Historisch Archief 1877-1940
J l'., .'-'^fife.
.!ri-:dOf:f*:- >£
«O G
Rotterdams
oeververbinding
HET is helaas de vloek van dezen
tijd, dat wij elk respect voor het
groote (in den zin van kolossale)
verloren hebben, omdat de bluf alles
steeds nog weer grooter doet ontstaan.
En daar zoo goed als elke grens aan
de technische mogelijkheid is ont
nomen, staan wij voor niets meer ver
baasd.
Dit niet meer verbaasd staan zou
niet erg zijn, als daarmee niet tevens
verloren zou gaan de waardeering voor
het werkelijk groote, voor datgene, dat
nog steeds door den mensen wordt
voortgebracht, die bezield is door een
idee.
Wanneer we in dit licht het project
van de hangbrug voor Rotterdam van
dr. ir. J. Emmen beschouwen, dan
blijkt het, dat we de beoordeeling twee
ledig kunnen doen plaats hebben.
Ten eerste kunnen we constateeren,
dat het een reuzebrug" is, maar dat
er in Amerika nog veel grooter bruggen
gemaakt zijn.
Ten tweede kunnen we constateeren,
maar dat is veel moeilijker voor den
gemiddelden mensch, wiens oordeel niet
tegenstaande of door de groote techni
sche ontwikkeling, steeds simpeler en
vlakker is geworden, dat er in het brug
ontwerp iets tot ons spreekt, dat dieper
snaren in ons in beroering brengt dan
wat we gewoon zijn bij een industrieel
product te ervaren.
Laten we voorop stellen, dat het een
industrieel product is, evenals elk bouw
werk, of het een kerk of een silo is. De
onderdeelen van een bouwwerk wor
den nu eenmaal machinaal vervaar
digt, de mindere of meerdere vakkundig
heid der arbeiders zal slechts een min
of meer groote zuiverheid van het
werk ten gevolge hebben.
Of het eene bouwwerk iets meer
technisch aandoet dan een ander, doet
aan de innerlijke waarde niets af...
Alleen geforceerdheid, hetzij in
óvertechnischen zin of in kwasi-primitieven
geest, doet het werk in waarde ver
minderen. Is er echter evenwicht,
orde en maat tusschen techniek en ver
schijning, dan is daardoor het werk
aanvaardbaar. Het is echter door dit
evenwicht nog geen kunstwerk ge
worden. Daarvoor is noodig datgene,
dat wij het eeuwige, d. w. z. het blij
vende noemen, dat dus boven denktijd
uit is en tot het hoogere behoort. _.
Architectuur, die niet aan deze laatste
voorwaarde voldoet, staat buiten de
kunst.
WANNEER hier de brug over de
Maas met een vrije middenover
spanning van 480 meter, een hoogte van
het brugdek van 58 meter boven de
waterlijn en een hoogte der pilaren van
117 meter wordt besproken, dan zijn
het niet in de eerste plaats die gewel
dige afmetingen, die ons tot beschou
wing van dit project aanleiding geven.
En toch moeten deze groote afme
tingen niet als onbelangrijk gezien
worden, want wie de Maas kent op de
plaats, waar dit bouwwerk gedacht is,
wie de machtige waarde van dit water
op die plaats tusschen de Parkhaven
en de Maashaven heeft leeren lief
hebben, moet beseffen, dat tegenover
die majestueuze wijdheid geen brug
van peuterige allure zich zou kunnen
handhaven, maar dat alleen door een
gedurfde monumentaliteit een hoogere
eenheid tusschen natuur, techniek en
kunst zal mogelijk zijn.
En dat die eenheid, voor zoover het
dan in dezen tijd mogelijk is, door het
project van Emmen wordt bereikt, dit
moet hier allereerst vastgesteld worden.
We moeten hiertegenover niet stel
len b.v. een monument als de kathe
draal van Reims of Amiens, en dan
denken, dat we die bouwwerken toch
grootscher, en monumentaler en inni
ger van menschelijkheid vinden. Zoo
iets heeft geen zin. In de geheele
menschelijke ontwikkeling zijn slechts
zeer weinig werkelijk onvergelijkelijk
De Rotterdomschc Maasbrug volgens
het ontwerp van dr. ir. Emmen, gezien
van een punt gelegen aan de westzijde
der Doknoven. Links en rechts de
oprijtorens, woordoor voertuigen in een ge
leidelijk steigende spiraal het brug'
dek bereiken.
Onder: de rijweg in den
schroefboantoren, het meest omstreden gedeelte van
het ontwerp.
schoone bouwwerken ontstaan. W<
moeten ons tevens afvragen:
Hostaat deze brug tegenover de gebouwen
die in dezen tijd voortgebracht wordei
of zullen kunnen ontstaan? En wan
neer we dan hierbij bedenken dei
lijdensweg, die weer begint in
verbanmet het Amsterdamsche stadhuis e:
de resultaten, die zeker niet beter zul
len zijn dan die van b.v. het Rotter
damsche, het Haagsche en het Leid
sche stadhuis, dan past ons een zeken
schroom tegenover de mogelijkheden
van deze culruurloozen en ontwrichte;
tijd, maar dan moeten we toch gee
oogkleppen aandoen op oogenblikker
dat er nu toch eindelijk weer eens ee
monument mogelijk wordt, al is ht
dan ook in den vorm van een brug e
niet in den vorm van een stadhui
Wie niet inziet, dat hier de mogelijk
heid geschapen wordt, aan Rotterdai i
eindelijk eens na eeuwen voor het eer t
een werkelijk monument te schenken
in den vorm van deze grandioos
?ziene oeververbinding, in tegenstellir 4
met de volkomen zakelijke en arn e
tunnel onder het water, heeft wein ^
begrip van het verband tusschen scho o
heid en cultuur.
De naaste toekomst zal ons leeren f
er nog voldoende toonaangevende
menschen bestaan, die met overtuig» g
het menschelijke, het betere kunnen
doorzetten, of dat onze geest reeds vt
:ledig verschrompeld is door ang :,
zoodat die geest niet meer uit k n
komen boven de begrippen van loc>
graven, gaskelders, pantserschu
iplaatsen, tunnels enzoovoort. Want it
vraagstuk, brug of tunnel, wordt n ?t
meer beheerscht door de finantu n,
omdat beide mogelijkheden evenv cl
zullen kosten. Ook hebben de milita
-eautoriteiten zich niet uitgesprok >n
tegen of voor de een of andere verb
iding. Het is dus uitsluitend een strid
tusschen duisternis of licht, tusscl n
de mollen en de zwaluwen. Nuttig z jn
ze beide. Maar er gaat iets boven :le
nuttigheid uit, nl. de menscheli <e
geest, en die bevindt zich altijd Dg
beter in de vrijheid boven het aard^'h
gewoel dan in de benauwdheid van i et
undergrondsche.
IR. J. B. VAN LOGH M
MERK EENS OP
hoe vaak De Groene juist dat
onderwerp behandelt waarover
U graag iets wilt wéten! Daar
om : abonneer U, Het is nu
voordeelig!Ziepag.2l in dit nummer.
PAG. 10 DE GROENE
Onze speelgoedetalageszljn het bezichtigen ook ditmaal ruim
schoots waard, vooral de hoeketalage Damrak-Beurspleln:
SNELVERKEER LANGS BERG EN DAL
Spoortreinen,'n race-auto, tandradsporen en Diesehrein; alles
beweegt zich met groote snelheid over wegen, rails en wissels
e
De kinderen kunnen er niet genoeg van krijgen
AMSTERDAM
Muziek
DE OPERA IN NEDERLAND
D
"Wülem Pijper
E Nederlandsche muziekpolitiek
heeft onder meer tot ge
volg dat de opera hier vóór
*en kunstvorm gehouden wordt, verre
nferieur aan ,,de muziek", en
even.eer inferieur aan de comedie".
Het is nuttig, vast te stellen: ten
-erste dat deze meening een der vele
lalle opvattingen is, die
langzamerand even onafscheidelijk aan onzen
olksaard verbonden raakten als de
egrippen klompen, Markerbroeken,
indmolens en
overvragen-bij-zaken' oen. En ten tweede: dat het
voortf astaan van dit misverstand slechts
';- danken of juister, te wijten is
? m de hier gevolgde muziekpolitiek.
Overal in de beschaafde wereld,
aar men zich interesseert voor
1 uziek, spel, zang en dans, bestaat
' ?t instituut opera. Behalve in
Nederl-'.nd en tot op zekere hoogte evenmin
i" Engeland. Wanneer men naar
/?itwerpen reist en men is van het
'c ntrum des lands uit sneller in
/ itwerpen dan in Groningen of
Maast::cht dan is de eerste ontdekking,
c't men daar inplaats van naar een
? b .tscoop te gaan een schoone
voors -Hing" van den Prins l goor of een
ft nstens even schoone voorstelling
v-n de Carmen kan gaan zien en
h ??oren. Om van de Limburgsen e
l-?ratreinen naar Aken nu maar te
z-"ijgen.. .,
De Nederlander voelt wel degelijk
?">r de opera. De niet
muzikaalgeletterden voelen zelfs zeer veel
meer voor de opera dan voor het al
dan niet vergeestelijkte concert. Wan
neer hier operagezelschappen beston
den, dan gingen zij nimmer te gronde
aan een te geringe belangstelling van
het publiek, maar uitsluitend aan
rekenfouten van de organisaties. In
dien men half zoo veel reclame,
tamtam en doelbewust streven ten
koste had gelegd aan de oprichting,
c.q. de saneering van een Nederland
sche opera, als in de tegenwoordige
zorgelijke tijden wordt besteed aan
het op de voorlaatste beenen houden
van onze orkesten: Amsterdam, den
Haag, Utrecht, Arnhem, Groningen,
Leeuwarden Iaat ons maar ophou
den l , dan zag het er met de
muziekvoorziening van Nederland beter uit.
Het spreekt vanzelf, dat opera's
hier evenmin buiten overheidssubsidie
zouden kunnen als orkesten. Maar dat
is in Weenen, Parijs of München ook
niet anders. De rekenfout", waarop
zooeven gezinspeeld werd, is dan ook
in feite niet anders dan een, idea
listisch, zich blind houden voor de
onmogelijkheid x gulden
vermakelijkheidsbelasting te betalen van een
subsidie groot x min een gulden, en
dan bovendien nog te exploiteeren
alsof men x plus een gulden subsidie
ontving.
Dit hier is echter nog de muziek*
politiek niet, dans toute sa candeur;
Het is er een staart i e van. De echte»
beginselvaste anti-opera-politiek treedt
pas in werking, wanneer er iets
gebeurt, wanneer er plannen openbaar
gemaakt worden, voor een
Museumtheater, onzaliger nagedachtenis, bij
voorbeeld wanneer er, kort gezegd,
mogelijkheden worden geopperd die
hand en voet hebben. Dan wordt met
tal van argumenten in het licht gesteld
hoe minderwaardig het opera-vermaak
is, vergeleken met de onderwerplooze
verrukkingen welke de concertzalen
bieden. Dan wordt, terloops, onze
aandacht gevraagd voor de veelal
dubieuze muzikaliteit der opera-sterren.
Dan wordt gezinspeeld op het ver
achtelijke routinewerk, dat aan onze
in quasi-ritueelen concertdienst ver
grijsde orkesten opgelegd zou moeten
worden. En in al deze overwegingen
schuilt wel een kern van waarheid.
Het is n.l. zeker, dat absoluut-muzikaal
gesproken La dame blanche van minder
beteekenis is dan de Pastorale. Maar
Pique Dame is noch beter, noch
slechter dan de Pathétique. En zóó
gesteld zijn het pas vergelijkbare
grootheden. De melomanen, die nu
nog zweren bij de Pathétique (zij zijn
er, nietwaar?) zouden met Pique
Dame tenminste zoo goed op hun
rekening komen. En vele duizende
antipathetiekelingen met hen Wat
de muzikale intelligentie der helden
tenoren betreft maken wij onszelf
niets wijs. Maar alle violisten ? van
reputatie zijn ook geen Hubermannen,
en niet alle locaal en interlocaal
befaamde pianisten hebben het muzi
kale buskruit uitgevonden. Het schijn
baar meest technische* argument, dat
van het in routinewerk verslappen
van de orkesten, zullen wij hier niet
weerleggen. Dat bewijst namelijk, in
dit geval, het tegenovergestelde van
hetgeen bedoeld werd....
O ET bovenstaande werd geschreven
1 * na de voortreffelijke
Carmen-opvoeringen door de Wagnervereeniging
onder leiding van Pierre Monteux, en
naar aanleiding van het enthousiasme
der stampvolle zalen. Nuttiger dan de
overbekende, opera zelve tot onder
werp van deze korte beschouwing te
nemen, leek het, voor de
zooveelste maal a?n te toonen, dat de
Nederlandsche muziepraktijk slechts
te saneeren is door een beleid dat
rekening houden kan en wil met iets
wat ons totnutoe ontbreekt: een eigen
operagezelschap, gehuisvest in een
eigen gebouw, geleid door artistieke
en ter zake kundige landgenooten. Men
zal dit op het eerste gezicht voor een
ietwat overvragerig verlanglijstje hou
den. Maar men zou beter doen, te
bedenken dat het omstreeks 1880 van
meer initiatief, van meer moed, van
gezonder artistiek-avonturiersbloed ge
tuigde een Concertgebouw met alle
ap- en dependenties uit de rimboe
aan de stadsgrenzen tevoorschijn te
roepen, dan benoodigd zou wezen om
op dit oogenblik het Nederlandsche
anti-opera-vooroordeel te overwinnen.
Wij zijn dankbaar voor de krui
mels die een paar maal per jaar van de
tafel vallen. Die kruimels zijn eigen
lijk pasteikorsten, welbeschouwd. En
zelfs met dit woord zijn de uiterst
verzorgde model op voeringen van de
Wagnervereeniging nog niet op volle
waarde geschat. Het is alleen maar:
wij konden eigenlijk wel zelf aan tafel
gaan zitten. En niet alleen .dat: wij
zouden zelfs volkomen in staat zijn
onseigen brood te bakken.
Hier liggen de wegen, waarlangs
wij uit de impasse kunnen geraken
waarin de volkomen doodgeloopen
concertpraktijk ons gebracht heeft.
Muzikaal Nederland moge zich daar
van rekenschap geven, vóór het ook
hiertoe te laat is....
Losse nummers van De Groene
20 et. Ouder dan 3 maanden
60 et. Toezending uitsluitend
na ontvangst van het bedrag
MO.ff DB GROENEN* 1104
't: if-l
i
::!'?*
!!j
!ï'
l -:>',
i i'