De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 19 oktober pagina 6

19 oktober 1935 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

rouwen en vrouwenleven SCHIPHOL S ezien ?J. oor vrouwenoogen EMMY VAN LOKHORST Een haven E LEEN morgen, als ik door de hall en de gangen van het stationsgebouw loop, treft me het opwekkende van de geheele om geving. Er is op Schiphol in alles een glans van optimisme. Het luchtvaartprincipe berust uu eenmaal op het begrip: Omhoog! Daar loopt Van Veenendaal; in het restaurant drinkt Duimélaar een kopje koffie. Er is een va-et-vienfc van menschen, die op reis gaan. Bloemen uit Aalsmeer geuren in de manden. De piloten van de Fransche, Zwitsersche, Tsjechische maatschappijen verbroederen zich met die van de K.L.M. En al die gezichten hebben iets gemeenschappeUjks: de aviatiek. Die zit ze in het bloed, die straalt uit hun oogen. Soms spat en tintelt de cranerie van de jonge kerels, die tot heldendaden bereid zijn. Soms is de blik van een rustige vastberadenheid, die den meer ervaren piloot kenschetst. Maar allen houden ze van de lucht, van de hoogte, van de snelheid. Aan de luchtvaart zijn meer men schen vérbonden dnn alleen piloten en marconisten. Wat eraan vastzit, eer een vliegtuig een tocht kan vol brengen, begin ik pas te beseffen, nadat ik eenige dagen door allerlei technische wonderen ben rondgeleid. In do eerste plaats geeft de heer Dellaert mij een blik in de constructie van het bedrijf. Ik ben gemeente-ambtenaar," zegt de heer Dellaert, die don scepter op Schiphol zwaait, en hij lacht om mijn verbazing. Schiphol is een haven, een lucht haven,-zooals Rotterdam een zeehaven is. En de K.L.1VJ. is een reedery, een luchtvaartreederjj. De gemeente Am sterdam exploiteert Schiphol als ha ven. De gebouwen die erop staan: station, cantine, hotel, enz. zijn door de Gemeente neergezet. Schiphol is een openbare haven, waar ieder vlieg tuig kan binnenkomen tegen betaling van het havengeld (wisselend naar de afmeting van het vliegtuig). De K.L.M, is de voornaamste cliënte van de Gemeente. Zóó staat de ver houding." Zijn er nog meer punten van over eenkomst tusschen zee- en lucht haven?" Vele. In de zeehaven nemen de schepen kolen in; hier wordt benzine getankt. Bij do zeehaven zijn scheeps werven voor herstel en bouw van schepen. Hier heeft de Fokkerfabriek haar montageloods, waar de producten die aan den overkant van het IJ ge bouwd z^jn worden gemonteerd. In een zeehaven zijn jacht- en zeilvereenigingen ondergebracht, op Schiphol zijn de aero-clubs, de vereenigingen van sport- en zweefvliegers. Er zijn zeevaartscholen; wij hebben ook onze luchtvaartschool, waar dezelfde leer lingen van de Kweekschool voor do Zeevaart hun opleiding van het Rijk kragen als verkeersvlieger. En gemeen schappelijke activiteit ontwikkelen scheep- en luchtvaart ten opzichte van navigatie, weerkunde. stuurkunde, sterrenkunde." nPERWIJL de heer Dellaert dit ?*? uiteenzet, komt een Duitach Tankervliegtuig op het landingster rein dalen. Terstond rijden uit de hangars de tankwagens, om de ma chine van nieuwe brandstof te voor zien. Er zijn hier op Schiphol bunker maatschappijen, die hun eigen instal latie, hun eigen personeel en opslag plaats hebben. Een half millioen liter benzine onder den grond l Met schepen in de Ringvaart wordt de benzine aangevoerd en in de ondergrondsche leidingen gebracht." Hoeveel menschen werken op Schiphol?" Ongeveer 650; daarvan behooren 550 tot de K.L.M. Hangars, werkUe mode van morgen De aanstaande tentoonstelling van Chineesehe kunat in November te Londen heeft haar invloed mede doen gelden op de komende wintermode. Chineeseh groen en goud zijn zeer gevraagd, Nieuw in te richten interi eurs worden bij voorkeur in deze tinten gehouden en de bewoonsters kiezen zich daarbij passende gewaden en juweelen. Deze laatste in fade en turkoois, fraai be werkt, sullen veel worden gedragen. De japon links is van bovengenoemde. groene kleur, uit gladde, wollen stof. De ceintuur draagt een groot c gouden gesp. Daaroverheen wordt een ruime drie kwart loulre bontmantel gedragen, die met een strik aan den hals wordt gesloten. Bij den hoed ziet men duidelijk Oosterschen invloed, hij is van groen vilt, met zeer brcedtn, even opgeslagen rand, door de puntbol is een groote gouden pompoen gestoken. De andere hoed toont de zoo moderne veergarneering. Langs den kleinen zwar ten vilthoed loopt een breed Schotsch geruit fluweelen lint in beige, roode en gele tinten. Een zwarte aigrette is zeer flatteus langs den rand gelegd en valt over het kapsel. Aardig is de groote bij het lint passende strik, mits op een effen pakje gedragen. plaatsen, loodsen, vliegdienst, passage en expeditie vragen veel personeel. Denkt u ook eens aan den weerkundigen waarnemingsdienst, en het bebakenen en verlichten van het terrein; dit is de afdeeling, die door het Rijk wordt verzorgd, evenals de radio en de weerdienst. De Gemeente verlicht de luchthaven zelf. Het Rijk verlicht do luchtwegen in Nederland." Ik luister nog naar dezen indrukwekkenden zin, als de heer Dellaert al bezig is mij van de grandioze uit breiding te vertellen die Schiphol wachten staat. Duizelingwekkende' cijfers gaan langs mijn ooren: 200 K.M nieuwe draineerbuizen onder het te rem. 30 H.A. voor gebouwen, zoodal1' het geheele terrein 210 H.A. wordt. Vier jaar waren noodig voor het ont eigenen der noodige gronden. Het landingsterrein wordt van 800 X 800 M. nu gebracht op 1200 X 1500 M. En dit is pas het eerste begin ! Er is al veel gebouwd, maar er is ont zaglijk veel meer noodig. Alles draait om het verkoer. Het wegenplan, dat bezig is te worden verwezenlijkt in* Noord-Holland, zal Schiphol doen' liggen aan het kruispunt van 4 groote wegen. Bij de ebchen, die in de toe» komst aan de luchtvaart zullen worden gesteld, zijn die van nu slechts kinder spel." En terwijl wy ons buigen over kaarten en teekeningen die een pro jectie zijn van die toekomstplannou, besef ik opnieuw, hoe de luchtvaart^ op alle punten levend is, in gestadige; evolutie naar een tijd, dien wij ons j nog niet kunnen voorstellen. ( Sociale opvoeding der vrouw Antwoord aan F. G. HET is merkwaardig, hoeveel men van de Vrouw verwacht," zegt P. O. in De Groene van12 October j.l., doordat zij passief en | stil zal zijn, door bescheiden zwijgen j| en voor den man wijken..... Zag men| overigens ooit, dat er zooveel onge-l vraagde zorg aan de Sociale Qpvoe-I ding des Mans werd besteed ? En waar-J om is hij meer autodidact dan zij^'f Het is nog merkwaardiger, dat deze j zelfde men", mannen en vrouwen l tezamen, nog zoo weinig realiseert, tint men niet veel van de vrouw verwacht doordat zij passief en stil zal zijn, doch dat deze passiviteit en stilzwijgendheld zelf de eenige eisch is, die men door de eeuwen heen aan haar heeft gesteld. En gij moge het mij vergeven, F. C., wanneer ik uw geslacht daarvan het grootst verwijt durf te. maken:j Hij, de Man, de autodidact bij uit-* nemendheid, diéthans de Vrouw terugwijst naar de plaats, die hij voor» haar aangewezen acht, is bij al zijn lessen aan haar adres immer bezield geweest door die grootste stimulans van al zijn daden, die hij placht te noemen zijn Liefde tot de Vrouw, en die niet anders is dan zijn onuitroei baar antagonisme jegens de Vrouw als Geslacht. Ik weet het, hij tracht voort durend .dit antagonisme, dat sterker is dan zijn Rede, goed te maken dóór een charmant, een voorbeeldig gedrag jegens de vrouw als -individu een taktiek, die. haar inderdaad verblind heeft voor zijn werkelijke opinie, niet over haar persoonlijk, maar over haar geheele geslacht. . Hij legt de Vrouw het zwijgen opi omdat h« haar taal, die hij niet ver staat, vreest en verafschuwt. predikt haar passiviteit, omdat hij de actieve vrouw immer heeft beschouwd, en nog steeds beschouwt-, als een schendster van ztyn heiligste voorrech ten, als een overtreedster van de grenzen, die hij getrokken heeft rond het levensgebied der Vrouw. Haar optreden buiten deze grenzen van huis en gezin, heeft hem altijd doodeHjk gekwetst, op zijn best pijnlijk geïrriteerd. Wij weten het allen, er is niets veranderUjkers dan de Vrouw. Helaas weten wij te weinig, weet vooral de Vrouw te weinig, dat niets onveranderUjker is dan de Man. Zou hij wer kelijk in de nauwelijks twintig jaar die gevolgd zijn op de politieke eman cipatie der Vrouw, reeds zijn antago nisme jegens het Zwakke Geslacht hebben verleerd, zou hij werkelijk zijn meest fundamenteelen aard zoozeer hebben kunnen verloochenen, dat hij thans duurzaam de Vrouw in het maatschappelijk leven zou dulden op voet van gelijkheid, dat hij haar daar inderdaad n dag langer zou laten blijven dan strikt noodzakelijk is? Het hooge woord moet er uit: hij heeft de geëmancipeerde vrouw, van haar eerste verschijning tot op heden, gehaat, geminacht en gevreesd met een atavistischen angst, die niets anders is dan een magische vrees voor hetgeen aan zijn invloedssfeer weet te ont snappen. De Man men moge hem onder scheiden van de vele manlijke indivi duen, die door hun persoonlijken aan leg die haat en die angst binnen rede lijke perken kunnen houden de Man is niet in staat de werkelijk zelf standige, geëmancipeerde vrouw te apprecieeren. Zijn belangstelling in de vrouw begint met haar biologische functie en eindigt met haar bruikbaar heid als goedkoope, gewillige arbeids kracht. De Vrouw als zelfstandig denkend wezen, dat haar ? bestaan vormt en haar leven leeft zonder rekening te houden met zijn speciale behoeften en verlangens, de Vrouw als constructieve factor in een samen leving, welke hij nog steeds voor zich upeischt, is hem een eeuwige doorn in het oog, een voorwerp van welhaast physieken afkeer. Het diepe stilzwijgen, dat de Ge schiedenis?Man's herinnering aan eigen grootheid bewaart over de Vrouw, spreekt een taal, die de Vrouw nog maar al te weinig in haar volle beteekenis heeft verstaan. Wanneer wtf haar aantreffen in de Annalen der Historie, is het vrijwel zonder uit zondering zij aan zij met een Groot Man, wiens geliefde zij is geweest. En in de weinige gevallen, dat een vrouw om andere gaven dan die van uiter lijke bekoring zich een plaats in de (.'?'schiedenis heeft weten te veroveren, te het oordeel van den manlijken historicus onvermijdelijk, dat deze vrouw uitblonk tengevolge van haar mnaculine eigenschappen. De Vrouw heeft er zich zoozeer aan gewend te hooren dat alles wat groot en bewonde renswaardig is in den mensch, manlijke eigenschappen zijn, en dat haar eigen karakter slechts door,toevallige aan wezigheid van die masculine trekken zijn waarde krijgt, dat zij zelf vaak de mogelijkheid verloren heeft haar sexegen,öoteh te meten met een anderen maatstaf, dan die door den man wordt Aangelegd: succes in mannenoogen. zij minder autodidact dan hij? ik vrees, dat deze vraag bevestigend moet worden beantwoord. De vrouw heeft slechts van den man, geleerd, omdat zy zelf nog nauwelijks aan het woord is geweest. Eeuwen lang ^ zy spreken kon is haar bood schap doodgezwegen, en toen haar stem desondanks eindelijk tot de wereld is doorgedrongen, toen het «cheen. alsof de Geest der Vrouw invloed zou kunnen krijgeu op de samenleving, toen heeft de Man zich opnieuw verheven, heeft zich in uni form gestoken en heeft zelfbewuster en bewonderenswaardiger dan ooit, met dezelfde drogredenen die haar eeuwen lang hebben uitgesloten van eenigen constructieve!» arbeid in de samenleving, zijn strijd hervat tegen de sterke, de zelfstandige vrouw, zijn eeuwige vijandin. Men kan thans niet de geëmanci peerde vrouw verwaten een mannen* haatster te zyn. Zy is ten volle bereid tot die samenwerking, zonder welk» elke beschaving tot ineenstorten te gedoemd. Doch het zal een schrale troost voor haar zijn, wanneer zij alles wat haar lief is vernielen ziet, dat zij niet is tekort geschoten, doch is ge weigerd. d. I. Kinderen Het goede leven MISTROOSTIG slentert Henny het tuinhekje binnen en schopt kiezeltjes voor zich uit. 't la Woensdag, maar ze heeft heelemaal geen vrije middag-gevoel, omdat ze dadelijk toch weer zal moeten biechten, dat ze maar een o had 'voor Fransch. Woordjes . niet gekend. En thuis, toen moeder het rijtje overhoorde, ging het zoo fijn. Maar als de Fransche meester in z'n grauwe stofjas, met dat akelig-ruikende pijpje in z'n hand, in een klas waar geen raam open mag, omdat hij andera kou vat, haar ondervraagt, dan is het net of ze allén maar weec tabakslucht ruikt en natte porto-rico-asch en een leeg hoofd heeft, dat niets meer weet. En er waren mér vervelende dingen, dien morgen: zij heeft wollen kriebelkousen aan en Dien Wiggers probeerde in de pauze de meisjes uit de kla» weer tegen haar op te stoken ^?Bespotte lijk wurm, die Henny, hè? Praats voor ses, omdat ze krulhaar heeft. Maar ze draagt al drie maanden dezelfde jurk...., o zoo' Waarom dan zoo'n verbeelding?" Ze ziet Dien Wiggers' ronde gezicht uitdagend voor zich en ze zucht, terwijl ze op het belknopje duwt. Moeder is in de huiskamer druk aan de koffietafel bezig. Zoo, dag pop." Dag moes." Goed gegaan op school?" Nee, maar een 5 voor Fransch, echt lam...." Moeder kijkt even onderzoekend. Bokkepruik op?" informeert ze dan. Kan ik niet gebruiken, zie je, want ik won je vanmiddag meenemen naar de stad, stof koopen voor je nieuwe katoenen jurken." Henny veert op. Naar de stad?". ...Hup, daar heb je het terug, dat vrijc-middag-gcvoel. Het komt ineens op haar neergestreken als iets kostelijke. Naar de stad met moeder is iets heel uitzonderlijke, een soort festijn. De:school, de Fransche meester met zijn pijp en Dien Wiggers zijn opeens mijlenver weg. Wat ze ziet is een gezellige huiskamer en bordjes vol brood. En op het hare zit poeder suiker en: leverworst! Ze is op allebei dol. Nuf", zegt moeder zakelijk, de bekers melk rondplantend. O, reuze!" antwoordt Henny stra lend. Allemaal reuze, moek, dat ik. meetnag, enne.... dat we leverworst en poedersuiker op brood hebben....'."? Ze knikt moeder toe, die begrijpend terugknikt. Even later, r?woelige koffietafel met de broertjes , geniet Henny met volle teugen van het goede leven. La vie est beau," zegt ze droomerig, lekker fout!" ERICA prachtige mantels prlmftJboael ?portle«« >waatti ?iet ila|r<4leB Kr* fr»ncl«" ? ??tel v»B?w«l!eM b «nel 4 kalverttraat 11 ?Mtterda krause enfvogelza DU PAG. 10-11 01 WOENE No. Waal ooK voor combinatie van chroom: staal en houten meubelen bereken nen wij uiferrf laqe prijzen* lamsreraam . , [?l il* 1*1 amtfelveemcneweg 1030 iMCUBCLCM ? DEUMNEWNQCN f LEIDSCHE WOLLEN DEKENS DONZEN DEKENS vanaf fl. vanaf f I. 6, 11, KQLDEWEyeCOPBlÈRE LEID5CHESTR.30 AMSTERDAM F* F, SINEMUS . 20 Leldschestraat 22 'AMSTERDAM C GEKL OVERHEMDEN NAAR MAAT VANAF.'..:.,.... Fl. 6.7S PRIMA COUPE EN AFWERKING Ter overname aangeboden een DEFTIG PENSION, jaarlijksche bruto opbrengst :£f 10.000.-. Prijs matig, daar houders stil gaan laven. Uitsluitend voor beschaafde gegadigden. Brieven No. 7100 Bur. >van dit Blad.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl