Historisch Archief 1877-1940
BIJ DEN ZESTIGSTEN JAARGANG
MET dit nummer van de Groene Amster
dammer, no. :H)57 van i Januari ID.'Ui,
gaat ons weekblad zijn <H>e jaar in. Op
den l en Juli 1S77 verscheen het eerste nummer
van ,,De Amsterdammer, weekblad voor Han
del, Industrie en Kunst", dat van heel wat klei
ner formaat was dan het tegenwoordige week
blad, dat slechts s bladzijden telde, dat geen
enkele illustratie noch politieke caricatuur be
vatte, evenmin eenig geteekend artikel en waar
op geen namen van redacteuren vermeld waren.
l itgevers waren de Heeren Ellerman, Harms
en Co., Rokin ? te Amsterdam, welke vennoot
schap nog altijd onze drukker is.
Men heeft steeds den eersten onvolledigen
jaargang van 1S77 den eersten ,,jaargang" ge
noemd. Begin 187 S ging het tweede jaar in,
zoodat thans met 1!KW het <><>e jaar ingaat, hoewel
het weekblad dus inderdaad slechts S1 ?.jaar
bestaat. Xog altijd een respectabele leeftijd.
Eerst in l SS(» werden als redacteuren vermeld
de Heeren De Koo en Justus van Maurik, die
gedurende een groot aantal jaren op het
redactiebureau den schepter hebben gezwaaid. De Koo
werd opgevolgd door Mr. Wiessing, deze door
Prof. Dr. J. A. van Hamel en deze op zijn beurt
door Prof. Kernkamp, wiens plaats ik in l'X*'.»
heb ingenomen.
Aan de kleur van den omslag ontleende het
blad in den volksmond den naam van de Groe
ne", later ook in den kop vermeld.
Het nummer van 3 October 1880 bevatte
voor het eerst een politieke caricatuur van Johan
Braakensiek. Gedurende bijna een halve eeuw
heeft Braakensiek geregeld zijn bijdragen aan
ons blad geleverd. Toen ik in het voorjaar van
?l DM0 een reis maakte in de Vereenigde Staten en
een Amerikaansch journalist ontmoette, die in
Amsterdam was geboren, doch in 10 jaren niet
in Nederland was geweest, waren de eerste
herinneringen, die het noemen van de Groene
Amsterdammer bij hem opwekte, de namen van
Justus van Maurik en van Johan Braakensiek.
WIE de ">9 jaargangen van ons weekblad,
die verschenen zijn, doorbladert, ziet in
de caricaturen, de illustraties, de onderwerpen
van de artikelen en de namen van de medewer
kers het geheele openbare leven van Amsterdam
en Nederland gedurende die periode aan zich
voorbijtrekken. Een hoogleeraar in het staats
recht heeft eens een cursus aan een volksuniver
siteit gegeven over de ontwikkeling van het
staatkundige leven van Nederland gedurende
een halve eeuw, geillustreerd door politieke
caricaturen van Braakensiek. Welk een ontwik
keling heeft dat openbare leven in (30 jaren door
gemaakt en wat een veranderingen zijn inge
treden.
Ik geef een korte bloemlezing uit de onder
werpen, die in het eerste jaar, 1877, waarin dus
slechts i<"> nummers zijn verschenen, werden
behandeld.
In het eerste nummer werd herinnerd aan de
grootsche plannen, die omstreeks dien tijd wer
den gekoesterd en ten deele verwezenlijkt: de
doorgraving van Holland op zijn smalst door
het Noordzeekanaal, de stichting van het Rijks
museum en van het Paleis voor Volksvlijt, het
uitbreidingsplan van Sarphati, de omzetting
van het Atheneum Illustre in een hoogeschool,
de eerste groote parken in Amsterdam: het Von
delpark en Ar tis, beide gesticht en ook thans
nog altijd beheerd door particulieren.
In het nummer van 12 Augustus 1877, No. 7,
wordt gewezen op het groote belang van een
gemeentelijke openbare hoogeschool. T s dat een
behoefte, een voordeel of een geoorloofde weelde,
Wdórom met vreemden
inhoud klinken
En 't Nationaal product
niet drinken f
D* Nederlandiche
Boli Likeur
H««ft wereldnaam. It
«uoerleur
zoo luiden de vragen van den onbeken*n schrij
ver. De wetenschap moet niet langer iuhet
afgetrokkene beoefend worden. Er dient '.i nauw
contact te komen tusschen het maatschappelijke
leven en de wetenschap, in beider belan» Voor
speld wordt, dat de omzetting van het iloude
Atheneum in een hoogeschool beteekent u» ont
wikkeling van een instelling, die tot de bloei
der stad in alle opzichten zal bijdragen. Bezeer
is deze voorspelling in vervulling gegaan.
De Amsterdammer van ?,'<? Augustus iS77
bevat een welsprekend pleidooi ten gunstevan
het weder in gebruik nemen van het palei op
den Dam tot stadhuis. ,,Er rust een heilige p'Hit
op geheel Nederland," zoo luidt de conclusie m
dat artikel, ,,dat aller krachten samenwerken-n
aller bijdragen samenvloeien, opdat het
Amst--damsch paleis weder stadhuis worde." Ho
vaak is sindsdien voor het zelfde ideaal in 01.
weekblad het pleit gevoerd. Bijna «'»»> jaren zou
den voorbijgaan, meer dan :Jmn» nummers var
het blad zouden verschijnen en eindelijk zou 'de
beslissing vallen in een geheel anderen zin, dan*
werd aanbevolen. Moge die beslissing Amstc
?dam nimmer berouwen.
Eenige weken later wordt het opzienbarende
feit onthuld, dat in een winkel in de Huiden
straat springkogels of ontplofbare kogels zijn
te zien. Zij worden gebruikt op de leeuwenjacht.
De wensch wordt uitgesproken, dat zij nooit in
den oorlog gebruikt zullen \yorden.
In het nummer van x*0 October wordt onder
het hoofd Monopolie of concurrentie" het
vraagstuk besproken, of de gemeente een eigen
drukkerij, een eigen gasfabriek en een eigen
omnibusdienst moet exploiteeren. Hoewel de redac
tie die mogelijkheden niet geheel wenscht uit te
sluiten, acht zij zich 'toch verplicht op de geva
ren te wijzen.
Het nummer van '.» December 1877 bevat een
warm pleidooi voor het stichten van een....
Volkenbond. Er zal een vertegenwoordigend
college moeten worden gevormd, waarheen alle
leden van den Volkenbond hun afgevaardigden
zenden. Ter uitvoering van de bevelen van dat
college zal het de beschikking moeten hebben
over een leger, waartoe iedere staat zijn aandeel "?
zal leveren in manschappen of in geld.
DE vermelding van deze enkele bijzonder
heden zijn voldoende om tédoen zien, dat.
hoezeer Amsterdam, Nederland en de wereld in
die 00 jaar veranderd zijn, de groote problemen,
waarom het. gaat, dezelfde blijven. Nagenoeg
geen enkel vraagstuk vindt zijn definitieve op
lossing. Een bepaalde generatie meent die oplos
sing gevonden te hebben. Gedurende tientallen
jaren leeft men in die gerustheid. En dan blijkt
plotseling, dat men zijn vertrouwen in een
kaartenhuis heeft gesteld.
Maar zelfs al blijven de vraagstukken \eelal
onopgelost^ steeds bestaat er behoefte, en in
dezen tijd meer dan ooit, aan de voorlichting
van de publieke opinie. Aan die taak hebben
dtredacteuren en de medewerkers van de Groent
Amsterdammer in die <»o jaren hun beste krach
ten besteed en zij zullen dat ook in de toekomst
blijven doen.
Ons blad onderscheidt zich daarin van allo .
dagbladen en van nagenoeg alle weekbladen v:ui
denzelfden aard, dat bijna al onze artikelen
orderteekend zijn. Hoe dikwijls ontyanpr.n \\ii
nkt verontwaardigde blieven over bepaalde
artikelen, die opgenomen werden. Hoe kan de
redactie het daarmede eens zijn !
En telkens opnieuw moet geantwoord wordt/n,
dat het opnemen van een bepaald artikel' geens
zins beteekent, dat de redactie het met den
inhoud, daarvan1 eens is, doch slechts dat Mer
een denkbeeld wprdt verkondigd, dat wij de
vermelding en de overweging waard achten
Wie uitsluitend lectuur verlangt, die hem in
geen enkele overtuiging schokt en slecht * be
vestigt, wat hij zelf reeds had kunnen'ont
dekken, kan ons blad beter ongelezen l-ten.
Maar wie den moed bezit een eigen, zelfsta dige
overtuiging tévormen en wie belang stelt i i het
vernemen van opvattingen, diégeenszinsAltijd
met de algemeen gangbare stroken, vindt i ons
blad het materiaal, om zich die overtuig: % te
verschaffen.
Dat beschouwt de redactie als de roepir.:; van
de Groene Amsterdammer en aan die roeping
hopen wij ook in de toekomst getrouw te hhjvn.
A. C. JOSEPHI/S J ITT A
«"AG. 2 DE GROENE No. 5057
JUSTUS VAN MAURIK.
DE WER
EBLINDDOEKT
,.£ Hooge Commissaris uan den
voor de organisatie tot steunv
emigratie van . Duitschc [vluch.
Amerikaan James G. MacDonald. heeft
ingediend. Dit ontslag heeft mj nader .
in ten uitvoerig schrijven van zijn Londsrr
uit, gericht tot den heer Avenot, Secritv*!
van den Volkenbond. _,
Wij hoeven niet in détails te treden, wa. 'l
bttreft. De feiten en overwegingen, die /ir j
r i'/ n bij alle _ beschaaf de lieden bekend, /j
'uak niet alleen de zorg voor Joodsche m
omvat want de kerkvervolging heen
weinig Protestanten en Katholieken ti
genoopt i's dit toch verrewig de hoofdz
Neurenberger Wetten'7 is dit een
hopgeworden. De eenige consequentie die t
ziet, is een gezamenlijk profes: van de V
mogendheden te Berlijn.
,,Meer dan een half millioei mensch,
vertrapt. Particuliere filanthropiëkan
dan tekort schieten om dit lijdt-i, dat stee,
wordt, te verzachten." MacDor.ald voegt /
Overtuigd als ik ben, dat wanhopig lijder
tijd onvermijdelijk is in die landen, die a
land grenzen, en nog veel meer binnen
grenzen zelf, tenzij er een dam won'
tegen de strooming die in het Derde Rijn
deze stroom in tegengestelde richting u.
kan ik niet blijven zwijger^
Kann
Tegenover de nationaalsocialisten schijnt de wereld
TV "T "T, r, --i ^f±'"±tv^±«f^±^
L> «"r ...*. ">°?°<>*J°< '.'««"?rf mt, Jat men ach in £ betrektüngen met dergelijke
heeren zou kunden verlaten op die regels en conventies
in het ouderling verkeer tusschen fatsoenlijke
schen gelden. Men komt bedrogen uit, wanneer
wi dat doet met lieden die zelf aan deze conventies
^ich niets gelegen laten liggen.
Het is de groote ? out van hen, die richting geven aan
<ie publieke opinie, dat niet te hebben ingezien. En
het zal steeds blijken dat iedere politieke actie, die ten
doel heeft een dam op te werpen tegen het
nationaal\socialisme, moet falen, wanneer zij de openlijke
erkenning en de consequenties niet aandurft van het
inzicht dat iets geen interne aangelegenheid" is,
wanneer het indruischt tegen de grondbeginselen der
beschaving en doqr zijn uitwerking de belangen, zelfs
maar de geestelijke belangen, van anderen schendt.
". Het is een cynisch standpunt maar de wereld
geschiedenis schijnt dat standpunt te rechtvaardigen
dat men zich er evengoed mee vergenoegen kan, af te
wachten tot de barbarij haar eigen graf graaft. Wij
schijnen door zooveel geweldadigheid afgestompt,
wij ons tegen vergrijpen jegens de menschelijkheid
\t eerder te weer stellen dan nadat wij er ook de
lade van ondervonden hebben. Wanneer wij kunnen
zeggen dat nu dan toch langzamerhand deze interne
aangelegenheden" van anderen onze belangen in
hevige mate aantasten. Maar moet het heusch zoolang
duren? Moeten wij aan het nationaalsocialisme de
bestrijding van het nationaalsocialisme overlaten?
De onmacht van James G. MacEM _
vooral hierop teruggevoerd worden, t/af MacDonald heeft, door zijn demissie, de wereld de
eerste plaats aangewezen was op particid\ gelegenheid gegeven zich vanden dommen blinddoek
en particuliere weldadigheid. Iets van b^ ^ontdoen. Hij heeft gezegd dat dit geen nut had.
daardoor dan ook nooit kunnen uitrich\ Dat meer dan een half millioen Joden en
tienduizenDe instelling tot hulpverleening is e:h ?n Christelijke met-Ariërs" moreel, materieel en
Volkenbond uitgegaan. De Bond heef' , "duarulijk te gronde gericht worden, tenzij de wereld
Commissaris benoemd. Verder durfde hi "» *» '"terne ^aangelegenheden" ingrijpt. De
Het was Nederland, dat in de Volk», vervolging van Christelijke geestelijken voegt aan
dering van '34 het initiatief mm tot hd* &* gallen nog eenige honderden toe. MacDonald
?van een medium w hulpverleening, r. ^tdathtj zich niet tevergeefs tot de Christelijke
? ? , t ? kerkgenootschappen wendt.
Van het begin af aan was de f out h: De. Amerikaansche publieke opinie (de kranten
dat men de zaak aan het particulier imn, getuigen dat) zijn op zijn hand. In Engeland wint ook
en er geen publieke zaak van durf d-.' ?" 'J*?' veld dat men niet steeds maar lijdelijk
consekwentie, immers, van een ruim^jb olijven toezien. Churchill maakt zich van deze
zou ongetwijfeld zijn geweest dat de betr<r*°min8 «e woordvoerder. Politieke consequenties
zich tegenover Duitschland zouden » |«an men ctaarwan wachten, zoodra de tegenwoordige
zich zouden h'bben bemoeid met Dm.lmoetllJkheden tot ?*?< verteden behooren hetgeen
interne aangelegenheden. MacDonald f J**?' genoeg nog maanden duren kan. Maar het
schrijven aan den Secretaris-Generaal t-,.f ?Bfg{ai»a van Gladstone is nog niet dood.
dat men dat c p dit oogenblik dan toch . Wetens evenveel nut als een politieke actie kan
wet zat moet? doen. intusschen de bewustwording der publieke opinie
heb'Men heeft in 1934 gemeend de kooi oen. De wereld moet dezen blinddoek afrukken en
6ekunnen s per tn; den emigranten hulp 2KnJÏ-i- «*?**'? m.ens^UJ^ beschaving be
en tegelijk den Duitschers het gevoel te }:?>
zich niet wilde bezig houden met datgene
alleen tot de competentie behoorde van
antwoordelijl< waren voor de wijze u
Derde Rijt de macht werd uitgëoejc
struisvogelpolitiek wast moet aan ieó
nadenkt, terstond duidelijk zijn. Het ee*}
hulpverleening was het eigenlijk'
tiveede. runt de niet-inmenging
daarover kun men rich ccharnen /
Dan zat zij tot het inzicht komen, hoe
is deze bedreiging niet te witten zien en
m dat, wat elders gebeurt, ons niet aangaat.
[og is het tijd, maar eens kan het te laat zijn.
wij ons de woorden van den grootsten aller
?hèdichters te binnen brengen;
foch st es Tag. Da rïihre sich der Mann,
Nacht tritt ein, wo niemand wirken kann.
ENGELAND, dat in de laatste donkere dagen
van het afgeloopen jaar een grooten zoon
verloor, Lord Readtng, de vroegere Sir
Rufus Isaacs, beroemd als jurist, staatsman en
onderkoning van Indië, en den zeventigsten ver
jaardag vierde van Rudyard Kipling, bij wiens
naam iedere verdere vermelding overbodig is
Engeland blijkt zijn plaats in den rij der
volkeren niet te verlaten. Het is niet alleen Lindbergh
die er beschutting komt zoeken, opgejaagd en ge
vlucht uit een leven dat geen enkele intimiteit
meer onbedekt liet. Een belangrijker en
grootmachtig figuur roept de bescherming van het
Britsche Rijk in La val.
Daardoor redde de Fransche Premier zijn minister
schap. Met een ontstellend kleine meerderheid,
ditmaal, en waarschijnlijk voor de laatste maal
behaalde hij de overwinning op het parlementaire
slagveld. Hij gaf zijn politiek van voorzichtige
obstructie tegen de Volkenbondspolitiek prijs,
omdat hij na de duidelijke uitspraak van de
Engelsche publieke opinie en Hoare's val vreesde
het voortaan zonder Britschen bijstand te moeten
stellen. Dat was, voor het geval dat het ernst"
zou worden, een somber vooruitzicht. Want de
onmogelijkheid met Duitschland tot overeenstem
ming te komen staat in al deze onderhandelingen
als een dreigend gevaar op den achtergrond. De
plotselinge dood van Roland Koster, den Duitschen
gezant te Parijs, die persoonlijk het nationaal
socialisme niet na stond, doet weer n van de
toch al zwakke zekeringen doorslaan. Het sprak
dus vanzelf, dat Laval van twee kwade vooruit
zichten het beste koos, de Britsche bescherming,
of liever gezegd: de wederkeerige bescherming,
d.w.z. de Volkenbondspolitiek.
Laval heeft het gehaald met de hakken over de
sloot. Reynaud, die hem aanviel, was geen figuur
van den eersten rang. In diens eigen fractie bracht
Tardieu den genadestoot toe aan Reynaud, die
vroeger als devaluïst al eens in oppositie was
gegaan. Deze moest ontslag nemen uit de
kamerfractie. In Frankrijk, waar immers alle
parlementaire misbruiken vandaan komen, be
teekent dat: bedanken voor het kamerlidmaatschap.
Voor Mussolini was de bevestiging van de
Fransch-Britsche banden een tegenvaller. Maar
het bood hem de gelegenheid om te zeggen dat hij
het niet geweest was, die de vredesvoorstellen had
afgewezen. Hoe het nu verder met de Abessynische
kwestie gaan moet, is nog niet duidelijk. Militair
gaat het den Italianen slecht genoeg zoodat de
andere mogendheden zich kunnen veroorlooven
nog eenigen tijd te wachten met verscherping der
sancties en toepassing van het petroleum-embargo;
waartoe intusschen Roosevelt den weg bereidt met
zijn congresrede, die embargo op olie, katoen
enstaal aankondigt.
Intusschen zal de luchtaanval op het Zweedsche
hospitaal de Volkenbondslanden zeker niet mild
stemmen tegen Italië. Deze barbaarschheid zal
Italiëduur te staan komen.
Men mompelt ~ dat nieuwe vredesbesprekingen
het motief zijn van de reis van den Belgischen
koning naar Londen. Indien dat waar is, beteekent
dat, dat deze voorstellen niet meer in de eerste
plaats met Mussolini besproken zullen worden,
maar met Koning Victrr Emanuel, den
srhoonvader van Koning Leopold's zuster. Banden van
vorstenhuizen houden nog wel eens het contact
in stand, waar diplomatieke betrekkingen falen
een dictator tot rede te brengen.
DICTATUREN zijn zonderlinge instellingen.
Venezuela toont dat voor de zoóveelste maal
in de geschiedenis. La dictature est mort, vive la
révolution f Zelfs wij, nuchtere Nederlanders, zijn
er door opgeschrikt en zorgen door uitzending
van mariniers nu dat wij niet opnieuw voor
Curagaosche verrassingen komen te staan.
De historie zelf bewijst de dwaasheid, zinledig
heid en nutteloosheid van een stelsel dat de pretentie
heeft voor goed orde op de zaken te stellen" maar
6lf GROENE No.3057
dat er slechts in slaagt telkens'weer'aan te toonen
dat orde" zonder de noodzakelijke basis van een
werkelijke rechtsorde een hoogst vergankelijke zaak
is. Zóó vergankelijk, dat het met den dood van
den dictator ook met de orde gedaan blijkt te zijn.
Het is leerzaam hier nog even bij stil te staan.
Generaal J uan Vicente Gomez, de oudste dictator
naar anciënniteit en leeftijd, kwam laat (na zijn
vijftigste) in de politiek. Hij heeft het lang vol
gehouden. Niet minder dan zevenentwintig jaar
bleef hij aan het bewind, waaraan slechts een
natuurlijke dood hem vermocht te ontrukken.
Niet alleen in dat opzicht bracht hij het er beter
af dan anderen dat vóór hem gedaan hebben en
na hem zullen doen. Hij heeft zijn land overigens
niet slecht bestuurd, al heef t hij zelf in dien tijd een
kolossaal fortuin vergaard. Zijn grootste verdienste
bestond evenwel daarin, dat hij het met de belang
rijkste petroleummaatschappijen op 'n accoordje
gooide. Ze mochten hun gang gaan, mits zij zich
niet met de landsaangelegenhedën bemoeiden.
Verder hief hij een flink uitvoerrecht op aardolie.
Na verloop van tijd stonden dank zij den ge
weldigen olie-uitvoer 's lands financiën er
opperbest voor. Een buitenlandsche staatsschuld bestaat
niet meer. De stabiliteit van het geldwezen is voor
beeldig. Wanneer er nu geen gevaren dreigden,
zou Venezuela zeker als economisch-sterkste van
aller Z.-Amerikaansche staten de depressie over
winnen.
Zoover is het echter nog niet. Want voor n
ding heeft de dictatuur van Generaal Gomez niet
kunnen zorgen omdat een dictatuur daarvoor
eigenlijk nooit kan zorgen, wil zij haar ware wezen
niet verloochenen voor een stabielen grondslag
van het wettig staatsbestel. Wel oefende, in naam,
een nationale vergadering de wetgevende macht
uit, maar tegenstanders van den president werden
daaruit onherroepelijk verwijderd, zoodra zij van
genoeg moed blijk gaven om niet langer op alles ja en
amen te knikken. Met de Rechten van den Mensch",
met de alledaagsche en noodzakelijke politieke
vrijheidsrechten is persoonlijke dictatuur nu een
maal onvereenigbaar. Geregeerd wordt slechts
krachtens den wil, krachtens de willekeur van den
machthebber. Vervalt deze vorm van gezag op de
een of andere wijze, dan is er niets. ledere werkelijke
basis van het rechtsgezag, hetzij levend constitu
tioneel recht, 't zij politieke traditie, ontbreekt.
Chaotische toestanden hernemen hun loop.
ZUID-AMERIKA boeit ons nog uit anderen
hoofde. Uruguay heeft den gezant van
SovjetRusland zijn paspoort overhandigd. Het besluit
van de regeering te Montevideo tot het afbreken
van de diplomatieke relaties met Rusland wordt
als volgt gemotiveerd:
In Braziliëwaren troebelen uitgebroken. Daarbij
is vastgesteld" dat de opstandelingen financieele
ondersteuning genoten hadden. De uitbetalingen
konden wel niet nagespoord worden, maar men
bracht ze in verband met aan toonder uitgegeven
cheques, die door het Sovjetgezantschap in Uruguay
waren uitgeschreven. Een verdere aanwijzing zag
men in de aanbeveling van het jongste internationale
communistische congres om voortaan niet alleen
meer samenwerking te zoeken met communistische,
maar ook met andere partijen. Deze verdere aan
wijzing" maakt de aantijging nog zwakker.
Minkin, de Russische diplomatieke vertegen
woordiger te Montevideo, ontkent dat zijn gezant
schap zich ooit zou hebben ingelaten met zaken
buiten de betrekkingen Rusland?Uruguay.
Het is moeilijk uit zoo weinig gegevens een
conclusie te trekken. Wij kunnen ons voorstellen
dat de regeering van Uruguay er dévoorkeur aan
geeft bij de pas weer bevestigde autoriteiten van
Braziliëin een goed blaadje te staan, waarvoor
zij de vriendschap met Sovjet-Rusland dan maar
laat waaien» Ons komt de historie nog heel wat
ongeloofwaardiger voor dan indertijd de Engelsche
Zinovjef-letter". Met de Russische politiek van
het laatste jaar zouden dergelijke intriges zeker
niet te rijmen zijn. Regeering en partij zijn niet
langer een twee-eenheid. En de politiek tot be
vestiging van den wereldvrede, die door het volks
commissariaat van buitenlandsche zaken zoo hard
nekkig wordt gevolgd, zou hierdoor volkomen
worden doorkruist.
Onze pers heeft nu niet bepaald successen kunnen
boeken .'-hoe voortreffelijk zij ook doorgaans inge
licht mag zijn) met berichten en commentaren