De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 10 oktober pagina 10

10 oktober 1936 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

F inanciën en economie Vil [>Ca en hol da' Töi : DE GULDEN NOG ZWEVEND C. A. Klaasse IK heb de vorige week de nadeden opgesomd van de methode die ten onzent is gekozen om tot het nieuwe koerspeil van den gulden te komen, een methode die feitelijk neerkomt op laisser aller". Terwijl ik tevens uiteen zette waarom m.i. aan dit systeem geenerlei voordeel is verbonden boven het andere alternatief: fixeeren van twee uiterste grenzen waartusschen men het plan heeft uiteindelijk weer tot stabilisatie over te gaan. Het eenige argument dat feitelijk tegen die fixatie in te brengen is hangt samen met hetgeen de andere landen in de toekomst op monetair gebied voor maatregelen zullen nemen. Inderdaad heerscht op dit terrein helaas nog onzekerheid, maar wij doen op het oogenblik niet veel meer dan die onzekerheid helpen versterken. Het gaat hier trouwens om long-run invloeden die geenerlei bezwaar hoeven op te leveren voor een voorloopige fixatie van koersgrenzen. Het verloop op de wisselmarkt sedert het loslaten van den gouden standaard is een bevestiging geweest van de stelling dat het groöte bezwaren in zich borg om de koersontwikkeling geheel aan zichzelf over te laten. De waarde van den gulden temidden der andere valuta's is geheel en al bepaald door psychologische factoren, in con creto door de opinie welke speculanten en kapitaalbezitters hebben terzake van de devaluatie die tenslotte een feit zal worden. Die opinie is natuurlijk in niet ge ringe mate beïnvloed door hetgeen men om zich heen heeft zien gebeuren met betrekking tot de andere valuta's. Waarbij men natuurlijk zich niet kon realiseeren welk verschil het uitmaakt dat ten onzent de aanpassing veel verder is voortgeschreden dan. in an dere landen, terwijl b.v. in Frankrijk integendeel in de laatste maanden onder het regime-Blum een contra aanpassing had plaats gevonden. Het is hun, die op de wisselmarkt opereeren, allerminst kwalijk te nemen, dat zij geen inzicht hebben in het peil waarop het economische evenwichtspunt voor den guldenkoers ligt, gegeven de be staande verhouding tusschen ons inheemsche prijsniveau en dat op de wereldmarkt. Maar moet onder die omstandigheden het koersverloop aan het inzicht van het groöte publiek worden overgelaten ? Het resultaat is geweest dat bij voortdurend stijgende deviezenkoersen, dus constante daling van den gulden, geen noemenswaarde repatrieering van naar elders gevlucht kapitaal heeft plaatsgevonden. Op zichzelf is dat geen fout, integen deel, men zou het als een bezwaar kunnen aanvoeren, wanneer de gul denskoers gesteund ware door de in komende kapitaalbeweging. Zulk een steun, uit hoofde van verschuivingen van de vorderings- naar de betalings balans, is evenzeer een bezwaar voor het vinden van het natuurlijke even wicht" als de druk die op onze munt kan worden uitgeoefend door weg stroomend kapitaal. Maar het feit dat beide factoren zich op den koers konden uitwerken, is op zichzelf een euvel van het gekozen systeem. NIEMAND zal toch kunnen vol houden, dat het koerspeil waarop wij beland zijn iets te maken heeft men de intrinsieke waarde" van den gulden. Voor zoover vraag en aanbod van deviezen voortvloeiden uit loopende posten van de betalingsbalans, ging het in dit tijdvak nog om afdekken van oude handelsvorderingen en -schulden, zoodat de daarvoor tot stand gekomen koers uiteraard niets te maken kan hebben met de koopkrachtsverhouding van den gulden. Deze verhouding zou zich hoogstens op den heel langen duur in de koersen kunnen weerspie gelen. En zelfs dat eigenlijk niet! De kwestie van de reëele waarde" van een valuta in het internationale betalingsverkeer is uitermate gecom pliceerd, er is een boekdeel over te schrijven. Er kunnen in dit kader dus slechts enkele zeer oppervlakkige op merkingen over worden gemaakt. Vast staat, dat het niet een eenvou dige calculatiekwestie is aan de hand van inheemsch en buitenlandsch prijs niveau. Om te beginnen is daar al deze vraag: wat is eigenlijk prijsniveau. Groot handelsprijsindex kan in dit verband daaronder in geen geval verstaan worden, want die is secundair en af hankelijk van de wisselkoersen, nim mer primair voor de determineering van die koersen. De kleinhandelsindex heeft al evenzeer niet veel waarde, wanneer men de hoogte vaa de loonen niet in de calculatie betrekt. Maar zelfs wanneer men het loonniveau meerekent, is men er nog niet, omdat de gemiddelde efficiency van den arbeid van doorslaggevende beteekenis is. Een land met een laag loonpeil kan, wanneer de gemiddelde arbeidspresta tie laag ligt, toch nog niet concurreeren. En tenslotte is voor de wisselkoers verhoudingen alleen van beteekenis de internationale goederenruil, en dus moet men primair zien naar de kost prijsverhoudingen bij de typische ex port- en importproducten. Is in een bepaalde industrie een land zeer efficiënt, dan kan ondanks een hoogenlevensstandaard toch de handels balans in evenwicht zijn. Een populair en dus niet geheel juist voor beeld : men zeide vroeger van den dollar die ? 2,50 waard was, dat de koop kracht daarvan in Amerika gelijk was aan die van den gulden hier. Toch kon men dien koers handhaven omdat, ondanks de hooge detailprijzen en de daarmee gepaard gaande hooge loonen, de efficiency van de export industrie van dien aar d was dat de hooge dollarkoers gehandhaafd kon blijven. Het komt er op aan of de loopende posten van de betalingsbalans in evenwicht zijn, en dat kan gebeuren ook wanneer de ge middelde koopkrachtpariteit af wijkt en soms sterk afwijkt van de wisselkoersen I IN elk geval kan de invloed van de koopkrachtsverhoudingen en kostprijsrelaties op den wisselkoers alleen maar uitgaan, wanneer de quantitatieve ver houding tusschen vraag en aan bod van deviezen op de wis selmarkt door die factoren vrijelijk kan worden beïnvloed. Dat is alleen maar mogelijk bij volledig vrij handelsverkeer. Wanneer elders verschillende artikelen goedkooper zijn dan hier uitgaande van een ze keren wisselkoers natuurlijk dan zal dat alleen maar kun nen leiden tot verhooging van de importen indien de grenzen open zijn. Dit laatste nu is juist niet het geval door de contingenteering. Omgekeerd kan de waarde van de valuta, afgeleid uit de export-opbrengsten, zich alleen maar den zuiver op de wisselkoersen uitwerken, wanneer die uitvoer geheel aan zichzelf wordt overgelaten en niet met steunmaatregelen wordt gewerkt. Ook aan deze praemisse voldoet de practijk niet. Zoodat men gerust kan concludeeren, dat het volkomen uitge sloten moet worden geacht, dat het aan zichzelf overlaten van de wissel markt binnen afzienbaren tijd zou leiden tot het vinden van een natuur lijk evenwicht" gebaseerd op de wer kelijke koopkracht van den gulden. En wanneer men dan bedenkt, dat op den korten duur gezien het koers verloop nog wordt vertroebeld door kapitaalbewegingen die óf den gulden steunen (kapitaal-repratrieering) óf de zen drukken (kapitaalexport óf wat feitelijk hetzelfde is aanhouden door exporteurs van valutaprovenu hunner exporten in afwachting van mogelijke koersstijging) dan is het beeld com pleet: zoo zullen wij zeker niet komen waar wij wezen moeten. De koers kan aldus zoowel te hoog als te laag als heel bij toeval juist goed worden. IK kan dan ook niet anders aan nemen dan dat binnen afzienbaren tijd het egalisatiefonds zijn werkzaamheid zal aanvaarden om werkelijk leiding te geven aan het koersverloop. Waar bij men dan misschien maar het best doet, bekend te maken, tusschen welke NIET LANGER GEWACHT MET DEKENS PRIMA WOLLEN PANDER DEKENS 150x200 VAN AF f4. 1O XHDER ZONEN punten men voorloopig de fluctuatie zal houden. Voor zichzelf moet men die punten toch vaststellen, omdat anders van egalisatie" niets kan komen. Wil men nivelleeren, dan moet men toch uitersten in het hoofd hebben; heeft men dat niet, dan zal men nimmer weten waar in te grijpen, want van geen enkele beweging is anders vooruit te zeggen of zij een tijdelijke afwijking van het gemiddelde verloop is, dan wel het begin van een definitieve wending. Weet men eenmaal waaraan men voorloopig toe is, dan kan de rust terugkeeren en dan zal het fonds ook de kapi taal terugvl oei ing moeten verwerken". De detail-transacties van het fonds kan men dan geheim houden. Hoewel de ratio van die geheimheid niet erg duidelijk is. De operaties van de centrale bank acht men zoozeer publiek goed dat elke week volledige rekening en verantwoording wordt afgelegd. En wanneer nu de functie van de centrale bank wordt overgenomen door een egalisatiefonds zou plotseling alles diep geheim moeten zijn i Onder bepaalde omstandigheden kan dat onrust verwekken. Wanneer b.v. de centrale bank aan het fonds als manipulatiebezit een deel van haar goud voorraad overdoet, dan verdwijnt dat actief bij de centrale bank in haar gepubliceerden staat. Wanneer men nu van het fonds niets afweet kan de indrukt gewekt worden, dat al di1 goud reeds verdwenen is en nood was voor steun van de munt. Hoe lang zullen wij het laisser aller"-principe nog volhouden? BEURSSPIEGEL NA den val van den gulden heeft de beurs drukker dagen gekend dan in jaren het geval is ge weest. De omzetten zijn het zes- tot tienvoudige van de normale. Ver scheiden fondsenhouders die vóór den guldenval kochten gaan over tot winstnemen, maar het aanbod wordt grif opgenomen bij stijgend koerspeil. Het verloop is over het algemeen geweest zooals men verwacht had. Natuurlijk zijn aanvankelijk hier en daar excessen voorgekomen, die echter vrij spoedig werden geredresseerd. Zoo maakten b.v. aandeelen Nederlandsche en. Javasche Bank in de eerste dagen een geweldigen koerssprong, die slechts ver klaard kon worden uit de verwachting dat een deel van de goudwinst aan aandeelhouders zou komen. Toen men zich echter realiseerde dat deze winst geheel voor den staat bestemd zou worden behoudens dan het gedeelte dat overeenkomt met de oude pondenverliezen daalde de koers. Per saldo bleef toch nog een belangrijk avans over, dat ook gerechtvaardigd wordt door de betere dividendkansen wanneer het pondenverlies is weggewerkt en de daarmee samenhangende winstinhou ding dus ook. De koersstijgingen der aandeelen liepen voor de verschillende groepen sterk uiteen. Geheel in overeenstem ming overigens met de verwachtingen. Ik schreef de vorige week reeds dat er fondsen waren waarvan een stijging te wachten was evenredig met de depreciatie buitenlandsche aandeelen en aandeelen van ondernemingen met werkterrein voornamelijk in het buiten land zoowel wat productie als afzet betreft (Koninklijke, Unilever) > andere waarvan de stijging veel grooter kon zijn aandeelen van onderne mingen met afzet tegen wereldmarkt prijzen en met niet evenredig met de depreciatie stijgende kosten en tenslotte aandeelen waarvoor een stij ging nauwelijks te verwachten was. Inderdaad stegen aandeelen Konink lijke ongeveer in verhouding tot de depreciatie. Aandeelen Unilever iets meer, wellicht uit overwegingen ter zake van voorraadwaardeering. Meer dan in verhouding tot den guldenval stegen de meeste Indische cultuur waarden. Volkomen logisch ook, omdat daar zich het geval voordoet van afzet tegen wereldmarktprijs, en niet evenredig stijgende kosten. De winst capaciteit kan dus relatief veel sterker toenemen dan de prijsstijging in gu'. dens uitgedrukt. Rubberwaarden boek ten naar verhouding de sterkste sti ? ging, suikerwaarden veel minder, de;.laatste haalden als regel nog niet h» t niveau van Januari van dit jaa:. Relatief zeer sterk was de stijging b j aandeelen waarvoor de guldenval de kans beteekende om van negatieve oi geen rendabiliteit tot positieve re komen. Zoo b.v. van Berkel, va i Gelder enz. Wat de toekomst betreft: voor sommige aandeelen is zeker ni£ kans op verdere koersstijging aanwen,;, andere hebben de gewijzigde omstan digheden reeds ruim, soms zeer ruin, verdisconteerd. Op de obligatiemarkt kwam inder daad de verwachte koersstijging, hoe wel voor laagrentende fondsen niet zoo sterk als ongetwijfeld het geval zou zijn geweest, ware de kapita.lrepatrieering niet tegengehouden door de onzekerheid ten aanzien van let verdere verloop van den gulden. Op <! n duur zal hier een verdere verruiming intreden, hetgeen voornamelijk /al afhangen van de mate waarin gevlucht kapitaal terugkeert. Van groöte beteekenis is in dit verband ook hoelang het goudembargo gehandhaafd zal b jven, waardoor het in goud gevluchte ka pitaal geen gelegenheid krijgt in denwerkelijken omloop terug te komen. C. A. K. Een polls der LEVENSVERZEKERING MY kapitaal voor moeilijk ROTTERDAMSCHE HYPOTHEEKBANK VOOR NEDERLAND NYVERZEKERING-MAATSCHAPPIJ OPGERICHT A2 189*. -' AMSTERDAM,C-KEIZERSGRACHT 570 INBRAAK; BRAND;ONGEVALLEN-EN WATERLEIDINGSCHADEVERZEKERING. N.V. DE HOLLAND8CHE VOORSCHOTBANK KRUISWEG 70 - HAARLEM De Bank verstrekt voorschotten met een minimum van ?1000.-op billijke en wat de terugbetaling betreft gunstige voorwaarden, onder borgtocht of zakeMJKO zekerheid. Een prospectus wordt op aanvraag gaarne toegezonden. HOTEL DE WITTE" Het beste ter plaatse Amersfoort * Telef. 22 Detacheer Uw Zoon gedurende een jaar naar de _ Commercieef-Technfsche Practljkschool M E R C U R l US" te Arnhem met Afd. Autotechniek en wij bekwamen hem voor iedere leidende functie in handel, bedrijf en verkeer. Prima referenties. Vraagt prospectus aan den Directeur A. v. d. HORST, Steijnstraat 19, Arnhem. AUG. ILKEMA Zwitserse Horloges ANKERWERK 15 STENEN F10.-*GoudF20. 39 Beguliersbreesfr. 1273 1275 RINGERS komt weer met een serie fijne verrassingen, aansluitend op de 1272 die er al waren. 1273 PRALINÉWITCHOC. ten von ouds bekende vul ling, omhuld met onze nieuwe witte chocolade. 40 ets. p. ons 276 1277 ?^®AlBA. Een nieuwe bereiding van noten, room en amandelen. 40 cents per ons. 1279 MELACTINES. Weer i*t* anders l WITCHOC met AMAN-- r, -.. . ?,?maar DfcL^en HONING.3okpMc^. 'üS'c'e'nfs Tiïr1* Smake"- !?& J>»?* HARDE NOGA 1274 MOCCA WITCHOC. Een niet minder bekende vullina eyen%ens omhuld met onze nieuwe witte chocolade. 30 cents per ons. 1275 M l NOR ES. Klein maar 1276 TRIPLO-BLOKJES. Rmgers melkchocolade, witchoc en pure chocolade in ee" aantrekkelijke vorm. 25 cents per ons. ?»???«« fcfcfc. l l^MMJC INVJVjA fCARAMEL in 'n nieuwe, aantrekkelijke vorm. 40 ets. p. ons. eomoinatie van ..,?> ,CRÈME en MOCCA-CARAMEL 40 ets. p. ons Elk voor zich iets zeer bijzonders en weer echt kwaliteit MERK EENS OP... hoe vaak De Groene juist dat onderwerp behandelt waarover U graag iets.w.'lt weten! Daarom: abonneer U. Het is nu voordeelig! Zie pag. 11 in dit nummer. 1261 lJrikKist.Ober-Keliner: Kunstenmakers K weet zelf niét, waarom ik zoo de wen heb, Willem zegt het is ^r in de herfs*» waarin de ajn eigen zelf vodt afsterven '' van' de koude voetenook komcn maar «^ **»« stakker, ? Was het Vroe«er ^«"s. DM e Je als kellner je zooveel over dat je zelf 'een kleine zaak kon koopen en je was voor je leven Meneer net als Chrater van De Groote Markt" in Hoorn waar ik vijf jaar gestaan heb en ik maar Hendrik de kellner en hij baas en waar zijn nou mijn ellendige spaarduitjes? Ik zeg: nou, tegen mijn vrouw, ik heb geleefd als een eerlijk man, spaarzaam zeg ik en nooit het geld er door met champagne van nog 4-57 inkoop of oesters, maar nou heb ik genoeg, nu vieren wij orgies, ga mee naar de kermis in Volendam. En na tegenstribbelen wij Zondagavond met het bootje van de Noord en Zuid-Hollandsche Tram naar over het IJ en met twee retour a 45 cent naar Volen dam en wat een plezier l En zoo vol als het was in de café's net als bij ons waar de heele week vele Heeren en Dames uit de provincie waardoor de heele stad vol en de win kels leeg waren want zeggen zij de Kranten schrijven de prijzen stijgen met, maar dalen doen ze zeker niet en dus is koopen zeker niet slecht, en ook vele Heeren van de beurs, die een voordeeltje hebben gehad en nog al wat drinken en veel auto's koopen ze ook. Wat was ik verbaasd dien heer Post1278 T279 1280 PAG, IS DE GROENE No. 3097 ma ik had altijd gedacht die was ook aan de beurs zoo'n type en zegt hij ik ben schilder Kist komt eens Sjken ik heb een tentoonstelling, en ik gaat en daar waren de Heeren schilders WiHnk en Schuhmacher endieboozeHeerRoelofsz en nog vele Heeren en Dames bij ons uit de zaak en een heele hoop gekke schilderijen ik begrijp daar niets van » dat Kunst en lijkt dien Heer Postma verder zoo'n netten Heer met zijn hondje ! Maar daar kun je niets meer van zeggen, want moeten niet die Heeren van de beurs heden ook kun stenmakers zijn? ir l P' ?*% ' BH f PAG. 19 DE GROENE No. 3097

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl