Historisch Archief 1877-1940
Winter in Zwitserland
D0 gulden is thans in Zwitserland ongeveer
15 % meer waard
Ondanks devaluatie: geen verhooging der spoorwegtarieven
geen verhooging der hotelprijzen
geen geldformaliteiten
? prijzen voor elke beurs
? modern comfort
? prettige en goedkoope reis
? directe spoor-en luchtverbindingen
? systematisch ski-onderricht in de
officieele ski-scholen
Boekt nu reeds uw Zwitsersche wintersportreis!
ZwIUerland spreekt tot U vla Radio Beromönstar, 556 Kc, 539.6 m. van 21.35
tot 22.05 (Nederlandsche tijd) Maandag 7 D«c»mb»r over sklloopen voor oudere
menseden, Zondag 13 Oectmber over het ABC van de wintersport
POSTAUTOROUTE ST. MORITZ-MALOJA-CASTASEGNA
Foto Albert Steiner
WALLIS Het beloofde land voor skiërs. Landstreek der stralende winters, vol zon, met veel
sneeuw, in de heerlijkheid der hooge Alpen?Intermtionale Simplonlijn. Zermatt 1620 m.
Spoorweg voor sportlui naar Gornergrat. Montana en Crans 1500 m, met de prachtige helling
der Mont La Chaux. Loèohe-i«s-Bain« 1411 m, Champéry 1055 m, Varbfvr 1500 m, Flnhaut
1237 m, Saas-Fae 1798 m, Munster 1356 m, enz.
BERN. De romantische hoofdstad. Uitstekende concerten. Opera's Kurzaal (Speelzaal),
Casino, Groote Kunstijsbaan.
BERNrR OBERLAND, sneeuw-zeker, Sportbanen in alle Skigebieden.
ADELBODEN, BEATENBERO, ORIESALP, QRIMMIALP, QRINoELWALD, QSTAAD,
JUNQFRAUJOCH, KANDERSTEG, KL. SCHEIDEQQ, LAUTERBRUNNEN, LENK, MORREN,
SAANCNMÖSSER, WENQEN.
GBAUBUNDEN-ENO*DIN. 7000 km1, het uitgestreMste wintersportgebied van Zwitserland; meer
dan 100 zonnige Alpendalen, welke ten gevolge van hun hooge ligging tot in het voorjaar
zeker sneeuw hebben. Wereldberoemde sportcentra met zeer beschaafde en door de devaluatie
voor breede kringen bereikbare hotels :
AROSA
1800 m
DAVOS
1600 m
KLOSTERS
1200 m
LENZERHEIDE
1500 m
PONTRESINA
1800 m
ST. MORITZ
1800 m
Meer dan 70 plaatsen zijn er.verder met zeer bijzondere sport- en verblijfmogelijkheden
tegen bescheiden prijzen. Zwitsersche ski-scholen. Internationale wedstrijden in alle takken
van wintersport. Aantrekkelijke abonnementen voor déberg en sportbanen. Gemak
kelijk bereikbaar per spoor en vliegtuig.
APPENZrLLERLAND, TOOGFNBURG, GLARNERLAND. In het bekende ski-gebied van het
Appenzellerland (Schwagalp-Santis, Heiden) van het Toggenburg (Unterwasser-Iltios, W
Idhaus) en Glarnerland (Braunwald).
Voor volledige inlichtingen, prospectussen en biljetten gelieve U
zich te wenden tot het Zwitserse!) Verkeersbureau Officieel Reis
bureau der Zwitsersche Bondsspoorwegen, Koningsplein n,
Amsterdam, Telefoon 32380?34080 en de erkende Reisbureaux
TUTIIISTELLIIK-FIUICIEIIK
Dr. CH. FONCK
directeur-generaal
der Brusseleche
Jaarbeurs, oud
directeur-eeneraal
van de wereldten
toonstelling te
Brussel in /9J5.
zond ons onder
staande toelichting
op de financiering
dezer expositie,
HERHAALDELIJK heeft men
mij, na een bezoek aan de
Brusselsche wonderstad met
zijn 140 paleizen en paviljoens, ge
bouwd op een terrein van 140 hectaren,
gevraagd: Ja, het is prachtig, gewel
dig .... maar wat heeft dat allemaal
wel gekost?" En dan moest ik ant
woorden: Niets. Geen cent."
Meestal zag ik dan ongeloovige
gezichten, maar gewoonlijk ontbrak
de tijd om die categorische verzekering
toe te lichten. Voor een blad echter,
dat zich zoozeer voor dit vraagstuk in
teresseert en een zoo grooten en
gevarieerden lezerskring heeft als De Groene,
wil ik zeer gaarne over deze vraag wat
meer uitweiden.
IN de meeste landen worden groote
tentoonstellingen door den staat
georganiseerd en gefinancierd; in Bel
giëgebeurt dit eigenlijk altijd door het
particulier initiatief, met steun en
onder bescherming van de regeering.
In 1925 werd, op instigatie van
Burgemeester Max, een N.V. gesticht,
met een kapitaal van 20 millioen francs,
welker doel uitsluitend was het
organiseerèn te Brussel van de wereld
tentoonstelling in 1930, welke datum
later om redenen van opportunistischen
aard tot 1935 is verschoven. Hoewel
naar vorm en financieele structuur
een commercieele onderneming, was
deze N.V. in werkelijkheid door haar
doel een instelling van algemeen nut.
Zij telde haar aandeelhouders onder
handels- en financieele ondernemingen,
onder banken en particulieren. De
eerste storting 20 0 op de aandeelen
ten bedrage van 4.000.000 francs
die nooit door een tweede storting
gevolgd behoefde te worden leverde
de vlottende middelen op voor de or
ganisatie der komende expositie.
Nadat de N.V. haar plannen had
uitgewerkt, verzocht en verkreeg zij
de bescherming en den steun van de
regeering, met welke zij een overeen
komst sloot betreffende wederzijdsche
verplichtingen van de beide partijen
voor de organisatie van de tentoon
stelling zelf. Anderzijds ging zij een
overeenkomst met de stad Brussel aan,
krachtens welke in het bijzonder de
stad, eigenaresse van een terrein van
123 hectaren, gelegen ten Westen der
hoofdstad, 6 K.M. van de Grand' Place,
dit terrein gratis ter beschikking stelde
om er de tentoonstelling op te doen
bouwen, met inbegrip van het wegen
net en alles wat daar bij hoort, dat
zij zelf zou ontwerpen met het oog op
een te bouwen nieuwe woonwijk.
Tegelijkertijd belastte de stad Brussel
zich met de verbetering en het schep
pen van ruime toegangswegen, die de
stad zouden verbinden met het ten
toonstellingsterrein, de toekomstige
stadswijk.
Op deze wijze ging de stad over tot
een kapitaalsinvesteering in openbare
werken - beloopende ongeveer 300
millioen francs waarmede zij een
blijvende waardevermeerdering van
een complex terreinen, dat haar toe
behoorde, verkreeg.
Tegenover den Staat verplichtte de
tentoonstellings-N.V. zich in hoofdzaak,
voor haar rekening en risico het
materieele gedeelte van de expositie te
verwerkelijken, de propaganda er voor
te verzorgen en de geheele organisatie
op zich te nemen. Verder moest zij d,>
gebouwen, noodig voor de Belgische
af deeling, verschaffen tot een gezamei
lijke oppervlakte van meer dan 60.000
vierkante meter en aan de daartoe i \
het leven geroepen
Regeerings-conmissie voor de inrichting van deze
af deeling een som van 20 millioei
francs ter beschikking te stellen.
Hieitegenover begon de Staat met aan de
N.V. der tentoonstelling een credi-.t
van 20 millioen francs te verleene i,
dat gerestitueerd zou moeten worde a
in het geval dat de N.V. met een bat g
saldo zou liquideeren, en machtigii g
te geven tot het houden van verh.
tingen, ter verkrijging van middel, n
ten bedrage ongeveer van 100 millio n
francs voor de N.V.
Zoo voegden zich bij het oorspro
;kelijk vlottend kapitaal langzamerhar l,
naar gelang van de trekkingen l»r
loterijen, de opbrengsten daarvan n
de stortingen van de regeering op l et
overeengekomen crediet.
Echter vroegen de loop der
wer<zaamheden sommen die grooter wat .'n
dan die welke disponibel blek» i;
hierin werd voorzien door bankl.
eningen, gegarandeerd door de s' id
Brussel.
Op den dag van de opening er
World's Fair beliep het totaal er
leeningen ongeveer 60.000.000 frai :s.
Maar van dit oogenblik af kwan en
andere inkomsten de schatkist vuil n:
de opbrengst der abonnementen, tic
der entrees, die der concessies, '-iet
totaal van die exploitatie-baten :s
90.000.000 francs geweest. Wat de
kosten der openbare werken, van de
gebouwen en van de exploitatie a
ngaat, die zijn bij elkaar een uitg ve
van ongeveer 90.000.000 francs ge
weest.
HOE ziet nu het financieele re
uitaat van deze geweldige on
erneming er uit?
De tentoonstellings-N.V. hoopt, na
haar rol van initiatiefnemer en org
nisator te hebben vervuld, haar kapi aal
terug te kunnen storten. De Belgi che
staat zal door zijn subsidie van 20
millioen francs de Belgische af d ec ing
hebben gefinancierd, precies als ie :ere
andere deelnemende natie, die va de
tentoonstellings-N.V. den voor iem
gereserveerd en grond voor niets l eeft
gekregen en kosten heeft gem ;akt
voor zijn paviljoen en de inrichtir en
uitrusting daarvan. De koopers van
loten hebben winstkansen gekrege i en
de gelukkigen onder hen hebben den
prijs op hun lot geïncasseerd. En oor
een totaal bedrag van 5 francs hè/ben
de bezoekers den onvergetelijken aan
blik, dien de tentoonstelling hun ' ood,
genoten.
ZOO waren in groote lijne de
financiën der Brusselsche ten
toonstelling in 1935. En nu zou k op
mijn beurt u de vraag van den aai «-ang
willen stellen: Hoeveel moet :oo'n
wondere ndagsstad kosten?"
En u zult mij ten antwoord g/ven:
Kosten?.... Opbrengen bedoe/ u."
Inderdaad: opbrengen, materialen
moreel! Een wereldtentoonstell ;ig is
een werk voor internationale vrr ie en
welvaart.
ZWITSERSE
ANKER
HORLOGES
15 STENEN
eGARANTIE f
ETUI
MERK'
UILKEMAj
39Reguliersbree$tr
PAG. 4 DE GROENE N* H
WERELDTENTOONSTELLING AMSTERDAM 1940
I-B*
Belang voor Stad en Land
EEN PROJECT VAN DE GROENE,
Ontworpen door de Architecten Bodon, Groenewegen, Van Woerden,
werkgroep van de vereeniging architecten groep de 8"
Van links naar
Ie architecten
Bodon t
Groenewegen,
Van Woerden
rechts:
situatie
OM
de meest geschikte plaats voor deze
tentoonstelling te kunnen bepalen, moesten
verschillende factoren in overweging worden
.enomen waaraan het terrein voor een dergelijke,
oor de stad Amsterdam zoo belangrijke expositie
ou moeten voldoen. De voornaamste van deze
actoren zijn: een terrein van voldoende grootte,
unstig gelegen ten opzichte van het verkeer, in een
Taaie, zoo mogelijk typisch Hollandsche omgeving,
iet bovendien de mogelijkheid dat na afloop van
'e tentoonstelling gebouwen, beplanting en
stratenanleg kunnen blijven bestaan en zich aanpassen bij
e latere uitbreiding van de stad.
Verschillende terreinen werden aan deze eisenen
?toetst om tot de beste oplossing te geraken. .
Zoo zou b.v. een terrein in Amsterdam-West,
. de nabijheid van den Rijksstraatweg naar
Haar;n, denkbaar zijn. De omgeving met de vele kleine
brieken is echter niet aanlokkelijk, terwijl de
ging ten opzichte van de stad al zeer ongunstig is.
Gunstiger gelegen is het terrein dat de
initiatiefmers voor de tentoonstelling zich als
expositie;rein hadden gedacht. Dit terrein ligt ten Zuiden
nt het Zuider-Amstelkanaal en is thans een
zandikte, welke in de toekomst voor woningbouw
temd is. Zeer veel beplanting en parkaanleg zal
odzakelijkerwijze aangebracht moeten worden om
i tentoonstelling op deze plaats nog eenigszins
L itrekkelijk te maken. Aangezien hier echter later
woningen komen, zal deze kostbare parkaanleg weer
moeten verdwijnen en het einde van de expositie
zal weer moeten zijn: een groote zandvlakte.
Maar mag dit nu wel het einde wezen van de
cultuuruiting welke een tentoonstelling toch altijd
behoort te zijn? Heeft Amsterdam niet tot plicht
iets van deze cultuuruiting te doen kristal'iseeren,
te behouden voor het nageslacht? Onwillekeurig
denken we dan aan wat Parijs aan zijn tentoon
stellingen te danken heeft: verkeersdoorbraken
Petit Palais Grand Palais Seinebruggen
Eif feitoren.
Een wereldtentoonstelling heeft nu eenmaal
een andere allure dan een middenstands- of
bakkerij-tentoonstelling. Men stelle zich voor,
welk een armoedige en benauwende aanblik een
expositie op dit volkomen karakterlooze, veel te
smalle terrein moet geven, een terrein met
eenerzijds de begrenzing van volkstuintjes en anderzijds
de zich opdringende stad. De Amsterdammer moge
hiermede al genoegen nemen, de vreemdeling zal
dit zeker niet doen. En daarmede staat of valt
toch, ook voor de initiatiefnemers, het geheele
tentoonstellingsplan.
Een o. i. zeer gunstige plaats voor de
tentoonstelling, welke practisch aan de hiervoor te stellen
eisenen voldoet, werd gevonden in het terrein
dat in het uitbreidingsplan der Gemeente Amster
dam voor dergelijke doeleinden gereserveerd is.
HAARLEM
\
VERKLARING
?- ' ? MIT TIMMBAAM
"? "? WTOWOTiULWOSlOOTIt
De ligging van het tentoonstellingsterrein met de voornaamste toegangswegen
Dit terrein is gelegen tusschen de Ringspoorbaan en
de Kalfjeslaan aan den linkeroever van den Amstel.
Dit is de plaats, een Amsterdamsche wereldten
toonstelling waardig! De prachtige oevers en fijne
vergezichten om de historische rivier geven wel
het mooiste landschap, dat men zich in de omgev.'ng
van de stad kan denken. Hier is een karaktervolle
Hollandsche omgeving, Holland met zijn water,
z'n vlakke land, z'n wijde luchten. Van deze plaats
zal een groote suggestieve kracht uitgaan, vooral
voor den buitenlander, maar ook voor land- en
stadgenoot; hier is een waarlijk grootsche tentoon
stelling mogelijk, niettegenstaande het terrein mis
schien half zoo groot is als dat te Brussel.
De rivier vormt de kern; verschillende gegraven
waterpartijen geven het geheel een nog fijnere
schaal en accentueeren het Hollandsche karakter,
waartoe ook de hoogopgaande boomgroepen bij
dragen van de oude buitenplaats Amstelrust, welke
in het terrein is opgenomen.
Het spreekt vanzelf dat ook aan dit terrein
bezwaren verbonden zijn, en nog wel bezwaren
van financieelen aard. Onteigening van gronden, .
ophooging en aanleg van het geheele terrein zullen
zeer veel geld kosten. Hierbij vergete men echter
niet, dat dezelfde kosten vroeger of later toch ook
gemaakt zullen moeten worden. Tegenover deze
uitgaven, welke mogelijk door een Rijksvoorschot
vergemakkelijkt zouden kunnen worden, staat een
zeer groot belang (nog afgezien van de meerdere
werkverruiming), niet alleen voor de stad Amster
dam, maar voor geheel Nederland.
De propaganda, welke voor ons land zou uitgaan
van een waarlijk cultureele tentoonstelling, op
déze plaats, is niet in guldens uit te drukken. Zelfs
niet in het aantal meerdere guldens, dat zich na
afloop van de tentoonstelling binnen 's Rijks
grenzen zal bevinden.
Verkeer
DOCH niet alleen schijnt dit terrein wat
natuurschoon betreft de aangewezen plaats te zijn. Ook
wat betreft de verbinding met de stad is het zeer
gunstig gelegen ten opzichte van de voornaamste
verkeerswegen. De hoofdingang ligt n.l. bij den
Ringspoordijk op korten afstand van het
Scheldeplein, zoodat voor het autoverkeer de verbinding
met het centrum van de stad leidt via
Scheldestraat?Ferdinand Bolstraat en via de van
Woustraat, terwijl men het Zuiden bereikt langs de
Wielingenstraat. Ook uit het Gooi en van het
nieuwe Amstelstation is de tentoonstelling gemakke
lijk te bereiken via Berlage-brug en Zuider
Amstellaan. Bezoekers, die op Schiphol aankomen,
kunnen per auto naar de tentoonstelling gaan via
de Kalfjeslaan.
Langs de tentoonstelling is een groot parkeer
terrein gelegen. Automobilisten en wielrijders
kunnen zich van daar, zonder rijwegen over te
steken, direct langs de trottoirs naar de ingangen
begeven. Een kleiner parkeerterrein is bestemd voor
bezoekers van de in het Zuidelijk deel der tentoon
stelling gelegen congreshal.
De hoofdtoegang van de tentoonstelling vormt
een geheel met het daarvoor gelegen groote
verkeersplein, een plein met een diameter van ca.
150 M., in het midden waarvan zich de 70 M.
hooge lichttoren verheft. Hier is het feestelijk
einde van de geïllumineerde toegangswegen, hier
is het feestelijk begin van de tentoonstelling,
hier spuiten de fonteinen, hier is het centrum van
Amsterdam in 1940.
Om dit plein voeren de verlengde trambanen
van de lijnen 4, 8 en 25, welke hun eindpunt vinden
bij het Zuidelijk gedeelte van de tentoonstelling.
De voornaamste tramhalte is op het hiervoor
genoemde plein gelegen. De steeds zoo moeilijke
kwestie: het oversteken door trampassagiers van
trambanen en autowegen, werd hier geheel ver
meden. Door kruising niet a niveau bereiken de
trampassagiers, veilig voor alle autoverkeer, het
trottoir bij den hoofdingang, dat anderhalve meter
hooger gelegen is dan het bestaande straatpeil.
Het spreekt vanzelf dat men zich ook over het
water naar het expositieterrein kan begeven; Met
snelle tentoonstellingsbootjes vaart men uit het
centrum der stad naar het juist gereed zijnde
Amstelstation, om ook de daar aangekomen
passagiers op te nemen. Een speciale
tentoon' "l
imi
; '? ':(t
i: -.1! .
.i !>??.,?.
. v**> ' ? rf.
1 l *?
= f "
' . , f'
?Tvj!'
^
n ?
l'
H
:\t
PAG. 5 DE GROENE No. 3103