De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 15 februari pagina 2

15 februari 1936 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

v EEN WONDE PLEK itmmimiiiiiiimiiiiiiiiiiHii i *???* Mr. M* Kann Gekleurde rassen rn wereldpolitiek DE Abessynische oorlog heeft een tweede gezicht" een kant die'in beschouwingen over de gebeurtenissen van den dag zelden naar voren wordt gekeerd en die in politieke besprekingen liefst geheel wordt verzwegen. Dat is de kwestie: blank en bruin, de voogdij van blanken over inlanders die iedere koloniale politiek mee brengt. De Italianen hebben tenminste ronduit gezegd waar het op neer kwam. Abessyniëwordt bewoond door een conglomeraat van gekleurde volkeren, die onder de heerschappij staan van de Amharen, de eigenlijke Abessyniërs, die welhaast een heerschers-kaste vormen. Dit is wel wat heel bondig uitgedrukt, maar dit is toch de feitelijke toestand. De staat is er nog zuiver feodaal georganiseerd. Tegenover deze structureele achterlijkheid staat het feit dat de Ethiopische regeering vele hervor mingen entameert op een wijze die gericht is naar de behoeften, de mentaliteit en het begripsver mogen der bevolking. Dat gaat heel langzaam. De Italianen voelen het als hun roeping nu op hun beurt als koloniseerende mogendheid op te treden. Dit is een materie waarover wij, Nederlanders, beter kunnen oordeelen dan de Italianen, die iedere ervaring missen in zaken van koloniale opvoeding. Ook wij hebben daarin onze fouten gemaakt. Wij hebben ons eerst aan dit alles niets gelegen laten liggen en onze koloniën enkel als wingewest beschouwd. Daarna is, onder den invloed van mannen als Van Deventer en Van Vollenhoven, een andere geest doorgedrongen. Een geest, die korten tijd in het extreme oversloeg, toen, zooals onlangs de koloniale redacteur van het Handelsblad het zoo treffend uitdrukte, de taak der koloniale opvoeding werd overgenomen door de epigonen van groots mannen." Langzamerhand is nu een objectiever zienswijze doorgedrongen, die rekening houdt met het feit dat aan volledige staatkundige ontvoogding der inlanders niet kan worden gedacht voordat de cultureele en rechts-normen, die in een ontwikkelden staat gelden, daar ook waarachtig begrepen, doorvoeld en doorleefd worden. Hetgeen juist door de gebondenheid aan het eigen geestes leven der inlandsche bevolkingen een gebonden heid, die door het nationaal ontwaken groeit nog tijden-, en tijden op zich zal laten wachten. Wat onze koloniën betreft mogen wij er niet aan denken deze voogdij op te heffen. Even goed ondanks als wegens het nationaal ontwaken. Het is ons recht en onze plicht den bestaanden band in stand te houden. Ook voor verre toekomst behoeven wij ons geen zorg te maken. Het Britsche voorbeeld bewijst ons, dat met overzeesche zelfstandigheid het Rijksverband nog niet teloor hoeft te gaan. TOCH is het Tijdvak der Kolonisatie voor goed voorbij. De ontwaking van het Oosten is daar de onmiddellijke oorzaak van. Voor de bestaande koloniale rijken geldt uitteraard wat ik hierboven over de verhouding van Nederland tot zijn koloniën gezegd heb. Ook daar zijn historische rechten en erkende verplichtingen. Bovendien is de weg der ontwikkeling er vrijwel uitgestippeld. Maar nieuwe koloniseering,. op groote schaal, en het onder vreemd gezag brengen van inlandsche bevolkingen, is eenvoudig ondenkbaar. Wanneer morgen Duitschland komt, of Italië, of welk land ook, en een expeditie-macht zou laten opstoomen naar Siam omdat dat land nog vrij" is, dan is hét uitgesloten dat de Siameezen zich dat zullen laten welgevallen. Misschien zou zooiets vijftig of dertig jaar geleden nog mogelijk zijn geweest. Nu zou het te kolomBOLS Waarom met vreemden inhoud klinken en 't Nationaal product niet drinken? D« Nedsrlandsche ' '' Boli Likeur Meelt wereldnaara. u superieur. Thans ? 4.60 per fU seeren" volk zich verzetten, zooals Abessyniëzich verzet. En daarom zoo niet om andere redenen zouden de overige staten zich ook verzetten. Maar nu doet zich een secundair verschijnsel voor. En dat is juist datgene, dat ik het tweede gezicht" van de Abessynische kwestie noem. Erkend dat het tijdvak der kolonisatie voorbij is, en dat, al is het een gekleurd volk, de aangevallene bijge staan moet worden .tegen den indringer en moet worden beschermd, precies zooals ieder ander volk tegen een aanvaller beschermd dient te worden wat zijn dan daarvan de consekwenties voor die beschermende staten, die zelf de opperheerschappij uitoefenen over een groot koloniaal rijk? Een netelige kwestie t Wanneer men, onder het voorwendsel dat het maar inlanders betreft", zou weigeren maatregelen tegen den aanvaller te nemen, dan zou men vooreerst zijn plicht verzaken tegenover den georganiseerden vrede, hetgeen niet alleen een storm van veront waardiging zou ontketenen bij alle vredesvrienden, maar ook een gevaarlijk precedent zou scheppen. Men zou daarenboven de toch al zoo moeilijke verhouding tusstfeen blank v«n bruin tot een nog pijnlijker vraagstuk maken. Verzet in de inlandsche wereld zou niet uitblijven. De gevolgen zouden niet te overzien zijn. Maar laten wij deze bladzijde van onze specula tieve beschouwingen omslaan en het geval eens bekijken dat, al of niet begunstigd door de sanctie maatregelen der .omstanders, het aangevallen gekleurde volk er in slaagt den blanken indringer bloedig en volledig te verslaan. Brengt dat soms geen consequenties mee voor de delicate verhouding blank-en-bruiri ? Toegepast op de situatie in Abessynië, beteekent dit, dat er toch wel iets waar moet zijn van de geruchten die onlangs in de Fransche pers de ronde deden, dat Engeland geenszins aanstuurt op een mislukking van den Italiaanschen veldtocht. NAAR hun formuleering waren deze berichten echter onjuist. De Italiaansche veldtocht zal hoogstwaarschijnlijk mislukken. Wellicht behoort het zelfs door de moeilijkheden van terrein en klimaat tot de onmogelijkheden om, met neg zoo veel hulp van buiten, die mislukking te keeren. Toch is er een kern van waarheid in de gedachte dat de vrees voor een overwinning van een gekleurd" ras de Britsche politiek op zijwegen zal voeren. Het is misschien het best zóó geformuleerd, dat zoowel trouw aan den georganiseerden vrede als koloniaal eigenbelang, Engeland er toe dwingt in de bres te springen wanneer een zelfstandig volk, dat tot de gekleurde rassen behoort, wordt aange vallen. Maar een eclatante overwinning van dit volk zal Engeland, en evenzeer Frankrijk, nopen tot waakzaamheid en tot een zekere mate van ingrijpen. Nu laat het statuut van den Volkenbond allerlei oplossingen toe. Bij de oprichting van den Volkenbond heeft men verschillende soorten man daten ingesteld. Andere argumenten hebben daarbij ook wel een rol gespeeld, maar het is buiten kijf dat de verst-vooruitziende geesten in den tijd dat de Volkenbond tot stand kwam reeds begrepen hebben, dat het gedaan was met het Koloniale Tijdvak, maar dat er toch nog voogdijvoorzienin gen" noodzakelijk waren, die dan evenwel inter nationaal uitgeoefend zouden moeten worden. Wij begrijpen dan ook wel, dat nu nog niet openlijk over een dergelijke oplossing van het 'Abessynische conflict gesproken kan worden, maar. het is te verwachten dat het uiteindelijk resultaat van dit onzalig avontuur (al kan het einde nog lang, misschien nog wel een jaar op zich laten wachten) toch een zekeren vorm van bevoogding zal zijn. Maar dan een bevoogding, die strookt met de waar digheid van de belangrijkste Abessynische bevol kingsgroepen. Een internationale dienst aan dit volk. Zoowel de instellingen van den Volkenbond, als het lidmaatschap ervan, bieden daartoe moge lijkheden te over. OP twee wijzen is bij de Abessynische kwestie het Egyptische volk betrokken. In de eerste plaats, omdat Egypte strategisch gesproken een belangrijk terrein is in deze geheele aangelegenheid, zoqdat Engeland dus moet zorgen dat het op Egypte kan ? rekenen. Deze noodzaak voor Engeland bespoedigt de onderhandelingen die tot doel hebben Egypte, althans internationaal, een volkomen zelf standigheid te verleenen en dit land lid te maken van den Volkenbond. De Soedan-kwestie en de PAR ?> ne r:j»r>FhlE_hlo_JB&l. i Liberaal anti-liberalisme D1 k E orthodox-liberale een med schrijft ons" heeft in de N.R.C, Av. de onbegrijpelijke conclusie getrok onze Kantteekening" van 18 Januari, Poolsche en de Deensche crisispolitiek,, bewakers" zouden zijn van autarkie: wat daarbij behoort". Hoe verbaasd zou deze citaatrijke dus wel niet geweest zijn over een Stockholms Dagblad", dat de op dez ginselen gebaseerde herstel-politiek van j marken en Zweden toeschrijft aan haar, misch liberalisme" en dat eindigt: Als; inimiiimm IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIINIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIII Aan ti De Heer Colijn In de Eerste] ET zijn niet alleen de Abyssiniërs, twee fronten moeten strijden. Ook het, Colijn verkeert in die positie. In de magistrale rede, waarin de Heer Col een wijze, welke geen ander staatsman in N« hem zou verbeteren, het beleid van zijn Ka de algemeene beschouwingen over de staats voor 1936 in de Eerste Kamer heeft richtte hij zijn aanvallen tegen twee f wees het socialisme af en evenzeer het f as Sprekende over de moeilijke kwestie van, zuiniging op het bijzonder onderwijs, welke l kort door de bekende staatscommissie on oogen zal worden gezien, wees de Heer Co/(/nj noodzakelijkheid de struikelblokken voor m tieke samenwerking op breede basis op te In 1937 zal zulk een samenwerking zijn dan in 1033 en in 1935 en daarbij k\ geschillen op onderwijsgebied missen al: Het beste criterium van de economische iT mate der werkloosheid. De Heer Colijn kon\ deelen, dat, mede dank zij den steun der rt\ thans in de metaalindustrie 7500 arbeiders ken dan vier jaren geleden. Dat bewijst niet,\ crisis voorbijgaat, maar althans, dat de rept weet te bereiken. De Heer Colijn wees de devaluatie onvc lijk af. Men mag een dergelijke uiterst ge operatie niet opdragen aan iemand, die de ervan grooter acht dan de voordeden. Wit wil, neme zelf het operatiemes ter hand. Als is. wat wel eens beweerd wordt, dat er in de Kamer een meerderheid is voor devaluatie, het zich voor gezegd houden. Het plan van den arbeid wil in drie ja millioen gulden leenen en dat bedrag aan op noodzakelijkheid van militaire bescherr het Suezkanaal, en van de belangrijkste wegen en waterleidingen daarheen, zullen' wel een blijvend servituut op deze onafha' heid doen rusten. Maar daar komt nog iets bij. Egypte toonaangevende land in de Arabische we* in zooverre is het in ruimeren zin bij de At» sche kwestie betrokken, dan door de vragen van het Britsen-Egyptische bond schap. Voor Egypte vormt deze heele. aan heid een met wantrouwen gadegeslagen to proces. Natuurlijk staat Egypte aan den gekleurden". Maar het stelt geen blind ver in Engeland. Aanvankelijk, en reeds gedurende eènige) heeft Italiëgetracht daarvan te profiteer is mislukt. Intusschen profiteert Egypte situatie om nu een zoo voordeelig mogelijk t uit de Britsche handen te wringen. Dat zal l twijfeld lukken, Of dit voor Egypte, dat noy van rijp is voor een waarachtig democrat door het volk gekozen regeering, in binne opzicht een zegen zal blijken, is nog zeer dej De bevolking, de Fellachen, zijn voor eeuj deel analfabeet. De middenstand bestaat groot deel uit toegevloeide en vaak niet al te s leuze Levantijnen, terwijl de gouverne klasse, de Ef f endi's, de nakomelingen van sche beambten, ver van het volk afstaan-^ Nog gemakkelijker dan elders hebben z.g. '< er, wanneer zij de'volksmassa in beweging] brengen. Dat leidt dan tot allerlei relletjes, laatste maanden in Cairo schering en i IIIHIIIIIIIIIItllllllllllllllllllllllHIIHI slechts gelukkig kan prijzen over zijn toestand, dankt het dit vóór alles, niet theoretici en andere vooraanstaande ecotw) maar aan zijn aangeboren liberalisme, zijn verschillende kanten: de politieke, de do economische . . . . " tuses ZE excuses aan het weekblad de Vrij heid", omdat wij op gezag van een onzer daden haar overlijden hebben aangekondigd. ziekte van den betreffenden redacteur is richt ongeverifieerd opgenomen. Miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini lonten en uitgeven. De Heer Colijn houdt dat voor een pie. Het crediet van 60 millioen, dat de regeering hikbair had gesteld, is in enkele jaren voor aaide doeleinden bestemd, maar er is nog slechts iotn van uitgegeven. Zooveel werkzaamheden tten aan dat uitgeven voorafgaan. Het is ongeifeld voor een regeering moeilijk te bezuinigen, her schijnt nog moeilijker te zijn geld uit te vet'tooging van de koopkracht van ons volk, \het pi-m van den arbeid beoogt, zal gepaard gaan j een vrhooging van den kostprijs, waarvan onze rt de dupe zal voorden. Dat is door den socialist [van <len Tempel in de Socialistische Gids onomen toegegeven. Toen de Heer Colijn er aan herinnerde, dat in \u$tu> j'.l. een nieuw Kabinet was opgetreden, i^'ïrde de Heer Mendels, dat dit nieuwe \inet 'K/I niet veel anders was dan het gelouterde Kabinet. De Heer Colijn antwoordde daarop \ ter snede, dat, als er van loutering sprake mocht dezt zich misschien nog meer had voorgedaan de '.jde van de Staten-Generaal, dan van de ring. Jen had het geven van een tweede opdracht aan | Heer Colijn gecritiseerd. Terecht heeft de Heer |/n geantwoord, dat die opdracht een daad was de Koningin, welke niet voor critiek in de en-Gt ieraal vatbaar is. Het aanvaarden van die facht -s echter een daad van de ministers, waar? zij d. volle verantwoordelijkheid op zich nemen. leer < dijn had het volste recht de vraag te stellen, or t1'! discussies in de Eerste Kamer duidelijk stigem' is beantwoord, of niet gebleken was, een redelijke samenwerking met de Statenrad mogelijk is. A, C. J. J. Syriëis het ook onrustig geworden. De vatbheid voor dergelijke besmettingen is in de Arane wereld nu eenmaal zeer groot. Het is te fen, dAt de Engelsen-Egyptische onderhandetn, die nu goed opschieten, in staat zullen blijI olie r p de golven te spreiden. En^elschen zijn zoo verstandig geweest de elijkheid te coupeeren dat een te sluiten ver nier zou worden geratificeerd doordat de |Ed, d- radicale onafhankelijkheidspartij, tegen l stemmen. Zij hebben er op aangedrongen dat Drzi':t:r dezer partij, Mustafa Nahas Pasja, ook ooriitter benoemd zou worden van de comdit den premier AH Maher Pasja, in deprhandclingen met Engeland zou moeten bijjn. Zoodoende deelt Nahas in de verantwoordepd. De onderhandelingen vlotten, op dit bük. De Britsche Hooge Commissaris, Sir Lampson, hoopt binnen zeer korten tijd een ord tot stand te brengen dat Egypte in interonaal opzicht bevredigt en dat tegelijkertijd noodige reserves maakt aangaande het Suezrnet de daaraan verbonden militaire con[es voor Engeland. Tezamen met het feit, dat ft-Brittanniëden Soedan in co-dominium" Jdt, brengt dat een wezenlijke controle 1'" ook hierbij de kwestie der bevoogding" ten, die toch altijd een teere plek blijft m de ^politiek. Men zou volslagen blind moeten in een idealen toestand van reeds nu bereikvolkomen onafhankelijkheid en feitelijke d in politiek opzicht van alle volkeren der kunnen gelooven. HOLLAND IS GESCHROKKEN! De mededeelingen van den bekenden Amerikaanschen journalist Edgar Mowrer (de auteur van Germany puts the doek back") hebben overi gens niet alleen Nederland wakker geschud, maar heel West-Europa. Wij waren in de gelegenheid ons te vergewissen van de reacties die deze artike len wekten in het buitenland. Overal staan de mededeelingen van Mowrer op het eerste plan. Is het waar, dat de Duitschers aan jullie Oostgrens alle mogelijke maatregelen hebben getroffen voor een overval die de bezetting van een groot deel van Nederland tot doel heeft? Is het waar, dat jullie daarom tot zwaarder bewapening overgaan en tot stichting van een weerfonds?" Hoe moeilijk is het, daarop naar waarheid t antwoorden. De mededeelingen van Mowrer zijn ongetwijfeld juist. De feiten, die hij onthult zijn overigens al eenigen tijd bekend. De Duitsche voor bereidingen betreffen verder niet uitsluitend de Hollandsche grenzen. Dergelijke invalspoorten zijn er ook opgericht aan de Deensche grens en verder zuidwaarts, langs de Belgische en Fransche grenzen. Maar daarmee raken we in een ander vraagstuk, dat van de militarisatie van het Rijnland. Wanneer we ons tot de feiten beperken, dan zien we dat Duitschland, voor zoover dat ons betreft, een aantal voorbereidingen getroffen heeft (aanleg van een waaiervormig wegennet, dat naar diverse grensplaatsen leidt, het instandhouden van kam pementen, die opvallend geschikt zijn voor onge merkte troepenconcentratie en voor kazerneering, het inrichten van tallooze vliegvelden), voorberei dingen, die bewijzen dat er daar gespeeld wordt met de gedachten aan een overval. Men miskent de feiten, wanneer men zegt dat dit alles niets meer bewijst dan Bereitschaft. Het is een fijn onderscheid, maar toch is een dergelijk onderscheid belangrijk. Bewapening is begrijpelijk. Het is helaas een onontkoombare eisch. Het verschil tusschen aanvalswapenen en verdedigende bewapening is geen scherp getrokken lijn. Maar, gradueel beke ken, is er toch een verschil. Het is juist om dit verschil te accentueeren zoo goed, dat men op de Londensche vlootconferentie het beginsel gepo neerd heeft van openlijke mededeeling der bewape ningen. Want geheime bewapening en geheime voorbereidingen hebben niet slechts den schijn tegen dat zij als aanvalsbewapening" bedoeld zijn, zij wekken ook duidelijk den achterdocht dat een be paalde aanval tot in alle détails wordt voorbereid. NATIONALE EN INTERNATIONALE AFWEER is het eènige, dat men hier tegenover kan stel len. Wij hebben het reeds erkend: nationaal leidt dat tot versterking der bewapeningen. Internationaal bestaan er gelukkig naast bewa peningsvermeerdering nog afdoender middelen. Die der organisatie. Nog steeds gonst de Parijsche bijen korf van besprekingen over den verderen opbouw der Europeesche veiligheid. De Oostenrijksche Bondskanselier is terug-ontboden naar de Quai d'Orléans. De aansluiting van Oostenrijk bij de Kleine Entente (al mag het dien naam niet hebben) schijnt een voldongen feit. In de Fransche kamer kwam het pact met Sovjetrusland ter tafel. Flandin wil de fout van Laval goedmaken, die het garantie-verdrag afsloot maar talmde met de ratificatie. Toch was het hoog noodig om met de ratificatie van dit verdrag op te schieten, want het Tsjechisch-Russische verdrag, dat als 't ware het fundament vormt voordeOostEuropèesche garantie-verdragen, kon niet in wer king treden voordat het aansluitende Fransche ver drag zou zijn geratificeerd. IN DUITSCHLAND bekijkt men de ontwikkeling der politieke gebeurtenissen met wantrouwen. Hoewel strikt genomen toetreding tot deze garantie verdragen voor iedereen openstaat, voelt men daar toch heel goed dat de onderlinge waarborg in de eerste plaats bedoeld is als een bescherming tegen het Duitsche gevaar. A qui la faute?. Der nationaal-socialistische traditie getrouw, ehicaneert men er op alle mogelijke en onmogelijke wijzen tegen wederkeerigheidsverdragen. Ze zouden tegen letter en geest van het Bondspact indruischen. Ze zouden onvereenigbaar zijn met het Verdrag van Locarno. Nu is niets minder waar dan dat. Met de grootste nauwkeurigheid is er gewaakt voor tekstueele overeenstemming. Maar het is begrijpe lijk dat men in Duitschland, vooral tegenover het steeds ontevredener binnenland, het booze buitenPAG 3 DE GROENE No.3063 t -, T 4 ot.<:s land aansprakelijk wil stellen voor alle gevaren, die Duitschland bedreigen". Sommigen vreezen dat Hitler een voorwendsel zoekt, in deze controversies, om aan quasi nietnageleefde overeenkomsten het recht te kunnen ontleenen tot bewapening en versterking van het Rijnland over te gaan. Dat hij een voorwendsel, zoo zich dat voordeed, zou aangrijpen, dat is iets dat wij volkomen begrijpelijk zouden vinden. Maar wij achten het onwaarschijnlijk, dat hij nu daartoe zou willen overgaan. In de eerste plaats omdat de ga rantie-verdragen voor dergelijke conclusies inder daad geen vat bieden. En in de tweede plaats, omdat onlangs niet alleen Frankrijk maar ook Engeland onverholen gewaarschuwd heeft, dat het daar geen genoegen mee zouden nemen. DE ORGANISATIE VAN DEN VREDE heeft nog heel wat voeten in de aarde. Men moet zich ook niet verbeelden dat dit morgen bereikt kan worden. De ontwikkeling, die wij nu zien is slechts een organisatie ad hoc. Dat komt zoowel in de garan tieverdragen tot uiting, als in de politiek die door den Volkenbond jegens Italiëgevoerd wordt. Dat Duitschland den groei der bondgenootschap pen met een wantrouwig oog aanziet, is?wij wezen hier reeds op te begrijpen. Maar daarom nog niet te verdedigen. Wanneer zich inderdaad een soort Heilige Alliantie" aan het vormen is, dan is dat een leelijke streep door de Duitsche rekening. Maar het Derde Rijk heeft niet het recht de collectieve reactie tegen een met reden vermoede bedreiging op zich zelf als een bedreiging op te vatten. Wél heeft het Derde Rijk, wanneer het zich eenmaal zelf van zijn internationale moreele verplichtingen zal kwij ten (door weer lid te worden van den Bond en zijn aandeel in de garanties te dragen) het recht om te verlangen dat de regionale, en zeer duidelijk ge richte" verdragen universeel worden. Zooals zich dit stelsel van verdragen nu ontwikkelt is het nog geen permanente vredes-bouw. Ook de Sanctie-politiek is nog maar een tijdelijk tentoonstellingsbouwwerkje. Is het bouwsel sterk genoeg om het olie-embargo te dragen of niet? Wij verkeeren nog steeds in onzekerheid. De on langs ingestelde commissie van deskundigen heeft nu uitgemaakt dat een embargo doeltreffend kan zijn, mits Amerika in ieder geval niet mér petro leum naar Italiëuitvoert dan de gemiddelde vredeshoe veelheid. DE ROOMSCH-KATHOLIEKE KERK is thans weer degene, die de beurtelingsche aanvallen van het huidige regime in Duitschland op beide confessies te verduren krijgt. Niet dat deze kerk zich zeer onverzoenlijk heeft getoond: de laatste bisschoppen-bijeenkomst in Fulda heeft juist den nadruk gelegd op alle overeenkomsten in de natio naal-socialistische en R.K. beginselen: goede en gezonde gezinnen, waardeering voor den staat, standenordening, enz. Daarentegen is het nieuwe heidendom, dat vooral in de S.A. en de Hitlerjeugd hoogtij viert, uitdrukkelijk afgewezen. Een oogenblik scheen de uitgestoken hand, althans tijdelijk, te worden aanvaard. Maar thans regent het weer nieuwe deviezen-processen" en de terreur tijdens de stemming over staats- of bijzondere school in München is gevolgd door een zeer openhartige preek van Kardinaal Faulhaber, die zeer is toe gejuicht. Een massa-arrestatie van Katholieke jeugdleiders is het laatste nieuws. Als men andere dan sterk hationaal-socialistisch geïnspireerde berichten over het Wuppertalproces leest, huivert men bij de gedachte aan wat die om hun geloof vervolgden weer te verduren zullen krijgen. DE ALGEMEENE BESCHOUWINGEN over de begrooting in de Eerste Kamer hebben zich vooral bezig gehouden met het nationaal (Slot volgende pagina) WINTERRONDREIS naar het zonnige WEST-INDI met de prachtige schepen der Cie. Gle. Transatlantique. Reisduur: 6 weken. Passage Ie kl. vanaf f l. 590.?. Inlichtingen en toezending van brochures door de Gen. Agenten: AGENCE FRANCAISE DE VOYAGES, Lange Houtstraat 5a, DEN HAAG. Tel. 110568 en de voornaamste Reisbureaux. f h ??'* yrv

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl