De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 14 december pagina 9

14 december 1935 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

?f v ? ,»i i (? i j FORUM LEID6N5& DROGRAWA VERKOOP ALLLEN IN 7WEATEC1 T" YCORIS staat onder het perij j style van het Theater aan het Forum Leidense. Zij wacht. Haar lipjes zijn karmijnrood bijge werkt, de laarsjes van egyptisch slan genleer trippelen ongeduldig. Zij is een Romeinsch meisje, dochter van een rijk en machtig man. Maar zij droomt van een wereld, waarin niet het geweld, maar de liefde heersenen' zal. Zij ziet de menschen als hebzuchtigen en begeerigen naar macht over anderen en zij wil ze zien met den blik omhoog gericht en levend voor elkander. Zij verwacht Lucius Fulvius, nieuwen afgod der vrouwen, athleet, wagenrenner, auteur van las terlijke pamfletten op senatoren en consuls. Lucius is jong, bruut, sterk, juist dom genoeg om door te gaan voor leider in een wereld van oppervlakkige luidruchtigheid. Lycoris is een modern meisje, zij wil zelfstandig zijn en werken, en de menschen verbeteren. Ze is danseres geworden en derhalve vol overcompenseerend artistiek zelfbewustzijn. Sedert de diis weken, dat ze Lucius kent, heeft ze Julius Sempronius, den jeune premier van den tooneelspelers* troep, vergeten. Hij moest het afleggen tegen den cynisch-harteloozen athleet. Waarom? Wie peilt een vrouwen hart? Ze hebben afgesproken tegen het zesde uur. Lucius zal met haar rijden in zijn nieuwen wagen. Lucius ook is een man van den modernen tijd, vol onrust, zakelijk, hard. Lycoris voelt, dat hun rhytme harmonieert, dat ze iets voor hem kan zijn. Julius' droomend tempo is te langzaam! Hij is trouwens Vervuld van dj! schoone roeping der kunst. Misschien is dat een verouderd standpunt. Lycoris is jong. en reeds ervaren in speelsche exploitatie van de kwets baarheden zelfs van moderne mannen. Ze heeft gezien, hoe haar vader leeft.... Wie niets meer heeft dan zich zelf, wil leven. En wie heeft nog ?iets anders in een tijd,.die alleen het oogenblik aanvaardt, de sensatie en de snelle daad)* '? Maar zij wil meer! Ze weet het /zeker!' " ';..- ?''??? '?'??. i' ' ' i . ' ' ' ' " -«'?'"'. ^E glimlacht even. Zéherinnert *-* zich hun laatste samenzijn in den Circulus, .waar ze gedanst en gedronken hadden, gepraat over kunst en politiek tot diep in den nacht Het was er vol geweest met tooneelspelers en liedjeszangers, artisten van allerlei slag, 'pamflettenschrijvers .en wijsgeeren. Het kleine dichtertje niét zijn wandelstok en zijn brilleglazen aan een koord had zijn verzen aan Mars en Venus voorgedragen. Niet echter den oorlógsgod en de godin der liefde had hij op het oog gehad, maar de werkelijke planeten, want sedert jaar en dag stond hij met de Marsbewoners in een inter-asteraal contact en allen hadden hem toegejuicht en danig in de maling genomen, zonder dat hij er iets van merkte. Er was ook een vreemde man ge weest, met een baard en een goor hemd, die gesproken had over een pas ont dekten God, ergens in Palestina, tegen wien Jupiter het zou moeten afleggen. Gebruld en geschreeuwd hadden ze allemaal en Lucius had een Falerner gedronken op het eeuwige leven van Mercurius, den God der dieven en leugenaars. Lycoris was stil geworden en naden kend .... Toen had hij haar haar huis gebracht en pas tegen het middaguur was hij weggegaan om te baden in d thermen aan de Via Sacra. 11JTET een zachten schok stond de ? blauwe wagen stil voor hét theater. Een fluitsignaal en Lycoris zat aan Lucius' zijde. Langs de tabernae en cafeteriae van het Forum Leidense ging het langs de Via Gubernatoria in de richting van de rivier. Roeiers oefenden zich op het water, onder de breede, nieuwe brug gen door, voor de aanstaande olym pische feesten. Renwagens haalden elkander in en schoven langs elkaar heen in verbijsterende vaart. Genade loos en vroolijk stormde het leven voort. Niemand vroeg waarheen. Want een doel was er niet, alleen snelheid en kracht en de onuitgesproken vraag: hoe lang nog? ??'..'' Naast de eerwaardige bouwwerken, hechte werkstukken van een betrouw baar voorgeslacht, rezen lichte, vermetel-nieuwéwoonblokken.' In een drukke straat verdrongen zich matronae, mannen en meisjes, langs eindelooze rijen kramen met vruchten, groenten, bloemen, huisraad en klee ding/Op de drukste hoeken stonden bleeke jongelingen met verbeten tro nies." _;?"'.?.''.'?? ' . . ?, . Lucius wierp hun' nu en dan een .vreemd woord van begroeting toe, waarbij hij den arm uitstrekte op.de. wijze van de gladiatoren in de arena, als zij roepen:' " , Ave, Imperator, morituri-te salutantl Lycoris had dit nog* nooit bij Lucius opgemerkt.. Het mishaagde en ver ontrustte haar. Zij wist niet waarom .> Plotseling stopte .de wagen. Een menigte menschen ómstuwde twee vech tende mannen, die rolden over het zand. Lucius stond recht in-zijn wagen. Den arm gestrekt riep hij theatraal: Mannen-broeders) Volk van Rome l Moeten wij nog langer dulden, dat onze geliefde Vaderstad te gronde gaat door de verdeeldheid harer be woners? Eenheidls macht l Wij dulden slechts n enkele gedachte, déonze l De menschen keerden zich naar den fieren man in den wagen en schreeuw den plotseling fanatiek: Leve Lucius l VivatI Mannen van Rome l De tijd is niet ver meer, dat wij de staatsmacht in handen zullen nemen. Zelfs de Keizer, de goddelijke Augustus zal weten, dat Caesar niet zonder grond gevallen is. Hij streefde wel is waar naar de dictatuur, maar hij wilde het volk het denken niét verbieden I Wij... Vivat Lucius l Vivat Roma Aeterna! Lucius stapte uit zijn wagen, ging op de massa toe* haalde een korte, lederen rijzweep onder zijn tunica te voorschijn misschien was hij wel chef van een cohors geheime soldaten, dacht Lycoris opeens met ontsteltenis. Uit den weg daar l De menschen stoven op zij. » Ah, Lucius, onze Lucius l .Leve Lucius. Een hevig gefluit overstemde plotse ling het hoera-geroep. Uit een troep slaven scheen het te komen, die de vechtende mannen wilden scheiden. Zij stonden rug aan rug en hieven hun verwrongen gezichten naar den man met de zweep, die zelfbewust voortdrong tusschen de menschen door. Maar de half-naakte kerels stonden in een oogenblik om hem heen, een ondoordringbare ring van glimmende rompen en donkere koppen. Langzaam n onweerstaanbaar duwden ze hem terug, zoodat hij achterwaarts wijken moest tot bij zijn mooien blauwen wagen. Ze dwongen hem in te stappen en stonden toen als een muur. Lycoris had alles zien gebeuren. Eén oogenblik had .ontzetting haar gegrepen. Die bruut was haar Lucius, afgod der vrouwen, wie weet, aan staand temmer van millioenên l' Toen, opgejaagd door een kracht.van-binnen, was ze uit den wagen ge sprongen en begon terug te rennen, stadwaarts, terug, weg van dit schouw spel, wég .van deze verwildering. REN uur later liep ze 'over het *~* Forum Rembrandti te midden van de slenterende .léven-genieters, en lanterfanters, welgedane matronae, vermetele jagers van schoone dochters en schoonere moeders. Artisten met geplakte haren en donker-omrande oogen. Liedjeszangers, kunstenmakers, muzikanten, die in de Taberna Corona op zoek waren naar nieuwe engage menten en de wisselvalligheden van het leven-aan-de-kunst-gewijd lachend bespraken. Ze trof er enkelen van haar collega's aan een tafeltje in de Corona, haastte zich haar avontuur te vertellen. Nu zit je ermee, zei er een, ean had je Julius maar moeten vasthouden. Die is nu met Calumnia, troostte een ander met een klein beetje le«d vermaak. Jouw kansen zijn verkeken, meid. En dan te bedenken, hoe vér je -et had kunnen brengen bij zijn troep. Ze gaan een stuk van Petroniüs spelen, dat ze gedramatiseerd hebben. Daar moet in gedanst worden. Waarom zocht je hét ook ;.oo hoog? Zoo hoog l pruilde Lycoris, chn hield hij ook niet van me.. Maar ;-oo is het niet .. Jij hield zeker wel van hem' ??In een tijd, waarin de liefde een mythologisch begrip is geworden! Wat wil je? Wij kunnen alleen nog maar spelen, kind, n we moeten niet ja mmeren, als het spelletje uit is. UEN kwabbige kaalkop zakte *-* opeens als een stuivende meel zak aan hun tafeltje neer. Hij staarde Lycoris sprakeloos aan, amechtig, met uitpuilende oogen. Een soort uit h vleesch geboren extase straalde glim mend over zijn uitvloeiende wang complexen, hij breidde zijn korte armpjes, die in de plooien van zijn overkleed schuil gingen, naar rechts en naar links en lach-lispelde Lycoris toe met smeltende teëderheid. Jou heb ik gezocht l Jou heb ik noodigl Wie ben je? Neem me niet kwalijk, dat ik zoo maar mét de deur in huis val. Jij bent degene die ik zoek l In levenden lijve zit ze daar voor n: J i Mijn kuische Suzanna, mijn boet vaardige Maria Magdalena l Mijn aan-1 staande ster l Voor mijn film-drama l'J] Qua Vadis l Reuzefilm l Speelt in het heden en twee duizend jaar later. lic zal de menschen wat laten zien! Tempo l Tempo t Rillen zullen ze. beven en sidderen! Van de ene sen satie in de, andere l Een schlager rste klasse. Ik zoek me dol naar ten Kuische Suzanna, een Eva vóór den 'zondénval en een Eva na den zondenval I En daar zit ze l Daar zit zél Mijn Ster l Jupiter zal me gezond laten ? ? ?Maar nu weet ik nog niet hoe u heet, wie u is..., Ik heet Lycoris. Eén ontzaglijk geluksgevoel door stroomde haar: Film t ? Het nieuwe wonder t De nieuwe Kunst. De toekomst, waarin a! het andere, dans, tooneel, muziek zou opgaan. Het levende beeldenspel, dat hoog en laag in zijn ban gevangen hield . . het nieuwe middel, dat ze voor h'.ar idealen noodig had, wereld'avattehd . . . . Mag ik me even voorstellen. Ik t n de regisseur-eigenaar van de Lichtstad aan de Via Appia. Een ge weldige interpretatie van het moderne l, /en. Tempo l .Consuls en senatoren, p actoren en Caesaren loopen mijn d empel plat l Quo Vadis l Questio van twee millioenl Romeinsche film, nat^nale sfeer, internationale connect:;>nes tot in de landen die- nog ont dekt zullen worden. Het Romeinsche K izerrijk omvademt den geheelen O bis Terrarum, de heele wereld. En jii mijn Goudmijn, jij zult deel hebben ac:t de geheele aarde ! En do heele a. de aan jou I Ik zal je beroemd n \ken en rijk, nog beroemder dan 0< tavianus. Want jij bent een vrouw, Eva zelf, Suzanna en Maria Magdalena in n persoon. En je zult onsterfelijk zii.i. Je naam?.. . . Lycoris. Lycoris, Lycoris ? Wat is Lycoris ? D.-.t is geen naam voor de heele wereld. Je zult heeten Lilian Crofprdia, of M .rcella Diederica, Seréna Garbona Av.gusta .... Borgen het tweede middaguur laat ik je halen. Dan kom je naar mijn Li..htstad, stel ik je aan mijn medewt. -kers voor. Beginnen we met het gfotsche werk. ieurekal Heurekal Tot morgen t M rgen l Mijn Goudvischje. ?n een duizel zocht Lycoris haar woning op. De lichten van het Forum Rmbrandti schreeuwden en dansten. Menschen-massa's stroomden de vermaaks paleizen uit. De metropolis dacht nog niet aan rusten. * Statig rees témidden van het gewoel de donkere toren van den Templum Monetarium. Langs de stille Fossa droomden eerwaardig de eeuwen-oude patriciërswoningen. Lichtstrepen flit sten over het donkere water. Rome van toen, het Amster dam van heden, wat .. is het onderscheid? Menschen, altijd dezelfde menschen, dezelfde droomersl Altijd door is de zon opgekomen en ondergegaan. 'Ein deloos groot is het getal der seizoenen. die elkander zijn opgevolgd. Home is ondergegaan en weer op gestaan. Het nieuwe is oud. Het oude is nieuw. En openbaart zich telkens in een nieuw gewaad. ARN. SAALBORN DOET UW KINDEREN EEN PIEIIER IRACIEERf ZE OP O1IEBO11EN! DELFTSCHE S L A O L IE bekend eli de (ijntie olie voor oliebollen, sneeuwballen, eppelbelgneti en tnder leeslgebek CALV E-DE LFT o» ?r AMERICAN HOTEL AMSTERDAM LEIDSCHEPLEIN DINER, LUNCH*1 SOU P ER LOGIES MET ONTBIJT VAN/F 4.50 AF ALLE MODERNE COMFORT i Lakerol smaakt lekker en..... beschermt! Ukkerol laat op de teere adem* haUogsorgqnen «en beschermend laagje achter. Daardoor vermin dert 't gevaar van kouvatten. Gebruik daarom Lakerol regelma tig. Juist in dexen tijd van 't Jaar E A KEUOl de Wereldberoemde Paiiille. ??'i''l PAG. IC EN l? DE f KOENE No. 30SS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl