De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 15 augustus pagina 9

15 augustus 1936 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

Een verhaal van De Groene Uit het dagboek van Pierken K: J ALBERT van Haaften was voorbestemd om vooruit te komen in de wereld. In overeen stemming met deze verwachting werd hij door zijn ouders opgevoed. Zijn schoenen waren altijd goed gepoetst, hij droeg een hoed, een papieren boordje en in een zwart zeiltje gepakte boterhammen als hij 's mor gens naar kantoor ging. Hij kwam nimmer te laat of te vroeg, kreeg gaandeweg een paar haartjes op zijn bovenlip en af en toe salarisverhooging. Vrienden hield hij er niet op na, want zijn ouders meenden dat het niet goed voor hem was. 's Avonds thuis, moest hij zijn lessen uitwerken, want hij ,,had" boekhouden van een schriftelijken cursus en Engelsche les van een kennis. Zondags wandelde hij met zijn ouders, als het weer heel zonnig was of speelde een dammetje met zijn vader, als die zijn middagslaapje had gedaan. Zijn vader raakte voor hem verliefd op de dochter van een boekhouder, zijn moeder bracht de verlo ving tot stand in overleg met de ouders van het meisje en als gevolg van een en ander trouwde hij een paar jaar later. Zijn leven rolde slaperig voort en hij wist niet beter dan dat het zoo moest en niet anders. Hij was goed bezorgd, leefde achter nette gordijnen, had een eigen huissleutel, een emaille naambordje naast de drukbel en een vrouw die hem regeerde. Hij was op passend, zij was oppassend; kinderen hinderen n bederven je boeltje maar. Toen zijn ouders stierven erfde hij acht honderd gulden en de meubelen; haar ouders hadden een begrafenis eerste klasse met een eigen graf, maar Heten geen geld na. Wel meubelen, waarom ruzie ontstond met zijn twee zwagers. Sinsdien bemoeit hij zich niet meer met dien familietak, die hem een derde deel van een mahoniehouten linnenkast heeft te kort gedaan. De schurken. ALBERT van Haaften komt nog altijd precies op tijd op kantoor, Als hij 's morgens binnen stapt, neemt hij dadelijk zijn hoed in de hand hoe wel hij nimmer in het gansche land, zelfs niet buiten zijn geboortestad is geweest. Hij hangt zijn jasje op een kapstok, een krant er over en zijn hoed er bij. Zijn boterhammen, gepakt in het zeiltje dat zijn moeder hem gaf toen hij voor het eerst naar kantoor ging, bergt hij in zijn lesse naar; trekt een oud grijs jasje aan, doopt zijn pen in de inkt en gaat verder met het schrijven van de letter R" waarin hij gisteravond was blijven steken Nerveus en overspannen, onrustig en slapeloos. Men gebruike hiertegen de zenuwstillende en zenuwsterkende Mijn ha r d t's Zenuwtabletten Glazen Buisje ?*-*? et. Bij Apothek. en Drogisten toen om zes uur, ,,het klokje met zilveren klank hem weer naar huis riep tot bede en dank". Van Haaften is een nauwgezet mensch. Trouw, eerlijk en rustig. Moppert nooit, spijbelt nooit en is zeer zwijgzaam. Initiatief heeft hij niet, ideeën mist hij, last heeft niemand van hem. Zijn patroon waardeert dat. Maar de zoon van dien patroon, sinds eenige jaren ook in de zaak,, zegt dat Van Haaften een vent van niets is. Je kunt net zoo goed een accuraat werkende telmachine nemen. Maar de oude Heer houdt Van Haaften zijn beschermende hand boven het hoofd. Deze man is stipt, betrouwbaar en verknocht aan onze firma", zegt hij. ,,Maar je hebt weinig aan verknochtheid in onzen tijd, pa, wat we noodig hebben is een man van initiatief, een man met doorzicht, met tact om lei ding te geven. Ik weiger mijn stem om hem voor te stellen tot personeelchef, de man is daarvoor absoluut ongeschikt. Laat hem blijven wat hij is, ontslaan zullen we hem niet, maar verder basta \" De jonge patroon had gelijk. De procuratiehouder was het met hem eens. Van Haaften bleef wat hij al twintig jaren was. Hij zei geen woord, toen hij hoorde dat Carelsen, dien hij als jongste bediende acht jaar geleden had zien komen, zijn meerdere was geworden. Ook niet, toen Carelsen van hem verlangde, dat hij hem met Meneer" moest aanspreken en hem niet meer tutoyeerde. Goed, meneer Carelsen". Toen de oude patroon zich uit de zaken terugtrok, wist Van Haaften dat hij zijn ruggesteun verloor. Albert van Haaften had al zooveel zien verande ren, sinds de zaak was omgezet in een Naamlooze Vennootschap, waarvan de jonge meneer de direc teur was geworden-, dat hij zich om niets meer ver baasde. Zelfs niet toen hij de verlies- en winstrekening moest ,,bij werken" naar aanwijzingen van een procuratiehouder, die om zijn speciale kwaliteiten en zijn ervaring in het opstellen van vreemdsoortige balansen in de Directie werd opgenomen. Evenmin, toen een nieuwe obligatie-leening op de basis van zoodanig bewerkte, sterk geflatteerde balansen werd geplaatst. ,,De oude patroon heeft dat gelukkig niet meer beleefd," dacht Van Haaften. Op tijd gestorven, want hij had nu toch geen invloed meer gehad." Nog twee maanden, en dan was hij precies dertig jaar aan de zaak verbonden. ,,Ik denk niet, dat iemand daar weet van zal hebben," zei Van Haaften tegen zijn vrouw. ,,Dan zorg je dat ze er weet van krijgen," was het prompte antwoord. ,,Ik zou je hartelijk danken." ,,Dan zal ik er maar weer eens voor moeten zor gen. Jij doet nooit iets, zegt nooit iets, laat al je kansen in je léven voorbijgaan door je slapheid. Procuratiehouwer had je kenne wezen, directeur PAG. 16 DE GROENE No. 3069 misschien, iedere snotaap schiet jou voorbij, jij blijft maar altijd je kal-le-me gangetje gaan l" VANDAAG precies dertig jaar geleden, Mijne Heeren, kwam ik als jongste bediende in deze zaak. De oude Heer, die daar zit, heeft deze zaak opgewerkt tot een flinke hoogte. Wij hebben er eigenlijk allemaal aan meegedaan. De oude Heer was een vriend voor ons, iemand die met je mee leefde, iemand die je rustig je gang liet gaan als je behoorlijk werkte. Ik bén geen genie» Mijne Heeren, en heb mij daarnaar gedragen. Mijn bescheiden taak heb ik altijd nauwgezet voor de zaak, voor onze zaak verricht. En met plezier l" ,, Zeker," zei de oude Heer. ,,Wat is van deze, oude solide zaak overgebleven, Mijne Heeren ? Een zwendelonderneming l Wat heb jij van deze zaak heel gelaten, jonge Heer? Niets l Van Haaften, hou je mond l Naar je plaats l Carelsen, zet hem er uit l Zwijgen, bedrieger! Heb ik, die hier een menschenleven werk, recht van spreken of niet?" Zeker," zei de oude Heer. Jij jonge Heer, heb je omringd met schavuiten, met knoeiers, met balansvervalschers. Jij hebt onze zaak te schande gemaakt. Jij hebt altijd je kansen in je leven voorbij laten gaan !" Zwijg, vrouw. Jij houdt hier je mond. Ik spreek. Afgeloopen !" Ik zal je helpen", zei de oude Heer. Ik weet wat mij te doen staat. Ik zal stukken in de kranten schrijven, ik zal brieven schrijven aan de obligatiehouders, aan de Ministers l Dan jaag ik Carelsen d'r uit, en de procuratiehouder d'r uit, en jullie allemaal! Dan zullen de oude Heer en ik samen de smeerboel opruimen, dan wordt het hier weer rustig op kantoor. Dan komen de oude klanten weer terug. Niemand mag meer met de deuren slaan, het raam mag alleen van boven open, de telefoon mag niet meer bellen !" Ik zal je helpen", zei de oude Heer. WAT doe je?" Niks, man, hier, drink!" Laat me nou," hij maakte een afwerend gebaar. Het is tijd, dit moet je drinken van den dokter." Drink, Van Haaften, 't is goed voor je, jongen. Nee, stil blijven liggen, anders breekt de thermo meter. Nog een minuutje !" Hm. Niets hoor, geen reden tot ongerustheid. Negen en dertig acht. Ik denk dat het een gewone griep wordt. Ik kom morgen nog even kijken. Temperatuur blijven opnemen, noteeren en me waarschuwen als het weer oploopt tot boven de veertig. Ga maar door met die poeders." .... En dan wou ik u nog even iets vragen, me neer Carelsen. Zou u me kunnen zeggen op welken datum precies mijn man in de zaak gekomen is? Goed meneer, dan blijf ik aan de telefoon." O, zoo. Juist. Over zes weken. Da's geen da^, hè, dertig jaar. Nou, wel bedankt meneer Carelsen. Nu wisten ze meteen van zijn jubileum, dacht mevrouw van Haaften. Hij kreeg veel bloemen en er werden gevoelvolle woorden gesproken. De gratificatie kreeg de weduwe in gesloten cou' vert thuisgebracht. J. DE SWARTE AwHetctant fató i f,$0) C-ARLJOND E schooljongens hebben het reeds ver gebracht en nu hebben ze ook het recht veroverd huis werken te mogen maken binst het verlof, teneinde hunne geestelijke spier kracht op de hoogte der omstandig heden te houden en de luiheid, die de bron is van alle maleuren, zooals het overtuigend blijkt uit de geschiedenis der merovingische koningen, uit het veld hunner werkzaamheden te ver drijven. De mensch is geschapen om de aarde te bevruchten met de producten zijns lichaams, zooals het zweet zijns aanschijns en daarom zult ge mij iedere week een mooi opstel maken heeft onzen meester gezegd alvorens ons in vrijheid te stellen. Het mijne is al lang af en het heet De Vooruitgang. De vooruitgang is het lot van de maatschappij, en de mensch is gemaakt om naar de toekomst te blikken. An ders zou de Almachtige hem een koppel oogen op zijnen rug geplaatst hebben en zijne voeten achterwaarts gedraaid, hetgeen, tusschen ons gezegd en elders verzwegen, een voordeel ware geweest tijdens den oorlog als het er op aan komt van eenen strategischen terug tocht uit te voeren. De rol der voeten is tot hiertoe trou wens veel te veel in het duister ge laten. Zij dienen niet slechts om al slapende te blijven rechtstaan, maar ook om te zweeten, te voetballen, mosterdbaden te nemen, likdoorns te kwee ken, uw nagels te knippen en van een tot tien te leeren tellen. Ge kunt ook uwen medeburger een voetje lichten, zoodat zijn evenwicht rechtstreeks bedreigd wordt en de baan voor u vrij is. Dat is zelfs veel beleefder dan iemand brutaal te lijf te gaan en een teeken van beschaving. Niettegenstaande hunne vleugelen hebben de dichters ook voeten. Zij staan er soms op zes tegelijk. Hetgeen wel eens noodig is om het gewicht van hunne fantazie te ondersteunen. Het is u misschien opgevallen dat de bergen ook voeten bezitten. Zoo ligt Napels aan den voet van denVesuvius. Dat is een overblijfsel uit den tijd dat de bergen malkander tegenkwamen, alhoewel dat de Fransche geleerde Argo gezegd heeft dat de voeten gedoemd waren om uit de circulatie te verdwij nen tengevolge van de uitvinding van den spoorweg en dat op den duur nog slechts het hoofd zou overgebleven zijn. De ervaring heeft integendeel ge leerd dat de voeten hun plaats in onze samenleving behouden hebben en daar enboven zelfs veeleer de neiging vertoonen in omvang en belangrijkheid uit te zetten tengevolge van 's menschen voorliefde om in stoeten en processies mee te loopen, zijnde eene prestatie waarbij het hoofd slechts een bijko mende rol vervult en tot een voorwerp van louter dekoratief gebruik is her leid. Hetzelfde lot van de voeten is waar schijnlijk aan de handen beschoren, krachtens de gewoonte van ze tegen elkander te slaan bij het aanhooren van de redevoeringen van Hitler en Moeselino, zoodat de mensch, als het een beetje meevalt, weldra weer naar zijn oorsprong zal kunnen terugkeeren, zijne buitelingen maken in de boomen, de grenzen van zijn vaderland ver dedigen door den snooden aanvaller met klappernooten te bombardeeren en dusdoende de geschiedenis van voren af te herbeginnen teneinde voldoende leerstof te bezorgen aan de school gaande jeugd der komende geslachten. Hoe gecompliceerd sommige conflicten kunnen zijn Henrié'tte van Eyfc ?i t A f E hebben weer iets ellendigs ^/ ^^ beleefd met een reizend fami~ ? lielid, dat 't land niet meer durft vanwege een geschiedenis met ? ? n vaas. Hij heet Donald door een Londen? hèmoeder, maar z'n vader is regel1 oht geparenteerd aan een neef, waar' 'or ie in mannelijke linie onze tak is, v larom Papa nu op zich heeft ge nomen hem met het jacht van Baron }? ~>nck van het eiland te halen, waarna i* eventueel incognito op het buiten - n een oudtante kan blijven tot de is is doodgebloed. Donald was als klein kind al veelovend, en bijna onmiddellijk nadat ? voor z'n eindexamen was gezakt e op pad gegaan als expeditieleider ?ir oude cultuur, die veel beter is dan nieuwe, die niet deugt, waar ie al ?-?r wist te praten op z'n tiende als ere kinderen nog roovertje spelen t blauwe knieën. Aanvankelijk '?ef ie naar mummies, maar daar 'd ie langzamerhand beu van. En de tournee van lezingen, die daarop <de, kwamen oudheidkundige deten en wetenschappelijke botsingen ?rt, waar Donald nooit op inging ?dat ie geheel op z'n intuïtie werkte er: alleen in de zakelijke helft terzijde w' 'd gestaan door een gesalarieerde to.:cht, die z'n Papa betaalde. Deze , die was afgestudeerd in Leiden, overal met 'm mee en had een Oi; heerlijk leven omdat ie alleen maar wetenschappelijke wenken hoefde te geven in grafkelders en alles aanteekenen voor de verslagen, die Donald echter zelf controleerde als verant woordelijk hoofd. Toen Donald dus z'n laatste lezing had gehouden over mummies, zwaaide hij over op Grieksche vazen, die ie zocht in een tussor pak met een tropenhelm. Na zes maanden ontdekte ie iets enorms, dat ie publiceerde, waarna de Engelsche en Hollandsche bladen el-. kaar zijn nationaliteit betwistten, waar na de gesalarieerde kracht zei dat hij 't had gedaan, waarna hij hem op straat zette, waarna hij met een dolle kop allén verder ging, wat z'n moeder bijna gek maakte omdat ie tijdenlang onder water bleef in de buurt van Napels, waar ie een Italiaansche dame ontmoette, die hem hielp zoeken, wat hem zóó inspireerde, dat ie inderdaad iets vond, waarmee ie terug reisde in een krat, terwijl z'n roem draadloos vooruit ging, want z'n vondst een blauwe vaas met witte poppetjes was waardevoller dan alle voorafgaande mummies samen. De Strijdbijl wijdde een heele voor pagina aan het feit en zei dat Holland trotsch kon zijn omdat er maar een paar van waren met n in het Knars Museum op de rand van de versteende vlakte van de Sider. De krat werd dus overal met veel eer bied behandeld, en ook Donald, en in Londen, waar ie overheen reisde, stond wel niet de gezant zélf, maar toch iemand die bijna de gezant was hem op te wachten met een klein kind, dat Tijgerlelies aanbood op het perron, dat allemaal werd vastgelegd op de ge voelige lens. Donald wilde in Londen wachten op de Italiaansche dame, die nog drie dagen in Parijs moest blijven hangen voor haar kleeren, waarna ze samen zouden oversteken naar z'n dankbare vaderland, waar ie zich veel van de algemeene ontvangst voorstelde. Na drie.dagen echter was de dame niet in Londen. Na zes dagen kreeg Donald bericht dat ze ergens zat, en na zeven dagen lekte er iets vreemds uit waardoor de Pers onmiddellijk om zwaaide en zich op Donald wierp als een hyena. De Strijdbijl alleen bleef trouw en verkondigde de wanhopigste theorieën. En z'n Mama seinde uit den Haag, dat ie komen moest om alles de kop in te drukken, wat ie niet deed omdat ie liever verder weg ging, naar een onbekend eiland boven Schotland, waar ie aanvankelijk weigerde de post open te maken. Enfin, 't werd een afschuwelijk schandaal omdat iedereen er zich mee bemoeide en niemand het juiste be greep, omdat 't Knars Museum de Italiaansche dame had aangeklaagd wegens diefstal van de beroemde vaas, waar ze een soort blauwe melkkan voor in de plaats had gezet, wat nooit had hoeven uit te komen als er niet toevallig drie maanden later een specia liteit met z'n neus op was gaan liggen, waarna bleek dat de dame hem be graven had in een kuiltje van de lava, PAG. 17 DE GROENE No.3089 op welke plaats ze later met Donald zoogenaamd aan de hand van de wetenschap was gaan zoeken of ze van niets wisten, terwijl ze ook hadden gezorgd voor ohingelichte getuigen zoodat ze de vaas opdolven onder de sissende kreeten van een oudheid kundige professor uit New York, die hem natuurlijk meteen als echt iden tificeerde. Terwijl de Italiaansche dame in voorarrest zat, desavoueerde Donald alles op z'n Schotsche eiland, wat na tuurlijk heel verstandig was. En ondertusschen stond de krat in den Haag, tot ze hem open braken en een imitatie vonden, wat ze natuurlijk óók nooit zouden hebben gezien als hun aandacht er niet zoo spiciaal op gevestigd was geweest door het opvliegende stof. Toen begon de stomme pers Donald uit te lachen, wat nog slechter was voor z'n wetenschappelijke naam, tot de vaas opdook in New York, waarna ie de oudheidkundige professor in de Strijd bijl beschuldigde van diefstal, alles vanaf het eiland, waar ie nu nóg zit. En de Italiaansche dame kreeg twee jaar, en de oudheidkundige professor kreeg ioo.000 dollar van een rubberkoning, die de vaas kreeg, en 't Knars Museum wilde de rubberkoning krijgen wegens heling en Donald heeft ecu schuwheidscomplex gekregen, dat ie overwinnen moet terwille van de zuive ring van z'n naam, waarom Papa hem morgen gaat halen met het jacht van Baron Fonck, die al is aangeklaagd wegens beleediging van de advocaat van het Knars Museum, waarmee ik maar zeggen wil hoe wij er óók onder gebukt gaan, en hoe gecompliceerd sommige conflicten kunnen zijn. r

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl