunst van het leven geven, de tachtigers daarentegen de kunst van de verbeelding, en wij in een tijd leven, waarin de schoonheid van de werkelijkheid geprefereerd wordt boven die van de verbeelding. Het gevolg is, dat die arme klasse uitgekreten wordt voor gevoelloos en stompzinnig en eigenwijs, wat zij toch in werkelijkheid niet is." En dan krijg ik ten slotte den goedgemeenden raad: Streeft u er ernstig naar, het schoonheidsgevoel van de moderne jeugd te vinden, dan zult u het stellig vinden, niet als een arm tierig rotsplantje, maar als een stevig bloeiende plant".... De zaak komt derhalve hierop neer, dat men wat een oudere generatie voortbracht niet meer wil waardeeren. Terwy'l het geheim van alle ware cultureele ontwikkeling juist is het open staan niet alleen voor wat het heden geeft, maar juist ook voor de waarden van het verleden. En dat vermogen deze luidruchtige jongeren niet te begrijpen, zelfs niet als ze een klas sieke opvoeding hebben gehad. Op een conferentie te Woudachoten, waar ik sprak over de hedenda&gsche'verschijnselen die de jeugd veihinderen menschen te worden in den volledigsten zin van het woord (snel heid, techniek, lichaamsvergoding, za kelijkheid), meende een moderne me vrouw te moeten opmerken, dat ik dan maar een ander beroep moest kiezen. Men staart zich in sommige, \ooral paedagogische milieus, nog al tijd blind op dat onbeschreven heulgendom der jeugd. Maar men vergeet, dat ieder kind een paar ouders heeft, en de appel valt niet ver van den boom. Dat blijkt vooral in harde tijden als die wij thans beleven. Recept en Hachec van varkensvlcesch (j personen) 406 Gr. varkensvleesch (b.v. lap pen), 4 groote uien.Co Gr. (afgestreken cetlepels) boter, '/, L-' kokend water. 2, Maggi blokjes, scheutje azijn (on geveer 3 lepels), i theelepeltje zout, wat peper, een laurierblad, 2 krüidnagelen, ongeveer 20 Gr. (2 afgestreken eetlepels) bloem. Snijd met een scherp mes de gewasschen varkenslappen in stukjes (niet te klein), laat ze met de boter en de gesnip perde uien in een gedekte pan zachtjes stoven, tot het. mengsel lichtbruin is (af en toe roerende); Giet er dan den bouillon bij en .den azijn, strooi er de 'kruiden in en het zout en laat alles samen verder zachtjes gaar worden (nog onge veer i uur).Bind met aangemengde bloem. Witte boonensoep (4 personen) 500 Gr. (i pond) witte boohen, 31/! L. water, 500 Gr. {i pond) krabbet j es, 4 uien, i selderijknol, wat .'. selderijgroen, 4 theelèpels Maggi's Aroma, ongeveer 20 Gr. zout.. , Laat liefst gedurende den nacht de gewasschen witte boonen weeken in 3 % L. water; breng'ze den volgenden dag met dat water aan de kook en' voeg het zout en de krabbetjes bij. Laat de soep op een zacht vuur gaar en gebonden worden (ongeveer 3 uur), nu en dan de boonen met een houten lepel fijn roerende. Laat het laatste halve uur de gesnipperde uien, de in blokjes gesneden knolselderij en het selderijgroen meekoken. PEREZ PERZISCHE TAPIJTEN AMSTERDAM C - Singel 480-482 b/h Koningsplein ROTTERDAM - '8-GBAVBNHAGE - GRONINGEN - UTRECHT Een eclit" Perilaoli tapijt wordt geknoopt door menaclien met natuurlijken Kunstzin* Het léft» Hat hult Ptns T»lt ali «r Ma ImlUtl» In huls komt. BADEN, GEYSERS EN WASCHTAFELS G. J. DE KONING & Zn. Opgericht 1739 Amsterdam C. Telefoon 32457 Keizersgracht 447 Bezoeker* aan Amsterdam Victoria Hot*J - Damrak t/0 C. Station - noodlgt U uit. WU varzorgen U In ons hotel tegen matige prijzen, ' U zult t«vr«d«n zljnt : Kamer* met Holl. ontbijt Lunch Diner f 1.60 «n f2.?f2.?, f8.?en f4, Da Dlraetfa vanaf f 8.50 Paris Unique is de naam van onze nieuwe 7-DAAGSCHE GEZELSCHAPSREIS per verwarmde luxe-auto car naar Parijs. Zeer interessant programma. Eerste klas hotel. is zeker nïet overdreven 7 dagen, alles inbegrepen, fl /^ Q ook fooien en verzekeringen: III ? w»"" Vertrekdata 21, 28 Oct. en 4 Nov. 1935. Vraagt inlichtingen en programma's b/d: NEDERLANDSCHE REISVEREENIGING - DEN HAAG Telef. 333966 - Laan van Meerdervoort 53-D ? Giro 33333 VEILIGE BELEGGING BOSCHTCRRCIN onder APELDOORN (aas, alaetra, watarlaldlng «n talafeon) vanaf 10?30 eant par M'. Brieven No. 6050 bureau v. d. blad De WERVINGS WEDSTRIJD van DE GROENE is in vollen gang. U hebt ook nu nog kans óp den hoofd prijs van DUIZEND GULDEN. of op een der prijzen van 50 of 100 gulden. U. kunt zelfs meer dan n prijs winnen. De voorwaarden vindt U nogmaals afge drukt op pag. 19 van dit nummer. ? HEERENKLEEDING VOOR VADER EN ZOON TOT REDELIJKE PRIJZEN ADRIAAN SCHAKEL HEJUGÊWEG - TELERDON 37273 ULSTERS van f 45.?af l i marie", sprak een echtvriend uit leiden, ondanks deze sombere tijden doet hij zeer verkeerd, die de uitkijk" niet eert en dus zijn programma *) zal mijden." 1 (?> n» «raak 9 pramlara*

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl