Historisch Archief 1877-1940
Uit De Groene van januari 1918
DB 18 MEIDAG, de feestdag van den
Volkenbond, werd hier te lande
met gedempte klanken maar met
groote vastberadenheid gevierd. Dit
sprak uit de houding der 18000 vrouwen
dia te Amsterdam demonstee den zoo
goed als uit de wcorden ds r sprekers
Colijn en Joekes op den avond van
Volkenbond en Vrede in den Haag. Uit
alles blijkt dat de werkelijk nationale
gsest meer is met den neger, die pro
testeerde toen Mussert de Italiaansche
overwinning toejuichte, dan met den
spreker die hierop tot groot vermaak
van zijn heldenschaar antwoordde:
ga maar naar den negus". En als
het nationaal moet heeten toe te jui
chen, dat Duitschland ,,zoo sterk is dat
de heeren (van den Volkenbond) niet
meer durven te bijten, maar alleen
te blaffen" en men beseft wat ons
land als een der naaste buren van
dat sterke land heeft te verwachten,
dan is dat Durtsc/i-nationaal.
De baste bestrijdingsmethode is het,
ni:t met de heeren in hun methode te
concurreeren in felheid zooals de rede
van den heer Wendelaar op het liberale
congres; of in dwang zooals de
radiocontröle die deze speech verbood; maar
door op krachtige wijze den voedings
bodem aan deze woekeringen te ont
nemen. Dit doet thans de gemeente
Amsterdam met zijn MierWerk-actie.
En dat wil de heer Van der Heide
de regeering laten doen, door haar als
nog tegenover Hardenberg's fraudee
renden burgemeester een strenger be
handeling te laten toepassen dan een
eervol ontslag.
WIE ZAL DE NIEUWE
GOUVERNEURGENERAAL voor
NederlandschIndiëzijn? De laatste twintig jaren
hebben wij om beurten een
vooruitstrevenden en een conservatieven
landvoogd g had. Of thans als G.G. weer
een voorstander van de ethische
polit ek" aan de beurt komt? Naar het
antwoord hierop was de Eerste Kamer
even nieuwsgierig als wij, al sprak zij
de vraag niet uit en Colijn wachtte zich
wel daarover iets los te laten.
REFERENDUM-UITSLAG
Y f ET referendum Vrede,
WelF""/ vaart. Staatsorde" is niet het
J. J* eerste referendum, dat op
initiatief van De Groene wordt
georganiseerd. Toen in 1018 het
Evenredige Kiesrecht met U j sten
stelsel was ingevoerd en de mogelijk
heid voor Vrouwenkiesrecht in de
Grondwet was geopend, heeft De
Groene een proef s temming onder
zijn lezers en lezeressen georgani
seerd voor een.... Vrouwen Parle
ment.
Deze verkiezing werd als volgt in
geleid :
DE Lezer zal zich herinneren, dat
de heer Van Idsinga bij de
algemeene beschouwingen het denkbeeld
van een Vrouwenraad, een soort van
vrouwenparlement, ter sprake heeft
gebracht.
Men kan niet zeggen, dat het denk
beeld bijster veel succes heeft gehad.
Was dit te wijten aan het feit, dat dit
nieuwe denkbeeld afkomstig was van
het kamerlid, dat meer dan eenig
ander nieuwe denkbeelden met het
moordtuig der kritiek bejegent? Be
schouwde men het denkbeeld als
praehistorisch ? Of was er iets anders
in het spel? Vreesden de heeren con
currentie? Vreesden zij, dat als een
maal het vrouwenparlement gescha
pen was, zij zouden hebben afgedaan
en de oogen van de natie zich uit
sluitend op hun mededingsters zouden
richten? Vreesden zij, dat straks de
tribunes van het Binnenhof leeg en ver
laten zouden liggen en men zich zou
verdringen voor de deuren van Eva's
heiligdom ?
Wie zal het zeggen ? Maar hoe dit zij
en ook al zal waarschijnlijk nimmer
een Vrouwenparlement in Nederland
worden geschapen, het leek ons een
goede gedachte, onder de abonné's een
verkiezing voor een dergelijk Parle
ment op touw te Zitten.
En wel voornamelijk om tweeërlei
redenen. Ten eerste zal de uitslag van
deze verkiezing ongetwijfeld in hooge
mate belangwekkend zijn. Als bij
iedere verkiezing zal de uitslag met
spanning worden tegemoet gezien. En
ten tweede zal deze verkiezing een
prachtige gelegenheid bieden om den
lezers van D i Groene een duidelijk
beeld te geven van ons stelsel van
Evenredige Vertegenwoordiging. Want
deze verkiezing zal het spreekt
haast vanzelf gehouden worden
nauwkeurig volgens de voorschriften
van het nieuwe kiesstelsel.
De abonné's waren door de
administratie ingedeeld in drie
kieskringen, in elk waarvan 10
lijsten aan de kiezers werden voor
gelegd : n voor den Bond en n voor
de Vereeniging voor Vrouwenkies
recht met namen als mevrouw
Wijnaendts Francken, Jöhanna
Westerman en Aletta Jacobs; en n
voor de socialistische vrouwen met
mevrouw Wibaut als
lijstaanvoerster; Vrije Vrouwen;
Vredesvrouwen (Mevr. Kluyver, Bakker-Van
Bosse, Rosa Manus) ; Huisvrouwen
(o.a. de kookboekschrijfster Wittop
Koning); de sociale werksters als
Mej. Knappert; de wetenschappe
lijke vrouwen met Prof. Jöhanna
Westerdijk, Clara Wichmann en
Cornetia de Lange als
lijstaanvoerster; bij de vooraanstaande
vrouwen op kunst-gebied waren dit
Theo Mann-Bouwmeester, Therèse
van Duyl-Schwarze, en Top Naeff.
Bij het betrekkelijk geringe aantal
stemgerechtigden (de verkiezing werd
onder de abonné's gehouden en niet
onder vooraf uitgezochte categorieën
tot een totaal van meer dan 150.000
zooals thans) bestond voor Amster
dammers de gelegenheid persoonlijk
hun stem op het redactie-bureau uit
te brengen. Melis Stoke, ook n der
commissie-leden, beschrijft deze
sterndagen in een alleraardigste repor
tage, waarvan wij het onderstaande
fragment plaatsen: vooral aan het
kiezen der dames, het novum, ge
wijd.
ZEVEN dagen lang drongen de scha
ren van opdringende stemsteren re
detwistend en juichend en hunne man
nelijke collega's verdringend, de onder
hun gewicht berstende en brokkelende
treden op, die leiden tot 't hechte pand
waar 't stembureau gevestigd is.
Zeven dagen lang bedwongen, met
moeite, politieagenten en marechaussee
de massa der ter Keizersgracht op
trekkende vrouwen. Daar zetelde,
ernstig, de stemcommissie, mannen en
vrouwen, met zwarte kleederen en
plichtige witte gezichten. Zij beduidden
de stemsters, hoe men het witte gaatje
voor de te kiezene zwart maakt.."..
en menige glimlach van innig en hau
tain medelijden was er, om de simpel
heid dier bewerking, waarvan de man
zich, zoovele jaren lang, angstvalliglijk
het eenig en uitsluitend recht had voor
behouden. Met waarlijk bewonderens
waardige zekerheid grepen de stemsters
in taschjes en réticulekens naar draag
baar schrijfgereedschap, om dan de
witte stip te doen verdwijnen.
Ach, hoe simpel was dit alles, verge
leken met de ingewikkelde bereke
ningen van huishoud-, slagers- en
groenboerboeken I.... Driemalen per
dag bracht een bode van 't postkantoor
zware liassen gesloten stembiljetten.
Deze werden door de commissie ge
opend, en in de bussen gestort.
Honderden dames, die telefonisch
wilden stemmen, moesten afgewezen
worden.
Den vierden dag was er een opstootje.
Vier keukenmeiden kwamen zich
beklagen over het feit dat ze in een ver
keerden kieskring waren.
Hunne vriendinnen waren in een
anderen kieskring, en zij zagge niet
in as werom die 'n steek meer ware
as hun."
Toen de secretaris van 't stembureau
hun de zaak wilde uitleggen, hieven zij
met schelle stemmen de Internationale
aan. Onder de kreten: Weg mit 't
kappetaal! Weg mit de ekenomiese
bond!" lieten zij zich verwijderen.
Ten slotte wijdde onze toenmalige
hoofdredacteur prof. mr. J. van
Hamel aan den uitslag, waarbij 3124
stemmen werden uitgebracht en aan
de verschillende lijsten 2 tot 5 zetels
konden worden toegekend, een be
schouwing, waarbij hij de volgende
gevaren van de evenredige
aertegenwoordiging signaleerde:
HET blijkt nu reeds, tot wat voor ver
rassingen en combinaties dit
lijstenstelsel de eerste maal aanleiding
geven zal! Als uit een goocheltoer
zal 't nieuwe parlement te voorschijn
komen.
Hierin ligt dan ook een.... bezwaar:
dat het Evenredige Kiesrecht neerkomt
op verzwakking van de macht en van de
positie der volksvertegenwoordiging.
In de tweede plaats is er dit feit:
dat handige groepeering der namen
op de lijsten, een heel apart vak van
studie en toewijding wordt, waardoor
ontzaglijk veel persoonlijke invloed
uitgeoefend worden kan l
Het nieuwe stelsel verhoogt zeer
zeker de aangename, eerlijke onder
linge verhouding der candidaten m
een zelfde partij niet! Integendeel,
het kan die verpesten.... Zullen wij
beleven, waar Destrée van gesproken
heeft: een eeuwig voortdurende paci
ficatie, partijdeeling en partijbewind";
een bestuur door clubs"; een ver
steening van het politieke leven, doordat
de uitslag der verkiezingen vooraf
kan worden vastgesteld, en een geregel
de omzetting van de meerderheid,
waardoor nieuw bloed in de regeering
gebracht kan worden" vrijwel uitge
sloten is?
EEN DUITSER IN FRANKRIJK
De Fransen zoals ze werkelijk zijn
Jantje", die ook voor 17. jaar reeds
voor De Groene teekende hopelijk
verklappen wij hiermee niet voor te
velen dat hij dus thans geen kind meer
is gaf in dezelfde weken ook een
plaat over de kiesrechtactie der vrouwen
NIEMAND kende Paul Distelbarth, al was hij
ongetwijfeld op zijn dorp een populaire en
geziene figuur. Een hereboer, die zijn bedrijf
kende in alle bizonderheden, een plezierig, reëel,
nuchter mens, begaafd met een scherpe intelligentie
en een onbegrensd gevoel voor humor. Tijdens de
oorlog had hij aan het front gestaan, en hij had er
enkele merkwaadige ontdekkingen gedaan. Vooral
deze, dat de Duitse openbare mening over het
Franse volk ten enen male verkeerd en misleidend
was voorgelicht. Te drommel, hij had voor Verdun
gelegen, en daar was hem de lust wel vergaan, om
zich de Fransen nog verder voor te stellen, gelijk
dat in het officiële Duitsland gewoonte was geweest:
als een verwijfd en verslapt volk, nu ja, misschien
geestig en galant, maar toch zonder diepere krachten
van geest en ziel. Hij had respect gekregen voor de
,,kameraden aan de overzijde", die met onvermoeide
taaiheid hun stellingen verdedigden. ,,Ils ne passeront
pas": dat was geen litteratuur geweest, dat was
verbeten wil. Welk een soldaten l.... Maar dan
moest men ook de consequentie trekken en er
kennen: welk een volk l....
Toen Paul Distelbarth uit de oorlog terugkwam,
had hij de kiem opgedaan van hetgeen weldra in
hem groeien zou tot een idee force": de gedachte,
dat, wanneer men de vrede in Europa bouwen wil,
er maar n grondslag mogelijk is: de hechte en
loyale vriendschap tussen de Duitse natie en de
Franse.
Doch wanneer men deze vriendschap tot werke
lijkheid wilde maken, waren vele zwarigheden te
overwinnen. Politieke, maar ook psychologische.
Natuurlijk was de liquidatie van Versailles nood
zakelijk. Maar deze liquidatie mocht niet plaats
hebben door geweld en chantage, doch langs de
weg van overleg en overtuiging. En Distelbarth
geraakte tot het inzicht, dat zulk een redelijk
overleg inderdaad tot overtuiging van den Fransman
zou kunnen leiden. Hij begreep, dat Briand geen
duivelse mooiprater was, die den braven, goed
gelovigen Stresemann verstrikte, geen Franse
imperialist, voor wien het pacifisme fraseologie en
rookgordijn betekende. Hij vermoedde met stijgende
stelligheid, dat Briand n der diepste
gewetenswoorden sprak, voor zichzelf en voor zijn volk,
toen hij zeide: Tant que je serai la, il n'y aura pas
de guerre". Hij voelde de echtheid van Briand's
politiek, want als plattelander besefte hij, dat de
Franse boerenmassa's de oorlog moesten haten met
de beslistheid van hun practische zin en van hun
humanistisch levensgevoel.
Neen, Paul Distelbarth was geen Tolstoyaan, die
zich bijster bekommerde om de vraag, wat hij per
soonlijk wel zou doen, wanneer de oorlog uitbrak.
Wanneer hij zonen heeft, zou hij hen niet aanzetten
tot .dienstweigering. Maar wel zou hij hun leren, de
geest vrij te houden van chauvinisme en
vreemdenhaat. Reëel stond hij tegenover zijn eigen land,
volk en staat, maar even reëel ook tegenover de
grote natie aan de overzijde van de Rijn.
Toen in December 1931 ontving hij de
mededeling, dat men hem graag zou horen spreken
op een vredesmeeting te Dijon. Natuurlijk neemt hij
de uitnodiging onmiddellijk aan. En daarmee begint
zijn grote ontdekkingsreis onder de Franse be
volking.
HIJ arriveert tamelijk verreisd en hongerig te
Dijon, waar niemand er meer op rekent, dat hij
misschien nog niet gegeten heeft. Fatsoenlijke
mensen hebben natuurlijk om twee uur hun déjeuner
achter de knopen. Reizigers voorzien zich van een
lunchpakket, en, wanneer de spreker van de avond
blijkt, hierop een uitzondering te hebben gemaakt,
voelt hij, dat verwonderde blikken op hem rusten.
En Distelbarth vindt de situatie vrij pijnlijk, maar
hij heeft dit geleerd: dat de Fransman dien men
in Duitsland altijd voor een slordervos pleegt aan
te zien eigelijk een hoogst ordelijk mens is, met
vaste gewoonten. En later zal het hem dan ook
niet meer verwonderen, wanneer, tijdens opstootjes
te Parijs, de demonstranten n uur de strijd met de
politie onderbreken pour aller casser la croüte".
Barricaden of niet orde moet er wezen l
Zoo doet Distelbarth telkens en voortdurend
nieuwe ervaring op. Hij weet uit zijn ogen te kijken,
hij weet de intonatie in een stemgeluid te verklaren,
hij weet de verschijnselen te herleiden .tot hun oor
sprong. En langzamerhand heeft hij zich over het
Franse volk een documentatie verzameld, die de
moeite van het publiceeren waard is. Hij duikt in
Frankrijk onder, en telkens als hij weer bovenkomt,
PAG. i DE GROENE No. 3077
heeft hij iets merkwaardigs opgevist, waarover
hij gezellig vertellen kan: nu is het dit trekje,
dan dat.
Als boer heeft hij contact met dit boerenvolk, en
weet hij de mensen aan het praten te krijgen. Hij
spreekt overal en met iedereen, aan diners, in
spoorwegcoupé's en langs de wegen. En telkens
heeft zijn woord grote deskundigheid, zodat de
aangesprokene zich op zijn gemak voelt, tegenover
iemand van het vak: geen buitenstaander, geen
sight-seeënde vreemdeling. Hij geeft aanwijzingen
over de grond en de kunstmest, over de laatste uit
vinding op het gebied van dorsmachines, en over de
graanprijzen. Maar hij is ook op de hoogte van
architectuur hetzij van een Romaanse basiliek,
of een moderne kerk in betonbouw. Aan tafel moet
hij het laatste snufje weten over wijnmerken en
over de Franse keuken. En men vertelt het hem,
omdat hij het voorlaatste schijnt te kennen....
Wandelt hij door het Massif Central, dan bezoekt
hij den plaatselijken geoloog, en weet mee te praten
over de vorming van gesteenten en lavalagen....
Maar met iederén keuvelt hij over de politiek.
Inderdaad, deze hereboer heeft een ontzagwekkende,
encyclopedische, doch steeds volkomen zakelijke
en practische kennis!
JA, de politiek l Hij heeft leren onderscheiden, onze
vriend Distelbarth, wat echt is in Frankrijk en
wat vals, wat de Parijse kranten schrijven en wat
het werkelijke Franse volk, het Franse collectieve
geweten ervan vinden. Hij weet b.v., dat het
Stavisky-schandaal eigelijk niemand heeft geïnteres
seerd, ook al blokletterde de grote" pers er dage
lijks met heftigheid over. Wij achten dit een
meesterstuk van scherp gevoel voor schijn en
wezen !....
Distelbarth is gaan schrijven, en zijn boek heet:
Lebendiges Frankreich i). Het is
een juweel geworden. Dat het ver
schijnen mocht, is misschien te
danken aan de huidige
internationaal-politieke conjunctuur, waarin
Hitler tot iedere prijs wil trachten,
het Frans-Russisch accoord te
breken. Misschien ook aan de
voorrede, die Henri Pichot, de voor
zitter der Union Federale des Anciens
Combattants ervoor schreef. Doch
met dat al staat vast, dat het
naar geest en strekking ten diepste
ingaat tegen het militante imperia
lisme van: Siegreich wollen wir
Frankreich schlagen.... en van
het onuitsprekelijk libel: Mein
Kampf.
BIJ DE FOTO'S
De Fronsen zijn een boerenvolk. en
het hart van Frankrijk klopt niet in
de hoofdstad, doch in de provincie.
Niet de danceuses van de cancan,
maar de breiende commères van de
straatkant vertegenwoordigen het
levende Frankrijk. Dit te hebben
begrepen en geschreven is de ver
dienste van Paul Distelbarth, wiens
boek in dit artikel wordt geprezen
Distelbarth is voorzichtig, en nergens spreekt hij
zich uit tegen het huidige regime in Duitsland. Ja,
een enkele maal beroept hij zich zelfs op de scepter
dragers van het Derde Rijk. Doch hij doet het
steeds op een wijze, die ons herinnert aan de be
roepen van de XVIIIe eeuwse Encyclopedie op het
kerkelijk gezag. Wie weet te lezen, leest het omge
keerde van hetgeen er staat....
Lebendiges Frankreich is het beste boek, dat,
naar wij weten, door een Duitser over Frankrijk
geschreven is. Beter dan allerlei scherpzinnige
werken, die zich te uitsluitend bezighouden met het
geschreven getuigenis en met de hoofdstad Parijs.
Distelbarth (zelf een provinciaal) heeft begrepen,
dat het levende Frankrijk" vooral in de departe
menten ligt. Hij kent ze zoals ze zijn: met hart en
ziel verknocht aan de idealen van de Republiek en
van het progrès civique", van sociale gerechtigheid
en internationale verzoening. En daarom kan zijn
hoofdstuk over de 6e Februari 1934, Aufruhr in
Paris", ook zo uitmuntend zijn, in zijn stille spot,
die alle Camelots du Roy, Vuurkruisen en Francisten
ironisch terugbrengt tot hun ware proporties. Ver
gissen wij ons niet, dan zullen die bladzijden eerlang
gelden voor het beste document over die belachelijke
en ellendige avond en nacht.
DE Berliner Börsenzeitung, het enige Duitse
blad dat over Distelbarth niet zweeg, heeft hem
een défaitist" genoemd, besmet met het alte
Deutsche Erbübel, die Objektivitat auf die Spitze
zu treiben".
Inderdaad: dit boek is objectief. Tegenover
Frankrijk, en ook tegenover Duitsland. Laten wij
een eerbiedige gedachte over hebben voor den man,
die vandaag in Duitsland durft te laten drukken,
dat het verschil tussen Franse democratie en Duitse
dictatuur slechts een verschil in leeftijd is....
waarbij dan de democratie de rijpe, voldragen
zelfregering betekent, en het autoritair bewind slechts
een stuk al te jeugdige Sturm und Drang"....
Men leze dit boek om zijn innerlijke waarde en
waarheid, doch men leze het zeker om zijn moed l
DR. H. BRUGMANS
i) Berlin, Ernst Rowohlt, 1936, 374 blz.