Historisch Archief 1877-1940
>_.
?l*
; -.
i .
?
Aspecten van landbouwpolitiek
Toegangspoort der economie
DAAR is den laatsten tijd een luid gerucht
rondom de landbouwpolitiek. Zii staat
, in het middelpunt der critische
oelangstelling van vrijwel het geheele volk en inder
daad zal zelfs de meest objectieve en wel
willende waarnemer van het complex der maat
regelen, dat landbouwpolitiek heet, moeten toe
geven, dat voor deze critiek helaas alle
aanleiding is.
Dat het volk, in zijn algemeenheid, a priori,
critisch tegenover dezen tak van
overneidsbemoeiïng staat, behoeft geen verwondering
te wekken, want als vrijwel elk onderdeel
der landspolitiek is ook de agrarische voor
een zeer groot deel ingesteld op de crisis
omstandigheden: zij vraagt offers van een
bevolking, wier economisch pad allerminst
'over rozen gaat en is deswege gedoemd, in de
oogen van velen impopulair te zijn.
Wél is het uitgangspunt der critiek voor de
onderscheidene groepen en lagen der bevolking
zeer verschillend: de agrarische producent
klaagt, dat de steunende werking der landbouw
crisismaatregelen onvoldoende is; de veehouder
en de akkerbouwer, de groote boer en de kleine,
de tuinder en de boschbouwer, zij hebben allen
verschillende belangen en elk voor zich acht de
zijne het minst gediend. De zandboer met het
gemengde bedrijf acht zich verongelijkt en wijst
met een zekere verontwaardiging op den
kleiboer, welke laatste de stelling verkondigt, dat
voor hét kleine bedrijf, geen plaats meer is
onder de sterk gewijzigde omstandigheden van
prijs en afzet. De veehouders benijden de akker
bouwers, doch degenen onder hen, die hun
melk verkoopen aan zuivelfabrieken, zijn boven
dien van oordeel, dat de producenten van
consumptiemeUc te veel bevoorrecht worden. De
tuinpouw gevoelt zich het stiefkind der regee
ring en de boschbouw roept om een plaats
aan den crisisdisch»
En bij dit alles komt, uit het agrarische kamp,'
nog de algemeene klacht, dat de bedrijfsvrijheid
op ondragelijke wijze aan banden wordt gelegd
en dat het geheele steunstelsel neerkomt op een
proeve van staatssocialisme onder leiding van
eenige ondeskundige en verre van de praktijk
staande ambtenaren, die daartoe het agrarische
bedrijf hebben geperst in een kostbaar en knel
lend keurslijf van dwingende bepalingen, steeds
nauwer aangehaald door een wassend heirleger
van crisisambtenaren. .
f} AAR is in de tweede plaats de groote
*-* groep van niet-agrarische consumenten in
haar velerlei geledingen. De industrie maakt er
bezwaar tegen, dat de landbouwsteun de ver
laging der'kosten van levensonderhoud, de zoo
noodzakelijke aanpassing dus aan het inter
nationale kostenniveau, in.hooge mate tegen
houdt: twee honderd mülioen gulden ruim
wordt per jaar in den vorm van indirecte belas
tingen ten behoeve van den boerensteun van het
Nederlandsche volk geheven ter meerdere glorie
van Nederlands reputatie van duurte-eüand,
zoo redeneert men. Graanhandel en
havenbelangen klagen hun nood; bakker en slager
wijzen op hun wankel bestaan; de tüsschen^
ZATERDAG
MAAN DA O
DINSDAG
TOT 10 UUR
VOOR SINT
N l COLAAS
7IJH WIJ IN PEN HAAQ
EN A'DAM DES AVONDS
i . .'?'??? = ?'?'?'
GEOPEND
handel op velerlei gebied voelt zich verdrongen
en bedreigd door de agrarische crisismaatregelen
en door de inschakeling der boerencoöperaties;
de exporteurs en importeurs van bodemvoort
brengselen zien door de tot koopvrouw geworden
overheid het zakenleven verstarren en hun
bestaansbasis verzwakken; de werkende en
werklooze arbeider gevoelt het als een zware
druk, dat hij o. a. een stuiver op zijn brood en
zestig centen op zijn kilo margarine extra moet
betalen, en de distribuant tenslotte klaagt
steen en been over den achteruitgang van zijn
debiet.
Daar is tenslotte nog de derde groep van
hen, die los van groepsbelangen de huidige
landbouwpolitiek toetsen slechts" aan het
algemeen belang in den ruimsten zin des woords
en die er dus rekening mee houden, dat het
redden van een belangrijken tak der volks
welvaart zeer wel het brengen van offers en
zelfs het schaden der belangen van andere
onderdeelen van het maatschappelijk bestel kan
rechtvaardigen. Ook deze boven de partijen
staande instanties hebben in overgroote meer
derheid vél reden tot critiek op het tot dusver
gevoerde crisisbeleid. Zij wijzen er op, dat de
overheid zich er te veel toe pepaalt, om in den
vorm van honderden crisisheffingen groote
sommen gelds bijeen te brengen en deze, na
bekostiging van een .topzwaar en duur uit
voeringsapparaat, te verdeelen over den boeren
stand, en dan nog volgens zeer aanvechtbare
maatstaven. Steunen dus in den meest
elementairen vorm, zij het dan ook met een
gecompliceerden uitvóerings-modus.
Hun gróóte bezwaar is echter, dat aan dezen
steun niet is vastgekoppeld tevens een poging
tot wegneming der oorzaken van de
steunbehoefte dus tot aanpassing en saneering
van den agrarischen productietak in het raam
der zich voor de naaste toekomst als blijvend
afteekenende veranderingen, o.a. wat betreft
de mogelijkheden van toonenden export.
TJfOEWEL niemand, die het bezit van
profe** tisch gaven derft, de ontwikkeling zelfs
voor de naaste toekomst nauwkeurig kan uit
stippelen, kan men toch groote lijnen ont
waren, waarnaar men zich dient te richten.
Het is niet voor tegenspraak vatbaar, dat zich
groote veranderingen zijn gaan openbaren in
de koopkracht der volken, die tot voor eenige
jaren de agrarische veredelingsproducten van
ons land grif afnamen, benevens dat echter de
beschermende tarief- en contingenteeringsmuren
dier landen productietakken zijn ontstaan of
uitgebreid, die niet weer zullen verdwijnen en
waardoor Nederlands exportkansen aanzienlijk
zijn verminderd. Dit geld speciaal voor de
productie van eieren, groenten, vleesch en boter.
De snelle industrialiseering in het Verre Oosten,
de nog snellere uitbreiding der veehouderij
'in het Vijfde Werelddeel, de back to the
farmpolitiek in Engeland en haar pendant in Duitsch
land, de nauwere economische aaneensluiting
der deelen van het Britsche imperium, de
geleidelijke terugkeer van Rusland op de
agrarische wereldmarkt, de toenemende toe
passing van het weelerkeerigheidsbeginsel in fle
Handelsbetrekkingen tüsschen de volken, al
deze factoren dragen er toe bij en wijzen'er op
dat Nederlands positie als leverancier van
veredelde bodemvoortbrengselen structureel ver
anderd is. De landen om ons heen, onze klan
ten", zien hun industrieele kansen dalen en
gaan steeds meer. over tot beoefening eener
intensievere bodlemcultuür, zoo lang door hen.
verwaarloosd, benevens wat Engeland be
treft tot het dekken der behoeften op een
andere markt. Opleving, vergrooting der koop
kracht en slaking der boeien, waarin het
wereldverkeer van goederen is gevangen, zullen aan
Nederlands agrarische positie ten goede komen,
doch het tempo, noch de mate daarvan zijn
bekend, zoodat resulteert de nóodzakdükheid,
om de cultuur van den yaderlandschen podëm
te reorganiseeren, dus om de productie zich te
doen aanpassen aan de zich steeds duidelijker
afteekenende exportmogelijkheden van een
langere of kortere '?naaste toekomst.
Doch juist dit belangrijke element is door
de leiders onzer landbouwpolitiek tot dusver
PAG. 4 DE GROENE Ne. 300
verwaarloosd en.... wair een poging werd
gedaan, geschiedde dit te laat, onvoldoende
of ondeskundig. Het meest recente voorbeeld
hiervan is wel de intrekking der
melksteunbeperking na een jaar van kostbare voorbe
reiding en een maand voordat zij in werking
zou treden.
Dit voorbeeld is tevens dienstig, om een
ander groot gevaar te illustreeren, dat naar
het oordeel van boven de partijen staande
waarnemers uit de tot dusver gevoerde land
bouwpolitiek resulteert, nl. ondermijning van
het prestige der overheid.
Na deze algemeene sondeering van het agrari
sche beleid en de daarop gehoorde critiek hopen
wij te zijner tijd enkele onderdeden nader te
beschouwen, omdat zooals Dr. Edward
Davis schreef de poort, welke toegang
geeft tot de kennis der economie, niet is de
bestudeering der industrieele ontwikkeling maar
allereerst die der landbouwproductie."
P. H. LAAGLAND
Van alle markten thuis
Tcekenlng voor De Groene AaitcrcUmmer v»n P. Hueveld
? VENIZELOS V
Monarcho-republikeinsch jongleur
De reportage van de week
NAAR BERLIJN OF NIET NAAR BERLIJN?
Eén der Nederlandscho sportorganisatics hooft
besloten met geen enkel onderdeel van deze
organisatie deel te nemen aan do a.s. Olym
pische Spelen ia Berlijn, n.l. het Koninklijk Neder
landsche Oymnastiekverbond op een buitengewone
algemeene vergadering te Utrecht en wel met een
stemverhouding van 158 tegen 107 met 7 stemmen
(het bestuur) blanco. Een een dergelijk besluit viel
met ongeveer gelijke stemverhouding bij referendum
in den Nederlandschen Krachtsportbond en in den
Biljartbond.
Wat waren de motieven die er aan ten grondslag
lagen en de houding daartegenover van anderen?
Allereerst was natuurlijk het officieele standpunt
van het Nederlandsch Olympisch Comitévan be
lang. Een verzoek om een onderhoud met den
voorzitter, A. baron Schimmelpcnninck van der Oyc,
werd vriendelijk ingewilligd. Het gesprok
komt dadelijk op het besluit van do K, N. G. V.:
Verwacht u nog meer dergelijke besluiten?"
Neen, ik vertrouw, dat do andere bonden van
harte blijven medewerken. Zoo juist lees ik nog
dat de Wielrenners ook aldus hebben besloten,
met dien verstande, dat hun leden natuurlijk geheel
vrij zijn om voor zich zelf anders te beslissen, indien
zij daartoe redenen hebben. Dit standpunt heeft
het N. O. C. trouwens ook ingenomen, en ook het
Internationale Olympisch Comité(C.I.O.)."
Maar is er dan geen govaar voor do zuiverheid
van het sportieve karakter der spelen bij do huidigo
verhoudingen in Duitschland, die niet het minst
ook in do sportwereld tot uiting komen? "?Neen,
van den aanvang af heeft het Duitsche Comitéver
zekerd, dat het de Olympische grondregels, die o.a.
gelijkwaardige behandeling voorschrijven van alle
deelnemers van welke kleur of overtuiging ook, bij
de spelen on de voorbereiding volkomen zal respec
teeren. Ook is de verzekering gegeven dat niemand
van de bezoekers te Berlijn gevaar zal loopen lastig
gevallen te worden. Onze voorzitter Ballet Latour
zooals u weet ben ik ook lid van het C.I.O.
is onlangs nog bij Hitler geweest, welke ook nog
eens bevestigd heeft, dat do- overheid hetzelfde
standpunt inneemt inzake de Spelen. Bovendien
is Ballet Latour ook het land nog róndgereisd on
heeft o.a. in Ettingcn, in het Olympische
oefenkamp kunnen constateeren dat o.a. zes Israëlieten,
waaronder G re t a Bergmann de meest bekende is,
zich bewogen onder degenen die daar getraind
werden. Hieruit blijkt reeds dat het C.I.O. groote
waakzaamheid aan den dag legt in zijn controle
op do nakoming der regels. U begrijpt dat het dit
slechts binnen de grenzen van zijn bevoegdheden
kan en mag doen on dat hut natuurlijk geen
garantkan zijn voor do volkcnverbroudering in liet alge
meen. Overigens ik kun mij ook niet voorstellen
dat er ernstige inbreuken op de regels zullen wor»
den gemaakt; er moet toch de regeering in
Duitechland alles aan gelegen zijn, juist nu
een goeden indruk te maken." .
/"\N2EN volgenden indruk wilden wy opdoen bij
^* den voorzitter van het uitzending-weigerende
Gymnast.ekverbond. Dr. Reys, die even aim Jan
Adam Keggo doet denken, ontving ons in zijn
druk gemeubelde behandelkamer: U denkt toch
hoop ik niet, dat ik zelf tegenstander van het
gaan naar Berlijn ben. Ik heb mij juist hevig tegen
dit besluit verzot. U vind mijn standpunt volledig
in do rede, die ik als voor- zitter up de buiten
gewone algemeene vergadering gehouden heb; hief.
in Het Turnblad" van 13 November staat ze
afgedrukt, en waaraan ik eigenlijk niets heb
toe to voegen. Ónze damcsploèg Olympisch
kampioene van 11)28 behoort uit een oogpunt
van sport-eor haar titel op de a.s. Spelen te
verdedigen. Maar .do menschén hebben zich bang
laten maken voor do eenheid in het Verbond door
degenen die tegen Duitschland y.wnar wegende
bezwaren (dio ik overigens respecteer) hebben.
Neen ik vind het besluit onzin, ..Blödsinn";
dat woord hob ik ook gebruikt toen ik nn een
telegrafische' gelukwenst-h doof een Amerikaanse!)
comitévoor ? Fairheid in de Sport werd opgebeld
.uit Londen of ik hierop voor hun rekening niet
wilde bedanken met opgave van de redenen
voor' do niet-deelnnme. Dat comitéhoopte
daarmee de stemming in Amerika, het eenige
land waar het ook hier en daar wankel staat of
men deel zal nemen, te beïnvloeden."
Thans was het zaak het standpunt van de
tegenstanders in het Gymnastiek verbond t e hooron:
het technisch lid van het bestuur voor het
damesen jeugdturnen de heer G. C. van den Berg was
hier toe gaarne bereid: in een kleine werkkamer
kwam ik te zitten tegenover een ronden Hollander,
vol van eerlijke verontwaardiging over ?het. open
lijke eu officieele antisemitisme in Duitschland
en van een hartelijke kameraadschap voor zijn
Israëlitische sport makkers. Wanneer er niet
zooveel Israëlieten onder ons waren, zou ik
misschien nog wej anders over de deelname
gedacht hebben" maar onzo bondstrouw verbied
ons een zoo groote groep der onzen te kwetsen."
U moet wel in het oog houden," valt onze
zogsman zichzelf in.de rede, ,.dat onze bond een
eenigszins ander karakter heeft dan andere
sportorganigaties: er is onder ons een voel sterkere
DAS ALT E OLYlvïPlA
Duitschland traint zich voor de Olympiade: de
recordhouder kogelstooten Wbel/ner (16.21 m)
onderlinge band dwars door allo godsdienstige.
politieke en standsverschillen heen. Als ik een
brief teeken met turuersgroet", dan is dat voor
mij geen leeg woord. En dat zou het wel worden
als wij ons niets zouden aantrekken van. wat
tal van onze makkers diep grieft. Bovendien ben
ik zeer blij dat nu de eenheid in het Verbond i*
bewaard, die mulers zeker verscheurd zou zün."
Buiten de bestuursleden wilden wg thans ook
nog het oordeel van sportsman zonder off icieele
functies maar van een 'groote reputatie vragen.
Wie kon dit beter zijn dan Dr. A. Y. van der
Mtniien. kinderarts", zooals aan zijn huis staat,
of .,Gejus"Y zooals hij in de voet balwereld heet?
Ook hij kon het standpunt om niet te gaan. niet
goed keuren: Op wie goed meent te doen met niet
te gaan. moet in geen enkel opzicht druk worden '
geoefend ojn van dit besluit af te zien. Persoonlijk
heb ik b.v. meer respect voor oen Israëliet, dio
weigert te gaan dan voor ,een die wel gaat...
Maar omgekeerd moeten ook anderen, die 'ineenen
beter te doen geen oordeel over buitonlandseho
toestanden to vellen, niet verhinderd worden om
wel deel te nemen. Het sportief karakter der
Spelen .moot overwegen en een discussie over
Duitsche toestanden doet daaraan geen góéd. Hebt u
eenige discussie gehoord toen men aan déSpelen
in Los Angeles deelnam, over het weren.,van do
negers uit do Amerikaansche sport wereld? Xeen.
immers? Djt wil voor mij zeggen, dat er in doze
tegenactie politieke elementen zitten."
?" ???'? '. ??? ; ? , ? v; , ? ??., .?:
T\E conclusie uit deze gesprekken kan wel zijn,
?*-* dat* stond men na de uitwerping der Isra
,Jieten uit de Duitsche sport vereen jgingen nog vrij
voor de, keuze, deze dan zeker niet pp Berlijn
zou zijn gevallen, maar dat anderzijds zoo sterke ,
gronden als het apert schenden van de Olympische
grondregels?dat men Duitschland de Spelen zou
moeten onthouden, niet aanwezig zün. Wel zullen
er echter voor tal van menschen gronden genoeg
zijn om niet voor hun plezier haar B. crlij n te gaan.
'i
ZEIST
BOUWTERREINEN en HUIZEN
te kodp in het -Centrunv der Gemeente.
Inlichtingen: PARK KERSBERGEN
Kantoor; Montaubanstraat 4, ZEIST
Het oude Olympla: wandschildering In de'.Olymptadetreln. die als.
Propaganda voor de Olympische spelen door heel Duitschland rijdt
(U:
PAG. 5 DE GROENE No.3052
i '