De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 3 juli pagina 3

3 juli 1936 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Teelcenint voor De Groene van L. j. Jordian GENEEFSGHE KROKODILLENTRANEN .\ l periode, waarin geen uitzicht op con structieve crisisbestrijding meer is. Na het ingetrokken vaste lasten-ontwerp (de reisbelasting is weer naar de verre toekomst verschoven) is het duidelijk, dat de Katholieke Staatspartij in de aanpasrichting niet meer wil, alleen nog aarzelt of zij met de Anti-revolutionnairen of met de S.D.A.P. een andere rich ting in zal slaan; samen zal mr. Goseling deze antagonisten niet licht mee krijgen. En nu is het wachten, wachten op de beslissing. Ondertusschen doen zich onverkwikkelijke verschijnselen als de wilde staking bij de IJ muider visschers voor, waarb:j net hard tegen hard gaat. Natuurlijk er zijn ook hoopgevende tegenbewegingen gaande: EENHEID DOOR DEMOCRATIE" heeft zijn actie tot zuiver houden der politieke atmosfeer in loyale samenwerking nu een jaar lang met aanmerkelijke succes ge voerd. Het nieuw opgerichte genoot schap voor den RECHTSSTAAT" zal door studie dieper ingaan op de vraag stukken die ons staatkundig l venbemoeilijken en zal menschen kunnen samenbrengen, die nieuwe perspectie ven kunnen openen. En er wordt veel andere gestadige voorlichtings- en coördinatie-arbeid verricht. EEN trouwe arbeider op dit veld is ons deze week ontvallen: KETE LAAR, de onderwijzer, de verzorger van de zwakke jeugd, de ras-parlemen tariër met zijn onuitputtelijken volks humor heeft zijn levensbaan volein digd. Hij laat de dankbare herinnering bij vele vacantiekolonicgastjes en hun ouders en bij de onderwijzers van de volksscholen, voor wier gerechtvaar digde belangen hij met taaie kracht heeft gestreden. Een zeer groote uit onze universitaire en koloniale wereld heeft ons ook in alle stilte verlaten: PROFESSOR SNOUCK HURGRONJE, de groote oriëntalist, de Mekkabeschrijver, aan wien ons koloniaal bestuur onvergelijkelijk veel dankt, omdat hij door zijn even avontuurlijk bijeenver zamelde als wetenschappelijk verwerk te gegevens over Atjeh eerst de paci ficatie door Van Heutsz heeft mogelijk gemaakt, daarna als adviseur voor bevolkingszaken belangen van inheemschen n bestuur heeft gediend en verzoend, tenslotte als grondlegger van de Leidsehe school" een garde van voortreffelijke bestuursambtenaren heeft gekweekt en met hen en zijn me destanders altijd op de bres heef t gestaan voor een onbaatzuchtige koloniale staatkunde. ONZE MINISTERDE GRAEFFheeft Nederland's meening uitgesproken in Genève. Hij heeft terecht betoogd, dat er slechts twee wegen mogelijk zijn: óf versterking van de Bondsverplichting'en, met name van de preventieve sancties (art. 11), óf uitbreiding van den Volkenbond' met alle buitenstaan ders en schrapping van alle collectieve plichten met uitzondering van het overleg; en overbrenging van alle sancties naar regionale verdragen. In afwijking van Munch, den Deen, maar in aansluiting op Eden pleitte onze minister voor de tweede keus. Terecht stelde hij daarbij echter als voorwaar de dat de omvang van die veiligheidskringen" door den Volkenbond en niet door de deelnemers zelf zouden wor den bepaald. PAG. 4 DE GROENE No. 3083 Journalistiek schandaal weken geleden werden. twee der hoogste ambtenaren van den Nederlandschen Staat gearresteerd onder verdenking van betrok ken te zijn bij wat in de pers al dadelijk met veel ophef als het Haagsche zedenschandaal" werd aangekondigd. Eén hunner werd na het eerste verhoor reeds in vrijheid gesteld. Voor de invrijheidstelling van den tweede was een bevel van de Arrondissements-Rechtbank te 's-Gravenhage noodigNu de desbetreffende beschikking in. de juridische vakpers is gepubliceerd^ blijkt dat de Rechtbank, die zich ver plicht rekende op door den betrokkene aangevoerde formeele gronden dat bevel te geven, zich tevens gedrongen heeft ge voeld aan hare daarop betrekking heb bende motiveering, de navolgende over weging toe te voegen: dat de Rechtbank echter hiernaast uitdrukkelijk wil opmerken, dat wan neer het boven behandeld formeel ver weer niet was gevoerd, de Rechtbank geen voldoende bezwaren tegen ver dachte aanwezig zou hebben geacht en hem uit dien hoofde in vrijheid zou hebben gesteld". Dat. een dergelijke overweging wel in zeer hooge mate den te dezer plaatse eerder kenbaar gemaakten indruk ver sterkt, dat de gestie onzer justitieele au toriteiten bij de onderhavige arrestaties: een verre van gelukkige is geweest, zij hier slechts terloops opgemerkt. Wanneer in deze zaak uiteindelijke beslissingen zijn genomen, zal er wellicht aanleiding te over zijn, daarop nader terug te komen. Reeds nu dient echter vastgesteld te worden, dat de Nederlandsche dagblad pers in gebreke is gebleven haar lezers te verwittigen van den inhoud van het eerste off ideële document, dat in deze. zaak voor publicatie in aanmerking, kwam. Zij heeft zich aanvankelijk beijverd op de meest onverantwoorde lijke wijze allerhande geenszins vast staande bijzonderheden omtrent hetgeen hier gaande zou zijn aan de publieke belangstelling prijs te geven, hier en daar zelfs onder vermelding van de volledige namen en qualiteiten van de betrokkenen. De meest elementaire wet ten van fatsoen en objectiviteit in de voorlichting der publieke opinie zouden nu toch eischen, dat haar althans niet onthouden blijven feiten als de hier vermelde, waaruit een iegelijk. kan afleiden, dat de vroegere publicaties op het minst genomen praematuur waren en dat nog geenszins vast staat. dat de smoad die daarmede den betrokkenen is aangedaan gerechtvaar digd was. Niet alteen in het belang der daardoor getroffenen, maar ook in dat van het zoo gaarne mateloos verheer lijkte staatsgezag, waarvan zij gewich tige representanten zijn en dat door incidenten als de onderhavige hoogelijk dreigt te worden geschaad, ware zulks geboden. Het is bedroevend telkens opnieuw ie moeten constateeren, dat klaar blijkelijk dergelijke overwegingen inde hedendaagsche journalistiek hier te lande geen rol meer spelen als men zich eenmaal veil heeft gegeven aan de ongezonde sensatielusten der menigte. A DE GROENE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND OPGERICHT IN 1877- 60$te Jaarjang No. 3083 Hoofdredacteur: Prof. Mr. A. C. JOSEPHUS JITTA Redactie: Mr. M. KANN. TH. MOUSSAULT, Dr. P. H. «m ER Jr., Mr. N. J. C. M. KAPPEIJNE VAN DE COPPELUO en Mr. R. H. DIJKSTRA AMSTERDAM C - KEIZERSGR. 355 Tel. 37964 - Pojtjiro 72880'- Gem. Giro G 1000 ... HOE en WAT Opmerkingen over het Referendum Hoeveel ?tembüjetteu werden uitgestuurd MUI B.K.t H ET aantal R. K. dat uitgenoodigd is bedraagt plm. 48.700, aldus verdeeld: oooo R.Katholieke Staatspartij. 11460 R.K. Werkliedenverbond Het aantal uitgebrachte «temmen ZEVEN en twintig duizend driehonderd vier en zestig antwoorden zijn verwerkt en voor publicatie vatbaar. Een kleine twee duizend stembiljetten kwamen zóó laat binnen (noden zoden Juni, d.w.z. meer dan 8 dagen na de of f icieele sluiting) dat zij niet meer konden worden verwerkt. In het geheel hebben dus een 20000 mannen en vrouwen hun stembiljet ingestuurd. Uitgestuurd werden in het geheel 157041 stembiljetten. Onbestelbaar kwamen hiervan terug 1047, zoodat 156.000 hun plaats van bestemming bereikten. Onder deze 156.000 zijn ruw geschat een 30.000 doublures geweest. (Dit laatste was niet te vermijden). Wij kunnen dus rekenen dat ± 126.000 mannen en vrouwen op een juiste manier in staat zijn gesteld hun stem uit te brengen. Ongeveer 24% of V« heeft geantwoord. Dit is ongetwijfeld een groot percentage. Want het is niet gemakkelijk een Neder lander in beweging te zetten. Bovendien was zeer intensieve propaganda, zooals die in Amerika b.v. gemaakt wordt met behulp van studenten, uitge sloten, wegens kosten en tijd. Uit vele ingevulde stembiljetten bleek ook dat men de gestelde vragen zeer moeilijk vond. Zoo ligt hier voor ons een biljet van een tuinman met alleen lagere schoolopleiding die eerst achter eenige vragen ja heeft ingevuld. Daarna hokjes is gaan zwart maken van de meest tegenstrijdige opinies. Toen met een pennemesje eenige van die hokjes weer wit heeft trachten te maken. En per slot van rekening een stem uitge bracht heeft die in geen enkel opzicht klopte met de opgegeven politieke richting. Ook uit de brieven die ons bereikten bleek dat men voor de minder geschoolden deze vraagstelling inderdaad zeer moeilijk vond. Maar ook moet vooral in het oog gehouden worden dat hier een poging werd gedaan die in lijnrechte tegenstelling is met den hokjesgeest in ons Vaderland. Dat politieke partijen ook de meening van andersdenkenden rondstuurden, dat godsdienstig verschillend getinte organisaties de opi nies van anders belijdenden verspreidden, stemt tot verheugenis. Maar aan den anderen kant zijn er zeker een groep menschen afgevallen die een dergelijken opzet moeilijk kunnen waardeeren en het niet mogelijk hebben geacht mee te doen, omdat hun partijmeening niet tot volledige uiting kwam. Al met al kunnen wij zeer verheugd zijn over het behaalde resultaat. De waarde van bet aantal uitgebrachte stemmen DE vermelde 27364 stemmen zijn een selectie van de uitgezonden biljetten. De uitgezonden biljetten werden uitsluitend gezonden aan vooraan staande menschen op elk gebied. Zoowel b.v. van de vakvereenigingen als van de boerenorganisaties, als van de politieke partijen werd alleen het kader" gevraagd mee te doen. Hetzelfde geldt van de vrouwenvereenigingen. Zoo kan men zeggen dat de 27364 uitgebrachte stemmen het meest vooraan staande en het meest in principieele maatschappe lijke en politieke vraagstukken belangstellende gedeelte van het Nederlandsche volk omvatten. Ongeveer 7000 stembiljetten waren voorzien van opmerkingen. Tevens bereikten ons eenige honder den brieven, brochures en ook boekwerken. Het aantal ongeldige stemmen is de 20 niet te boven gegaan. Dit bewijst grooten ernst en verantwoor delijkheidsgevoel. Hoe waren de uitgestuurde biljetten verdeeld over de verschillende groepen? OM nu een juist beeld te krijgen van de uitslag van dit referendum is het noodig dat eveneens de getallen worden gegeven van de uitgestuurde biljetten verdeeld over de verschillende groepen. Speciaal aan vrouwen werden uitgestuurd 7005 stembiljetten, aan organisaties waarvan meeren deels mannen lid zijn 149.459. Immers moet reke ning gehouden worden met het feit dat voorstaande posities in ons land weinig door vrouwen worden ingenomen. Het is daarom niet te verwonderen dat het aantal binnengekomen antwoorden van vrou wen betrekkelijk gering is geweest in vergelijking met de mannen. Onder de vrouwenorganisaties zijn niet opgenomen R. K. organisaties en die waarvan uitsluitend of althans zeer veel gerefor meerden lid zijn. Deze beide groepen waren om verschillende redenen niet geneigd mede te werken. De 149.359 biljetten hoofdzakelijk onder de mannen uitgedeeld, waren als volgt verdeeld: 40.760 onder de academisch gevormden en zij die daar tot óp zekere hoogte mee gelijk gesteld kunnen worden (notarissen, architecten, R. K. geestelijken, enz.) 38.460 onder de vakvereenigingen. 7-360 grootere werkgevers, effectenhandel, enz. 6.661 secretarissen van landbouwmaatschappijen, rijkslandbouwconsulenten, directeuren van zuivelfabrieken, directeuren en secretaris sen van boerenleenbanken. 5.830 middenstandsgroepen. ' 6.480 aanvullingen van R. K. 4.768 algemeene aanvullingen. 25.900 politieke partijen en Ver. Bellamy. 10.000 diversen waaronder de abonné's van De Groene voorzoover geen doublures. 149-359 Over deze groepen is het volgende nog mede te deelen. In de toezending aan de academisch gevormden zijn geen hiaten te vinden. Alle richtingen hebben het no. ontvangen. Onder deze groep is ook de propaganda het grootst geweest. Aanmoedigingen om mede te stemmen stonden in allerlei vakbladen. Onder de vakvereenigingen heeft zich het Christe lijk nationaal vakverbond onthouden van alle commentaar, terwijl de andere vakvereenigingen meer of minder propaganda hebben gemaakt. Het Nationaal Arbeidssecretariaat heeft niet meegedaan. Bij de werkgevers hebben zich de neutrale werkgeversvereeniging en de R. K. werkgeversorgani satie onttrokken aan deelname. Maar onder de Maatschappij voor Nijverheid en Handel" en de Uitgevers bevinden zich natuurlijk ook R. K. en neutralen. De Ver. v. Chr. Werkgevers schreef een aanbevelend woord in haar orgaan. De landbouwsecretarissen enz. bleven verstoken van eenige aansporing uit hun persorganen. Van de middenstandsgroepen en de , .aanvullingen" is slechts te melden, dat de deelname van de midden standsgroepen over alle confessies evenredig is verdeeld. Van de politieke partijen deden niet mede de AntiRevolutionnaire Staatspartij, de N.S.B., Nationaal Herstel, de Staatkundig Gereformeerden, de Her vormd Gereformeerden en de Rev. Soc. Arbeiders partij. Het heeft geen nut mede te deelen wat de bezwaren van deze verschillende partijen waren. Wel ontvingen wij van A.R. zijde vragen, waarom de A.R. niet uitgenoodigd waren. Opvallend is dat van de officieel niet deelnemende partijen, de AntiRevolutionnaire partij toch goed heef t meegestemd. Het percentage van deelneming van deze groep ligt maar iets lager dan dat van de officieel meedoende C. H. Unie (3.5% tegen 3.7%). Middenstandsbond Boeren en abonné's van bladen Onderwijs, Jeugdleiding en Kunst 1500 4660 6480 Samen 33x00 Bij deze 33100 moet nog Va opgeteld worden van het aantal academisch gevormden en zij die daar mee gelijk gesteld kunnen worden; dus 13600 en bovendien Va van de uitgevers, de effectenhande laren en de maatschappij voor Nijverheid en Handel ten bedrage van 2000. Samen dus 33190 + 13600 + 2000 = 48700. Ongeveer Y3 van het totaal aantal uitgenoodigden. Voor dit getal moest ter wille van de billijkheid gezorgd worden. Want het aantal R. K. academisch gevormden bedraagt, wanneer men althans de R. K. geestelijkheid daarbij rekent, V3 van het totaal aantal in ons land. Een verhouding die overeenkomt met de verhouding in ons heele volksleven. Ten onrechte is dus in verschillende bladen van bevoorrechting van de R. K. gesproken v De bewerking van de gemaakte opmerkingen op de biljetten BIJ de bewerking van de antwoorden konden wij wegens tijdsgebrek de bovenvermelde 7000 opmerkingen niet alle rangschikken en verwerken. Er is na menging een steekproef van ongeveer 2000 biljetten genomen. Een gedeelte daarvan is verwerkt in de analyse van den uitslag. Voorts nog het volgende: Uit alle partijen en richtingen ontvingen wij waardeerende opmerkingen. Zoowel uit A. R. richting als uit Sociaal-democratische. Zoowel van Fascisten als van Communisten. Een aantal opmer kingen bracht hulde aan de samenstelling van het referendumgeschrift en over de wijze waarop de schrijvers hun standpunt hebben uiteengezet. Sommigen maakten de opmerking dat hoewel de stukken interessant waren men toch liever stemde op de formuleer ing alleen. Anderen waren van mee ning dat dit referendum op eenvoudiger wijze over het heele Nederlandsche volk herhaald moest worden, b. v. door de vereenigde Nederlandsche dagbladpers. Eenigen wilden een referendum organiseeren over het devaluatievraagstuk. Ten slotte bereikten ons nog verschillende opmerkingen van jeugdige menschen. Zij schreven dat zij niet meer konden voelen voor de huidige partijpolitiek, want ,,dat het streven van de eene partij, het streven van de andere partij scheen op te heffen". ANTON M. BROUWER, Secretaris Referendumcommissie TOEGEWIJDE ARBEID Een woord van dank rjERBlEDWAARDIG is het resultaat van ri veler arbeid, dat in de bladzijden aan dit ?I?J referendum gewijd voor u ligt. Ieder zal bij een oppervlakkigen blik in deze cijferreeksen en woord voor woord verantwoorden tekst, beseffen dat deze een groote hoeveelheid arbeid omvatten. Nog sterker zou uw bewondering zijn, als de veel en veel grootere cijferreeksen had gezien waaruit, door ver eenvoudiging, dit resultaat is ontstaan, als u had meegemaakt de overwegingen, welke combinaties be langrijk waren voor publicatie en welke niet. Als u mee had moeten zoeken naar het opsporen van foutjes waarbij de bekende naald in den hooiberg niets is. Voor dezen ontzagwekkenden arbeid in luttele dagen (en halve nachten, nietwaar?) verricht, past het ons wel allereerst onzen allerhartelijksten dank te betuigen aan de twee statistici uit de referendum-commissie, de heeren mr. dr. J. H. van Zanten, directeur van het Gemeentelijk Bureau voor de Statistiek te Am sterdam, en dr. Ph. J. Idenbiirg, hoofd van de afdeeling Onderwijsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Maar aan deze bewerking was veel andere arbeid voorafgegaan, en ook deze kon slechts slagen dank zij de deskundigheid der Commissie: Prof. mr. G, van den Bergh, dr. A. J. M. Cornelissen en me j. mr. C. Fr. Katz. Daar was allereerst de zoo objectief mogelijke formuleering der vragen, beslissingen over de keuze der deelnemers en over tal van vragen die bij de voorbereiding rezen, waarvoor menige lang durige commissie-vergadering met diepgaande dis cussie en een uitgebreide brief wisseling noodig was» Daar was de arbeid van den secretaris, A. M. BrouPAG. 5 DE GROENE No. 3083 wer, thans hulpprediker in Heerenveen, die, behalve dat hij actief meewerkte de commissie, de uitvoerder van haar besluiten was en daarbij met enkele helpers (de heerenSassen en De Stoppel aar) detallooze vereenigingen, organisat ies, vakbonden en partijen heeft bezocht, welker medewerking noodig was (ook zij worden hier nog eens dankbaar gememoreerd); die met en kele helpster s (mej. mr. C. P. de Baat, mej. mr. Grijzen en mej. mr. Tondu), de thans negen brieven boeken omvattende correspondentie heeft gevoerd; die met assistentie der redactie van De Groene het referendumnummer heef t verzorgd; die de propaganda verzorgde; die ten slotte met mej. A. F. Vbrstman en veertien werklooze kantoorbedienden uit het A.M.V.J.-wérk de vercijfering en de verwerking der opmerkingen heeft volbracht in den korten beschikbaren tijd. En daar waren nog vele, vete anderen, die met raad, met sympathie, met arbeid deze peiling van de stemming onder ons volk hebben gesteund. Bijna al deze arbeid, harde arbeid vaak, is belange loos verricht, met een schat van toewijding en lief de. Hierdoor voelt De Groene Amsterdammer de sommen, welke zij aan de organisatie van dit referendum ten koste heeft gelegd, reeds met interest terugbetaald, ook al zou verder niemand in Nederland zich voor dit onderzoek dankbaar toonen. Daar wij echter uit de vele sympathie-betuigingen, die ons reeds vóór dezen uitslag zijn toegestroomd, weten dat dit wel degelijk het geval is, overweegt bij ons een zeer groot credit van dankbaarheid, dat wij gaarne overdragen aan hen, die in bovenstaande regelen, al dan niet met name, genoemd of vermeld zijn. REDACTIE Ds GROEN» P 'i y » :r

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl