De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1936 5 december pagina 10

5 december 1936 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

A BRAND in Cryrfal Palace TERWIJL ik dit schrijf, ligt achter mijn rug Crystal Palace als een geweldige lampion te branden. Boven het huis dreunen de uliegmachines om te rapporteeren waar de vonken, die kilometers ver rondschietent gevaar brengen. Langs den tuinmuur razen de fire-engines en politie-auto's, aan den voorkant van het huis schuift een rij van auto's die trachten bij de inferno te komen. De vogels vliegen, wakker door den $eveldigen gloed, angstig door den tuin, waarboven een prachtige volle maan een belachelijk figuur slaat tegen deze gruwelijke illuminatie. Ik heb mijn kinderen uit bed gehaald en zij hebben met stilstaand hart en open mond de 60 meter hóoge middenkoepel zien in storten als een supervuurwerk. Door het geboomte zien wij de spuitgasten op hooge torens water schieten, door de radio wordt verteld dat geen mensch het bij dien vuurgloed kan uithouden. En steeds n gedachte: als de wind draait zijn wij onder den vonkenregen, De tuinman houdt de wacH op het dak maar zijn cockney-berichten getuigen meer van zin voor sensatie dan verant woordelijkheidsbesef : ,, The old palace is beating its own fireworks easily." Het is belachelijk te denken dat in den zomer de groote galastukken in duizend kleuren uiteen spatten. De vliegtuigen scheren nu vlak langs de vuwlinie om foto's voor de ochtendbladen te krijgen, het is zoo licht dat men op 300 meter hoog hun mtrk-letters makkelijk kan lezen. Madrid moet zoo zijn, dit is een waanzin van vuur, motoren, een gloeien de meccano-massa, waarvan stukken witgloeiende constructie afvallen alsof het een filmgag was. De radio speelt Bach en vertelt daarna dat in de windrichting huizen 2 kilometer ver waarschuwing tot ont ruiming hebben gekregen. Dit duurt nu 4, uur en nog is de hemel feller dan een roodgloeiende zonsondergang. Ik heb angst voor mijn haardvuur dat rustig vlamt. Ik zie het wonderlijke gebouw dat op zomer avonden zoo prachtig doorlicht in zijn glazen facetten kon schitteren als een thing begone", een geweldige droom, die eerst in het vuur werkelijkheid werd. Ik woon niet meer by Crystal Patace". A. VAN RAVENBEEK St. Nic. etc. CH, och, zeg ik, tegen Willem van de biljar ten, dat heetst. Nicolaas, ik zeg, het is ook nooit goed. Ats het leeg bij ons is op 5 December is het, omdat de mensch en geen geld te verteren hebben, en zeg ik, is het vol, dan komt het, omdat er niet meer gevierd wordt om de hooge kosten. Zoo weet je nooit, wat je moet denken. Ik zeg, je wordt nog sentimenteel, zoo'n stemming hangt er in de zaak, alles met van die gezichten, en daar merk ik wat bij den ingang en daar komt hij binnen hoor, met zijn rooden mantel, met zijn s*af en met zijn mijter, dat je hem niet zou herkennen al was het je vader. Ik schrik, ik denk, o wee, hij gaat bedelen, want daar was ook al een Piet, ik zeg tegen Chef Pot, moet hij eruit? Nee, zegt Chef Pot, doet het niet, misschien . is het een klant, en zeg ik beleefd, wilt U niet gaan zitten, Doorluchtige Hoog waardigheid en gaat hij zitten bij een Dame alleen, met al zijn rokken. En zeg ik beleef d, wat mag het wezen, Doorluchtige Hoogwaardigheid voor de Directie, en zegt hij: Kist, een glaasje Bisschop, maar gauw, met zóo'n dikke stem, dat ik denk, o jee, want de Dame is een van de Blauwe Knoop, die niet van grapjes houdt, en zegt zij, al tegen St. kunt U niet ergens anders Meneer, en komt al Pot om te kalmeeren, want St. wil haar omarmen. Maar vóór dat zij raak slaat, staat St. al op een tafel en gaat uitdeden en Zw. Piet houdt mij tegen, want Pot zegt, haalt hem er af. Daar spreekt St.: een cadeautje voor iedereen. Waar is Wethouder Rustige, zegt hij, die krijgt van mij xo millioen, nu de regeer ing het niet wil ge ven. En alle Heeren en Dames van den Raad krijgen een glaasje Bok, omdat de begroo ting zoo zoet zonder moeite is gepasseerd. En zegt hij, de Heer Wessels, de N.S. B.-kruisvaarder geef ik nieuw belastend materiaal, wat hij maar wil en Dr. Vos krijgt een tandaitsenopleiding in Amsterdam. En toch kwam Chef Pot en trok hem aan zijn beenen dat hij in de armen van Zw. Piet viel. Is dat een voorbeeld denk ik voor een heilige. Nee dan de Heer Ds. Padt, die ons in Amsterdam over Spanje kwam vertellen, van hoe ze daar te keer gaan, en die jonge Heer Professor M. Valkhof was er ook bij, in een vergadering, en later nog bij ons. Dat is wel erg, zegt Ds., daar, Kist wees maar blij dat je hier in de zaak staat. En dat ben ik dan ook, hoewel, verdienen doe ik hier ook niets, ik moet alles hebben van de fooien. En daar komt de Heer Louis Gimberg van het A.B.C.-cabaret, zoo geeft hij mij een kwartje. We gaan naar Belgiëzegt hij, om te spelen; op tournee en ik kan het me best begrijpen. Je krijgt zoo'n internationaal gevoel en het is reclame. En vind ik het er altijd wat leuk, met die Dames en Heeren, die zoo grappig zijn. Daar zit laatst bij ons de Heer August Defresne zoo met zoo'n boos artistengezicht in een trui. En zeg ik: Nou meneer, waarom doet U niet als in Den Haag, met een nationaal stuk van Meneer Ben van Eysselsteyn? Over de Historie. Maar zegt hij, nee Kist, we doen al veertien dagen per jaar Kloris en Roosje, om nou nog zoo'n bruiloftsstuk te bedenken, dat is wel Wat rg veel. En moet ik hem gelijk geven. Dat de Amsterdamsche Vrouwen en Dames xo.ooo gulden hebben opgehaald vind ik wel prachtig. l Maar wat heb ik er tenslotte aan ? Want in mij n bedrij f moeten we ook leven. En ik moet het van de fooien heb ben l II 1RN1EMSCHE HTPOTWÏBM NOR HEDERUKD HYP. KAPITAAL beschikbaar tegen billijke voorwaarden Dt Dlr. i Mr. *. J. VAN ZMST. Mr. J. P. VEMSTCKVEN JEUGDLECTUUR J. RiemenS'Reurslag ONDER de jeugdlectuur, die wij hier willen bespreken, vinden we talrijke boeken voor de.i leeftijd, waar de belangstelling van jongens en meisjes geheel verschil lend gericht is. Ko weet uitkomst, door Anna Mers (Uitg. van Holkema en Warendorf) speelt in Friesland. Ko is een dienstmeisje met een fijnen smaak en een nog fijner gevoel, dat veel op z'n pootjes terecht doet komen. Men moet het gegeven nemen voor wat het is: Anna Mers weet het aannemelijk te maken, doordat haar stijl zoo overtui gend en gevoelig is. Kampeertocht naar de Mont Blanc, door Machteld de Hertog (Uitg. v. Goor) met teekeningen door de schrijf ster, geeft een boeiende beschrijving van zoo'n tocht, waardevol en leer zaam voor hen, die er een willen onder nemen, zonder dat het boek ergens schoolmeesterachtig wordt; 't is een van de beste meisjesboeken van dit jaar. Het meisje dat op de maan wachtte, door Ver a Robinson. Ik houd van een boek met grandiozen onzin, als die onzin zi:h dan maar als zoodanig aanduidt en geen verdere pretentie heeft. Er zijn wel heel ernstige mannen, die van de verhaaltjes van een onzer groote bladen alleen maar lezen de avonturen van Vera Robinson met haar man en hun woonwagen. Hier vinden we dan een heelen roman in elkaar geflanst, ge zellig te lezen, en niet alleen voor jon geren. Alleen een vraag: hebben we hier met een schrijver of een schrijfster te doen? Zoo schrijft geen vrouw. Puck net door, door A, Was?Osinga (Uitg. Kluitman) en De baantjes van Mia Reitsma, door A. van Oordt (Uitg. Valkhoff), behandelen overeenkom stige onderwerpen. Wat men ook van onze jeugd mag zeggen, het idee: zich geneeren voor werk is er heelemaal uit. Ze pakken van alles aan, als het moet. De twee meisjesboeken zijn echte tijdromans" en goed geschre ven. Ten slotte twee boeken, die in Indi spelen: Tussen Sawahs en Beraen, door E. H. Sevenhuysen?Verhoef f (Uitg.Valkhof') en Vriendinnetjes, door Clemence Bauer (Uitg. De Tijdstroom). Het laatste boek vooral geeft goed de Indische sfeer weer: het behandelt de moeilijkheden van een meisje met een inlandsche moeder, en de verfijnde plagerijen, die dit kind te verdragen heeft van klassegenootjes. Het zou geen meisjesboek zijn, als niet alles in orde kwam maar of het in het leven zoo gaat? Het boek is geïllustreerd door het veertienjarig dochtertje van den schilder Hugo Polderman; maar de omslagteekening zal wel door den vader geteekend zijn: er is een groot verschil tusschen deze compositie en het eerste prentje. Tusschen Sawahs en Bergen behan delt het kinderleven» padvinderij enz., maar het boek doet niet speciaal Indisch aan: ze loopen over van welwil lendheid en lievigheid en de ouders zijn idealen, ja, als alles zóó gemakkelijk ging l Meisjes-Studenten in Parijs, dooi Nan van Blaricum (Uitg. Servire) geeft natuurgetrouw het leven weer van studie, flirtatiën, en kamerleven van meisjes in Parijs. Och, dat leven heeft iets van champagne: het brui sende maar toch ook wel het verfijnde genot van dezen drank. In het boek komt alleen het bruisende tot z'n recht; de teekeningen van Otto van Tussen broek geven dien diepen smaak der cham pagne weer -alleen al door het te zien. krijgt men heimwee naar de sfeer van Parijs; doch de tekst vermag niet deze diepere gevoelens op te wekken. f AG. ia Dl GROENE WINTERSPORT in OOSTENRIJK! ZÜRSAM ARLBERG 1780 M. Voor wintersport naar VORARLBERG het heerlijke Alpenland in het westen van Oostenrijk! Arlberg - Silvretta ? Montafon ? Bregenzerwald zijn de schoonste ski-gebieden van Vorarlberg Internationale Wintersportplaatsen - Aribergtechniek inlichtingen en Prospectussen: Oesterr. Verkehrswerbung Utrecht, Tel. 14470, de reisbureaux en het Landesverband für Fremdenverkehr in Vorarlberg Bregenz am Bodensee HOTEL ZÜRSERHOF Het voornaamste huis in Arlberg. 80 bedden, 20 baden, alle comfort. Skischool Zürserhof. Prospectussen LECH AM ARLBERG i (HOTEL TANNENBERGERHOF ALLE COMFORT CENTRALE VERWARMING STROOMEND WATER AMERICAN BAR. 100 BEDDEN. PROSPECTUSSEN D "" «J l HET ZONNIGE SKIPARADIJS! 1140-1467 M. b.d. zee, r% ^) fl f^ l dÊ% boven Dornbirn aan de Arlbergbaan. Alpenhotel 80 bed"ension van S 10.den. Kamers met stroomend water. Alle comfort. af. Kortste verbinding met K.L.M. Prospectussen. BERGHOTEL. SONNENBURG OBER-LECH AM ARLBERQ, 17OO M. Het gezellige tehuis voor Uw ski-vacantfe. Alle comfort. Prospectussen. GASTHOF PENSION OMESBERG ^ft^t zonniggelegen, voortreffelijke verzorging, matige prijzen. Prospectussen UIT HET DAGBOEK M PIERKEN De Mikado beschermt de jeugd H ARAKIRI tsjitsjiboe heeft de Mikado gezegd, geen films meer in mijn land waarin er nog ge kust wordt en gedanst ook niet met hun beenen in de lucht. Dat noem ik eenen koning die op de hoogte van zijne plichten is. Kussen en kussen is twee en dansen ook. In de heilige geschiedenis wordt er ook gekust, maar dat waren def tige kussen. Uitgenomen die van Judas. Kussen gebeurt met den mond, het geen echter nog geen reden is om uw snoeter tegen een anderen snoeter te wrijven en aldus burgerrecht te verleenen aan de losbandige gebruiken die men nog slechts in de verachterde landen gelijk Parijs, Hollywood en Kongo aantreft. Eene moeder die haar kind kust, dat is een schoon tafereel voor op den ka lender en eenen echtgenoot die zijne wettelijke wederhelft kust is insgelijks eene hartversterkende gebeurtenis, waarvan het gebruik nog veel te weinig verspreid is, maar het moet er bij ge schreven staan, want anders gaan de toeschouwers denken dat het de weder helft van zijnen gebuur is en dat is streng verboden. Kussen op de hand is toegelaten als het niet te lang duurt en dat ge er niet bij kriebelt, terwijl kussen op de voeten een verklaring is van nederigheid als ze gewasschen zijn met groene zeep. Ge kunt ook van op afstand kussen gelijk als de trein vertrekt, doch daar hebt ge niet veel aan. Om te kussen moet men alle dagen glad geschoren zijn of anders valt men in affronten. Sedert de uitvinding van de poederderie en het lippenstift is de verbuiging van het werkwoord kussen een gevaar lijk tijdverdrijf geworden voor alswanneer ge 's avonds thuiskomt bij moeder de vrouw zegt onzen Homer. Op nieuwjaar zij t ge verplicht van gansch de familie te kussen: Peetsen, uwe schoonzuster, uw zwager en uwe nichten ook. Maar als ge dat 's ande ren daags wilt voortzetten, met uwe nichten bedoel ik, en dat ze er per on geluk opkomen, loopt het mis. Er zijn er immers die zich inbeelden dat het Nieuwjaar tot in December duurt. Met het dansen is het van 't zelfde. Ge kunt dansen van plezier, maar ook van koleire. Dat behoort evenwel niet meer tot de regels der kunst gelijk in de opera wanneer ze Faust en Margriet spelen met den duivel die uit den grond komt om naar de danseuzen te kijken terwijl de heeren die in de voorste zetels zitten hunne jumelles juist zetten om des te beter van de muziek te genieten. De russen dansen op hun achterste zooals het aan wilden betaamt en met een mes tusschen hun tanden. Maar dat levert een groot gevaar op voor de kleine kinderen die op straat spelen en voor de beschaving. Daarom moeteft wij altijd gehoor zaam zijn en naar de pijpen dansen van de menschen die geleerder zijn dan wij. Alzoo zullen wij nooit van het rechte pad afdwalen en het ver brengen in de maatschappij bijaldien we den wind niet tegen hebben. PAG. 19 DE GROENE Ne. 3105

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl