De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 20 maart pagina 10

20 maart 1936 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

i i' K ?<>? Een verhaal van De Groene EEN BEKENTENIS F. Bordewijk HET was eerst in den laten namiddag dat Mr. de Jong, bekend advocaat, naar zijn kantoor terugkeerde. Hij gaapte, hij was korzelig. De zitting had lang geduurd, en aan de zaak was het eind misschien voorloopig nog niet te zien. Daar het vak zich tot specialiseeren weinig leende, behoorde de Jong tot die zeldzame advocaten wier praktijk althans in hoofdzaak bestaat uit zaken van een bepaalden aard: het waren bij hem straf zaken. Maar zij konden zijn werklust niet volkomen bevredigen en in zijn stoffelijke behoeften niet ten volle voorzien, hij had daarnaast ook een ge mengde praktijk. Hij ging nog even naar zijn kantoor, hij moest de post nog teekenen en hooren wie er geweest was of had gebeld. Hij was een man op leeftijd, hij klom langzaam de trap op naar zijn kamers, twee kale voor zijn personeel, een passabele voor de clientèle, een weelderig privékantoor. Het was een hoogst vervelende affaire waarin hij de verdediging voerde. Den heelen morgen, den heelen middag alleen met een uur pauze om een stukje te eten hadden de rechtbank, het openbaar ministerie, de verdachte, de deskundigen, de getuigen, en hij, gebogen gezeten of gestaan over allerlei paperassen, zonder dat de vervalschingen nog opgehelderd waren. De rechtbank had besloten om den avond door te werken. Mogelijk kwam ze er doorheen. Hij moest er zich op voorbereiden dat hij vandaag nog aan het woord zou komen voor zijn pleidooi, maar misschien pas heel laat, misschien pas tegen middernacht. Hij liep met een kort bonjour de twee bediendenkamers door. Zijn eerste klerk opende de deur van zijn privékantoor, stak het licht op, schoof de gordijnen dicht, nam zijn hoed, jas, wandelstok mee. Nog iets geweest, Johan? De klerk gaf hem een lijstje met een paar tele foontjes. Hij liep het vlug door. Hij herinnerde zich dat hij niet in zijn wachtkamer had gekeken. Maar de bediende zei het al: Er zit nog n meneer op u te wachten. Hij verbeterde zich: Een man. .De Jong keek naar de klok. Het was bijna zes uur, bijna .sluitingstijd. Hij moest nog thuis eten, en om acht uur terug zijn op de rechtbank. Hij zit er al een paar uur, hij wil u absoluut vandaag nog spreken. De advocaat kende dat. Die dwingelanden zonder consideratie voor iemand anders zijn vrijen tijd, hoe krap gemeten, dat waren de straf klant j es. Maar hij was als een dokter. Hij kwam voor de cliënten desnoods 's nachts uit zijn bed. Even wachten. Eerst de post.. .. En dan kunnen jullie gaan. Zet alleen de telefoon over. Het was hier gelukkig behoorlijk warm. De haard werd altijd zorgvuldig onderhouden, hoe lang hij ook mocht wegblijven. Hij gaapte, niet uit moeheid, uit verveling. De post werd gebracht. Hij liet de brieven nog even achter zijn rug liggen, stond behaaglijk bij den haard en dronk langzaam een glas water. HIJ was een zeer sober mensch, een man op leeftijd, maar geestelijk nog achttien karaats. Fysiek ook. Alleen trappenklimmen ging niet meer in het tempo van de jeugd. Maar verder stond hij zijn man. Het kanon noemden ze hem wel in de advocatenkamer, of de witte leeuw. Zijn stem mocht er wezen, zijn haren ook. Het kanon, de witte leeuw, dat klonk. Hij had die namen zelf voorzichtig gepousseerd, zoo met: zeg, weet je dat ze me tegenwoordig het kanon schijnen te noemen ? Niemand wist het, natuurlijk niet, maar zoo kreeg hij van lieverlede de bijnamen er toch in. 65.- 85.Stalencollectie op aanvraag NIEUWENGELAND KONINGSPLEIN AMSTERDAM Wie pleit er in de strafkamer? De witte leeuw brult. Werkelijk kon men hem bij vlagen in de gang hooren brullen. Nu stond hij zwijgend bij zijn haard, heelemaal niet met reminiscenties aan een kanon. En aan een leeuw op jaren deed alleen vaag zijn rijkelijke, witte haar denken, wat langer dan de gewone dracht, maar toch niet de manen van een artiest. Zijn haar dat in het openbaar een rol vervulde evengoed als zijn stem. Want zooals hij zijn stem banden bespeelde en er soms een fortissimo uit bracht waarvan een onervaren rechter kon schrik ken, en het publiek schrok, altijd, zoo wendde hij ook de fraaie bekroning van zijn schedel aan tot meerder effect, door er mee te schudden, mis moedig, twijfelend, furieus, en vooral door haar naar achteren te strijken en het volle licht op zijn voorhoofd te doen vallen in die momenten waarin hij zijn exposéals een zegen van verheldering op zijn gehoor wilde uitgieten. Hij teekende zijn post en ontbood zijn laatste n cliënt. Een man, had zijn klerk gezegd. Een man, meer niet. Meneer, begon de man, staande dichtbij de achter hem gesloten deur. Mijn naam is Meyer. Marcus Meyer. U zult me niet kennen. U hebt me niet verdedigd. Ik ben net ontslagen. Ik heb twee en een half jaar gezeten, zonder aftrek. Ga dan zitten, noodigde de advocaat met breed gebaar, gul en grof. Het was zoo zijn aard. Hij had van die invallen, die hij móést plaatsen ten koste van alles. De cliënt reageerde op het gebaar, niet op de grap. Hij nam plaats tegenover het breede bureau, rustig en bescheiden. Hij zat stil op een punt van den stoel. Hij durfde niet zoo vrijpostig zijn te leunen. Onge twijfeld kwam hij pas uit de gevangenis. Hij had het typische gevangenisteint, dat minder bleek is dan kleurloos. De Jong achterover in zijn bureaustoel, open voor iedere confidentie, wachtte. De man begon opnieuw. Mijn naam is Meyer. U kent me niet, maar mogelijk hebt u mijn naam wel es meer gehoord. Hij pauseerde. Hij keek niet op, toch scheen het of hij eenig wederwoord verwachtte. De Jong keek scherp. Halt l Was dat een tegen zet? Werd daar bedekt el ij k gezinspeeld op zijn eigen, allerminst zeldzamen naam? Zoo ja, dan was het tegenover zijn vrij vulgair grapje een meesterzet van fijnheid. Zulke dingen waardeerde hij, een leven van redetwisten had hem ontzag gegeven voor de macht van het woord. ? Ga door, zei hij alleen. De man hervatte: Ik ben Nu volgde geen naam meer, maar heel wat anders. De advocaat zat stil achter zijn bureau te luisteren. Hij zag achter den bezoeker den wandspiegel, en daarin een onbeweeglijke neutrale rug, en dan verder weg zichzelf, en vooral de witte kap van zijn haar. Langs gelaat en achterhoofd keek hij in zijn eigen oogen. Hij had zoo dikwijls tijdens cliëntenbezoek aldus in de verte in zijn eigen oogen gezien, die witte leeuw was hem zoo vertrouwd, hij knipoogde hem soms gewoon toe. Maar ditmaal knipoogde hij niet. Wel keek hij, maar wat hij zag was een paar oogen dat almaar grooter en ronder werd, waarin een verbijstering zich begon af te teekenen. Ik ben.. .., had de man gezegd. Wie was die raadselachtige persoonlijkheid die twee en een half jaar gezeten had,. die daar aan hem kwam vertellen wie hij was, een schobbejak, een schavuit, een schurk, een bandiet ? De advocaat zag in den spiegel. De lange lijst der meest eerlooze kwalificaties die de bezoeker aan zichzelf uitreikte bezorgde hem kippevel. Zijn haar rees niette berge, het was misschein te lang. Maar toch, de manen stonden breeder uit, de spiegel bedroog niet. Ik heb.. .., zei de man. Het was aldoor heel stil. Het personeel was al een poos vertrokken, in het huis klonk geen geluid dan het murmelen van de stem die aan het tweede, meer gedetailleerde deel der bekentenis begon. DE Jong kwam onwillekeurig met het bovenlijf meer en meer naar voren. De ander ook. Hij scheen wat stoutmoediger geworden. Hij legde zijn armen op het blad van het bureau, en keek nu en dan, maar nog schuw, naar den rechtsgeleerde, een onpersoonlijke, gedoofde blik. Middelerwij l hampacjr kruq brut f t r. ' -? / 'inesse. biechtte hij wat hij was geweest, wat'hij had gedaan. Hij stapelde verschrikking op verschrikking, hij beschreef wandaden zóó afgrijselijk dat ze voor de beproefde ervaring van den ouden rot nieuw waren, gloednieuw. Ik heb een ontsnapten krankzinnige tegenover me, dacht hij. Maar neen, dat kon niet. Zoo sprak niet iemand wiens verstand was verbijsterd. En, wat meer zegt, hij noemde man en paard. Dat wil zeggen, hij noemde minder ruiters dan wel voet gangers, eenzame voetgangers op buiten we gen, mannen, vrouwen,.... kinderen! En de Jong herinnerde zich: hij kon sommige feiten verifieeren, al was het ook jaren .geleden. Inderdaad, die en die was toen daar en daar verdwenen, en die en die weer daar. Deze onbekende Marcus Meyer sloeg met stukken n Jack the Ripper n Haarman n Angerstein n Peter Kürten, heel die bloedige file van grootmoordenaars in de historische galerijen der zwaarste criminaliteit. Het geluid in de kamer zweeg. Men zou een speld hebben kunnen hooren vallen, indien niet het bodemtapijt zoo mollig was geweest dat men be zwaarlijk den val van een klinknagel hadde gehoord. Maar hoe dan ook, het was buitengewoon stil. De doorgewinterde pleitbezorger zat daar als een hulpeloos kind. Hij was niet persoonlijk bang van het individu dat plots een staalharden blik in den zijnen boorde, want hij kende geen doodsvrees. Maar wel had deze afschuwelijke bekentenis hem tot in zijn diepste vezelen geschokt, en de afschuw van het gansche degelijke, gerangeerde menschdom tegenover de infamie lag op zijn trekken. Hoe komt het dat je maar twee en een half jaar.. .. ? wilde hij vragen. Wat bezielt je in 's hemelsnaam om hier.. .. ? Maar de woorden wilden zich niet vormen. Het kanon was vernageld. Daar klonk nog niet het geluid van een speelgoedpistooltje. Toen, ouder gewoonte want een mensen leert zijn oude gewoonten evenmin af als het ademhalen keek hij in den spiegel. En hij zag geen leeuw, maar een egel. Met moeite kwam hij overeind. Hij beende een paar maal de kamer door. Maar hij wist niet wat hij deed. Hoe nu.. .. ? begon hij deftig. Maar hij wist niet wat hij zei. Intusschen had hij in den anderen spiegel, boven zijn haard, zich nogmaals bekeken. Hij had het gevoel dat zijn haar zich nooit meer leggen zou, en toen hij het neer streek rees het dan ook weer omhoog als een graan veld na een windstoot. Door dit verschijnsel was hij volkomen gepreoccupeerd, en zulks te meer daar het hem een onwelkom hiaat op de kruin onthulde dat de vaardige hand van zijn kapper voor het oog der wereld had weten te verheime lijken. Hoe moest dat straks gaan, om acht uur op de rechtbank? Men zou hem niet herkennen, men zou naar zijn papieren vragen. En bovenal, hij zou onsterfelijk belachelijk wezen. Toen hoorde hij weer de stem van den bezoeker. tot vertrekken gereed. Wat ben ik u schuldig ? Maar, lieve hemel, wat was hij hem schuldig? Hij had geen advies gevraagd, hij was alleen maar gekomen om den duldeloozen last van een berg van zonden via een bekentenis te schuiven op den rug van een weerloos advocaat, of liever in diens weerlooze coiffure. Maar dat zou niet gebeuren. Liever een ouder-. wetsche coupe a la brosse", dan deze ragebol Zijn stem althans keerde reeds tot hem terug, er hij zei eenvoudig; Drie kwartjes voor haarknippen aan huis. Het monster Marcus Meyer vertrok. En nauv was de voordeur gesloten of de stormgolven var het afgrijzen legden zich onder déolie van hè' eenzaam achterblijven. Hij hervond zijn kalmte zijn routine, zijn huid hervond haar gladheid, en. waarlijk, zijn haat voegde zich weer tot de vertrouw de, eerbiedwaardige leeuwenlokken om den schedel Ze zouden nog weer eens hun rol vervullen in dt oratie van een groot pleiter. Hij ging nu maar niet meer een stukje eten. He' werd tijd voor de rechtbank en hïj heesch zich ir. zijn jas. Daar lagen op een hoek van zijn bureau de drie kwartjes zedig bijeen. Pecunia non olet, mees*. muilde hij, en stak ze bij zich met een verteederden glimlach. Hij was vrijgezel, voor hem bezat elk vragend klein volkskind iets onweerstaanbaar engelachtigs. De eerste drie kleuters die hem om een sigarenbandje vleiden zouden er een krijgen, een mooi, van zilver. Schaken ONDERSTAANDE partij werd kortgeleden gespeeld te Weenen. De ex-wereldkampioen speelde daar zes partijen tegen de zes sterkste (Unateurs met het schitterende resul.aat, dat hij geen enkele partij verloor. Franache verdediging Wit: Zwart: l)r. A. Aljechin.Eenige consulteer enden i. e2 e4 e7-eó 2. d2-d4 dy-ds 3. Pbi-ca Pg8-f6 4. Lci-gs Lf8-e7 5. e4xd5 Gewoonlijk geschiedt deze afruil i >eds met den derden zet. eóxds cy-có 6. Lfi-dj Hier is Pb8-c6 sterker. 7. Pgi-e2 o-o 8. Ddi-dz Tf8-e8 .j. h2-h4 ........ Wit stelt de lange rokade nog uit om te zien welke taktiek zwart nu kiezen Een psychologisch sterke zet. Op -o-o zou zwart met b7>b5 een koningsinval inleiden, welke sneller tot zijn cht komt dan de witte. .). Kei-fï! ........ Hier staat de koning voorloopig eilig en wit kan met zijn aanvals lannen voortgaan. o ......... Pb8-a6 . a2-as Pa6-c7 .. Pe2-g3 Fc7-e6 ... Pc3-e2 ..... ... E»it is niet het beste, met Pg3-fszou ;t zijn druk op den koningsvleugel r.terkt kunnen hebben. ;» ......... h7-hó 10n.gg ? 38» B mm &%%& y ?«-/'> w:w>. ?' '*"?? Een fraai offer, welk bij correcte iTdediging minstens tot remise moet ? iden. M- ........ gyxh De pointe i Op onmiddellijk D x h6 zou zwart met Lf8 in het voordeel :-, ...... ... Le7-f8 In aanmerking kwam hó-hs, waarop vit waarschijnlijk met Ph6+, Kf8; I ;4 (dreigend Dhó +) Kg8, Phó + met t mise genoegen moet nemen. i . Pfsxh6+ LfSxhó i. Ddsxhó Pd7-f8! Pareert de dreiging Th3 en dreigt F ó-hy benevens Dfó, i . Pe2-g3 ........ Om Phy met Ph5 te beantwoorden. i ... .. . ..... Pf6-g4 'i . Dh6-gs+ ???? .-..'? Wit, alhoewel een stuk achter, vreest < dameruil niet. In zijn sterk figuren* >el heeft hij voldoende compensatie. "?>. .. .... .'. DdSxgS '?t*. h4XgS Pf8-g6 Op Pe6 zou Te i gevolgd zijn. ;r. 12-13? ...... ??? Hier verzuimt wit met Phs (dreigt i 3) zijn voordeel te demonstreeren. Na «.en tekstzet krijgt zwart eenige tegenkansen. .23. Kfl-f2 Tai-ez l Pg6-f4 Pf4xg2 PAG. 19 DE GROENE Na. 3068 Kg8-f8 Kf8-e7 Te8-f8 Pg2xe3 24- Tei-e2 25- Pg3-hS 25. Phs-f6 27. 28. Nu is wit nog maar de kwaliteit achter, maar heeft behalve een pion ook nog de beste stelling. 28 Lc8-e6? Hiermede geeft zwart een belangeijk tempo cadeau. Beter was Ld729. f3-f4 Tf8-h8 30. Pf6-h7 Ta8-g8 31. f4-f$ Le6-d7 32. Ke3-f4 K«7-d6 33. Thi-h6 + Kd6-c7 o . Ph7-f6 ThSxhó 35- g5 xhó Tg8-h8 36. hó-h7 Kc7-d6 37. Kf4-g5 Kd6-e7 38. Pfó xd7 Ke7 xd7 39. Kg5-h6 Opgegeven. L. Puzzles immiiiiMiiiiiiiimiiimHiimmmmiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiMiMiiiii 5 Prijswinnaars z ijn deze week: voor het f l letterraadsel B. Tideman, Prof, van | Wotenweg /, Bloemendaal; voor het | | vermenigvuldigingraadsel: K. de | | Wit, Willem de Zwijgerlaan 80', | | Amsterdam-W. | = Voor elke puzzle wordt een plastiek van Hildo Krop uitgeloofd.Inzendingen | | vóór Dinsdag op een BRIEFKAART; | | op de adreszijde het woord LETTER- i | RAADSEL of MAGISCH RAAM ver- l | melden. i mmiiiimiiiiiiiiiiimiiMiiimmiiiiiiiiliiiiMiiiii iiiiiiiiiiiiinii Nieuwe opgaven Letterraadsel. Uit onderstaande lettergrepen moe ten 22 woorden worden gevormd, wier ie letters, van boven naar beneden ge lezen en 3e letters van beneden naar boven, een versregel vormen van J. C. Noordstar. acht - am - baar - bo - dam - dam de - de - dek - del - e - e - e - e - ek en - en - er - gaal - ge - gen - gen gen - gie - go - in - in - kar - ker klap - ko - Ie - len- len - H - ling - lor lijk - lijk - ma - man - me - me - me me - mer - mi - mie - na - na - na - na no - pe - pim - re - ree - ren - ren - rie ron - se - ster - ster - ta - ta - te - te tel - ten - tri - trie - tu - wa - wil - zei. Omschrijving. i. van aard veranderen, 2. dichtsoort, 3. ambacht, 4. titel, 5. eensgezindheid, 6. stuk veesch, 7. motregen, 8. stad, 9. werven, 10. vogel, n. middelmatig, 12. wagentje, 13. ongelijk, 14. kluize naarswoning, 15. drinken, 16. drie hoeksmeting, 17. aanklampen, 18. te weten, 19- kaassoort, 20. toegeven, 21. afstammeling, 22. voorwendsel. Magisch raam Vul in onderstaande figuur de vol gende letters in:.. a, a, a, a, a, a, a, a, a, d, d, e, e, e, e, g» g».g» g» *» k» k, l, l, m, m, n, n, n, n, p, p, r, r, s, s, s, s, s, t, t, v, v, w, w, Zoowel in horizontale als in ver ticale richting moeten nu 5 woorden van zeven letters ontstaan van de volgende beteekenis: i. exotisch orkest. 2. edelsteen. ? 3. naad in schilderij- of spiegellijsten. 4. edel metaal. 5. belangrijk onderdeel van een spoorwagen. Oplossingen Letterraadsel Letter r aadsel. Hoe glimt de gulden zon op uw zwartglanzend haar l (PaulVlemminx). i. herman. 2. o g a den. 3. elaboratie. 4. g henna. 5. l d e p o p. 6. l nemen. 7. m enin gs ver sch il. 8. t z a m e n. 9. d nemarken. 10. egalisatie. xt. galeiboef. 12. urgentie. 13. l i t a n i e. 14. d i r eet or i u m. 15. evacuatie. 16. nawerking. 17. z i z elmar mo t. 18. onwezenlijk. 19. n e u ze l e n. 20. o n p a s s e l ij k. Vermenigvuldiging Vliegkunst. CITY THEATER Kleine-Gartmanplantsoen HET ZEER BIJZONDERE EN IMPONEERENDE FILMWERK GA NOOIT VAN ME WEG!" (Escape me never) London film der United Artists van L. C. B. Regie: Dr. Paul Czinner In de hoofdrol de groote actrice, begiftigd met een waarlijk grootse h talent EL IS A B ET H BERGNER die reeds duizenden tot geestdrift bracht door haar vorige groote filmwerken. AMUSANT VOORPROGRAMMA Nieuwste actualiteiten uit binnen» en buitenland Toegang boven 18 jaar PEREZ PERZISCHE TAPIJTEN AMSTERDAM G - Singel 480-482 b/h Koningsplein HOTTERDAM 'S-GRAVENHACtE UTRECHT etaleert uitstekende kleeden voor de huiskamer. Hat Huis Perez valt als er n imitatie in buis komt. U leeft haastig... en daarom hebt U er behoefte aan, U snel, vlot en gemakkelijk te oriënteeren; maar geenszins oppervlakkig . . . en daarom verlangt U dat Uw oriën teering toch grondig en degelijk zij. U kunt kiezen uit een aantal interessante weekbladen en tijdschriften en er is in de Nederlandsche periodieke pers zeker geen tekort aan degelijkheid. Maar als U een blad zoekt dat frisch, vlot n gezaghebbend is - dan komt U bij DE GROENE terecht. Abonnement tot 31 December 1936 ?7.50 BON ADMINISTRATIE DE GROENE" KEIZERSGRACHT 355 - AMSTERDAM Postjlro 72880 ? G«m««nt« Giro G 1000 - Telefoon 37964 Qndergeteekende wenscht zich met ingang van heden te abonneeren op DE GROENE AMSTERDAMMER. De abon nementsprijs van heden af tot 31 December 1936 bedraagt f7.50. Abonnementen kunnen slechts op 31 December eindigen en worden anders stilzwijgend voor een jaar verlengd. Naam.: ? ; ;.;? ?.; '' Straat: :.; : ;.. Nr, Woonplaats: .. i, ....? ,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl