Historisch Archief 1877-1940
v
EEN WONDE PLEK
itmmimiiiiiiimiiiiiiiiiiHii
i
*???*
Mr. M* Kann
Gekleurde rassen rn wereldpolitiek
DE Abessynische oorlog heeft een tweede
gezicht" een kant die'in beschouwingen
over de gebeurtenissen van den dag zelden
naar voren wordt gekeerd en die in politieke
besprekingen liefst geheel wordt verzwegen. Dat
is de kwestie: blank en bruin, de voogdij van blanken
over inlanders die iedere koloniale politiek mee
brengt.
De Italianen hebben tenminste ronduit gezegd
waar het op neer kwam. Abessyniëwordt bewoond
door een conglomeraat van gekleurde volkeren,
die onder de heerschappij staan van de Amharen,
de eigenlijke Abessyniërs, die welhaast een
heerschers-kaste vormen. Dit is wel wat heel bondig
uitgedrukt, maar dit is toch de feitelijke toestand.
De staat is er nog zuiver feodaal georganiseerd.
Tegenover deze structureele achterlijkheid staat
het feit dat de Ethiopische regeering vele hervor
mingen entameert op een wijze die gericht is naar
de behoeften, de mentaliteit en het begripsver
mogen der bevolking. Dat gaat heel langzaam. De
Italianen voelen het als hun roeping nu op hun
beurt als koloniseerende mogendheid op te treden.
Dit is een materie waarover wij, Nederlanders,
beter kunnen oordeelen dan de Italianen, die
iedere ervaring missen in zaken van koloniale
opvoeding. Ook wij hebben daarin onze fouten
gemaakt. Wij hebben ons eerst aan dit alles niets
gelegen laten liggen en onze koloniën enkel als
wingewest beschouwd. Daarna is, onder den invloed
van mannen als Van Deventer en Van Vollenhoven,
een andere geest doorgedrongen. Een geest, die
korten tijd in het extreme oversloeg, toen, zooals
onlangs de koloniale redacteur van het Handelsblad
het zoo treffend uitdrukte, de taak der koloniale
opvoeding werd overgenomen door de epigonen
van groots mannen." Langzamerhand is nu een
objectiever zienswijze doorgedrongen, die rekening
houdt met het feit dat aan volledige staatkundige
ontvoogding der inlanders niet kan worden gedacht
voordat de cultureele en rechts-normen, die in
een ontwikkelden staat gelden, daar ook waarachtig
begrepen, doorvoeld en doorleefd worden. Hetgeen
juist door de gebondenheid aan het eigen geestes
leven der inlandsche bevolkingen een gebonden
heid, die door het nationaal ontwaken groeit
nog tijden-, en tijden op zich zal laten wachten.
Wat onze koloniën betreft mogen wij er niet aan
denken deze voogdij op te heffen. Even goed
ondanks als wegens het nationaal ontwaken. Het is
ons recht en onze plicht den bestaanden band in stand
te houden. Ook voor verre toekomst behoeven wij
ons geen zorg te maken. Het Britsche voorbeeld
bewijst ons, dat met overzeesche zelfstandigheid
het Rijksverband nog niet teloor hoeft te gaan.
TOCH is het Tijdvak der Kolonisatie voor goed
voorbij. De ontwaking van het Oosten is daar
de onmiddellijke oorzaak van. Voor de bestaande
koloniale rijken geldt uitteraard wat ik hierboven
over de verhouding van Nederland tot zijn koloniën
gezegd heb. Ook daar zijn historische rechten en
erkende verplichtingen. Bovendien is de weg der
ontwikkeling er vrijwel uitgestippeld. Maar nieuwe
koloniseering,. op groote schaal, en het onder
vreemd gezag brengen van inlandsche bevolkingen,
is eenvoudig ondenkbaar. Wanneer morgen
Duitschland komt, of Italië, of welk land ook, en een
expeditie-macht zou laten opstoomen naar Siam
omdat dat land nog vrij" is, dan is hét uitgesloten
dat de Siameezen zich dat zullen laten welgevallen.
Misschien zou zooiets vijftig of dertig jaar geleden
nog mogelijk zijn geweest. Nu zou het te
kolomBOLS
Waarom met vreemden
inhoud klinken
en 't Nationaal product
niet drinken?
D« Nedsrlandsche
' '' Boli Likeur
Meelt wereldnaara. u
superieur.
Thans
? 4.60 per fU
seeren" volk zich verzetten, zooals Abessyniëzich
verzet. En daarom zoo niet om andere redenen
zouden de overige staten zich ook verzetten.
Maar nu doet zich een secundair verschijnsel
voor. En dat is juist datgene, dat ik het tweede
gezicht" van de Abessynische kwestie noem. Erkend
dat het tijdvak der kolonisatie voorbij is, en dat,
al is het een gekleurd volk, de aangevallene bijge
staan moet worden .tegen den indringer en moet
worden beschermd, precies zooals ieder ander volk
tegen een aanvaller beschermd dient te worden
wat zijn dan daarvan de consekwenties voor die
beschermende staten, die zelf de opperheerschappij
uitoefenen over een groot koloniaal rijk?
Een netelige kwestie t
Wanneer men, onder het voorwendsel dat het
maar inlanders betreft", zou weigeren maatregelen
tegen den aanvaller te nemen, dan zou men vooreerst
zijn plicht verzaken tegenover den georganiseerden
vrede, hetgeen niet alleen een storm van veront
waardiging zou ontketenen bij alle vredesvrienden,
maar ook een gevaarlijk precedent zou scheppen.
Men zou daarenboven de toch al zoo moeilijke
verhouding tusstfeen blank v«n bruin tot een nog
pijnlijker vraagstuk maken. Verzet in de inlandsche
wereld zou niet uitblijven. De gevolgen zouden
niet te overzien zijn.
Maar laten wij deze bladzijde van onze specula
tieve beschouwingen omslaan en het geval eens
bekijken dat, al of niet begunstigd door de sanctie
maatregelen der .omstanders, het aangevallen
gekleurde volk er in slaagt den blanken indringer
bloedig en volledig te verslaan. Brengt dat soms
geen consequenties mee voor de delicate verhouding
blank-en-bruiri ?
Toegepast op de situatie in Abessynië, beteekent
dit, dat er toch wel iets waar moet zijn van de
geruchten die onlangs in de Fransche pers de ronde
deden, dat Engeland geenszins aanstuurt op een
mislukking van den Italiaanschen veldtocht.
NAAR hun formuleering waren deze berichten
echter onjuist. De Italiaansche veldtocht zal
hoogstwaarschijnlijk mislukken. Wellicht behoort
het zelfs door de moeilijkheden van terrein en klimaat
tot de onmogelijkheden om, met neg zoo veel hulp
van buiten, die mislukking te keeren. Toch is er
een kern van waarheid in de gedachte dat de vrees
voor een overwinning van een gekleurd" ras de
Britsche politiek op zijwegen zal voeren.
Het is misschien het best zóó geformuleerd, dat
zoowel trouw aan den georganiseerden vrede als
koloniaal eigenbelang, Engeland er toe dwingt
in de bres te springen wanneer een zelfstandig volk,
dat tot de gekleurde rassen behoort, wordt aange
vallen. Maar een eclatante overwinning van dit
volk zal Engeland, en evenzeer Frankrijk, nopen
tot waakzaamheid en tot een zekere mate van
ingrijpen. Nu laat het statuut van den Volkenbond
allerlei oplossingen toe. Bij de oprichting van den
Volkenbond heeft men verschillende soorten man
daten ingesteld. Andere argumenten hebben daarbij
ook wel een rol gespeeld, maar het is buiten kijf
dat de verst-vooruitziende geesten in den tijd dat
de Volkenbond tot stand kwam reeds begrepen
hebben, dat het gedaan was met het Koloniale
Tijdvak, maar dat er toch nog voogdijvoorzienin
gen" noodzakelijk waren, die dan evenwel inter
nationaal uitgeoefend zouden moeten worden.
Wij begrijpen dan ook wel, dat nu nog niet
openlijk over een dergelijke oplossing van het
'Abessynische conflict gesproken kan worden, maar.
het is te verwachten dat het uiteindelijk resultaat
van dit onzalig avontuur (al kan het einde nog lang,
misschien nog wel een jaar op zich laten wachten)
toch een zekeren vorm van bevoogding zal zijn.
Maar dan een bevoogding, die strookt met de waar
digheid van de belangrijkste Abessynische bevol
kingsgroepen. Een internationale dienst aan dit
volk. Zoowel de instellingen van den Volkenbond,
als het lidmaatschap ervan, bieden daartoe moge
lijkheden te over.
OP twee wijzen is bij de Abessynische kwestie
het Egyptische volk betrokken. In de eerste
plaats, omdat Egypte strategisch gesproken een
belangrijk terrein is in deze geheele aangelegenheid,
zoqdat Engeland dus moet zorgen dat het op Egypte
kan ? rekenen. Deze noodzaak voor Engeland
bespoedigt de onderhandelingen die tot doel hebben
Egypte, althans internationaal, een volkomen zelf
standigheid te verleenen en dit land lid te maken
van den Volkenbond. De Soedan-kwestie en de
PAR ?> ne r:j»r>FhlE_hlo_JB&l.
i Liberaal anti-liberalisme
D1
k E orthodox-liberale een med
schrijft ons" heeft in de N.R.C,
Av. de onbegrijpelijke conclusie getrok
onze Kantteekening" van 18 Januari,
Poolsche en de Deensche crisispolitiek,,
bewakers" zouden zijn van autarkie:
wat daarbij behoort".
Hoe verbaasd zou deze citaatrijke
dus wel niet geweest zijn over een
Stockholms Dagblad", dat de op dez
ginselen gebaseerde herstel-politiek van j
marken en Zweden toeschrijft aan haar,
misch liberalisme" en dat eindigt: Als;
inimiiimm IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIINIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Aan ti
De Heer Colijn In de Eerste]
ET zijn niet alleen de Abyssiniërs,
twee fronten moeten strijden. Ook het,
Colijn verkeert in die positie.
In de magistrale rede, waarin de Heer Col
een wijze, welke geen ander staatsman in N«
hem zou verbeteren, het beleid van zijn Ka
de algemeene beschouwingen over de staats
voor 1936 in de Eerste Kamer heeft
richtte hij zijn aanvallen tegen twee f
wees het socialisme af en evenzeer het f as
Sprekende over de moeilijke kwestie van,
zuiniging op het bijzonder onderwijs, welke l
kort door de bekende staatscommissie on
oogen zal worden gezien, wees de Heer Co/(/nj
noodzakelijkheid de struikelblokken voor m
tieke samenwerking op breede basis op te
In 1937 zal zulk een samenwerking
zijn dan in 1033 en in 1935 en daarbij k\
geschillen op onderwijsgebied missen al:
Het beste criterium van de economische iT
mate der werkloosheid. De Heer Colijn kon\
deelen, dat, mede dank zij den steun der rt\
thans in de metaalindustrie 7500 arbeiders
ken dan vier jaren geleden. Dat bewijst niet,\
crisis voorbijgaat, maar althans, dat de rept
weet te bereiken.
De Heer Colijn wees de devaluatie onvc
lijk af. Men mag een dergelijke uiterst ge
operatie niet opdragen aan iemand, die de
ervan grooter acht dan de voordeden. Wit
wil, neme zelf het operatiemes ter hand. Als
is. wat wel eens beweerd wordt, dat er in de
Kamer een meerderheid is voor devaluatie,
het zich voor gezegd houden.
Het plan van den arbeid wil in drie ja
millioen gulden leenen en dat bedrag aan op
noodzakelijkheid van militaire bescherr
het Suezkanaal, en van de belangrijkste
wegen en waterleidingen daarheen, zullen'
wel een blijvend servituut op deze onafha'
heid doen rusten.
Maar daar komt nog iets bij. Egypte
toonaangevende land in de Arabische we*
in zooverre is het in ruimeren zin bij de At»
sche kwestie betrokken, dan door de
vragen van het Britsen-Egyptische bond
schap. Voor Egypte vormt deze heele. aan
heid een met wantrouwen gadegeslagen to
proces. Natuurlijk staat Egypte aan den
gekleurden". Maar het stelt geen blind ver
in Engeland.
Aanvankelijk, en reeds gedurende eènige)
heeft Italiëgetracht daarvan te profiteer
is mislukt. Intusschen profiteert Egypte
situatie om nu een zoo voordeelig mogelijk t
uit de Britsche handen te wringen. Dat zal l
twijfeld lukken, Of dit voor Egypte, dat noy
van rijp is voor een waarachtig democrat
door het volk gekozen regeering, in binne
opzicht een zegen zal blijken, is nog zeer dej
De bevolking, de Fellachen, zijn voor eeuj
deel analfabeet. De middenstand bestaat
groot deel uit toegevloeide en vaak niet al te s
leuze Levantijnen, terwijl de gouverne
klasse, de Ef f endi's, de nakomelingen van
sche beambten, ver van het volk afstaan-^
Nog gemakkelijker dan elders hebben z.g. '<
er, wanneer zij de'volksmassa in beweging]
brengen. Dat leidt dan tot allerlei relletjes,
laatste maanden in Cairo schering en i
IIIHIIIIIIIIIItllllllllllllllllllllllHIIHI
slechts gelukkig kan prijzen over zijn
toestand, dankt het dit vóór alles, niet
theoretici en andere vooraanstaande
ecotw) maar aan zijn aangeboren liberalisme,
zijn verschillende kanten: de politieke, de
do economische . . . . "
tuses
ZE excuses aan het weekblad de Vrij
heid", omdat wij op gezag van een onzer
daden haar overlijden hebben aangekondigd.
ziekte van den betreffenden redacteur is
richt ongeverifieerd opgenomen.
Miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini
lonten
en uitgeven. De Heer Colijn houdt dat voor een
pie. Het crediet van 60 millioen, dat de regeering
hikbair had gesteld, is in enkele jaren voor
aaide doeleinden bestemd, maar er is nog slechts
iotn van uitgegeven. Zooveel werkzaamheden
tten aan dat uitgeven voorafgaan. Het is
ongeifeld voor een regeering moeilijk te bezuinigen,
her schijnt nog moeilijker te zijn geld uit te
vet'tooging van de koopkracht van ons volk,
\het pi-m van den arbeid beoogt, zal gepaard gaan
j een vrhooging van den kostprijs, waarvan onze
rt de dupe zal voorden. Dat is door den socialist
[van <len Tempel in de Socialistische Gids
onomen toegegeven.
Toen de Heer Colijn er aan herinnerde, dat in
\u$tu> j'.l. een nieuw Kabinet was opgetreden,
i^'ïrde de Heer Mendels, dat dit nieuwe
\inet 'K/I niet veel anders was dan het gelouterde
Kabinet. De Heer Colijn antwoordde daarop
\ ter snede, dat, als er van loutering sprake mocht
dezt zich misschien nog meer had voorgedaan
de '.jde van de Staten-Generaal, dan van de
ring.
Jen had het geven van een tweede opdracht aan
| Heer Colijn gecritiseerd. Terecht heeft de Heer
|/n geantwoord, dat die opdracht een daad was
de Koningin, welke niet voor critiek in de
en-Gt ieraal vatbaar is. Het aanvaarden van die
facht -s echter een daad van de ministers,
waar? zij d. volle verantwoordelijkheid op zich nemen.
leer < dijn had het volste recht de vraag te stellen,
or t1'! discussies in de Eerste Kamer duidelijk
stigem' is beantwoord, of niet gebleken was,
een redelijke samenwerking met de
Statenrad mogelijk is.
A, C. J. J.
Syriëis het ook onrustig geworden. De
vatbheid voor dergelijke besmettingen is in de
Arane wereld nu eenmaal zeer groot. Het is te
fen, dAt de Engelsen-Egyptische
onderhandetn, die nu goed opschieten, in staat zullen
blijI olie r p de golven te spreiden.
En^elschen zijn zoo verstandig geweest de
elijkheid te coupeeren dat een te sluiten ver
nier zou worden geratificeerd doordat de
|Ed, d- radicale onafhankelijkheidspartij, tegen
l stemmen. Zij hebben er op aangedrongen dat
Drzi':t:r dezer partij, Mustafa Nahas Pasja, ook
ooriitter benoemd zou worden van de
comdit den premier AH Maher Pasja, in
deprhandclingen met Engeland zou moeten
bijjn. Zoodoende deelt Nahas in de
verantwoordepd. De onderhandelingen vlotten, op dit
bük. De Britsche Hooge Commissaris, Sir
Lampson, hoopt binnen zeer korten tijd een
ord tot stand te brengen dat Egypte in
interonaal opzicht bevredigt en dat tegelijkertijd
noodige reserves maakt aangaande het
Suezrnet de daaraan verbonden militaire
con[es voor Engeland. Tezamen met het feit, dat
ft-Brittanniëden Soedan in co-dominium"
Jdt, brengt dat een wezenlijke controle
1'" ook hierbij de kwestie der bevoogding"
ten, die toch altijd een teere plek blijft m de
^politiek. Men zou volslagen blind moeten
in een idealen toestand van reeds nu
bereikvolkomen onafhankelijkheid en feitelijke
d in politiek opzicht van alle volkeren der
kunnen gelooven.
HOLLAND IS GESCHROKKEN! De
mededeelingen van den bekenden
Amerikaanschen journalist Edgar Mowrer (de auteur
van Germany puts the doek back") hebben overi
gens niet alleen Nederland wakker geschud, maar
heel West-Europa. Wij waren in de gelegenheid
ons te vergewissen van de reacties die deze artike
len wekten in het buitenland. Overal staan de
mededeelingen van Mowrer op het eerste plan. Is
het waar, dat de Duitschers aan jullie Oostgrens
alle mogelijke maatregelen hebben getroffen voor
een overval die de bezetting van een groot deel van
Nederland tot doel heeft? Is het waar, dat jullie
daarom tot zwaarder bewapening overgaan en tot
stichting van een weerfonds?"
Hoe moeilijk is het, daarop naar waarheid t
antwoorden. De mededeelingen van Mowrer zijn
ongetwijfeld juist. De feiten, die hij onthult zijn
overigens al eenigen tijd bekend. De Duitsche voor
bereidingen betreffen verder niet uitsluitend de
Hollandsche grenzen. Dergelijke invalspoorten zijn
er ook opgericht aan de Deensche grens en
verder zuidwaarts, langs de Belgische en Fransche
grenzen. Maar daarmee raken we in een ander
vraagstuk, dat van de militarisatie van het Rijnland.
Wanneer we ons tot de feiten beperken, dan zien
we dat Duitschland, voor zoover dat ons betreft,
een aantal voorbereidingen getroffen heeft (aanleg
van een waaiervormig wegennet, dat naar diverse
grensplaatsen leidt, het instandhouden van kam
pementen, die opvallend geschikt zijn voor onge
merkte troepenconcentratie en voor kazerneering,
het inrichten van tallooze vliegvelden), voorberei
dingen, die bewijzen dat er daar gespeeld wordt met
de gedachten aan een overval.
Men miskent de feiten, wanneer men zegt dat dit
alles niets meer bewijst dan Bereitschaft. Het is
een fijn onderscheid, maar toch is een dergelijk
onderscheid belangrijk.
Bewapening is begrijpelijk. Het is helaas
een onontkoombare eisch. Het verschil tusschen
aanvalswapenen en verdedigende bewapening is
geen scherp getrokken lijn. Maar, gradueel beke
ken, is er toch een verschil. Het is juist om dit
verschil te accentueeren zoo goed, dat men op
de Londensche vlootconferentie het beginsel gepo
neerd heeft van openlijke mededeeling der bewape
ningen. Want geheime bewapening en geheime
voorbereidingen hebben niet slechts den schijn tegen
dat zij als aanvalsbewapening" bedoeld zijn, zij
wekken ook duidelijk den achterdocht dat een be
paalde aanval tot in alle détails wordt voorbereid.
NATIONALE EN INTERNATIONALE AFWEER
is het eènige, dat men hier tegenover kan stel
len. Wij hebben het reeds erkend: nationaal leidt
dat tot versterking der bewapeningen.
Internationaal bestaan er gelukkig naast bewa
peningsvermeerdering nog afdoender middelen. Die
der organisatie. Nog steeds gonst de Parijsche bijen
korf van besprekingen over den verderen opbouw
der Europeesche veiligheid. De Oostenrijksche
Bondskanselier is terug-ontboden naar de Quai
d'Orléans. De aansluiting van Oostenrijk bij de
Kleine Entente (al mag het dien naam niet hebben)
schijnt een voldongen feit.
In de Fransche kamer kwam het pact met
Sovjetrusland ter tafel. Flandin wil de fout van
Laval goedmaken, die het garantie-verdrag afsloot
maar talmde met de ratificatie. Toch was het hoog
noodig om met de ratificatie van dit verdrag op te
schieten, want het Tsjechisch-Russische verdrag,
dat als 't ware het fundament vormt
voordeOostEuropèesche garantie-verdragen, kon niet in wer
king treden voordat het aansluitende Fransche ver
drag zou zijn geratificeerd.
IN DUITSCHLAND bekijkt men de ontwikkeling
der politieke gebeurtenissen met wantrouwen.
Hoewel strikt genomen toetreding tot deze garantie
verdragen voor iedereen openstaat, voelt men daar
toch heel goed dat de onderlinge waarborg in de
eerste plaats bedoeld is als een bescherming tegen
het Duitsche gevaar. A qui la faute?.
Der nationaal-socialistische traditie getrouw,
ehicaneert men er op alle mogelijke en onmogelijke
wijzen tegen wederkeerigheidsverdragen. Ze zouden
tegen letter en geest van het Bondspact indruischen.
Ze zouden onvereenigbaar zijn met het Verdrag
van Locarno. Nu is niets minder waar dan dat.
Met de grootste nauwkeurigheid is er gewaakt voor
tekstueele overeenstemming. Maar het is begrijpe
lijk dat men in Duitschland, vooral tegenover het
steeds ontevredener binnenland, het booze
buitenPAG 3 DE GROENE No.3063
t -,
T
4 ot.<:s
land aansprakelijk wil stellen voor alle gevaren,
die Duitschland bedreigen".
Sommigen vreezen dat Hitler een voorwendsel
zoekt, in deze controversies, om aan quasi
nietnageleefde overeenkomsten het recht te kunnen
ontleenen tot bewapening en versterking van het
Rijnland over te gaan. Dat hij een voorwendsel, zoo
zich dat voordeed, zou aangrijpen, dat is iets dat
wij volkomen begrijpelijk zouden vinden. Maar wij
achten het onwaarschijnlijk, dat hij nu daartoe zou
willen overgaan. In de eerste plaats omdat de ga
rantie-verdragen voor dergelijke conclusies inder
daad geen vat bieden. En in de tweede plaats, omdat
onlangs niet alleen Frankrijk maar ook Engeland
onverholen gewaarschuwd heeft, dat het daar geen
genoegen mee zouden nemen.
DE ORGANISATIE VAN DEN VREDE heeft
nog heel wat voeten in de aarde. Men moet zich
ook niet verbeelden dat dit morgen bereikt kan
worden. De ontwikkeling, die wij nu zien is slechts
een organisatie ad hoc. Dat komt zoowel in de garan
tieverdragen tot uiting, als in de politiek die door
den Volkenbond jegens Italiëgevoerd wordt.
Dat Duitschland den groei der bondgenootschap
pen met een wantrouwig oog aanziet, is?wij wezen
hier reeds op te begrijpen. Maar daarom nog niet
te verdedigen. Wanneer zich inderdaad een soort
Heilige Alliantie" aan het vormen is, dan is dat
een leelijke streep door de Duitsche rekening. Maar
het Derde Rijk heeft niet het recht de collectieve
reactie tegen een met reden vermoede bedreiging
op zich zelf als een bedreiging op te vatten. Wél heeft
het Derde Rijk, wanneer het zich eenmaal zelf van
zijn internationale moreele verplichtingen zal kwij
ten (door weer lid te worden van den Bond en zijn
aandeel in de garanties te dragen) het recht om te
verlangen dat de regionale, en zeer duidelijk ge
richte" verdragen universeel worden. Zooals zich
dit stelsel van verdragen nu ontwikkelt is het nog
geen permanente vredes-bouw.
Ook de Sanctie-politiek is nog maar een tijdelijk
tentoonstellingsbouwwerkje. Is het bouwsel sterk
genoeg om het olie-embargo te dragen of niet?
Wij verkeeren nog steeds in onzekerheid. De on
langs ingestelde commissie van deskundigen heeft
nu uitgemaakt dat een embargo doeltreffend kan
zijn, mits Amerika in ieder geval niet mér petro
leum naar Italiëuitvoert dan de gemiddelde
vredeshoe veelheid.
DE ROOMSCH-KATHOLIEKE KERK is thans
weer degene, die de beurtelingsche aanvallen
van het huidige regime in Duitschland op beide
confessies te verduren krijgt. Niet dat deze kerk
zich zeer onverzoenlijk heeft getoond: de laatste
bisschoppen-bijeenkomst in Fulda heeft juist den
nadruk gelegd op alle overeenkomsten in de natio
naal-socialistische en R.K. beginselen: goede en
gezonde gezinnen, waardeering voor den staat,
standenordening, enz. Daarentegen is het nieuwe
heidendom, dat vooral in de S.A. en de Hitlerjeugd
hoogtij viert, uitdrukkelijk afgewezen. Een
oogenblik scheen de uitgestoken hand, althans tijdelijk,
te worden aanvaard. Maar thans regent het weer
nieuwe deviezen-processen" en de terreur tijdens de
stemming over staats- of bijzondere school in
München is gevolgd door een zeer openhartige
preek van Kardinaal Faulhaber, die zeer is toe
gejuicht. Een massa-arrestatie van Katholieke
jeugdleiders is het laatste nieuws. Als men andere dan
sterk hationaal-socialistisch geïnspireerde berichten
over het Wuppertalproces leest, huivert men bij de
gedachte aan wat die om hun geloof vervolgden
weer te verduren zullen krijgen.
DE ALGEMEENE BESCHOUWINGEN over
de begrooting in de Eerste Kamer hebben
zich vooral bezig gehouden met het
nationaal
(Slot volgende pagina)
WINTERRONDREIS
naar het zonnige WEST-INDI
met de prachtige schepen der Cie. Gle.
Transatlantique. Reisduur: 6 weken.
Passage Ie kl. vanaf f l. 590.?.
Inlichtingen en toezending van brochures door
de Gen. Agenten: AGENCE FRANCAISE DE
VOYAGES, Lange Houtstraat 5a, DEN HAAG.
Tel. 110568 en de voornaamste Reisbureaux.
f
h
??'*
yrv