De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1935 21 december pagina 3

21 december 1935 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

?f p r-V * ? i t» «?? GEEN ZALIG UITEINDE Mr. M. Kann HET Abessijnsche geschil (of liever: de pro jectie daarvan in Europa) kan geen aanspraak maken op een zalig uiteinde". De kortzichtige compromis-politiek van Laval heeft Hoare zijn zetel gekost en Baldwin een flink stuk van zijn prestige. Voor Lavai's positie komt 't er niet op aan. Men weet sinds lang dat hij zijn mmisterieele dagen nog slechts rekt dank zij Herriot en een handjevol regeeringsgetrouwe Radicalen, die vast besloten zijn de verkiezingen van dit voorjaar af te wachten en voor dien tijd liever geen soesa aan hun hoofd hebben. Daar komt nog bij, dat Laval een figuur is, die noch imponeert noch medelijden wekt. Hij imponeert daarom niet, omdat zijn handig heid in het maken van compromissen veel minder op virtuositeit berust, dan op een volledige onge geneerdheid betreffende de aan te wenden middelen. Hij wekt geen medelijden, omdat het van voren af aan duidelijk was dat hij zijn aanbiedingen aan Mussolini toch niet gestand zou kunnen doen. En nog meer, omdat het sinds lang duidelijk is, dat hij zich bezighoudt niet vraagstukken, die hij eigenlijk niet kan omvatten, laat staan: waardeeren. Hij is een Realpoliticus in den slechten zin van het woord. De Idee" laat hem koud en dat is in dit geval juist waar 't om gaat. Het mag heel handig van hem zijn geweest, kalmweg voort te gaan met een politiek van schipperen, die in werkelijkheid tegen de Volkenbondsprincipes indruischte; en tegelijker tijd toch de houding aan te nemen alsof hij met de sanctie-politiek accoord ging. Niet: handig omdat het hem iets kon baten. Dat die politiek op een dood spoor zou leiden, stond te voren vast. Maar wél handig omdat hij telkens Engeland de kastanjes uit het vuur liet halen en zelf zorgde nog half en half solidair te blijven met Mussolini. Lavai's critici hebbén hem wel verweten dat hij zoodoende een ernstig precedent heeft geschapen, want dat in een volgend geval de Engelschen misschien ten koste van Frankrijk zouden aarzelen mee te doen?maar deer zit juist de fout in de redeneering van deze critici. Want dat is niet waar. Engeland zal, reeds om der wille van zijn eigen veiligheid, zich nooit beroepen op dit precedent. MEN kan de zaak n.l. bekijken van tweeërlei standpunt. Van dat, hetwelk wij met een afschuwelijk woord zouden willen noemen de Realpolitiek" en van een Volkenbondsstandpunt uit. . ?' . . . , . . ? ' ' ' '?"'.. Bekijken wij het eerste, het realistische, dan zien we de innige verhouding, die er bestaat tusschen de Westersche Mogendheden. Deze verhouding wordt gedragen door twee hoofdfactoren: door een zich bedreigd gevoelen van buiten af en door den hechten band tusschen Engeland en Frankrijk als belangrijkste weerstand daartegen. Waar deze be dreiging op dit oogenblik in de eerste plaats van daan komt, is duidelijk. Baldwin heeft er in zijn Lagerhuisrede geen doekjes om gewonden, toen hij zei: Iedereen weet dat het gebied voor de toepas sing der Volkenbondsbeginselen de volgende maal dichter bij Engeland zal liggen, dan dit met de Middellandsche Zee het geval is." Laval weet dus dat hij zich best kan veroorloven deze beginselen met voeten te treden, omdat in 't eenige geval dat voor hem werkelijk de nood aan den man komt, Engeland uit zelfbehoud tóch tot directe hulp verleening gedwongen is. Heeft niet dezelfde Bald win de metafoor geschapen, dat Engelands grenzen aan den Rijn liggen? Heeft Laval dus, realistisch gesproken, weinig kwaad aangericht en wij weten nu dat wij een beetje mogen lachen om de menschen die in dit jongleeren een in gevaar brengen van de Europeesche veiligheid zagen een concreet doel heeft hij er evenmin mee bereikt, omdat dat niet te be reiken was. Hij heeft alleen getoond dien anderen kant van de zaak, den ideèelenkant,[nitt gezien of niet begrepen te hebben. Want het ging niet om de knikkers, het gaat om 't spel. Men verwarre niet het woord ideëel met het woord idealistisch. Het begrip idealistisch" slaat op een nog niet bereikten toestand. Ideëel op een rede neering, een wijze van doen, een in 'n gegeven groepsverband geaccepteerde Code, die een bepaalde Idee belichaamt. Die dwingende regels voorschrijft om de Idee in stand te houden. Schijnbaar kan dan de tegenstrijdigheid tusschen het reëele en het ideëele optreden. Het nakomen van verplichtingen, die uit deze code voort komen, kan in een bepaald geval offers vragen. Concreet gesproken was dat voor Frankrijk het voorloopig verliesvan Italiëals bondgenoot tegen een onderstelden Duitschen aanval. Maar daar gaat het nu juist om: tegen iederen onderstelden aanval is immers deze Code gemaakt, is het Volkenbondshandvast nieuw leven ingeblazen, omdat men zoover gekomen was, in te zien dat tegen .een mogelijke agressie de hanteering der wereldeconomie, de oorlog der grondstoffen" een betere sanctie was dan welk zuiver-strategisch front ook. Men kan natuurlijk ook het tegenovergestelde standpunt kiezen, en zeggen dat men in al dat Volkenbondsgedoe nog niet het rechte vertrouwen heeft en dat een zuiver militair bondgenootschap een grooter waarborg van veiligheid biedt. Wanneer men de belangrijkheid der grondstoffenvoorziening (waaraan wij in deze kolommen reeds de noodige aandacht besteedden; Gr. van 30 Nov. en i4Dec.), De knuppel in het hoenderhok Teekening voor de Groene Amsterdammer van F. Hazeveld De rechterzijde dwong de Regeering art. 12 (concentratie van bijzondere scholen) Van het bezuinigingsontwerp terug te nemen buiten beschouwing laat, dan is daar inderdaad Iets voor te zeggen. Maar juist de ontwikkeling van het moderne oorlogvoeren heeft geleid tot de noodzake lijkheid van een ongelimiteerde grondstoffenvoor ziening. Men mag dus aannemen, dat de wereld beschikt over sterkere, zij het langzaam werkende, middelen, om het gevaar te keeren. Daarnaast zullen militaire bondgenootschappen zeker hun waarde behouden. Maar het is dwaasheid de Idee der Collectiviteit te ontkennen. ? IT1RAGISCH is de figuur van Sir Samuel Hoare. * Hij was eerst Eden als loods meegegeven, als ''t ware. Nu heeft Eden plein pouvoir gekregen, door zijn benoeming, zelf den koers te bepalen. Zal hij Laval nog op zijn weg vinden, als feitelijken tegen stander ? De Romeinen plachten het, wanneer zij er op uitgingen iets te ondernemen, als* een slecht voorteeken te beschouwen, wanneer zij struikelden. De moderne psychologie heeft geleerd daar iets meer in te zien dan louter bijgeloof. Déonzekerheid van het gemoed wordt als 't ware .tot uitdrukking gebracht door den faux pas". Zóó gezien, pleit Sir Samuel's faux pas op het Zwitsersch ijs sterk voor hem. Het is ook niet aan te nemen, dat hij zich de portee van de zaak niet heeft gerealiseerd. Hij overzag de zaken niet alleen beter dan Laval hij is zelfs de initiator van den nieuwen weg. Wij gelooven dan ook niet dat hij voor goed afscheid heeft genomen van de politiek. Hij heeft ongetwijfeld een groote fout gemaakt, door geen weerstand te bieden aan Lavai's inbla zingen. Maar hij was ziek en oververmoeid. Menig een kent uit eigen ervaring het psychologisch feno meen, dat men in een dergelijken toestand open staat voor een gedachtengang die onjuist is en toe stemt in een afspraak, die men berouwt zoodra men er achter is een misgreep gedaan te hebben. Dat neemt allemaal niet weg dat 't fout was. De zoo goed geschoolde Britsche publieke opinie zag dat terstond. Het Britsche kabinet erkende het. En wat van niet geringe beteekenis is: de meest gezaghebbende Fransche bladen beginnen nu de zaken in het juiste licht te zien. HET gaat immers niet om een militaire, maar om een ideSele demarcatie-lijn. Het zal niet helpen, wanneer de wereld uit opportunistische en op zich zelf misschien onweerlegbare beweeg redenen, de beslissende vraag uit den weg gaat. Want de kern van de vraag is: wie zal zegevieren, de Rede, of het Geweld? Hiertusschen loopt geen strategisch front, maar een geestelijke anti-these. Het is heel ongelukkig geloopen. Men meende Italiëingeschakeld te hebben in het stelsel dat tot taak had de Rede te verdedigen. Maar Italiëwas een slecht bondgenoot, niet omdat het militair zwak was, of politiek weifelmoedig het bewees het tegendeel in de Oostenrijksche kwestie maar omdat het de Idee verried. In het wereldverband bekeken, misschien op een .onbeteekenende plaats, en uit een oogpunt van koloniale politiek gezien misschien op dezelfde wijze als vroeger andere mogendheden hadden gedaan. Dat doet echter niet ter zake: Italiëdeserteerde het zoo juist bevestigde front der collectieve waarborgen. Hoe inopportuun het ook mag zijn (met het oog op andere dreigende gevaren) om daar tegen op te treden, is het niet beter om dat te doen voordat het nog meer inopportuun is? De verheerlijking van het Geweld, ten minste voor zoover deze verheerlijking een gevaar is voor den Wereldvrede, wordt gedragen door drie stelsels, in drie landen, door het Fascisme, door het Nationaalsoctalisme, door het Chauvinisme, in Italië, in Duiischland, in Japan. Nog heerscht er niet de minste gelijkheid van inzichten, niet de minste gemeen schappelijkheid van belangen, en voor zoover wij zien kunnen, geen enkele understanding tusschen' deze drie kampioenen. Maar zou dat op den duur niet kunnen ontstaan? Dan kan. het ook opportu nistisch geredeneerd nooit te vroeg zijn, om waar te maken, wat men bereid is met woorden te zeggen. WIJ constateerden dat, door het dood-geboren voorstel Hoare-Laval, de Volkenbondsactie geen zalig uiteinde" tegemoet ging. Want al is er niets terecht gekomen van het voor Mussolini zoo aanlokkelijk mogelijk gemaakte compromis, de doel bewuste actie van Genève ondervindt daardoor toch aanmerkelijke vertraging. Maar misschien'zit hier toch ook iets goeds in. Men is even stil blijven staanen heeft om zich heen gezien» De heele horizon is af-getuürd. Het gevaar van compromissen is be grepen. Men heeft erkend dat men de feiten niet kan fatsoeneeren ten koste van détheorie, van de Idee. Dat hét minder gaat om den strijd tusschen Italiëen Abessynië, dan om den strijd tusschen de Rede en het Geweld. Want dat is de hoofdzaak. Zoo bezien, is wellicht het heele incident een winst. Laat ons in ieder geval met deze hoopvolle gedachte het politieke nieuwjaar ingaan. PAG. 4 DE GROENE Ne. 3056 ** 4*f>» fnnsbrvcker Nordkettenbo/in, stat/on Seegrube *. ''^fri^-.(Foto Tïroltr Kunttvcrlag, Inntbruck' WINTERSPORT nillena en verse 'T *T"IE wintersport" zegt, zegt skilopen". W Stellig: het land van de eeuwige sneeuw biedt ook andere geneugten, waaraan men zich desgewenst te buiten kan gaan. Daar zijn in de eerste plaats de ijsbanen met hun door loudspeakers uitgezonden walsen en marschen, steeds dezelfde, die gij later nooit meer horen kunt zonder in gedach ten het gladde oppervlak met zijn glijdende, cirke lende, dansende figuren terug te zien. Wie ooit het voorrecht had, Sonja Henie of een andere ster bij haar dagelijkse oefeningen gade te slaan, behoudt de impressie, dat hij hier de ware levensvreugde, onbe zorgd en vederlicht, heeft zien uitbeelden. Daar zijn de razende sledevaarten, over het ijspad, langs* steile hellingen, spannend en gevaarlijk: de uitrusting der deelnemers alleen al, hun zware helmen, hun been- en armbedekking suggereren het riskante van deze sport. Daar zijn ook de wedt, rennen over het dichtbevroren meer, met hun kleurige menigte van diep in bontkragen wegge doken toeschouwers; het curling, dat in het begin heftig op des toeschouwers lachspieren werkt, om de bezadigde wijze waarop het gespeeld wordt, maar dat voor de insiders even spannend schijnt te zijn als welke sport ook, en aan even strenge regels onder worpen; gij zoudt u onsterfelijk blameren in de ogen van een curlingspeler, wanneer gij zijn dol lies" kegels" zoudt durven noemen ; het ijshockey, waarbij alleen experts zonder vrees of blaam aan de beurt komen; en de wandelingen van bezadigde lieden door de witte stilte. ? Maar de ski overvleugelt dit alles. De ski, die een goede 40 jaar geleden van de Noren geïmporteerd werd, en die nu in Zwitserland, Oostenrijk, ZuidDuitsland, Tsjecho-SIowakije, Italië, Frankrijk, Noord-Amerika/ Scandinaviëvele aanhangers telt, werd in die korte tijd de verpersoonlijking van het begrip wintersport". En daarmee kwamen tevens een serie problemen aan de orde van de meest uiteen lopende aard: technische vraagstukken, omtrent de bouw van de ideale ski; meteorologische en geolo gische vragen, sportieve kwesties er werden fede raties, bonden n comité's in het leven geroepen; kortom, de sportiievenden ontdekten een nieuwe wereld. Tot voor enkele jaren trok alles, wat zich een wintervacantie veroorloven kon, naar Zwitserland. Daarnaast is hu Oöstenrijk'op de voorgrond getre den: men is er niet uitsluitend op mondaine hotels aangewezen, maar kan er ook goedkoop terecht; ook buiten de wintersportcentra is gelegenheid te over om zich Op het skiën toe te leggen; de terreinvorming is er zeer verschillend, -zodat men er de geliefkoosde sport op allerlei wijzen kan uitoefenen. Het enige nadeel is het vroege smelten van de sneeuw in het voorjaar. Tot nu toe trok althans de toerist zich daarvan weinig aan: eind Februari is het skiseizoen voorbij, de wedstrijden zijn afgelopen, de gasten reuen huiswaarts. Maar dan is de skitijd voor de bergbewoners begonnen. Dan schijnt de zon mét kracht, dan is déhemel hardblauw, en tovert het licht de mooiste kleurschakeringen in de sneeuw. e vraa gstu kk en .RuweHuid .'.?;): ,_-._??-,:? Ruw e Handen [ PU ROL .RuweLippen ) DOOS 30 cent. Dan kan men werkelijk -in badpak skiën, en een zwart-bruine tint mee naar huis brengen. Maar in deze tijd is ook het lawinegevaar het grootst. Het ontstaan van een lawine is afhankelijk van: de steilte der helling, de gladheid van de onder grond, het hechten van de sneeuw aan de onderlaag, en de samenhang van de sneeuw zelf. De lente is voor de beide laatste factoren ongunstig. Ondanks dit alles wordt het skiën in het voorjaar sterk aan bevolen, waarbij men dan maar de gevaarloze plekken moet opzoeken. Ook in de zomer ski-t men tegenwoordig; voor de mededingers bij de a.s. Olympische spelen te Garmisch Partenkirchen was het zelfs noodzakelijk, om de afgelopen zomer in training te blijven. Zwitserland organiseert jaarlijks Sommer-ski-rennen." Natuurlijk moet men zich in het warme jaargetijde beperken tot de hoog gelegen gletschers, en is ook de sneeuw niet van dezelfde kwaliteit als 's winters, terwijl het gevaar lijk zou zijn, zich niet aan de aangegeven terreinen te houden.'Ook in Zuid Tirol, in de Adamellabergen, worden des zomers skirennen gehouden; een 3000 M. hoog gelegen berghotel biedt den renners onderdak. "17 R wordt telkens weer de nadruk op gelegd, dat ?E/ skiën een volhsspott is, en dat het daarom niet aangaat, beladen met een zware bundel ski's op de renplaats te verschijnen. . Er moest dus gezocht worden naar een soort eenheidsski", die zowel voor de rechte baan als voor de slalom bruikbaar zou zijn. Toen de Noorse Telemark-ski voor Midden-Europa niet mér vol deed, heeft eerst de skireformator Matthias Zdarsky, , hebben later Seelos, Furrer en andere grootheden gepoogd, de juiste vorm vast te stellen. Men heeft die nu wel ongeveer gevonden, maar tevens ontdekt dat persoonlijke elementen, als lichaamslengte en -gewicht, voor een juiste bepaling van de skilengte behoren mee. te tellen. . Een andere, thans zeer actuele kwestie, die in andere takken van sport allesbehalve een nieuwtje mag heten, is het vraagstuk amateur-professional. Aan de a.s. Olympische spelen te Garmisch-Partenkirchen, die >van 6?16 Februari gehouden zullen worden, mogen n.l. geen skileraars deelnemen, daar zij als professionals worden beschouwd. Hiertegen 'zijn krachtige protesten opgegaan, maar tevergeefs. Het Oesterreichische Ski-Verband heeft daarop 'voor 21 en '22 Februari F. I. S. Abfahrts- en Torlaufrennen uitgeschreven, te Intisbrück, waarbij dus wél skileraars mogen mededingen. . Dat ook in Nederland vele ski-enthousiasten zijn, dat wij zelfs een vertegenwoordigster naar de Olym pische spelen kunnen zenden in de persoon van freule Schünmelpennittck van der Oye, het moge ijdel klinken, maar: het pleit voor ons! Waar ons land geen noemenswaardige gelegenheid biedt tot trainen, zodat wij ons verre reizen moeten getroos ten om de sport te beoefenen, is het een verblijdend verschijnsel, dat wij twee bloeiende ski-verenigingen, gecombineerd tot een Nederlandse' Ski-bond rijk zijn, die reeds het vorig jaar, een half jaar na de oprichting .yan de Bond, in Kitzbühel Nederlandse .kampioenschappen kon laten bevechten. Waar vooral Oostenrijk, maar ook Zwitserland den toerist allémogelijke kortingen toestaat, is het geen wonder, dat deze meeslepende sport voortdurend meer aan hangers tot zich trekt.. Wij kunnen niet anders wensen dan dat het zoo door mag gaan, tot leeringhe ende vermaeck van sportief Nederland l N. W. W. PAG. S DE GROENE No. 305* t? "

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl