De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 22 mei pagina 4

22 mei 1936 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

Uit De Groene van januari 1918 DB 18 MEIDAG, de feestdag van den Volkenbond, werd hier te lande met gedempte klanken maar met groote vastberadenheid gevierd. Dit sprak uit de houding der 18000 vrouwen dia te Amsterdam demonstee den zoo goed als uit de wcorden ds r sprekers Colijn en Joekes op den avond van Volkenbond en Vrede in den Haag. Uit alles blijkt dat de werkelijk nationale gsest meer is met den neger, die pro testeerde toen Mussert de Italiaansche overwinning toejuichte, dan met den spreker die hierop tot groot vermaak van zijn heldenschaar antwoordde: ga maar naar den negus". En als het nationaal moet heeten toe te jui chen, dat Duitschland ,,zoo sterk is dat de heeren (van den Volkenbond) niet meer durven te bijten, maar alleen te blaffen" en men beseft wat ons land als een der naaste buren van dat sterke land heeft te verwachten, dan is dat Durtsc/i-nationaal. De baste bestrijdingsmethode is het, ni:t met de heeren in hun methode te concurreeren in felheid zooals de rede van den heer Wendelaar op het liberale congres; of in dwang zooals de radiocontröle die deze speech verbood; maar door op krachtige wijze den voedings bodem aan deze woekeringen te ont nemen. Dit doet thans de gemeente Amsterdam met zijn MierWerk-actie. En dat wil de heer Van der Heide de regeering laten doen, door haar als nog tegenover Hardenberg's fraudee renden burgemeester een strenger be handeling te laten toepassen dan een eervol ontslag. WIE ZAL DE NIEUWE GOUVERNEURGENERAAL voor NederlandschIndiëzijn? De laatste twintig jaren hebben wij om beurten een vooruitstrevenden en een conservatieven landvoogd g had. Of thans als G.G. weer een voorstander van de ethische polit ek" aan de beurt komt? Naar het antwoord hierop was de Eerste Kamer even nieuwsgierig als wij, al sprak zij de vraag niet uit en Colijn wachtte zich wel daarover iets los te laten. REFERENDUM-UITSLAG Y f ET referendum Vrede, WelF""/ vaart. Staatsorde" is niet het J. J* eerste referendum, dat op initiatief van De Groene wordt georganiseerd. Toen in 1018 het Evenredige Kiesrecht met U j sten stelsel was ingevoerd en de mogelijk heid voor Vrouwenkiesrecht in de Grondwet was geopend, heeft De Groene een proef s temming onder zijn lezers en lezeressen georgani seerd voor een.... Vrouwen Parle ment. Deze verkiezing werd als volgt in geleid : DE Lezer zal zich herinneren, dat de heer Van Idsinga bij de algemeene beschouwingen het denkbeeld van een Vrouwenraad, een soort van vrouwenparlement, ter sprake heeft gebracht. Men kan niet zeggen, dat het denk beeld bijster veel succes heeft gehad. Was dit te wijten aan het feit, dat dit nieuwe denkbeeld afkomstig was van het kamerlid, dat meer dan eenig ander nieuwe denkbeelden met het moordtuig der kritiek bejegent? Be schouwde men het denkbeeld als praehistorisch ? Of was er iets anders in het spel? Vreesden de heeren con currentie? Vreesden zij, dat als een maal het vrouwenparlement gescha pen was, zij zouden hebben afgedaan en de oogen van de natie zich uit sluitend op hun mededingsters zouden richten? Vreesden zij, dat straks de tribunes van het Binnenhof leeg en ver laten zouden liggen en men zich zou verdringen voor de deuren van Eva's heiligdom ? Wie zal het zeggen ? Maar hoe dit zij en ook al zal waarschijnlijk nimmer een Vrouwenparlement in Nederland worden geschapen, het leek ons een goede gedachte, onder de abonné's een verkiezing voor een dergelijk Parle ment op touw te Zitten. En wel voornamelijk om tweeërlei redenen. Ten eerste zal de uitslag van deze verkiezing ongetwijfeld in hooge mate belangwekkend zijn. Als bij iedere verkiezing zal de uitslag met spanning worden tegemoet gezien. En ten tweede zal deze verkiezing een prachtige gelegenheid bieden om den lezers van D i Groene een duidelijk beeld te geven van ons stelsel van Evenredige Vertegenwoordiging. Want deze verkiezing zal het spreekt haast vanzelf gehouden worden nauwkeurig volgens de voorschriften van het nieuwe kiesstelsel. De abonné's waren door de administratie ingedeeld in drie kieskringen, in elk waarvan 10 lijsten aan de kiezers werden voor gelegd : n voor den Bond en n voor de Vereeniging voor Vrouwenkies recht met namen als mevrouw Wijnaendts Francken, Jöhanna Westerman en Aletta Jacobs; en n voor de socialistische vrouwen met mevrouw Wibaut als lijstaanvoerster; Vrije Vrouwen; Vredesvrouwen (Mevr. Kluyver, Bakker-Van Bosse, Rosa Manus) ; Huisvrouwen (o.a. de kookboekschrijfster Wittop Koning); de sociale werksters als Mej. Knappert; de wetenschappe lijke vrouwen met Prof. Jöhanna Westerdijk, Clara Wichmann en Cornetia de Lange als lijstaanvoerster; bij de vooraanstaande vrouwen op kunst-gebied waren dit Theo Mann-Bouwmeester, Therèse van Duyl-Schwarze, en Top Naeff. Bij het betrekkelijk geringe aantal stemgerechtigden (de verkiezing werd onder de abonné's gehouden en niet onder vooraf uitgezochte categorieën tot een totaal van meer dan 150.000 zooals thans) bestond voor Amster dammers de gelegenheid persoonlijk hun stem op het redactie-bureau uit te brengen. Melis Stoke, ook n der commissie-leden, beschrijft deze sterndagen in een alleraardigste repor tage, waarvan wij het onderstaande fragment plaatsen: vooral aan het kiezen der dames, het novum, ge wijd. ZEVEN dagen lang drongen de scha ren van opdringende stemsteren re detwistend en juichend en hunne man nelijke collega's verdringend, de onder hun gewicht berstende en brokkelende treden op, die leiden tot 't hechte pand waar 't stembureau gevestigd is. Zeven dagen lang bedwongen, met moeite, politieagenten en marechaussee de massa der ter Keizersgracht op trekkende vrouwen. Daar zetelde, ernstig, de stemcommissie, mannen en vrouwen, met zwarte kleederen en plichtige witte gezichten. Zij beduidden de stemsters, hoe men het witte gaatje voor de te kiezene zwart maakt..".. en menige glimlach van innig en hau tain medelijden was er, om de simpel heid dier bewerking, waarvan de man zich, zoovele jaren lang, angstvalliglijk het eenig en uitsluitend recht had voor behouden. Met waarlijk bewonderens waardige zekerheid grepen de stemsters in taschjes en réticulekens naar draag baar schrijfgereedschap, om dan de witte stip te doen verdwijnen. Ach, hoe simpel was dit alles, verge leken met de ingewikkelde bereke ningen van huishoud-, slagers- en groenboerboeken I.... Driemalen per dag bracht een bode van 't postkantoor zware liassen gesloten stembiljetten. Deze werden door de commissie ge opend, en in de bussen gestort. Honderden dames, die telefonisch wilden stemmen, moesten afgewezen worden. Den vierden dag was er een opstootje. Vier keukenmeiden kwamen zich beklagen over het feit dat ze in een ver keerden kieskring waren. Hunne vriendinnen waren in een anderen kieskring, en zij zagge niet in as werom die 'n steek meer ware as hun." Toen de secretaris van 't stembureau hun de zaak wilde uitleggen, hieven zij met schelle stemmen de Internationale aan. Onder de kreten: Weg mit 't kappetaal! Weg mit de ekenomiese bond!" lieten zij zich verwijderen. Ten slotte wijdde onze toenmalige hoofdredacteur prof. mr. J. van Hamel aan den uitslag, waarbij 3124 stemmen werden uitgebracht en aan de verschillende lijsten 2 tot 5 zetels konden worden toegekend, een be schouwing, waarbij hij de volgende gevaren van de evenredige aertegenwoordiging signaleerde: HET blijkt nu reeds, tot wat voor ver rassingen en combinaties dit lijstenstelsel de eerste maal aanleiding geven zal! Als uit een goocheltoer zal 't nieuwe parlement te voorschijn komen. Hierin ligt dan ook een.... bezwaar: dat het Evenredige Kiesrecht neerkomt op verzwakking van de macht en van de positie der volksvertegenwoordiging. In de tweede plaats is er dit feit: dat handige groepeering der namen op de lijsten, een heel apart vak van studie en toewijding wordt, waardoor ontzaglijk veel persoonlijke invloed uitgeoefend worden kan l Het nieuwe stelsel verhoogt zeer zeker de aangename, eerlijke onder linge verhouding der candidaten m een zelfde partij niet! Integendeel, het kan die verpesten.... Zullen wij beleven, waar Destrée van gesproken heeft: een eeuwig voortdurende paci ficatie, partijdeeling en partijbewind"; een bestuur door clubs"; een ver steening van het politieke leven, doordat de uitslag der verkiezingen vooraf kan worden vastgesteld, en een geregel de omzetting van de meerderheid, waardoor nieuw bloed in de regeering gebracht kan worden" vrijwel uitge sloten is? EEN DUITSER IN FRANKRIJK De Fransen zoals ze werkelijk zijn Jantje", die ook voor 17. jaar reeds voor De Groene teekende hopelijk verklappen wij hiermee niet voor te velen dat hij dus thans geen kind meer is gaf in dezelfde weken ook een plaat over de kiesrechtactie der vrouwen NIEMAND kende Paul Distelbarth, al was hij ongetwijfeld op zijn dorp een populaire en geziene figuur. Een hereboer, die zijn bedrijf kende in alle bizonderheden, een plezierig, reëel, nuchter mens, begaafd met een scherpe intelligentie en een onbegrensd gevoel voor humor. Tijdens de oorlog had hij aan het front gestaan, en hij had er enkele merkwaadige ontdekkingen gedaan. Vooral deze, dat de Duitse openbare mening over het Franse volk ten enen male verkeerd en misleidend was voorgelicht. Te drommel, hij had voor Verdun gelegen, en daar was hem de lust wel vergaan, om zich de Fransen nog verder voor te stellen, gelijk dat in het officiële Duitsland gewoonte was geweest: als een verwijfd en verslapt volk, nu ja, misschien geestig en galant, maar toch zonder diepere krachten van geest en ziel. Hij had respect gekregen voor de ,,kameraden aan de overzijde", die met onvermoeide taaiheid hun stellingen verdedigden. ,,Ils ne passeront pas": dat was geen litteratuur geweest, dat was verbeten wil. Welk een soldaten l.... Maar dan moest men ook de consequentie trekken en er kennen: welk een volk l.... Toen Paul Distelbarth uit de oorlog terugkwam, had hij de kiem opgedaan van hetgeen weldra in hem groeien zou tot een idee force": de gedachte, dat, wanneer men de vrede in Europa bouwen wil, er maar n grondslag mogelijk is: de hechte en loyale vriendschap tussen de Duitse natie en de Franse. Doch wanneer men deze vriendschap tot werke lijkheid wilde maken, waren vele zwarigheden te overwinnen. Politieke, maar ook psychologische. Natuurlijk was de liquidatie van Versailles nood zakelijk. Maar deze liquidatie mocht niet plaats hebben door geweld en chantage, doch langs de weg van overleg en overtuiging. En Distelbarth geraakte tot het inzicht, dat zulk een redelijk overleg inderdaad tot overtuiging van den Fransman zou kunnen leiden. Hij begreep, dat Briand geen duivelse mooiprater was, die den braven, goed gelovigen Stresemann verstrikte, geen Franse imperialist, voor wien het pacifisme fraseologie en rookgordijn betekende. Hij vermoedde met stijgende stelligheid, dat Briand n der diepste gewetenswoorden sprak, voor zichzelf en voor zijn volk, toen hij zeide: Tant que je serai la, il n'y aura pas de guerre". Hij voelde de echtheid van Briand's politiek, want als plattelander besefte hij, dat de Franse boerenmassa's de oorlog moesten haten met de beslistheid van hun practische zin en van hun humanistisch levensgevoel. Neen, Paul Distelbarth was geen Tolstoyaan, die zich bijster bekommerde om de vraag, wat hij per soonlijk wel zou doen, wanneer de oorlog uitbrak. Wanneer hij zonen heeft, zou hij hen niet aanzetten tot .dienstweigering. Maar wel zou hij hun leren, de geest vrij te houden van chauvinisme en vreemdenhaat. Reëel stond hij tegenover zijn eigen land, volk en staat, maar even reëel ook tegenover de grote natie aan de overzijde van de Rijn. Toen in December 1931 ontving hij de mededeling, dat men hem graag zou horen spreken op een vredesmeeting te Dijon. Natuurlijk neemt hij de uitnodiging onmiddellijk aan. En daarmee begint zijn grote ontdekkingsreis onder de Franse be volking. HIJ arriveert tamelijk verreisd en hongerig te Dijon, waar niemand er meer op rekent, dat hij misschien nog niet gegeten heeft. Fatsoenlijke mensen hebben natuurlijk om twee uur hun déjeuner achter de knopen. Reizigers voorzien zich van een lunchpakket, en, wanneer de spreker van de avond blijkt, hierop een uitzondering te hebben gemaakt, voelt hij, dat verwonderde blikken op hem rusten. En Distelbarth vindt de situatie vrij pijnlijk, maar hij heeft dit geleerd: dat de Fransman dien men in Duitsland altijd voor een slordervos pleegt aan te zien eigelijk een hoogst ordelijk mens is, met vaste gewoonten. En later zal het hem dan ook niet meer verwonderen, wanneer, tijdens opstootjes te Parijs, de demonstranten n uur de strijd met de politie onderbreken pour aller casser la croüte". Barricaden of niet orde moet er wezen l Zoo doet Distelbarth telkens en voortdurend nieuwe ervaring op. Hij weet uit zijn ogen te kijken, hij weet de intonatie in een stemgeluid te verklaren, hij weet de verschijnselen te herleiden .tot hun oor sprong. En langzamerhand heeft hij zich over het Franse volk een documentatie verzameld, die de moeite van het publiceeren waard is. Hij duikt in Frankrijk onder, en telkens als hij weer bovenkomt, PAG. i DE GROENE No. 3077 heeft hij iets merkwaardigs opgevist, waarover hij gezellig vertellen kan: nu is het dit trekje, dan dat. Als boer heeft hij contact met dit boerenvolk, en weet hij de mensen aan het praten te krijgen. Hij spreekt overal en met iedereen, aan diners, in spoorwegcoupé's en langs de wegen. En telkens heeft zijn woord grote deskundigheid, zodat de aangesprokene zich op zijn gemak voelt, tegenover iemand van het vak: geen buitenstaander, geen sight-seeënde vreemdeling. Hij geeft aanwijzingen over de grond en de kunstmest, over de laatste uit vinding op het gebied van dorsmachines, en over de graanprijzen. Maar hij is ook op de hoogte van architectuur hetzij van een Romaanse basiliek, of een moderne kerk in betonbouw. Aan tafel moet hij het laatste snufje weten over wijnmerken en over de Franse keuken. En men vertelt het hem, omdat hij het voorlaatste schijnt te kennen.... Wandelt hij door het Massif Central, dan bezoekt hij den plaatselijken geoloog, en weet mee te praten over de vorming van gesteenten en lavalagen.... Maar met iederén keuvelt hij over de politiek. Inderdaad, deze hereboer heeft een ontzagwekkende, encyclopedische, doch steeds volkomen zakelijke en practische kennis! JA, de politiek l Hij heeft leren onderscheiden, onze vriend Distelbarth, wat echt is in Frankrijk en wat vals, wat de Parijse kranten schrijven en wat het werkelijke Franse volk, het Franse collectieve geweten ervan vinden. Hij weet b.v., dat het Stavisky-schandaal eigelijk niemand heeft geïnteres seerd, ook al blokletterde de grote" pers er dage lijks met heftigheid over. Wij achten dit een meesterstuk van scherp gevoel voor schijn en wezen !.... Distelbarth is gaan schrijven, en zijn boek heet: Lebendiges Frankreich i). Het is een juweel geworden. Dat het ver schijnen mocht, is misschien te danken aan de huidige internationaal-politieke conjunctuur, waarin Hitler tot iedere prijs wil trachten, het Frans-Russisch accoord te breken. Misschien ook aan de voorrede, die Henri Pichot, de voor zitter der Union Federale des Anciens Combattants ervoor schreef. Doch met dat al staat vast, dat het naar geest en strekking ten diepste ingaat tegen het militante imperia lisme van: Siegreich wollen wir Frankreich schlagen.... en van het onuitsprekelijk libel: Mein Kampf. BIJ DE FOTO'S De Fronsen zijn een boerenvolk. en het hart van Frankrijk klopt niet in de hoofdstad, doch in de provincie. Niet de danceuses van de cancan, maar de breiende commères van de straatkant vertegenwoordigen het levende Frankrijk. Dit te hebben begrepen en geschreven is de ver dienste van Paul Distelbarth, wiens boek in dit artikel wordt geprezen Distelbarth is voorzichtig, en nergens spreekt hij zich uit tegen het huidige regime in Duitsland. Ja, een enkele maal beroept hij zich zelfs op de scepter dragers van het Derde Rijk. Doch hij doet het steeds op een wijze, die ons herinnert aan de be roepen van de XVIIIe eeuwse Encyclopedie op het kerkelijk gezag. Wie weet te lezen, leest het omge keerde van hetgeen er staat.... Lebendiges Frankreich is het beste boek, dat, naar wij weten, door een Duitser over Frankrijk geschreven is. Beter dan allerlei scherpzinnige werken, die zich te uitsluitend bezighouden met het geschreven getuigenis en met de hoofdstad Parijs. Distelbarth (zelf een provinciaal) heeft begrepen, dat het levende Frankrijk" vooral in de departe menten ligt. Hij kent ze zoals ze zijn: met hart en ziel verknocht aan de idealen van de Republiek en van het progrès civique", van sociale gerechtigheid en internationale verzoening. En daarom kan zijn hoofdstuk over de 6e Februari 1934, Aufruhr in Paris", ook zo uitmuntend zijn, in zijn stille spot, die alle Camelots du Roy, Vuurkruisen en Francisten ironisch terugbrengt tot hun ware proporties. Ver gissen wij ons niet, dan zullen die bladzijden eerlang gelden voor het beste document over die belachelijke en ellendige avond en nacht. DE Berliner Börsenzeitung, het enige Duitse blad dat over Distelbarth niet zweeg, heeft hem een défaitist" genoemd, besmet met het alte Deutsche Erbübel, die Objektivitat auf die Spitze zu treiben". Inderdaad: dit boek is objectief. Tegenover Frankrijk, en ook tegenover Duitsland. Laten wij een eerbiedige gedachte over hebben voor den man, die vandaag in Duitsland durft te laten drukken, dat het verschil tussen Franse democratie en Duitse dictatuur slechts een verschil in leeftijd is.... waarbij dan de democratie de rijpe, voldragen zelfregering betekent, en het autoritair bewind slechts een stuk al te jeugdige Sturm und Drang".... Men leze dit boek om zijn innerlijke waarde en waarheid, doch men leze het zeker om zijn moed l DR. H. BRUGMANS i) Berlin, Ernst Rowohlt, 1936, 374 blz.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl