Historisch Archief 1877-1940
l
Ij
i»
t-'
?i'
TWEE FATALE BESLISSINGEN
Vernietiging van de uitbreidingsplannen
van Haarlem en Heerlen, waarin grond was
bestemd voor land- «n tuinbouw.
MET groote teleurstelling is in de kringen van
hen, die belang stellen in de vraagstukken
der stadsuitbreiding, kennis genomen van
de beide Koninklijke besluiten, waarin vernietigd
werden de besluiten van Gedeputeerde Staten van
Noord-Holland en Limburg, respectievelijk strek
kende tot goedkeuring van de uitbreidingsplannen
van Haarlem en Heerlen. Het gaat hier om een
hoogst belangrijke kwestie. De Woningwet schrijft
voor, dat een uitbreidingsplan de bestemming van
den in dat plan begrepen grond moet aanwijzen. In
de uitbreidingsplannen van Haarlem en Heerlen
waren bepaalde gronden voor cultuurdoeleinden
aangewezen, nader gespecificeerd als: landbouw,
tuinbouw en veeteelt. Gedeputeerde Staten hadden
die plannen goedgekeurd, niettegenstaande ver
schillende belanghebbenden bezwaren hadden geop
perd. De Kroon heeft echter uitgesproken, dat een
bestemming tot cultuurgrond zich niet verdraagt
met de bedoeling van de Woningwet en dat, voor
zoover het in de bedoeling der gemeenteraden lag,
bebouwing ter plaatse tegen te gaan, dat doel op
andere wijze behoort te worden bereikt. Op deze
overwegingen zijn de goedkeuringsbesluiten van
Gedeputeerde Staten vernietigd, zoodat de beide
uitbreidingsplannen krachteloos zijn geworden.
Ik ben niet in staat te beoordeelen, of het inder
daad gewenscht is, dat deze bepaalde gronden voor
landbouw, tuinbouw en veeteelt, waarvoor zij ver
moedelijk op dit oogenblik gebruikt worden, bestemd
blijven. Het gaat mij niet om deze speciale gronden.
Het gaat mij om het principe, of gemeentebesturen
in het vervolg niet langer bevoegd zullen zijn, in hun
uitbreidingsplannen bepaalde terreinen voor deze
doeleinden te bestemmen.
Het komt mij voor, dat de beide Koninklijke
besluiten gemotiveerd worden door overwegingen,
die ten deele uiterst zwak zijn, ten deele bepaald
onjuist en dat het resultaat in hooge mate te
betreuren valt.
UITERST zwak is de overweging, dat bestemming
van bepaalde terreinen tot cultuurgrond zich
niet verdraagt met de bedoeling van de Woningwet,
zooals deze blijkt uit de considerans. Een beroep op
de altijd beknopte en eemgermate onvolledige con
siderans van een wet, waarvan de tekst na de oor
spronkelijke uitvaardiging herhaaldelijk ingrijpend
is gewijzigd, terwijl men de considerans ongewijzigd
heeft gelaten, is al zeer bedenkelijk. Maar deze con
siderans is bovendien altijd, naar algemeen bekend
is, van te beperkte strekking geweest. Die conside
rans gewaagt van het uitvaardigen van wettelijke
bepalingen betreffende de volkshuisvesting", maar
steeds is deze considerans ruim geïnterpreteerd.
Het onder vigeur van dezelfde considerans uit
gevaardigde Woningbesluit schrijft uitdrukkelijk
voor, waar sprake is van het streekplan, dat in dat
plan grond bestemd kan worden voor tuinbouw enz.
Bepaald onjuist is mijns inziens de overweging,
dat indien een gemeenteraad bebouwing ter plaatse
wenscht tegen te gaan, dit doel op andere wijze kan
worden bereikt. Een ander doelmatig middel van
dezelfde strekking is mij niet bekend.
Het bouwverbod van artikel 35 van de Woning
wet kan hier geen toepassing vinden. Het is slechts
te gebruiken voor gronden, die in de naaste toekomst
voor straat, gracht of plein bestemd zijn. En dat is
hier zeker niet het geval.
Dat de gemeente dergelijke gronden zou moeten
onteigenen om te bereiken, dat zij voor cultuur
doeleinden bestemd zullen blijven, is te gek om vol
te houden.
Het gebruik van de bouw- en woningverordening
BOLS
'-L
om bebouwing op deze terreinen te verhinderen,
wat er dus op neer zou komen, dat men stelselmatig
iedere bouwvergunning voor deze terreinen zou
afwijzen, zonder positief aan te geven, waarvoor
deze terreinen dan wel bestemd zijn, ware hoogst
onbehoorlijk.
En ten slotte, de wet eischt, dat de bestemming
van de gronden in een uitbreidingsplan positief
wordt aangegeven. Wanneer inderdaad die bestem
ming is: landbouw, tuinbouw en veeteelt, dan moet
men dat positief uitspreken en kan men niet vol
staan met de bestemming onuitgesproken te laten
en allerlei middelen toe te passen om een bebou
wing tegen te gaan.
ER is in deze geschiedenis n lichtpunt en dat is
het eenigszins ontwijkende antwoord, dat de
Ministen van Sociale Zaken, die voor deze beide
Koninklijke besluiten de verantwoordelijkheid draagt,
gegeven heeft op de schriftelijke vragen betreffende
dit onderwerp gesteld door het lid van de Tweede
Kamer van der Waerden. De Minister erkent in zijn
antwoord, dat de gevallen beslissing afwijkt van de
tot dusverre door doctrine en practijk algemeen
gehuldigde en aanvaarde interpretatie. Hij voegt
daaraan toe, dat de beslissing is genomen op grond
van het desbetreffende advies van de Afdeeling voor
de geschillen van Bestuur van den Raad van State.
Dat advies ontslaat den Minister echter niet van
zijn verantwoordelijkheid. Ten slotte merkt de
Minister op, dat hem niet gebleken is, dat deze
bestemming tot cultuurgrond verband hield met de
belangen der volkshuisvesting in ruimen zin, ter
wijl evenmin is komen vast te staan, dat bij een
achterwege blijven van die bestemming die belangen
niet de verzorging kunnen verkrijgen, welke zij
behoeven.
Heel helder is dit antwoord niet. Maar het opent
toch het perspectief, dat dit incidenteele beslissingen
zijn geweest en dat in andere gevallen een bestem
ming tot cultuurgrond wel zal worden aanvaard.
Uit de beide Koninklijke besluiten kon veeleer het
' tegendeel geconcludeerd worden.
Ik zou wel eens het antwoord van den Minister
willen zien op de vragen, waartoe deze gronden
zijns inziens dan wel bestemd hadden moéten
worden en welk middel de gemeentebesturen moeten
hanteeren, om te bereiken, dat deze gronden on
bebouwd blijven wat natuurlijk beteekent, dat zij
hun gebruik voor landbouw, tuinbouw en veeteelt
behouden.
Deze beslissingen zijn des te meer te betreuren,
omdat 's Ministers ambtsvoorganger in het Konink
lijk besluit tot goedkeuring van het uitbreidingsplan
van Hilversum, waarvoor hij de verantwoordelijk
heid draagt, van een geheel andere mentaliteit heeft
blijk gegeven en omdat de Minister van Waterstaat
blijkens zijn toezegging, dat hij de indiening van
een nieuw wetsontwerp tegen de lintbebouwing zal
bevorderen, ook blijk heeft gegeven de noodzakelijk
heid te beseffen, de eigenaars van gronden aan den
rand van steden in hun vrijheid om te bouwen
binnen de perken te houden.
Ik ben niet een blind bewonderaar voor alles wat
men ordening" pleegt te noemen. Dat heb ik hier
ter plaatse herhaaldelijk laten blijken. Maar, van
de juistheid van de stelling, dat de gemeente
besturen tot taak hebben de wijze van bebouwing
te ordenen, ben ik ter dege doordrongen.
Wat kunnen de beide gemeentebesturen en andere
gemeentebesturen, die met hun uitbreidingsplannen
in dezelfde positie verkeeren, doen om zooveel
mogelijk de kwade gevolgen van deze beide fatale
beslissingen te ontgaan?
Misschien kunnen zij hun doel bereiken door deze
bestemming niet in een uitbreidingsplan, maar in
een streekplan vast te leggen. Tegen dat middel
kunnen althans een deel van de thans aangevoerde
overwegingen niet worden gebruikt. Het
Woningbesluit verklaart immers uitdrukkelijk, dat in een
streekplan grond voor tuinbouw, enz. bestemd kan
worden (lid 5 van artikel 17),
Men zal ook verstandig doen in de toekomst niet
meer te spreken van een bestemming tot cultuur
grond" met de nadere toelichting, dat daarmede
bedoeld is voor landbouw, tuinbouw en veeteelt",
maar de bestemming aan te duiden als landelijke
bestemming" of voor mijn part landelijke bebou
wing", met de toelichting, dat daarmede bedoeld is:
boerderijen op zeer groote afstanden van elkander
gelegen". Men heeft dan menschelijkerwijze wel
de zekerheid, zonder dat zulks uitdrukkelijk is
uitgesproken, dat de tusschen de boerderijen
gelegen gronden tot cultuurgrond bestemd zullen
worden.
A. C. JOSEPHUS JlTTA
PAG. l DE G ROE N E Ne. 3071
IIIIIIIIIMIIIIIIHIIIIIIIMIIIIIMI
IIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Primitieve ruilhandel
BLIJKENS berichten in de dagbladen.
uit wat men noemt een betrouwbare bro
zou Duitschland onlangs een Amerikaans
machine-installatie geruild hebben voor 200.0
kanarievogels en zouden Duitsche filmexplo
tanten een compensatietransactie gesloten
ben met een Amerikaansche filmmaatsch.\pp
waarbij een film werd betaald met een nijlpa
Waar moet dat heen, wanneer er niet mee vol
doende kanaries en nijlpaarden beschikt
zijn?
| Bartje in Modern Times
k E uitgever van Bartje" heeft Cha^lotl
Kohier een paar fragmenten uit dit bo
| laten voorlezen. Het resultaat kunt u thans
l iederen boekwinkel beluisteren.
| Is dat een aardig boek, meneer?"
| Buitengewoon, mevrouw, een best :elle
= veertigduizend exemplaren van verkocht
l ik u er even iets van laten hooren ?" Hij <.\
de gramofoon op.
= Aardig, ja, hél aardig. Hoewel hm,
I aardig. Maar de toon, ziet u, de toon ...
| Hebt u niet iets anders ?"
i Zoo gaan Bartje en Lotje hand in ham
| langen weg naar het ongewisse.
flIllllimillllllimilllHllllmmillllimiHlllimmmillllllllllllMimillmilll l|||d
Vredespr\
A.
OP een avond sprak ik voor padvinde>s
welpen- Het ging over de internatioi
gedachte, zoals die voor mij betekent:
gaan krijgen door de praktijk van het werk in
burgerluchtvaart.
Ik had verteld over de valse schijn van ridderli ikheil
in moderne krijgvoering, over het luchtbombordement
dat op sluipmoord lijkt en over de weinige eer, < He
naar menselijke begrippen, te behalen kon zijt,
het toebrengen van leed of het doden van betrekkelij
weerlozen, die persoonlijk geen schuld haddei.
had gezegd, dat de afscheiding tussen de volketen ij
mijn ogen door honderden vluchten over grenzen
waren geworden tot bepalingen van steeds '
ineen schrompelende waarheden, welke met de ;'<
kleiner en kleiner waren geworden tegenover
dgrotere waarheid: dat het een laagheid is om n;e>
te doden of te willen doden. Dat doodsverachting
zelden een mannelijke deugd is doch triestig vaak
vorm van levensverachting in hen, die van d>
baarheid en de heiligheid van het leven onvoldi
besef hebben omdat hun leven niet genoeg i-u
heeft.
Daar waren vierhonderd padvinders bij <M
maar in de drukke gedachtenwisseling, die ofj
sprak ieder, die wat te zeggen of te vragen had,
gauw zonder schroom en zo kon het gebeunn,
er een kleine welp midden uit de kring ineen
overeind ging»staan en met stralende Ogen vn
En, meneer, waar zit u nu liever in, in een jager*
in een bommenwerper f"
T\IE welp had drie kwartier gespannen getuiste
'*-J maar alle pacifisme was volkomen lang;
heen gewaaid, omdat zijn hele jongenshart tdt'g
naar die vreeslijk interessante vliegtechniek, welkt<
mee vervlochten geweest was. Er waren nog een
van die vragen: waarom een bom niet ontplof te, nl
op z"n kant viel? hoe zo'n mitrailleur werkte,
tussen de schroefbladen doorschoot? De spreker
er wijzer van dan de vragenstellers. Hij leerde
eens, dat diegenen, die natuurlijk ook wét tegen
doden van mensen zijn maar nog meer tegen
anders (schending van de staatssouvereiniteit,
hun idee van eer van de vlag, van de nationale beu
rechten of wat dan ook) en die dus de bereidheid^
oorlogvoering van de natie sterk willen houden, #'
niet zo erg ongerust behoeven te maken over de et
georiënteerde vredespropaganda omdat er <
en goede trouw
.?.?MMNMMMHPPMMMNMMBMBMMMMMMNM
?£N eed van trouw of een belofte van
geirzaamheid aan iemand anders dan aan
gezagsdragers kan in een
gezagsraaf. van den Staat niet worden geduld,"
ft C'«lijn gezegd.
(folk en Vaderland vindt hierin aanleiding,
vette letters de Vrijmetselaarsgelofte af te
waarin voorkomt een belofte van
jhooizaamheid aan de wetten der Orde en
[b«sl iten van het Grootoosten", en verlangt
, grond hiervan een ambtenarenverbod voor
limct elaren" en mitsdien ontslag van minister
de Orde van Vrijmetselaren een
koninkigekeurde vereeniging, die in art. 3 sub 4
r grondwet uitdrukkelijk van haar leden
gehoorzaamheid aan de wetten des lands".
belofte van gehoorzaamheid aan een
tgelij^e organisatie en aan de reglementair
om :i besluiten van haar bestuur
onvereenigw is met de plichten van een
staatsambte, /au hetzelfde moeten gelden van alle v
>rjir.^en, met inbegrip van al onze
kerkgenootJiappen.
ifaai minister Colijn sprak over een belofte
gehoorzaamheid aan IEMAND, en dat is
l iet-, anders. Vooral wanneer die iemand zich
| van Godswege geroepen dictator van
Nederv clt.
iet .leine verschil tusschen de twee soorten
beloften moffelt VoVa listiglijk weg. Trouw
de i leider schijnt daar niet noodzakelijk
ktgCK-.de trouw jegens andersdenkenden samen
gaat
LIHIIIII 'iiiiiiimiiiiiiiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiHimiiiMiiMiimiKiiiminimum
\aganda
ILY
trad'
jfpen zullen blijven, die te jong zijn, om te kunnen
>ffe; , wat het leven waard is, maar oud genoeg, om
\rnee ie willen spelen. Omdat de wereld al ijd vol
l blij t en lopen met jongens van alle leef ijden, tot
m sterk de vierhonderd kilometers uursnetheid
hc jachtvliegtuig zullen spreken maar niet de
le/oo Heid van de jacht; die in hun primitieve
ond-:ring voor het mitrailleurmechanisme zullen
[ver: steken omdat ze te ongevormd zijn, om de
wdt van het daardoor bedreigde leven te kunnen
\len n. die dus naar het kruisdradencentrum van
lbon nenrichtkijker nooit meer dan een object"
Ven ien aanschuiven. Er steekt een noodlottige
.it in het optimisme, waarmee vele bezielden
opaganda voeren: zij denken, dat die jongen
' dt- kijker mensen ziet en dat het pleit dus
gewonzijn, als hij nu maar even tot doordenken
kan worden. Maar die jongen ziet helemaal
tn mensen; hij speelt nog altijd zijn opwindend
fl m-. * de onbezielde tinnen soldaatjes en van de
oo 'e oorlogen van zijn Vaderlandse Geschiedenis:
[spe* H het geboeide spel van een jonge heiden, voor
? evcrigeliewoorden klanken uit een onverstaanbare
fl zr i, die hem niets zeggen en waar hij dus niet
ir luisteren zal. Mensenliefde, vijanden
liefJij zult niet doden f Wat zegt dat den jongen
ilj, van twintig of van vijftig als de vlaggen
<jaan en de machtige jachtescadrille daverend
P >ef te draaienïNiets; want het spel, de
technische volmaaktheid, vechten, wraak en
ing zijn tienmaal sprekender realiteiten
d 'i onvolwassen mens.
u, lp wil en ziet alleen: het soort spel. waarvoor
\teew in Europa achter de tralies pleegt te worden
oud, i. Zijn eergevoel betreft nog gemakkelijk
«h .'?'it heidense soort eer, dat van het vloeien van
i f hangt. Daarom is vredespropaganda. die
«n -net bezieling van mensenliefde spreekt, niet
f gei: lar lijk voor haar tegenstanders. Die behoeven
te zeer verontrust te gevoelen: With rare
lfw, men are stitl monkeys and when you put
and a lighted match into the paws of
;,?, they blow themselves up to see the fun.
js are onty safe when deprived of means tobe
e" zegt ergens Galsworthy, wiens laatste zin
\dit uerband echter nadrukkelijke cursivering
ver"f als het er om gaat, te bepalen, welk soort
vredesnaast die op uitsluitend morele gronden
verdient.
rt,,;
DE ENGELSCHEN ZIJN, dat is bekend, op hun
comfort gesteld. In alle beteekenissen van
het woord. Zij zijn op hun gemak gesteld
en maken zich niet graag zorgen. Ook niet in vraag
stukken van buitenlandsche politiek. Het is al een
heel ding, dat zij zich danig aan 't bewapenen zijn
en dat zij ronduit hebben verklaard Frankrijk en
Belgiëbij een ongeprovoceerden aanval te zullen
helpen. En als het eenigszins kon, zouden zij zich
nu maar niet verder met de zaken willen bemoeien.
Maar dat kan niet en dat zien zij zelf wel in ook.
Behalve die eigenschap van op hun gemak ge
steld te zijn, hebben de Engelschen nóg een bij
uitstek Britschen karaktertrek. Zij staan?met alle
innerlijk voorbehoud omdat dat gepraat tóch maar
van buitenlanders komt voor ieder nieuw gezichts
punt open. Met een zekere liberaliteit (berust die
ook niet voor een deel op gemakzucht?) zien zij
overal wel iets goeds in. Vandaar dat Hitler's voor
stellen werkelijk niet zoo slecht werden opgenomen,
in 't begin. Zeker, daar zien wij wel wat in, zoo
redeneert men te Londen. Toen kwamen de Fransche
bezwaren. Maar natuurlijk, waarde vrienden, jullie
hebt gelijk ! Dat, en dat, en dat, dat zijn allemaal
zaken die we óók wel gezien hebben. Natuurlijk,
Hitler zou veel verstandiger doen, wanneer hij nu
maar op ons verzoek inging om geen vestingwei ken
in het Rijnland aan te leggen. Maar als hij nu niets
voor ons verzoek voelt, wat dan?
EUROPA WORDT GEREGEERD, althans de
Europeesche politiek beheerscht, door sinistere
paradoxen. De Engelschen zijn door-en-door paci
fistisch. Zij willen niet vechten. Daarom willen zij
met Frankrijk alleen technische" militaire
stafbesprekingen houden, waarvoor de heeren nu in
Londen bijeen zijn. Maar Groot-Brittanniëbehoudt
zich alle rechten voor, het wil in geval van nood
zooveel mogelijk vrij zijn om zelf ja of neen te
kunnen zeggen. De eenige toezegging van politieke
waarde is die, die gegeven is voor het geval van een
ongeprwocecrden aanval. Maar wat is
ongeprovoceerd"? En welke instantie maakt dat uit?
Downingstreet? Dan is deze garantie gén garantie.
En een garantie geven, dat willen de Engelschen
ook liever niet. Eden begrijpt wel, dat hij een heel
eind dien kant op moet, maar hij moet aan den
anderen kant de publieke en de parlementaire
opinie ontzien. Natuurlijk verhoogt die halfslachtig
heid het gevaar, omdat nog steeds een prospectieve
aanvaller zal speculeeren op verschil van inzicht
tusschen Frankrijk en Engeland. Zoodat men zeggen
kan, dat Engeland gevaar loopt in een oorlog ver
wikkeld te worden, omdat het niet voor honderd
procent zeker durft te zeggen dat het naast Frankrijk
staat. Was het echter op dit bondgenootschap ten
volle voorbereid, dan zou geen enkele mogendheid,
zelfs niet het oorlogszuchtige Derde Rijk, ook maar
durven droomen van een aanval op Frankrijk.
Wanneer Engeland bereid was het gevaar onder de
oogen te zien, dan ttv/s er geen gevaar !
Maar de oogen gaan open heel langzamerhand:
Mannen als Winston Churchill en Sir Austen
Chamberlain zijn bezig het publiek de waarheid in
te stampen. En heel toevallig» krantenberichten
dragen daar het hunne toe bij, voor een lezerspubliek
dat zoozeer open staat voor een grap en een sneer.
Alle mogelijke hooge Engelsche heeren worden
druk door Duitsche instanties achterna geloopen.
Zoo heeft de Duitsche afdeeling van de All Peoples
Association als symbool van goodwill een lading
van tweehonderd boeken naar Engeland gezonden
en deze door den ambassadeur Von Hoesch laten
overhandigen aan Lord Londonderry. Daarbij is
ook Mein Kampf....
FRANKRIJK heeft echter van Londen nul op het
request gekregen, inzake zijn voorstel om in
Brussel een conferentie der Locarno-mogendheden
te houden. Het is logisch dat zij een eenheidsfront
willen stellen tegenover Hitler's voorstellen. Zij
willen óók wel onderhandelen. Maar slechts op
basis van bestaande verdragen. Zij willen geen
rechtsbreuk sanctionneeren. Bovendien, wanneer
nu al vrijwillig aanvaarde en nog onlangs bevestigde
overeenkomsten verscheurd worden welke
waarde hebben dan nieuwe verdragen? De Engel
schen deelen trouwens dit scepticisme. Wat moet
men denken van voorstellen inzake het verbieden
van gas-aanvallen en luchtbombardementen, wan
neer die komen van een zijde, die in staat is daar
over vandaag een verdrag te sluiten en morgen dat
verdrag op te zeggen of te verbreken onder verwij
zing naar een of andere schoonklinkende chicane ?
Toch zien de Franschen zelf ook wel in, dat
naast op hun stuk staan tegenover de
rechtsinbreuk ook positieve plannen tot het organiseeren
van den Europeeschen vrede noodig zijn en tegenover
de Duitsche voorstellen hebben zij nu zelf een nog
verderstrekkend plan gelanceerd; verderstrekkend,
omdat de veiligheidspacten zich tot Moskou in
plaats van tot Warschau zullen uitstrekken (zooals
Hitler's plan bedoelt), verderstrekkend ook in de
veiligheids-, ontwapenings- en economische organi
satie van Europa. Het Protocol van Genève tot
Europa beperkt en aangevuld met een Europeesche
Volkenbondsweermacht en de beginselen voor een
Europeesche tolunie vormen den inhoud. Op het
eerste gezicht lijkt het plan te mooi om waar te zijn,
vooral wanneer men bedenkt dat de voorstellende
staat zelf nog zoo weinig orde op zijn eigen zaken
heeft, dat het zijn grondstoffenproducenten niet
heeft kunnen beletten voor meer dan de helft de grond
stoffen der Duitsche herbewapening te hebben
geleverd. En nog steeds rijden dagelijks 70 wagens
met erts uit Frankrijk naar Krupp en zijn collega's.
Maar omgekeerd ligt in deze richting toch de
eenige vredeskans voor ons werelddeel en deze
plannen mogen tienmaal als utopie verworpen
worden, de elfde maal zullen zij het eenige alter
natief voor een gezamenlijken ondergang zijn.
/""NNDERTUSSCHEN komen te Londen de generale
V-/ staven reeds bijeen. En te Genève de commissie
van Dertien, die een uitweg moet zoeken uit het
Abessynische Labyrinth. Dat die uitweg zoo snel moge
lijk gevonden wordt, is iets dat de Franschen onge
twijfeld zullen wenschen. Maar de Engelschen waken
er met alle kracht voor, dat Italiëniet zijn zin
krijgt alvorens de met alle ridderlijkheid spottende
veroveringstocht der Italianen gestopt wordt.
Met afschuw en verachting neemt de wereld kennis
van de gas-aanvallen op weerlooze inboorlingen.
Maar ondanks alles wordt ook dit vraagstuk ge
regeerd door een paradox, n.l. dat juridisch en
formeel de Italiaansche aanval (een daadwerkelijke
militaire actie, immers) een ernstiger schending der
internationale rechtsbeginselen is dan Hitler's
inbreuk op Locarno en het onttrekken, door hem,
van Duitschland aan de plechtig aanvaarde juris
dictie. Maar materieel is het Abessynische conflict
een aangelegenheid van den tweeden rang. Den
wereldvrede dreigt een grooter gevaar door het
Derde Rijk dan door de dolle veldtochten in Afrika
van den Duce.
Langs rechte lijnen ontwikkelt zich de geschie
denis niet.
LEERDAM dreigt een stad van werkloozen te
worden als de regeering niet ingrijpt. Reeds
is een groot aantal arbeiders werkloos en nu komt
het ontstellende bericht, dat, zonder ste n van
buitenaf, de bekende glasfabriek Leerdam zijn
900 arbeiders op straat zal moeten zetten en
liquideeren. De oorzaak is de economische autarchie
die den buitenlandschen afzet vrijwel vermoord heeft
en het is slechts aan de buitengewoon goede verhou
dingen tusschen personeel en directie, welke tot
uiting komen in een voor Nederland unieke
medezeggingschap, te danken dat deze industrie het nog
zoo lang heeft volgehouden. De 900 werkloozen die
op straat zouden komen, zouden den staat op/ 300.000
aan steun komen te staan. Er is dus alle aanleiding
voor de regeering om alle maatregelen, zelfs als zij
vele duizenden zouden kosten, te nemen die het
bedrijf op gang kunnen houden. En daartoe wor
den thans overal alle krachten in het werk gesteld.
Men vraagt zich echter af waarom de zaak zulk
een catastrofaal karakter moest aannemen, voor
dat er zoo'n vaart in wordt gezet, als men hoort dat
er reeds elf maanden onderhandelingen met het
6o-millioen fonds gaande zijn. Het is toch wel
buitengewoon jammer, dat dit Werkfonds, dat
allerwegen met zulk een vreugde begroet is, zoo
weinig vlot heeft gewerkt.
CuRApAO krijgt een nieuwe gouverneur in bur
gemeester Wouters van Eibergen. De schei
dende gouverneur te Willemstad, Van Slobbe, heeft
een mooie ambtsperiode achter zich.
Een overval als in 1930 is niet meer mogelijk en
de economische bloei, dank zij de petroleumhaven,
is ook in den vorm van waterleiding en andere hy
giënische maatregelen aan de bevolking ten goede
gekomen.
Ook in Oost-Indiëgaat een hoogstaand
ambte? aar heen: Meyer Ranneft, de vice-president van den
xaad van Indië, heeft ontslag gevraagd. Wanneer
het gezondheidsredenen zijn moge hij in patria spoe
dig herstel vinden en nog lang voor de betrekkingen
met de overzeesche gewesten gespaard blijven.
PAG. 3 DE GROENE Ne. 3071
lï: