Historisch Archief 1877-1940
Letterkundig leven
ENGELSCHE BOEKEN
O
John Garrett
SCAR WILDE is altijd het slacht- tend als altijd, beschreef reeds de
Enoffer geweest van uitersten in de gelsche eigenschap, bekwaamheid te
kritiek. Buiten Engeland heeft verbergen onder een voorgevende
midJ-* J-i~--«»;rrV>tt!H in HP wnnrden die
AntoTegengif tegen Demonie
S. VESTDIJK
VCl VE.£1.». v..»,,. . =
delmatigheid, in de woorden die
Antonius na Caesars dood tot de menigte
richtte:
Ik heb geen woorden, wijsheid, geen
gewicht,
Noch kunst, noch voordracht, noch
de macht der taal,
vier boeken over hem verscnenen, uw Om 'smenschen bloed te prikk'len.
landgenoot G. J. Remer schreef in het Aan deze eigenschap en aan zijn
Engelsch een rustige en objectieve geest dankte Fox zijn macht over zijn
studie ovet zijn leven en weiken, en mcdemenschen. Toen zijn broer een
nu komt VINCENT O'SULLIVAN met een zoon kreeg, waardoor een erfenis, die
waardevol boek, dat er veel toe zal anders op hem zou zijn teruggevallen
bijdragen de verkeerde voorstellingen, en waarop hij reeds geld had opgeno
men, hem ontging
men vaak den indruk gekregen, dat
een genie in dat land niet veilig is:
werd niet Byron aan den schandpaal
gezet en Wilde in de gevangenis? In
elk geval is de belangstelling in Wilde
er met de jaren niet op verminderd;
alleen in Frankrijk zijn het laatste jaar
vier boeken over hem verschenen; uw
* ? i. _ j.
J w
door Frank Harris
gewekt over Wil
de's laatsten tijd
in Parijs, recht te
zetten. Harris
teekende Wilde tegen
het einde van zijn
leven als een gees
telijk en moreel
volkomen gedege
nereerde.
O'Sullivan heeft
Wilde goed ge
kend maar is nooit
intiem met hem
IMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUUUK
BESPROKEN WORDEN:
Vincent O'Sul l /Van : Aspects of Wilde
(Constable)
Edward Loscel/es : Charles James Fox
(Oxford (Jniversity Press)
H.E.Botes: A House of Women (Cape)
The Shell" Engf/sh Country Gu/des
(Architecturo/ Press)
Richard Wyndham: The Gent/e Sovoge
(Cassell)
imniliiMliiilllluiililiiiiiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiniiiiiiii
men, hem ontging,
t iep Fox:,, Ziedaar
een kleine
messias, geboren om
de Joden te ver
derven."
HE. BATES
heeft met A.
HOUSE OF WOMEN
een boek geschre
ven, dat tegelijker
tijd spannend n
leerzaam is. De
lezer volgt met
intiem met nem
geweest, hij had nooit eenige verplich- ademlooze spanning de lotgevallen
ting jegens Wilde, noch deze jegens van Rosie, eerst in haar vadeis café,
hem. Zijn getuigenis en zijn oordeel we- late r op de boerderij van haar man, en
gen daarom des te zwaarder. Wilde had haar guerilla met haar schoonmoeder
in de gevangenis te Reading den moed en-zusters. Doch deze roman werpt
om voort te leven verloren, en daarmede tevens een helder licht op het leven op
het vermogen om door zijn geschriften een boerderij in de ooilogsjaren, toen
op een groot aantal lieden in te werken. de viouwen het wetk der mannen
In alle andere opzichten bleven zijn deden; op den tijd van voorspoed daarna,
capaciteiten onverzwakt. Tot het laatst toen zelfs Maudic zoo roekeloos met
toe was hij een brillant causeur. Het geld weid dat hij een gramofoon kocht,
laatste dat van hem is opgeteekend en op de harde jaren die volgden en
« ,; j;?? ? . . i. »^_ _?t
was een geeestige woordspeling, die
volkomen karakteristiek voor hem
was: lm am dying, as l have lived,
beyond my means."
O'Sullivan laat ons ruimschoots
geleidden tot de crisis en bankroet. Er zit
elementaire boelenkracht in dezen
roman, hij is niet geschreven door een
stedeling die een week buiten" is ge
weest, maar door een schrijver die zelf
-?'-?? . ?? . .t,..??ti.
O'Sullivan laat ons ruimscnoois ge- wccai, ^««»» ««?. ,
nieten van Wilde's kostelijke gesprek- wortelt in den grond'dten hij beschrijft.
!-'- :?w:«- r»«, rtiaincron wiin zeldzaam levendig en
ll&GC^.l TM»* «v --_~ ____ _
ken. In een tijd waarin muziek-in-blik
de plaats heeft ingenomen van een
goed gesprek, laat hij de gulden dagen
van CaféRoyal in de jaren negentig
voor ons herleven. De geheele kring
George Moore, Pater, Beerbohm,
Whistler, Aubrey Beardsley verschijnt
in helder licht. Terecht legt O'Sullivan
"?w---»-- --- ---- O
De dialogen zijn zeldzaam levendig en
do teekening der karakters in de ge
sprekken is schitteicnd. De opbouw
van het boek is strak en klaar. Bates
heeft zich hier doen kennen als een
romancier van groote dramatische
kracht. Een tooneel als dat waarin de
boer die, aan zijn bed gekluisterd en
..-.,..-_ AiiKutitiu: Moorden
dood..?tii UulliynU' (XyKli en vtui
1)14inur. Ko44erdtutt)
WANNEER iemands
alphabetische lijst van Russische maat
staven niet verder gaat dan de
D, kan het natuurlijk voorkomen, dat
een product van den zelfkant der lite
ratuur, zooals deze nieuwe roman van
Elisabeth Augustin, vergeleken wordt
met Dostojewski. In lovenden zin
geschiedde dit onlangs in een onzer
dagbladen. Het grappige is nu, dat het
eenige waardoor deze roman zich
gunstig onderscheidt juist gelegen is
in zijn on-Dostojewskiaanschen geest!
Elisabeth Augustin is een opgewekte
natuur met schrijftempo, die, ook als
zij demonische onderwerpen behan
delt, geen afstand doet van een opper
vlakkig voortpruttelenden stijl, half
huiselijk, half studentikoos, zoo in
den trant van zou je zoo zeggen",
,,dat is vast," dat is niks over
dreven," ? dat spreekt," ten
minste wat je zoo noemt," welke
wendingen voorkomen in een
modernfilniische opmaak van korte zinnen,
die geconcentreerd heet en dit niet is,
omdat reeds het schrijven ervan geen
concentratie vergt. Dostojtwski dus,
omdat er Sergeij's Andtiejewitsjen
optreden? Neen, maar een heel aardig
en vlotgtschreven tegengif tegen Dosto
jewski, een relaas van avonturen in
Wolhynië, waartegen de romans van
den Doolaard afsteken als diep en
gedegen, een snel leesbaar en op
onze vergeetachtigheid speculeerend
antidotum tegen zwaarwichtigheid. Dit
is heel wat waard. Maar zoodra wij
ons een oogenblik rekenschap geven
van de tragische realiteit, die aan het
verhaal ten grondslag ligt,
vooroorlogsche verhoudingen in Rusland,
oorlog, bolsjewistische revolutie,
dan wordt alles op eens een grap, een
parodie, en niet eens een geestige
parodie. Men zou het boek nog kunnen
prijzen als amusementslectuur, maar
daarvoor heeft het weer te veel
literaire pretentie, en wie leest voor
zijn genoegen dit broddelstijltje uit de
clop.ken van Egon Erwin Kitch?
in helder licht, lerecnt iegi \j aumvan u«v. -.v., _._,..
er den nadruk op dat Wilde nimmer een tot waanzin toe gemarteld door de
"~ *---**? ? ????nnAan A\a. hu in rien ooïloe heeft
opsterken drang tot schrijven heeft ge
kend: hij had een drang om te
improviseeien, en daaiaan voldeed hij in de
conversatie. ,,Zijn vondsten komen
niet in de stilte tot hem, maar in het
gesprek", en daarin paste hij zich bij
de stemming van zijn gehoor aan.
Voor wie belang stelt in de
herwonden die hij in den oorlog heeft op
gedaan, uit zijn bed schiet op ieder
die het waagt hem te naderen, zal
lang in de herinnering van den lezer
blijven.
VOOR een paar weken had ik het
voorrecht in den trein van
SnowC R is hier een luitenant Olexander,
die zich met veel sjeuïgheid door
oorlog en revolutie heenslaat. Zijn
diepere menschelijke reacties zijn zoek,
maar Elisabeth Augustin liet zich
ook de kans voorbijgaan om in hem
de figuur van een actieven en
oppervlakkigen bengel te scheppen, een
Russischen Tijl Uilenspiegel, of anders
een Staurogin in het hersenlooze en
superficieele. Waar dit niet geschied is,
waar zoomin de levensloop van dezen
Olexander als zijn figuur ons bijblijven,
valt vanzelf de nadruk meer op de
demonische tegenkrachten, die even
min tot hun recht komen, maar die
tenminste vervat zijn in een
romancliché, dat houvast geeft. Marfa, de
vrouw met de kattenoogen, die zekeren
Stefan tot moordenaar van zijn broer
maakt, en later met Olexander, en
nog later met roovei sbenden gaat
rondzwerven, is hier het gevaar voor
mannen en schrijfsters. Zij mag
Russischer zijn dan de luitenant, als
meer dan een schim doet zij zich niet
voor in dit boek, en zeker niet als het
gepersonifieerde Kwaad, dat zij waar
schijnlijk in de conceptie van t'e
schiijfster moest voorstellen. Dit kan
men tenminste opmaken uit het slot,
waar zij haar gerechte straf niet
ontloopt en gewoonweg geworgd wordt
in de sneeuw met een gedwarrel van
r'oode vlokken achter haar oogleden.
In deze melodramatische coda ont
hult rte schrijfster haar eigenlijke
bedoelingen met een hoofdpersoon,
wier vage en weinig zeggende gedra
gingen zij waarschijnlijk voor zake
lijke terughouding en het scheppen
van een climax aanzag. Het is ken
schetsend, dat de figuur van de
moordenares, een vroegere vriendin
van Stefan's vermoorden broer,
ons hier evenzeer op het lijf valt als
zij dit Marfa doet. Hotwel zij Swjato<>
lawa Inatsjoetsjka heet. Men her
innert zich deze vrouw niet zoo goed,
en men bedankt er voor het boek nog
eens over te lezen, dat is vast. Maar
de naam is een baken, en op pag. 64,
65 en op pag. 116, 117, 118, treft
men deze Slawa dan aan, in passages,
die evengoed ingelascht konden zijn,
toen het boek al voltooid was en er
behoefte ontstond aan de voorgeschie
denis eener moordenares. Maar mis
schien werkte Dostojewski ook wel
zoo, wie weet.
Enkele teekenende détails, zooals op
pag. 20 de beschrijving van een dikkt
Soera, bewijzen, dat Elisabeth Augur
tin eenig talent heeft. Maar wat baa
ons dit in deze dwarreling van oppe;
vlakkigheden, die een vacuüm i:
de maag achter laten, zooals b.
elk antidotum, dat doorgaans ee<
braakmiddel is? S. VESTDIJI
Voor wie belang stelt m ae ner- y VUUIIEV..H ... ~^..
schepping van een literair buitengewoon don kennis te maken met een charmant
belangwekkende periode is dit een boek Hollandsen echtpaar en hun twee
kin-4"*1" 7.P vertelden me dat ze jarei
om te bezitten.
deren. Ze vertelden me dat ze jaren
geleden een vacantie in Engeland had
den doorgebracht en dat z* steeds van
plan waren geweest een tweede reis van
dien aard te maken als hun kinderen
groot genoeg zouden zijn om er van te
profiteeren. Voor huns gelijken en voor
anderen die dit land willen bezoeken
beveel ik de nieuwe SHELL GUIDES aan.
DOCH de beste biographie op
zichzelf beschouwd -?van de
laatste weken is die van CHARLES JAMES
Fox door EDWARD LASCELLES. De
hictorici uit de i9de eeuw hebben dezen
grooten menschenvriend geen recht
doen wedervaren, en het is niet moei- vcv». .«. ».
lijk in te zien dat zijn moreele zwak- Men vindt er juist datgene in wat men
heden en zijn zucht voor hazardspel wil weten en niet meer. Met hun
prachhem weinig sympathie konden doen tige foto's en duidelijke kaarten, vlak
verwerven in een tijd die een deugd- open liggend en handig van formaat,
zaam leven als een onscheidbaar onder- vormen ze een eigen genre op dit
gedeel van alle belangrijke prestaties in bied. Tot dusver zijn nog slechts zeven
het openbare leven beschouwde. Las- graafschappen behandeld. Ik beveel
celles toont ons Fox als den typisch vooral aan Kent (door Lord Clonmore),
Engelschen staatsman die de traditie Dorset (door den kunstschilder Paul
- - «?- i?M««M arvWiitshire (doot Robe r t Byron).
volgt dat men beter kan erkennen
amateur te zijn dan als professional
te worden erkend. Townshend kweekte
knollen, Walpole was een man van het
? - ? - - -A. n_i j
Nash) enWiltshire(doorRobert Byron).
Wiltshire is het minst van al bedorven
door de gruwelen van den revolutie
bouw en heeft het zuiverst het karakter
- - * *
knollen, Walpole was een man v«ui uct uwun w» ..»>...
land, Fox was cricket-expert en Bald- bewaard van open, zacht glooiend
win fokt varkens. Shakespeare, alwe- heuvelland met vele prehistorische
overblijfselen en de koele schoonheid
van de goede grijze gothiek.
EEN collega van Paul Nash, RICHARD
WYNDHAM, heeft het verder van
huis gezocht. THE GENTLE SAVAGE is
een voortreffelijk reisverhaal over den
Soedan. Dezs schilder schijnt met het
woord even goed overweg te kunnen als
rnet het penseel. Hij schrijft in het bijzon
der over de Nuer (in Dinkaland), die hij
ons als levend geworden Grieksche stand
beelden schildert. Hij hangt een
zachtsatirisch beeld op van de levenswijze
der brengers van Europeesche bescha
ving in Khartoem, en betreurt de propa
ganda voor meer kleeren en kerken,
die door de regeering van den Soedan
wordt gesteund. Waarom, zoo vraagt
hij, moet een beschaving altijd uit ver
bitterde herinneringen worden ge
boren ? Wyndham zegt dat hij de eerste
blanke is die zijn zomer vacant ie heeft
doorgebracht in het district dat bij in
gewijden bekend staat als The Bog"
(bog = veen of moeras), en van het
geen hij er over vertelt verdient elk
woord te worden gelezen. (Wie er aan
begint zal er trouwens niet licht een
overslaan.)
Bibliografie
Jun A pon t Gentlemen (A. W. Si.ji ?
lioffs l itg. Mij., Leiden)
ALS de lezer, terwille van hit
avontuur, bereid is het met zin
critrschen zin op een accoordje '-.
gooien en over de psychologisc! e
onmogelijkheden heen te lezen, c' o
nu eenmaal noodzakelijk schijnen <?
zijn, zoowel voor den modernen dete
tive-roman, als voor de sensati
film, zal hij zeker op een niet onar
igename manier eenige verloren urTI
met dit boek kunnen vullen. ;'e
schrijver van Gentlemen", die zi h
achter het onwelluidend klinkend pst
idoniem Jan Apon verbergt, is iema -.d
die schrijven kan en die, als hij zi-h
daarvoor de moeite getroosten u '1<
waarschijnlijk wel iets van be> r
litterair gehalte maken kan. Ofscho <n
ook dit boek weder ruimschoots te
gebreken vertoont van de soort wa
rtoe het behoort, is het interessan er
dan de vervelende verhaaltjes v tn
den op hol geslagen dorpsnotaris, '.ie
den Nederlandschen detective-roman
een aantal jaren onveilig gemar-kt
heeft.
ANDREAS LATZKO
Bij zijn zestigsten verjaardag
(N het begin van 1920 schreef
Theodor Wolff in het Berliner
Tageblatt een necrologie van den door de
Horthyregeering opgehangen Andreas
Latzko, den wereldberoemden schrijver
van Menschen im Krieg".
Zestien jaar later viert de
Hongaarsche schrijver Andreas Latzko zijn
zestigsten verjaardag in zijn rustige
onbekende Amsterdamsche woning,
die echter op dezen dag wel het cen
trum van de wereld schijnt, want alle
kamers staan vol bloemen en op een
tafel liggen brieven en telegrammen uit
Amsterdam, uit Nederland en uit alle
deelen van Europa en Amerika. Ook
een brief van een zijner uitgevers die
hem tot zijn leedwezen mededeelt dat
zijn laatste boek Lafayette" in
Duitschland verboden is, nadat er
duizend exemplaren verkocht waren.
Eerbetoon aan den schrijver die zijn
leven lang de Duitsche taal gebruikte,
geen jood, geen communist, geen lid
van een politieke partij is, die aan het
front zijn plicht deed tot hij als een
wrak naar het Hinterland gestuurd
moest worden en nooit iets misdreef,
behalve dan dat hij een afschuw van
den oorlog had. Waartoe hij dan toch
tenminste, twintig jaar lijdend onder
de gevolgen van shell-shock", wel
eenigszins het recht had.
Het is duidelijk dat Andreas Latzko
zijn zestigste verjaardag in Neder
land kon vieren, wijl de Horthy
regeering in 1920 Andreas Latzko
natuurlijk niét had opgehangen, doch in
tegendeel uiterst vriendelijk behandeld.
En laat ik liever die amusante epi
sode vertellen, dan lang en breed over
de verdiensten van den schrijver te
causeeren. De episode was namelijk
amusant, behalve dan voor den heer
die in de plaats van Andreas Latzko
opgehangen was.
In 1920 ging het bericht door de
wereld, dat Andreas Lat?ko ter dood
veroordeeld was. Amerikaansche kran
ten hadden zijn naam gevonden onder
die welke gepubliceerd waren als ter
dood veroordeeld" en een storm van
verontwaardiging ging door Europa,
en in het Fransche en Italiaansche
parlement werd geïnterpelleerd; kar
dinaal Mercier en de vier andere Bel
gische bisschoppen protesteerden, gelijk
met Anatole France, Romain Rolland,
Gerhart Hauptmann; Alexander Moissi
blokkeerde het Hongaarsche gezant
schap in Berlijn en verklaarde aan
een wanhopigen ambassadeur, dat hij
niet eerder zou weggaan alvorens per
telefoon de stem van Latzko gehoord
te hebben.
Op dat oogenblik vertoefde Latzko
in de woning van sen familielid in
Budapest, onbewust van alle beweging
die om zijn naam ontstaan was.
Toen nu toevallig bekend werd
dat Andreas Latzko zich in Budapest
bevond, ademde de Horthyregeering
op, want zij had nu het tastbare bewijs
dat er tenminste iemand waarvan men
beweerde dat hij opgehangen was, zich
in leven bevond. En de staatssecretaris
van Buitenlandsche Zaken begaf zich
in de woning waar Latzko vertoefde
en smeekte hem mee te gaan naar den
minister en de minister zag Latzko
en het incident werd opgehelderd".
Er was een zekere heer Laszlo opge
hangen, die zich wat te zeer aan de
regeering" van Bela Kun verbonden
had. En of Latzko, de onopgehangene,
nu maar aan de wereld verklaren wilde
dat hij niet opgehangen was.
Zóó komt het dat Andreas Latzko,
de gehangene, met een diplomatenpas
met bijzondere opdracht van de
Hongaarsche regeering" naar het bui
tenland reisde, opdat alle lieden die de
Horthyregeering met telegrammen en
protesten geplaagd hadden, zouden
zien dat nog niet iedere schrijver die
opgehangen is, noodzakelijk dood is.
In het Salzburger Volksblatt van
31 Januari 1923 vindt deze geschie
denis zijn epiloog. Daar bezondigt
Latzko zich aan de voor een schrijver
afschuwelijke daad van een ingezonden
stuk. Het is noodig, want in sommige
kringen neemt men het hem nog altijd
kwalijk dat hij opgehangen en niet
dood is. Heeft men hem niet uit Oos
tenrijk uitgewezen, omdat het gerucht
door de wereld gegaan is van zijn
executie.. .. ? Dat is toch gedemen
teerd ! werpt Latzko tegen. In de
eerste plaats is mijn lijfelijke aan
wezigheid al voldoende démenti en dan
is er de officieele tegenspraak van de
Hongaarsche regeering".
Dat kan wel zijn," spraken de
Weensche autoriteiten. Maar iemand
van wien een dergelijk gerucht gegaan
is, hoewel gedementeerd, kan niet
heelemaal zuiver zijn. Binnen de vier
en twintig uur dus.. .."
En zoo schrijft dan deze schrijver
van Menschen im Krieg", Marcia
Reale", enz. enz. zijn ingezonden stuk.
En uit de bewoordingen kunt gij tevens
den aanval reconstrueeren :
Ik verklaar hierbij:
ad. i. Ik heb te velde als luitenant
van het Feldkanonenregiment No 15
op de hoogte van Brh
(Divisionskommando Britof) en later in het
bosch tusschen Canale en Görz, onge
veer 2 Kilometer Noord-Westelijk van
Aisovica, tegenover de Italianen ge
staan, tot ik den 2den September 1915
met een granaatschok in het
veldhospitaal bij Pravacina en vandaar in het
garnizoenshospitaal Laibach getrans
porteerd ben, om eindelijk na de ver
schillende hospitaalétappes, als invali
de, 40 jaar oud, en slechts 39 kilogram
wegend, ontslagen te worden, Eerst in
dezen toestand begaf" ik mij naar
Zwitserland.
ad. 2. Dat ik met mijn litterairen
arbeid den vijand gediend heb, wordt
door het feit weersproken dat mijn
boeken gedurende den ganschen duur
van den oorlog door de Fransche,
Engelsche en Italiaansche censuur
verboden waren; in Amerika werden
op bevel van het War Office meerdere
tienduizenden exemplaren tot brei ge
stampt.
ad. 3. Ik was ncóh tijdens de
Beiersche Radenregeering, ncch tijdens de
Hongaarsche Bela Kun-epoche in
Hongarije ook slechts een half uur aan
wezig, en had noch met de eene, ncch
met de andere Regeer ing ook slechts d*1
geringste verbinding. Daaruit volgt dat
ik nooit van de boóze Horthyregeering
gevangen of op de geringste manier
lastig gevallen ben.
Ik verklaar hiermede onherroepelijk
voor de allerlaatste maal dat ik met
den opgehangen bolsjewistischen aan
voerder Dr. Laszlo niet identiek ben..
en ik zal in de toekomst ieder die mij
een andere vrijheidsstraf toeschrijft dan
de veertien dagen kazernearrest, die ik
als Einjahrig-Freiwilliger geboet heb,
gerechtelijk vervolgen."
Salzburg 30 Januari 1923.
Tcnny van Ottirloo t n Frits van Dongen in Robber"
Film
---^??- ... )t"MW^f
De Nederlandsche film een stap vooruit
WAT een mensen die opgehangen
is en niét opgehangen, zoodat
hij nog léft en zelfs in Amsterdam
zestig jaren wordt.. .. met een aantal
schoone boeken op zijn naam, na
die executie geschreven.... er al niet
toe brengen kon openlijk te getuigen
van shell-shock en invaliditeit. Omdat
het nu eenmaal gevaarlijk is te be
lijden dat men een gruwel heeft van
den oorlog, en volkomen aannemelijk
dat men in zoo'n geval toch wel ergens
opgehangen kon zijn. J. VAN HOORN
,.lluliber", Itoyal-Concern
DE eerste indruk van Rubber"
is, dat de Nederlandse film hier.
mede een kleine stap vooruit
heeft gedaan; de tweede indruk, een
gemis aan evenwicht. Een rustige na
beschouwing handhaaft deze beide in
drukken.
Bij een film, welke gemaakt is naar
een zo bekende roman als Rubber"
van mevrouw Székely?Lulofs is het
gewenst in de eerste plaats de verhou
ding van de film tot dit boek vast te
stellen. In de film Rubber" is ten op
zichte van het boek Rubber" zoveel
veranderd, dat men goed doet de film
geheel los van het boek te beschouwen.
Dit heeft bovendien het voordeel, dat
een beoordeling van de film vrij blijft
van eventuele waardering of critiek
ten opzichte van de roman.
De lezer van het boek, die dit niet
doet en de. film wil zien als illustratie
of ver-beelding van de roman moet be
drogen uitkomen. Hij vindt alle figuren
veiwrongen en de inhoud verdraaid.
En hij mist de werkelijke problemen,
welke het boek aanraakt. Nemen wij
dus de film.
1 De inzet is een verrassing. Dit is
een ander Indië, dan dat van De Jan
tjes" of Suiker Freule"! De Neder
landse film is hiermede op een ander
en hoger plan gebracht. Dit is de eerste
indruk.
De tweede indruk is een teleurstel
ling. Zodra het persoonlijke element
van de mensen die in dit land leven ?
en werken meer op de voorgrond treedt,
krimpt de film als het ware in. De
breede opzet verschrompelt. Land en
werk, welke als achtergrond van al het
verdere gebeuren even groot hadden
moeten blijven, als ons bij de inzet is
getoond, vallen weg. De makers zijn
onmachtig gebleken, de stijl vol te
houden.
Nu moge wel als verontschuldiging
dienen, dat de binnenopnamen in Hol
land zijn gemaakt, maar als men in
staat blijkt deze beide elementen, land
schap en interieur, vaak zeer geraffi
neerd samen te voegen, dan mag de
technische mogelijkheid worden aan
genomen ook op deze wijze een groo
tere stijl te handhaven. In totaal zijn
'trouwens de artistieke zelfstandig
beeldende mogelijkheden van de
montage niet steeds op het peil van de
technische, waardoor de film ondanks
alle goede kwaliteiten, eenheid van
rhythme soms zelfs rhythme ber
haupt"?mist.
Het persoonlijke conflict is in deze
film weinig gecompliceerd gesteld, al
staat het in het middelpunt, en wij
mogen aannemen dat dit gedeeltelijk
is geschied met het oog op een beperkt
aantal medewerkers. Het gaat met
n enkele omweg naar het gewenste
happy-end, dat door het optreden van
een deus ex machina in de vorm van
een amok makende inlander niet aan *
waarschijnlijkheid wint. Overigens
faalt ook op dit dramatische hoogte
punt de montage. De debacle op de
beurs, het feest op de club en de amok
vormen een combinatie, welke ver
plichtingen oplegt. Men dwingt hier
de toeschouwer, eisen te stellen, welke
niet worden vervuld.
Nu is er misschien ook voor het gemis
aan evenwicht in het geheel nog een
verontschuldiging buiten de film als
filrn om. Er is over Rubber" een
en ander te doen geweest. Er is in
de kranten geprotesteerd, dat Indi
door mevrouw Székely?Lulofs niet
voldoende van de goede kant werd ge
toond, dat er dingen in het boek voor
komen, die een ongunstige kijk op
het leven en de mentaliteit van den
Deliaan zouden geven, enz. Er is
daarna verteld, dat dit alles overdreven
was en dat naar aanleiding van deze
protesten maar een zeer ondergeschikt
onderdeeltje in de film is veranderd, dat
men in den Haag toch heus niet boos
was, en zo meer.
Intussen komen al deze bijna ver
geten berichtjes weer in onze gedach
ten als wij de film zo kennelijk een
draai zien nemen naar een dubbel
happy-end; n voor man en vrouw n
voor Indiëen de rubbercultuur. Is hier
een aanvankelijke opzet werkelijk ge
wijzigd en is daaraan voor een deel
de teleurstellende wending in het beel
dend vermogen van Rubber" te wij
ten? Het zou een bewijs te meer zijn
voor de artistieke onvrijheid van de
filmproducenten, een waarschuwing te
meer tegen een lichtvaardig gebruik
van het begrip kunst" in dit verband.
MET dat al is Rubber" niet ge
worden wat de inzet beloofde en
de Nederlandse film is hiermede niet
gekomen boven het peil van een ge
middelde buitenlandse. Dat dit peil
reeds een flink eind gerezen is, mag
worden herhaald. Het bewijst mogelijk
heden en dan ten opzichte van onder
werpen, welke voor ons inderdaad van
meer belang zijn, dan vele, dat de
buitenlandse productie brengt. Dat
détails voor verbetering vatbaar zijn,
spreekt van zelf, maar daar ligt niet
het zwaai tepunt bij een jonge productie.
Het spreken is hier en daar nog hinder
lijk schools ? vooral de vrouwelijke
hoofdrol is zwak bezet doch daar
staat tegenover dat de zelfde film be
wijst, dat dit kan worden over wonnen.
Dat de bungalow op Brastagi in de mane
schijn niet onder behoeft te doen voor
Amerikaanse Kitsch is hopelijk ook
niet de bedoeling van de makers ge
weest.
Dit alles is echter bijzaak en het zijn
fouten, die kunnen worden verbeterd.
Met Rubber" is bewezen dat de Neder
landse filmproductie in staat is tot een
product van gemiddelde buitenlandse
kwaliteit
Maar er is meer bewezen: dat een
Nederlandse film zou kunnen ontstaan,
welke boven die gemiddelde kwaliteit
uitgaat ??als Rutten en de Meester
in staat zouden blijken door te gaan
op het begin van ,,Rubber".
D. C. VAN DER POEL
?il
1.'
PAG. 8 DE GROENE No. 3091
PAG. 9 DE GROENE No.3092