Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
?«.**,
B<
vij
en!
'?hol
da'
,bd,
To
Opgericht in 1877
Weekblad voor Nederland onder hoofdredactie van
PROF. MR. A. C. JOSEPHUS JITTA
60e Jaargang No. 3098
Redactie: Mr. M. KAN N, TH. MOUSSAULT.
Dr. P. H. RITTÊR Jr., Mr. N. J. C. M. KAPPEYNE
VAN DE COPPELLO en Mr. R. H. DIJKSTRA
Red. en administr : Keizersgracht 355. Amsterdam C
Telefoon 37964 - Postglro 72880 - Gem. f!ro G 1000
De abonnementsprijs bedraagt f 10.?per jaar.
Abonnementen kunnen met elk nummer Ingaan, doch alleen tegen het einde van een jaargang worden opgezegd.
HET HISTORISCH OOGENBLIK
Evolutie of reactie bij de komende verkiezingen
waaronder met
VELE teekenen wijzen er
op, dat wij nu zeer na ge
komen zijn aan het his
torische oogenblik, waarin beslist
zal worden of de verdere ont
wikkeling van de Europeesche
economische en politieke samen
leving tot een betere basis langs
evolutionnairen weg zal plaats
hebben, of dat groote reacties
voor onze beschaving misschien onherstelbare
gevolgen, een voorloopig besluit zullen blijken
van de algemeene crisisperiode waarin wij leven.
Die reacties kunnen van tweeërlei aard zijn:
óf de massa's, uit niet geheel ongerechtvaardigd
protest tegen het wanbeleid dergenen, die in de
verschillende landen sinds jaren en tientallen van
jaren voor het economische en politieke bestel ver
antwoordelijk zijn, zullen door revolutionnaire
middelen trachten een beteren staat van zaken
teweeg te brengen; reactie die zeker gepaard zal
gaan met wreedheid en nuttelooze verwoesting
of een nieuwe Europeesche oorlog zal niet alleen
door zijn verwoesting aan menschenlevens en
materieele rijkdommen al onze voorstellingen te
boven gaan, doch zal een zoodanige ontreddering
nalaten en een zoo anarchistischen geest ontketenen,
dat aan nieuwen opbouw misschien voor generaties
niet meer te denken zal zijn.
In de enkele landen waar men nog eenigszins
van democratie kan spreken bestaat de hoop dat
beide reacties voorkomen kunnen worden, al wordt
er daar positief zeer weinig voor gedaan. Het is
juist door dit slappe en onconstructieve gedrag der
democratie, dat deze zich nu zeer spoedig voor een
hoogst ernstig dilemma ziet geplaatst.
De Spaansche burgeroorlog geeft aanleiding tot
de openlijke erkenning, dat Europa in twee kampen
is verdeeld bij den strijd tusschen een poging, des
noods met revolutie, te komen tot een nieuwe maat
schappij-orde die reeds te lang op zich laat
wachten, en de ultra-conservatieve reactie daar
tegen, die door geweld niet alleen elke revolutie,
maar eiken geestelijken en politieken vooruitgang
onderdrukt. De democratie zal daarbij spoedig
partij moeten kiezen indien zij niet door eigen
kracht nog een evolutionnairen weg weet te vinden
en dien ten einde aflegt.
Het is evenwel te Vreezen, dat de klassen, die zich
nog de dragers der democratische beginselen noemen,
en die door haar sociale positie nog steeds grooten
invloed op de respectieve regeeringen hebben, zeer
spoedig in de verschillende landen, die nog niet
volgens fascistische beginselen worden geregeerd,
zich bij het fascisme zullen aansluiten. Niet zoozeer in
de hoop daardoor haar sociale positie te kunnen
handhaven, als wel omdat het sinds den aanvang
van f?het fascisme gebruikte Bolsjewistische spook,
nu wel zeer veel kans heeft op doorslaand succes
XA/ANNEER misschien binnenkort, na een
W overwinning der rebellen in Spanje en den
val van de regeering Blum als eerste reactie daarop,
bijna geheel Europa onder een fascistischen vloed
golf wordt bedolven, zullen de laatste volbloed
democraten alle hoop hebben opgegeven.
Doch anderen, die evenzeer het fascisme in prin
cipe veroordeel en, zullen zich nu reeds in slaap
sussen met het idee, dat misschien het fascisme een
historisch tusschenverschijnsel is, noodig alvorens
wij tot een nieuwe orde van zaken komen. Zij zullen
bewust of onbewust toegeven, dat op den duur de
maatschappelijke orde op zoodanige wijze ingericht
moet worden, dat gemeenschapsmisstanden, die de
hoofdoorzaak van onze crisis zijn, uit den weg
worden geruimd. Hoe dit distributieprobleem op te
lossen weten ze zelf niet goed. Doch voor een
communistische oplossing voelen ze niets; met een
te groote staatsinmenging zijn zij het evenmin eens.
En zij zeggen, dat dan misschien het fascisme het
Geschreven door een Ne
derlander, die uit hoofde van
zijn representatieve functie,
buitenslands de problemen
waarover hij schrijft, uit
eigen aanschouwing kent.
beste middel is om langs niet
revolutionnairen weg tot eene
dergelijke betere orde te geraken,
en wijzen op den corporatieven
staat, die immers ook in de
richting der socialisatie gaat.
Daartegen zou men kunnen
aanvoeren, dat de socialisatie
onder het fascisme nog zeer te
bezien staat, daar, afgezien van het feit, dat ook fas
cistische regeeringen voor langen tijd practisch
afhankelijk blijven van het kapitalistische stelsel,
de corporatieve staat in beginsel hinkt op de twee
uitersten: het gemeenschapsbelang, waarvoor allen
zich opofferen, en het particulier initiatief, dus ook
het particulier risico, waaraan men de productie
overlaat.
Voorts kan men zich met recht afvragen of, ook
al zouden later vele sociale instellingen, onder het
fascisme tot stand gekomen, klaar staan om zich
bij een echte" nieuwe maatschappelijke orde aan
te passen, het mogelijk is den geest, als essentieel
element noodig voor een dergelijke nieuwe gemeen
schap, te kweeken in een omgeving, waar generaties
niet tot offervaardigheid voor de gemeenschap (dat
is voor alle individuen), maar tot verafgoding van het
abstracte staatsbegrip worden opgevoed, gepaard aan
een radicale onderdrukking van alle vrije geestelijke
ontwikkeling.Doch bovendien gaat fascisme nu een
maal samen met een uftra-nationalisme, dat eco
nomisch tot de uiterste autarkie en politiek tot
een geweldgebruik en een bewapening leidt, die tot
een Europeeschen oorlog moet leiden.
ENIGE hoop blijft de weg der democratie, de
evolutie, die tracht de grootste uiterste con
flicten te beperken. Noodig is dus te voorkomen, dat
uit ontevredenheid der massa's, hoe gerechtvaardigd
die ook mag zijn, anarchie of revolutie wordt
geboren. Dus een sterke regeering, die orde weet te
houden, maar dan ook tegenover alle uitersten.
Maar die bovendien de gronden der ontevredenheid
onderzoekt en bestudeert niet alleen, maar er toe
overgaat de problemen in den wortel aan te pakken.
En, indien het noodig blijkt, door een grootere
socialisatie dan velen nu misschien welgevallig lijkt.
Wanneer de oude vooruitstrevende partijen, over
blijfsels van de vorige eeuw, niet tot een dergelijk
regeeringsbeleid in staat zijn, moeten de leiders
dier diverse partijen begrijpen dat in dezen tijd
nieuwe politieke vormen gezocht moeten worden tot
uitdrukking dierzelfde progressieve ideeën. En dat
althans begonnen moet worden samenwerking te
zoeken met andere partijen met wier programma's
zij grootendeels samen kunnen gaan. Dat dit de
eenige hoop is om langs niet reactionnairen weg uit
den doolhof te geraken, heeft zich in andere landen
reeds gemanifesteerd.
Een combinatie van partijen, die een derge
lijke regeering zou kunnen vormen, is de laatste
mogelijkheid voor het oplossen onzer problemen
langs evolutionnairen en democratischen weg.
Laten vele Hollanders, wanneer er straks kans
mocht zijn bij ons dien weg te volgen, blijk geven
van de oud-Hollandsche bezadigdheid. Dat zij zich
niet laten medesleepen door paniekstemmingen,
noch zich onthouden van samenwerking wegens
het combineeren met elementen, die zij nu een
maal minder graag erbij zouden zien, doch zon
der welke een breede basis niet mogelijk is.
Laten zij bedenken, dat het grondprobleem van
onzen tijd niet ligt in het bestrijden of aanvaarden
van bolsjewistische of fascistische systemen, twee
verschijnselen welke er slechts politieke gevolgen
van zijn. Het grondprobleem blijft: hervorming op
redelijke en menschelijke wijze van de basis van
onze economische samenleving, die zich dan vanzelf
in nieuwe en betere politieke verhoudingen zal af
spiegelen. En aller oprechte en intelligente mede
werking daartoe is welkom. AUGUR
PAG. 2 DE GROENE No. 3097
Radicale bekeering
EEN Congres dat Duitsche rechtsgeleerden j
dagen te Berlijn hielden had ten do
kwaden invloed der Joden op de Duitsche i
wetenschap aan te toonen. Om het effe
doende kracht bij te zetten vulde staats»
Schmitt elk der vijftien referaten met sch«
Semitisch commentaar aan. Het effect
verliest echter wel wat in waarde als men|
naast het zér waardeerende artikel in de,
Rundschau1' van 1930 legt van denzelfden j
Schmitt over den joodschen ontwerper
Grondwet van Weimar, prof. Hugo Preusj,
Zou onze staatsraad over weer zes ja*
dit anti-semitische jasje hebben gekeerd?
rofessorale uitspraak
l EN moet schrijft prof. Taverne in ,,Taal
en Spelling" eens een tijd in
Duitschod zijn geweest om b.v. in een kerkdienst te
eten van de beschaafde uitspraak van de taal
jr de geloovigen. En dan hoort men hier weer
eken van katheliek, zelfs katteliek, inplaats
katholiek waardoor het Grieksche woord
/os geheel teloor gaat" ....
Inderdaad hebben wij de h in het woord
katho: nog nooit gehoord. Gaan de voorstanders der
e spelling tHans een tHeoretische uitspraak
;ropageeren die, evenals de oude spelling, steunt
lp de etymologie? Of komt het hooggeleerde
etoog van de . . . tavernetaf el ?
Kunstenaarscongres imestelijke weerbaarheid
K »*?*»*. * m ? ^^f^ *r
OP zichzelf is het een merkwaardige
in een land als het onze driehonderd
naars samen te brengen, onder wie kop,
zoowel op het gebied van tooneel, dans,
architectuur en beeldende kunsten als op dot
de letterkunde. Als getuigenis van maatschap^
verontrusting bewijst deze bijeenkomst, dat
tenslotte ook hier zijn ivoren torens verlaten
Het belangrijkste van het door de Jongeren
Actie op Zaterdag 10 en Zondag u te Arm
bijeengeroepen congres is de onderlinge confi
van zoo veelsoortige, maar toch allen door het
van de cultuur verbonden elementen geweest.
wanneer dit congres geen verdere resultaten zou
ren, heeft het toch zij n recht van bestaan reeds
Dit congres is een uitvloeisel geweest
nieuw beginsel in de Nederlandsche vredest
De Jongeren Vredes Actie heeft de rechts
bestrijding van het oorlogsgevaar zoo al nitt
vangen, dan toch aangevuld door een ii
methode, welker uitkomsten meer op de
van de kwaal dan op het symptoom zijn
Zelf zich bescheiden op den achtergrond h
trachten de jeugdige pacifisten de leidende
groepen in beweging te krijgen en haar beste
sentanten gelegenheid tot gemeenschappelijk
zinning te geven. Thans de kunstenaars, strak
mannen der wetenschap, dan de opvoeders.
ontstaan centra, waar te voren vereenzaming in
individualisme de kracht verlamde en het uil
benam*
Dat dit alles geschiedt onder de auspiciën,
zou men zeggen: onder de patronage van in orgatm
geoefende jonge lieden, verhoedt de trieste misl\
welke bijeenkomsten kenmerkt van ho
geesten, die geen discipline gewend zijn.
Js dit congres dan ook geen mislukking gt
De gedachtenwisseling wekte juist in haar uem
overgangen 'van heftigheid tot hooggestemdheid,
sarcasme tot stichtelijkheid, maar vooral door
hopelooze verwardheid denzelfden
tragiindruk, die alle kunstenaarsdebatten
Het zou, niet alleen voor kunstenaars, maar
voor allen die op eenigerlei vergadering aan
debatteeren geraken, noodzakelijk zijn, vooral
te verstaan omtrent den inhoud van begri]
leuzen en formuleeringen, waarmee men na
elkaar zwaait als spelende kinderen dat doen
lapjes, aan een stokje gebonden. Een
steekspel is zinloos, en juist in een kring oa
prominenten onder de cultuurdragers een
vertooning.
Toch mag men in zoo'n geval deze klankverq
als bijzaak beschouwen. Te spoedig spreekt mtn
mislukking door gebrek aan praktische res\ "
Men vergeet zich te concentreeren op het eiga
doel van een bepaalde bijeenkomst. Men ziet nu*
dat, juist zoo men praktische resultaten
nauwkeurige begrenzing van het arbeidsveld^
omschrijving van de taak, isolatie van het b'
doel voorwaarde is.
Stellig zijn er buiten de bescheiden aar
welke de Jongeren Vredes Actie ditmaal den
naars stelt, ontzaglijk veel dingen tegen den
ondernemen. Aan deze ondernemingen
kunstenaars als maatschappelijk mensch, als
en wereldburger elk op hun wijze en in hun
deelnemen. Doch dit alles valt buiten de
van een congres, dat hen in hun hoeda
cultuurdrager en cultuurbrenger op een bepaald
louter vraagt onder het Nederlandsche volfcetn,
gif te verspreiden tegen den toenemenden invlotd
de geweldsideologieën.
De oorlog heeft tal van oorzaken. Doch in dit
genpliceerde proces dringt zich de laatste jaren als
\izondere factor op de waan, als zou het geweld,
ngevuurd door het driftenleven en niet langer
genpetd door de remmen der humaniteit smor aal, het
gstc gezag en den eerbiedwaardigsten levensvorm
'.lichamen. Gekleed in de verlokkende kleuren van
simplistische leuze, geïntroduceerd met het
i, ('at eenvoudige zielen onder den indruk brengt,
lof te n rondstrooiend onder de gedupeerde en
ver\itterdc schare, winnen fascisme en
nationaaltichsme veld ook onder nuchtere naties, waarvan
standige lieden beweren: It carit happen here!
Geestelijk weerloos lijkt ook het Nederlandsche volk
en dergelijke giftige invloeden. Heeft het nu geen
\int hi.; kwaad bij den wortel aan te tasten door een
ging, de bevolking geestelijk weerbaar te maken
gen 'lezen groei der geweldsgedachte? Dat het
cifisme deze poging onderneemt, beteekent geen
\nkrirrping van zijn domein, want steeds sterker in
rtal'teit geworteld blijkt de eenvoudige
volksoveriiigtni'. dat het oorlogsgevaar niet dermate zou dreigen,
neer het niet door de dictatoriale regeeringen met
een demonischen overmoed werd uitgelokt.
Hoe wil men deze weerbaarheid nu bevorderen?
zijr allerlei middelen om de geestelijke
volksgendheid te versterken en vele zijn op het congres
nwnd. Doch in dit milieu ten onrechte. Stellig is
t het r erwordingsproces van dezen tijd de economische
factor van overwegend belang, stellig mag men de
beenia van politieke actie niet verwaarloozen,
'tllig nijpt het probleem van de sociale ethiek: mag
de geweldsideologie zich belichaamt in
nderdt ukking van de cultuur met hetsche
folteringsmddetfn,'dit geweld niet gewapend weerstaan? Of
et n:?n zich als martelaar laten afslachten: als
»n lam dat voor zijn scheerder stom is?
Belangrijke vraagstukken ongetwijfeld! Maar
ftet op kan plaats in een bijeenkomst, welke
nadruk'lijk beoogt, de geweldsideologie tegen te treden met
(ideologie van den geest. Gezwam in de ruimte?"
har zou het geen zin hebben, de volhing van Neder
land stelselmatig in een andere sfeer te brengen dan
lie, waaraan zij allengs gewend geraakt? Is dit geen
vaktisch, concreet plan van den eersten rang:
de kuntenaars zich belangeloos vereenigen, om
'raks Groningen of Maastricht, Den Helder of
eens een week lang in kunst en cultuur te
enken, zoodot tegenover den roes van het banale
ressieve symbool een bedwelming van hooger orde
kans krijgt? En dat straks de mannen der
wechap volgen, en de opvoeders en wie nog meer?
Bén ding zal hierbij noodig zijn, en dit ne is
chien op het kunstenaarscongres niet voldoende
cent v eer d. ( Vandaar de verwarring ?) Men zal bij
weet baar maken van den volksgeest tot behoud
de cultuur niet slechts thetisch, maar ook
anii te werk moeten gaan; niet slechts
apolomaar ook wel degelijk polemisch.
Wat wordt er van de cultuur, als de
geweldsideo?« zidi omzet in geweldsheerschappij ? Er bestaat,
?of betond eenmaal althans een reizend museum
**»? ouders en opvoeders. Kan men niet op soortgelijke
verontrusting wekken in de harten van
welmeelandgenooten? Dit of iets dergelijks is noodig,
i op grond van reëele gegevens de tegenstelling in den
est te prenten tusschen beiderlei ideologieën,
^momenteel den strijd voeren op leven en dood om
'hegemonie over de menschelijkheid. Slechts het
"ille, maar onwederlegbare bewijsstuk is misschien
/ machte, de bevolking geestelijk weerbaar te
tegen de daemonische invloeden, die met hun
haar ten ondergang doemen. H. C,
HET IS DUIDELIJK DAT DB BESLUITBN, DIB
in de internationale politiek werkelijk van
belang zijn, op dit oogenblik niet meer door
den Volkenbond genomen worden maar door andere
instanties. De aanpassing" der valuta's is wel
niet geheel en al aan Genève voorbij gegaan. De
muntpolitiek speelde er wel degelijk een rol, maar
aan die politiek werd daar geen vorm gegeven. Dat
geschiedde elders. De volkenbondsberaadslagingen
die in de schaduw van deze alles-overheerschende
gebeurtenissen plaats hadden, hebben dan ook
verder niet door belangrijkheid uitgemunt. De
Asemblée is gesloten en niet, zooals 't vorig jaar,
enkel maar verdaagd. En nauwelijks was de Assem
blee gesloten of in Danzig waren de poppen weer
aan 't dansen. Een affront meer of minder voor het
bondsgezag doet er blijkbaar niet heel veel toe. Polen
moet 't maar opknappen, denkt men. En voor zoover
het de Poolsche belangen niet betreft, legt men de
zaak ad actas omdat men, niet ten onrechte, deze
heele kwestie bij het veel meer omvattende Duitsche
Vraagstuk rekent een vraagstuk waarvan men
nog slechts kan hopen dat 't eens zich zelf zal op
lossen door den nood en de onverbiddelijkheid der
economische wetten.
De besluiten, die nu van belang zijn in het inter
nationaal bestel, betreffen dan ook slechts econo
mische onderwerpen, geen politieke. De
Amerikaansche minister Morgenthau heeft der wereld
kond gedaan dat de drie mogendheden van het
alignement onderling een stelsel van vrije
goudafgifte zouden toepassen. Met vele beperkingen:
het zou slechts bestaan tusschen de egalisatie
fondsen, hetgeen nog niet hetzelfde is als onbeperkte
beschikbaarheid voor export ten behoeve van par-.
ticulieren. En de overeenkomst zal met een termijn
van n dag opzegbaar zijn ! Intusschen is deze
overeenkomst het logische uitvloeisel (en de eerste
consequentie) van het alignement. Wanneer deze
drie landen hebben afgesproken, op kleine schom
melingen na, een vaste verrekeningskoers der munt
eenheden te handhaven, dan moet er ook een ge
meenschappelijke en onder alle omstandigheden
constante eenheid zijn, waarmee zij over en weer
hun saldi kunnen verrekenen. In de wereld, waarin
wij thans leven, is daarvoor bezwaarlijk een .ge
schikter grootste gemeene deeler te vinden dan
het goud.
Deze drie landen geven den pas aan. Zij gaan
voor op den weg naar herstel van orde en gelijk
matigheid. Dit is niet zonder ironie: de theorie van
het managed currency" buigt het hoofd voor de
praktijk van den gouden standaard. Aanhangers
van tegengestelde scholen worden het roerend eens.
Dat is geen wonder. De economie als wetenschap
streeft er slechts naar telkens weer nauwkeuriger
formuleeringen te geven van de natuurwetten, in
casu de economische wetten, die zij op haar weg
aantreft. Het functionneeren van een internatio
nalen standaard beziet men wellicht met andere
en minder naïeve oogen dan vroeger. Maar dat
een internationale standaard moet functionneeren,
wil de internationale handel adem kunnen halen
en blijven leven, dat valt niet te ontkennen. De
gouden standaard zal herleven, juist nu alle landen
hem verlaten hebben. Daarvan is het
drie-mogendheden-accoord déaankondiging. Le Roi est mort,
vive Ie Roi l
IN WEZEN IS OOK HET DUITSCHE VRAAGSTUK
niets anders dan het simpele alternatief of
tenslotte het Duitsche Rijk zich bij de wereld
economie wil aansluiten, ja of neen. Het antwoord
daarop is niet zoo eenvoudig als sommigen het wel
zouden willen doen voorkomen die beweren dat
het Rijk zich vroeg of laat wel weer bij wat zij
noemen ,,de beschaafde wereld" zal moeten aan
sluiten. Een autarkische ontwikkeling biedt natuur
lijk voor een betrekkelijk zoo kleine en econo
misch zoo onvolledige eenheid als het Duitsche Rijk
geen enkele uitkomst. Maar in zijn autarkisch
streven zou het Rijk zich tenslotte bij Rusland
kunnen aansluiten, dat een economisch leven voert
hetwelk volkomen van de overige wereld afge
sloten is, op den allernoodzakelijksten en van
staatswege uitgeoefenden goederenruil na.
Duitschland verzinkt intusschen steeds dieper in het stelsel
van den allernoodzakelijksten en van staatswege
gecontroteerden goederenruil met het buitenland. Is
dat onderscheid zóó gróót?
Zóó bezien staat Duitschland voor het alter
natief van óf een meer militaristisch dan socia»
fAG. 3 DE GROENE Ne. 3098
listisch collectivisme (met uiteindelijke aansluiting
bij Moskou), óf een grondige her-oriënteering
naar het internationalisme, naar het Westen, naar
het liberalisme. Politiek beschouwd lijken beide
oriënteeringen onmogelijk. Moskou wordt ver
foeid, het Westen veracht. Vooreerst hoeft men
dan ook met geen andere politiek rekening te
houden dan met die van een nóg verder doorgevoerde
militarisatie en daardoor veroorzaakte afsluiting van
de buitenwereld, zooals overigens ook uit de rede te
lezen valt, die Hess onlangs heeft gehouden. De
consequentie daarvan is een steeds ongunstiger
levenspeil. De prijzen stijgen, voedsel-tekorten
blijven niet uit. En de financieele situatie wordt
steeds bedenkelijker. Zelfs indien men het zou
willen, zou een financieel alignement noch mogelijk
zijn op een basis waarbij de mark ook maar ten
naaste bij zijn binnenlandsche ruilwaarde houdt,
noch in een economisch systeem, waarbij de wel
vaart wordt opgeofferd aan het militaire potentieel.
Men zou eerst tot een verandering van systeem
moeten komen. Want eventueele credietgevers
zouden zonder twijfel weigeren credieten te
verleenen aan hen, die zij vreezen. Maar men kan
van de regeerders van het Derde Rijk nog niet ver
wachten, dat zij erkennen het Duitsche volk op
den verkeerden weg gevoerd te hebben. Zij spreken
nu over een vier-jarenplan, en als ware bankroetiers
gaan zij door in de hoop dat een wonder uitkomst
zal brengen. Een wonder of oorlog?
MET ITALIËIS HET AL PRECIES EENDER
GEsteld. Listiglijk wedt intusschen de Duce op
twee paarden: de Lire is flink gedevalueerd. Hij
wil zoo noodig ook wel met de economische aan
sluiting van de Westersche mogendheden meegaan,
maar het is de vraag of hij dat zal kunnen. Het
autarkisch streven wordt uitdrukkelijk niet afge
schaft. En drastische verhoogingen van het effectief
van leger-, zee- en luchtmacht gaan dóór. Het is
niet zeer duidelijk met welk doel. Is het een ant
woord op de Britsche herwapening ? De Engelschen
krijgen in de Middellandsche Zee de handen weer
vrij, nu de troebelen in Palestina, althans voorloopig,
tot het verleden behooren. Nu de citrus-oogst begint
vinden de Arabieren het toch maar voordeeliger om
uit te scheiden met staken. Zoo is het feit dat de
Fellachen sinaasappelen voor hun geld kozen ten
slotte een streep door de rekening van Mussol i ni.
Het is nog steeds niet geheel duidelijk of de ont
wikkeling der politieke zaken in Oostenrijk ten
voordeele van Mussolini is, of niet. Men schijnt wel
te moeten aannemen, dat hij zich genoopt heeft
gezien terwille van de samenwerking met het Derde
Rijk, daar veel door de vingers tézien. Schuschnigg
heeft nu alle macht naar zich toegetrokken, zoodat
Oostenrijk nu een volledige dictatuur-staat gewor
den is. Starhemberg, die wel is waar niet gekant is
tegen het principe der dictatuur, maar die in
Oostenrijk met zijn Heimwehren nog een bolwerk
vormde tegen het nationaal-socialisme, heeft nu
definitief het veld moeten ruimen.
IN BELGIËSCHIJNEN SOMMIGEN NOG IN DE
zegeningen van fascisme en nationaal-socialisme
te gelooven. Degrelle maakt het minister Jaspar
lastig met alle mogelijke aanklachten. Voor zijn
krant, Le Pays Réel, zijn schandalen nu eenmaal
onontbeerlijk. Wij kennen dat. Of er ten slotte van
zijn aantijgingen iets waar is, zal de justitie binnen
kort kunnen uitmaken. Degrelle is intusschen bezig
aan een grootscheepsche fusie met Dinaso en de
Vlaamsche Nationalisten. Het klinkt fantastisch. Of
komt dit monsterverbond soms voort uit de vrees
dat het binnenkort wel eens afgeloopen zou kunnen
wezen met de fascistische en solidaristische con
junctuur? In ieder geval was het een verstandig en
van reëelen zin getuigend besluit der Katholieke
Partij om zich te splitsen in een Waalsche
SociaalKatholieke Partij, en een Vlaamsche Katholieke
Volkspartij. De Vlamingen kunnen nu zien, dat zij in
den constituttoneelen staat ook een eigen huis hebben.
Van meer belang is de rede van den koning, die
ongetwijfeld het land gerust gesteld zal hebben om
trent het buitenlandsche beleid en de defensie
politiek van het kabinet. De koning heeft echter
niet verzuimd te wijzen op de oorzaken van de Euro
peesche onrust. Deze woorden kunnen de Belgische
aanbidders van het nationaal-socialisme zich voor
gezegd houden. Tenslotte en dat bleek reeds lang
uit de door Belgiëgevoerde politiek oriënteert
'i
Si*
?^-»
f