Historisch Archief 1877-1940
f
,.
?
1
NEDERLANDSCH
muziekleven
Willem Pijper
IN Europeesch verband gezien, zou
men deze zestig jaren die van de vol
einding der monotonaliteit, en den
overgang naar nieuwe uitdrukkings
middelen moeten noemen. Aan de vol
einding heeft Nederland slechts in
beperkte mate deel gehad. De evolutie,
daarentegen, manifesteert zich hier
bijzonder duidelijk; herkenbaarder
eigenlijk dan overal elders in Europa.
Het grootste deel dezer jaren wordt
muziekhistorisch bepaald door het
oeuvre van Richard Wagner. Al wat
men in Europa verder toevoegde aan
het totaal der muzikale composities,
ontstond, hetzij als consequentie van,
hetzij als reactie op Wagner's schep
pingen. Alle muziek, welke in
Duitschland en Oostenrijk geschreven is,
sindsdien, behoort nog vandaag tot
Wagners klankenwereld. De verbre
king van dien ban vond, omstreeks
1900, in Frankrijk plaats. Hier in
Nederland duurde het proces wat langer.
Wij waren later begonnen; maar het
is de moeite waard, op dit oogenblik
vast te stellen, dat het inzicht, hoe de
evolutie der muziek zich zou hebben
te voltrekken in een richting, tegen
overgesteld aan die van Wagner, hier
ruim voor het jaar 1914 reeds onder
woorden gebracht was, door Daniel
de Lange in het Nieuws van den Dag
bijvoorbeeld. Na 1914 veranderden de
inzichten met schokken, en in een aan
vankelijk zeer onhollandsch lijkend
tempo. De frontverandering van
Diepenbrock, de vehemente critieken van
Matthijs Vermeulen, en niet in de
laatste plaats de manifestaties van den
nieuwen geest, die in het werk van de
omstreeks 1920 debuteerende com
ponisten werden gevonden, brachten
een geheel nieuwe oriëntatie van den
Nederlandschen muziekminnaar te
weeg. Hiermede heeft men, in vogel
vlucht, reeds een eerste overzicht
van de laatstverloopen zestig jaren.
DEZE periode is ook nog om andere
redenen van zeer groot belang
geweest. De evolutie van het concert
leven immers heeft tenminste evenveel
aandacht gevraagd (en gekregen) als
het groeiproces der muzikale
praestaties. Gedurende vijftig jaar kon de
concertpraktijk zich langs goed be
gaanbare wegen ontwikkelen tot een
zelfstandig, ja tot op zekere hoogte self
supporting organisme. Willem Kes
heeft hier onschatbaar pionierswerk
verricht, Mengelberg heeft, toegerust
met zeldzame gaven van muzikaliteit
en doorzettingsvermogen, voortge
bouwd op de door Kes onverbeterlijk ge
legde fundamenten. Buiten Amsterdam
werkten mannen als Viotta in Den
Haag, Hutschenruyter in Utrecht, aan
de ontwikkeling van den muzikalen
smaak, en men zou niet mogen vol
houden, dat hun werk voor het totaal
der Nederlandsche müziekliefde van
minder beteekenis geweest zou zijn,
dan de daden van de Amsterdamsche
dirigenten. De kunst van het
muziekhooren bereikte in Nederland een zeer
groote hoogte. De luisteraar raakte
hier te lande bijzonder goed ingelicht,
en het gelukkige gevolg daarvan is,
dat typische modeverschijnselen slechts
in beperkte mate vat op het publiek
blijken te hebben. In den loop van deze
zestig jaren is de ontvankelijkheid voor
goede muziek b.v. nimmer ten offer
gevallen aan avontuurlijke speculaties,
aan modezucht of snobisme. In het
Nederlandsche publiek werkt een cor
rectief, dat andere, gewoonlijk mu
zikaler" geachte publieken, als het
Duitsche of Italiaansche, schijnen te
ontberen. De Nederlander, zaken
mensen bij uitstek, bleek ook hier een
sterk gevoel voor qualiteit te bezitten.
Dit brengt ons op het verschijnsel
der Nederlandsche muziekcritiek. Te
gen het einde der vorige eeuw was de
critiek nog minder uitgegroeid tot een
zelfstandig iets dan tegenwoordig het
geval is. Op het oogenblik wordt meer
dan de helft der openbare concerten
gegeven, uitsluitend voor de critiek.
De debuteerende solist verwacht, een
maal in het bezit van vleiende
krantenuitknipsels, gemakkelijker in staat te
zijn tot het afsluiten van engagementen
bij concertorganisaties en
kunstkringen. In den regel is dat ook zoo. En
daardoor wordt heden ten dage aan
,,de critiek" meer beteekenis toege
kend, dan met het wezen der zaak
overeenstemt. Objectief gezien is een
concert tegenwoordig een aangelegen
heid van secundair belang voor de
kunst geworden. Deze evolutie van
zestig jaar zou men geen vooruitgang
mogen noemen. Temeer, waar het
muzikaal-technische gehalte der con
certbesprekingen in doorsnee genomen
oppervlakkiger is, dan vroeger, in het
eerste deel van onze zestig jaren, het
geval was. De courantencritiek was
eertijds didactisch: schrijvers als De
Lange of Berkenhof wisten zich gids
voor het publiek. Tegenwoordig ont
aardt de critiek maar al te vaak in
goede of soms alleen maar amusante
journalistiek. Juist de laatste paar
jaar is er echter een wending ten goede
te bespeuren. Men zou, samenvattend,
kunnen zeggen, dat de Nederlandsche
critiek haar taak met betere resul
taten zou kunnen volbrengen, als men
de omvang en de frequentie der critische
artikelen eenigermate ging beperken,
en hooger eischen gesteld gingen
worden aan de specifiek muzikale
bevoegdheden der schrijvers.
DE muziekpaedagogie in ons land
is weer een .hoofdstuk op zich
zelf. Het is zeker, dat op dit gebied nog
de grootste misstanden op verbetering
wachten, zoowel wat de opleiding der
vakmusici als het onderricht aan leeken
betreft. De muziekpaedagogie heeft van
alle vakken der toonkunst de grootste
moeilijkheden ondervonden door de evo
lutie op cultureel en maatschappelijk
gebied. Voor zestig jaren kregen de
niet voor beroepsmusicus in de wieg
gelegde kinderen slechts boven een
zekere welstandsgrens muziekonder
wijs. Liefhebberen in muziek was nog
het privilege van de zoo te noemen
betere standen. Op die wijze werd een
publiek van in muziek belangstellende
leeken gevormd, dat oeconomisch ge
woonlijk in gunstige omstandigheden
verkeerde. Dit nu is in den loop dezer
zestig jaar volkomen gewijzigd. Door
kunstkringen en in kunst diletteerende
volksuniversiteiten werden ook de
breede lagen van het groote publiek
in contact gebracht met de toonkunst
en haar interpreteerende vertegen
woordigers. De toeneming van
tendeele volstrekt bevoegde
muziekpaedagogen maakte de luxe" van
muzieklessen algemeen verkrijgbaar
en daardoor liet het zich, tot voor een
tiental jaren, aanzien, dat het aantal
welonderlegde muziekgevoeligen een
aanmerkelijke uitbreiding zou onder
gaan. De opkomst van de mechanische
muziekverspreiding, het in gebruik
geraken van de gramophoon eerst, en
later in nog veel sterker mate het over
hand nemen van radiogenoegens, heeft
de belangstelling in het zelf musiceeren,
ANTON VAN DUINKERKEN
VOOR iemand, die in den
gestadigen vooruitgang van het
menschdom gelooft, moet het
toch onaangenaam zijn, de krant te
lezen, of zelfs maar te bekijken, want
de krant is tegenwoordig niet meer
leesbaar, de krant is af-zichtelijk.
Cervantes leest men, verondersteld althans
dat men hem leest, maar het avondblad
,,kijkt men in" en het bestaan van deze
zeer zuivere verhouding tusschen beide
manieren van omspringen met
drukletters, zou een troost kunnen zijn voor
de vertrouwers op den vooruitgang,
ware het inderdaad zoo gesteld, dat al
degenen, die dagelijks de krant inkij
ken, ook dagelijks Cervantes lazen.
Zoo is het niet gesteld. En hiermee is
ongeveer alles gezegd, wat over zestig
jaar journalistiek te zeggen valt. De
journalistiek, in den vorm, waarin vol
strekt ieder Nederlander haar kent, is
het laatste vervalproduct van de boek
drukkunst. Na dit uiterste was het niet
mogelijk, nog verder te ontaarden, al
thans in drukletters. Men moest terug
naar de hiëroglyphen om iets te vinden,
dat besmeurd kon worden, toen de
letterteekens den smaad van alle
inkten tot den droesem hadden op
genomen. En de mensch is teruggegaan
tot de hiëroglyphen. Hij heeft de foto
pagina uitgevonden. Hij is nog verder
gegaan. De drukletters waren het natio
nale bindmiddel voor allen, die de
zelfde taal spraken. Het
symbolenschrift der rechtstreeks weergegeven
werkelijkheid, het woordenloos ge
tuigenis der moderne cultuurhi
roglyphen, de foto's, werd georganiseerd
tot een internationaal verkeersmiddel,
een nieuwe wereldtaal: de film.
Het geschreven woord van den mid
deleeuwer is vervangen door het,,zwart
op wit" van de boekdrukkunst, en dit
getuigenis, dat zwart op wit" stond,
is gedurenden korten tijd voor het
meest betrouwbare gehouden, maar het
werd weldra achterhaald door het lie
gen alsof het gedruki stond". Wantrou
wen jegens drukletters zal het kenmerk
zijn van de eerstvolgende generatie, die
den algemeenen leerplicht zal afschaf
fen en het analphabetisme zal herstel
len. Wat is een alphabet voor haar ?
Zoo weinig als de geduldige schrijf
kunst der middeleeuwsche
illuminatoren voor den boeken-geleerde van den
Verlichtings-tijd ! Geen boekenwijsheid
wil dit nieuwe geslacht! Geen
drukletter-bedrog meer ! Het wil het leven
zelf! Geen alphabet, maar den
mensch!
De arme mensch ! Iedereen wil altijd
den mensch ! Nu willen ze hem gefilmd,
bewegend voor de oogen der menigte,
zooals ze hem tijdens de Renaissance
wilden: geboekstaafd, uitgedrukt voor
de oogen der menigte, en zooals ze
naar het welhaast schijnt, voorloopig
onherstelbare schade toegebracht.
De selectie welke thans gemaakt
moet worden tusschen de wel van
muziek houdenden" en degenen, voor
wie het actief musiceeren een werke
lijke behoefte is, werkt natuurlijk
gunstig, voor de meer ideëele zijden der
kunst. De eischen, welke onder de
huidige omstandigheden aan de
muziekpaedagogen gesteld worden, werden hier
door automatisch aanmerkelijk ver
zwaard. Sedert de muziek als univer
sitair leervak erkend is, dringt de eisch
van wettelijke erkenning der bevoegd
heden van paedagogen en vakscholen
meer dan vroeger nog ooit het geval
was. Op het terrein der muziek
paedagogie valt nog zeer veel te doen.
Dit klemt te meer, waar de ontwik
keling .of wil men dit liever: de
desorganisatie van het openbare con
certleven na de hausse-jaren van
hem tijdens de middeleeuwen w
gepredikt, uitgesproken voor de
der menigte. Nooit wil men de j(
die doodt, en altijd begeert n .en
geest, die levend maakt, maar ah
aankomt op onderscheiden tuss
deze twee, is het altijd de nieuwste |t
dien men verkiest, en altijd
geest, dien men verloochent. Var
is het in Nederland de leu
die het ontgelden moet bij de j<
en het erbarmelijke journaily,
voor al wat leelijk is wordt uit
Die leugenpers was eenmaal de
van het opkomend liberalisme.
neer maar alle menschen lezen hou
dan zou de wereld wel gauw
wordenden dan zou de vooruitgangt
rassche schreden toenemen.
baarmaking van alles voor iedei een jJJ
het onrecht uitroeien met wortel
vertakkingen. Wie heeft zesti; jj
geleden, toen de pers nog de K
der Aarde heette, durven t.
aan de roeping en de toekot ist ^
de krant, en wie heeft vandaag nogjj
euvelen moed, te beweren, <iat J
krant een nobel voorwerp zou
onze vereering waardig, een wer
in den dienst van de gerechtig
waarvoor schavot en gevangei is
den wijken, een papieren zw tard ij
dienst van den vrede, dat in de
van den getrouwen staatsburger
stalen zwaard van den oorlog ovct.|
bodigmaken zou? Toch heeft .nendJ
oprecht geloofd. Als de mensch ? n maa|
eenmaal allen konden lezen !
Ze kunnen het, en er is er i iet
die het doet. Zelfs professor H lizinga]
die goed lezen kan, en die er /ijn van
van gemaakt heeft, goed te lezen,!
bekende ronduit, dat de krant
lezenswaardig object is. Hij kijkt naai
de koppen" en naar de
verder is het ook voor hem slechts!
overslaan, overslaan, over laan!"
Deze alphabeet bij uitstek, die
zal zijn door de koorts naar ectuui
en die het niet van zich verkrijgen zal l
voorbij te loopen aan een niddd-l
eeuwsch manuscript of aan et i inni-l
nabel, al zouden in dat manuscr ptoiinj
dien incunabel de onwaarschi ulijksti
verhaaltjes staan over ridders dtiiwj
len en kloosterbroeders, hij we gert
lezen wat er in de krant staat on
marconisten, speculanten en open
zangers. Maar Huizinga is histo icusej
heeft dus den goeden smaak meer J
voor ridders dan voor specula iten
voelen, hij is niet de'doorsnee-abhabüj
van den toekomstdroom dergenen, as
in de dagblad-openbaarmaking
heil verwachtten, dat ze wel 'eilijtt
bij de Goddelijke Openbaring waren
gaan zoeken. Ook die goedige dt
orsiwalphabeet, door ons, journalist» ;i, niet
zonder jalouzie, aangeduid .-'.Is 4
abonné", vindt de krant tegenwooriij
vervelend en naar, verf rommelt
1900 tot 1920, het huiselijk mu-iceer
sterk in de hand gewerkt het ft. Ook
daartoe behoeft de leek leiding, ook op
dit gebied staan wij aan het begin «a |
een geheel nieuwe aera.
MEN zal misschien willen op
dat het bovenstaande mi-idereeij
historisch overzicht is, dan een (voor-l
loopig nog vrij onheldere) bik in
toekomst. Dit is ook wel zoo bedoeld!
De ouderen onder onze lez-rs her
inneren zich de toestanden v.in voor- 1
heen mét uitermate gemengde gM
voelens en voor de jongeren is <'e
de welke in 1920 voorloopig af^eslot»!
werd, niet veel vertrouwder dan de Mi<H
deleeuwen. Begrip van de cor.tinuite<
der muzikale cultuur J kan men,
het rommelige aspect dat de
biedt uit, ternauwernood verwerven
Pas wanneer ook onze dagen histori'j
geworden zullen zijn, wanneer de ver-f
PAG.28 DE GROENE No.3107
int en gaat naar de bioscoop, waar
de dingen cht ziet gebeuren voor
; ooijen, zonder dat grauwe
tusschenvan kolommen drukletters
elkander.
/at kan de krant hem schelen !
de voorpagina vindt hij iets over
ssolini en op de achterpagina iets
een modemagazijn; hij weet, dat
"een en het ander betaald is. Wat er
it over het modemagaiijn is betaald
or 'iet modemagazijn. Wat er staat
?r Mussolini is betaald door....
fthingt er van af wat er staat). Het
[betaald met ridderorden aan den
cfdredacteur, met feestmaaltijden aan
j.'urnaille, met advertenties en
Dni '-menten van partijgenooten aan
je ie, die het blad exploiteert, met
iiieiistigheden.voorkomendheden, bij
en roem is het betaald, het is
$ot Jtjk betaald, maar het is betaald,
in het leven alles betaald wordt,
[corruptie met geld en de eerlijkheid
fct ked, die een beter betaalmiddel is
het g e'd voor al degenen, al de
sinten, wien het gegeven is, de
iie van het leed te schatten.
in ,:esvig jaar is de krant weinig
fanderd. veel minder dan b.v. een
is. h verandert in zestig jaar. Maar
koningin der aarde is de
journae!. de prostituee der aarde
gewor, , at wil zeggen, het oog,
aanvanJijk gevleid door het koningschap
<vze vlotte Messalina, werd later
liir.tierd door haar andere
eigenhappen, en wendde zich van haar af.
ar r i list zijn is vandaag geen eervolle
(trekking, zooals comedieschrijver
geen nobel bedrijf was in de dagen,
t nette menschen zich niet bemoeiden
fet Shakespeare en Molière, maar
fet erentius en Plautus, de echte
^ss eken. Zestig jaar geleden was de
urr .list de dienaar van de algemeene
naar oprechtheid, vandaag
hij aangezien voor de coryphae
e algemeene corruptie. Als hij
rkelijk journalist is, kan het hem
jst deren: hij houdt dan te veel van
vereld bonte betrekkelijkheden om
te stooten aan het absolutisme
riommen, en hij is te diep over
ige van de volstrektheid zijner
plich<>m zich te storen aan de
betrek|ijl heid der waardeering. Alleen als
gevraagd wordt, of de krant de
chen, Collectief genomen, zoo veel
heeft gemaakt, glimlacht hij en
t, of er iets anders bestaat in de
re d, dat de menschen zoo veel beter
hebben gemaakt. De menschen
bben in alle eeuwen de kans gehad,
te worden en ze hebben er zich
> op toegelegd, deze kans te
vernon. De krant was een kans als een
iet P, geen betere dan de kerk, geen
chtere dan de politiek, maar ze was
'??eiwaa.rloosde kans. Dit geeft haar
l' ht nog eenige toekomst.
iiniiiiimniiiiiiiiininiiiiiiiiuitiitiini»
^uv,:ngen die de Europeesche
toonist na 1920 heeft door gemaakt, het
nzii n gegeven zullen hebben aan
er nieuwe, niemand meer
bevreemide praestaties, zal het mogelijk zijn
or c- n niet-beroepsmusicus een
overht»?' schrijven, dat hem den
samenng 'usschen Bayreuth en Debussy,
sch :n Brahrns en Benatzky,
tus(ien -.!e orchestratie van Bruckner (en
zelver retouches) en een showband
i Jack Hylton, tusschen het B
hnen^tspiel en de Kurzoper (Carmen
plaatjes) openbaart. Voor het
genblik stellen wij ons tevreden met
s; ,:naleeren van een paar
perctieven', wel wetend, dat onder de
^enwoordige omstandigheden alle
zich binnen ongedacht
ten tijd volkomen kunnen wijzigen.
Vat. tenslotte, nog het meest
hoppvooruitzicht is dat deze tijd ons
'f kan....
"OEGROENE No-3107
\
Glazurol is
koolzuurhoudend: daardoor bruist het
in de mond en reinigt de
plaatsen, die vroeger on
bereikbaar waren. Het
eenige tandmlddel, dat
nieuw glazuur vormt op
alle zwakke en aangetaste
plaatsen van het gebitl
Warm aanbevolen door
H H. Tandartsen.... en
terecht.
Per flacon 55 et. Groote
flac. (v. 3 maanden) f 1.-.
Bot-DOOT'»
gta^urot
VERKRIJGBAAR BIJ DE VOORAAN
STAANDE ZAKEN IN DEN LANDE.
Toor liet
goed verzorgde
interieur
tapijten
N.V. KON. VER. TAPIJTFABRIEKEN
R'DAM, A'DAM, DEVENTER, MOORDRECHT
TOONZALEN TE AMSTERDAM:
SINGEL 464
FA F. SINEMUS
Leidschestraat 20-22
AMSTERDAM C.
UITGEBR. COLLECTIE
ULSTERS
VANAF Fl. 55.50
AMERICAN
HOTEL
LEIDSCHEPLÊIN
BEKEND OM KEUKEN EN KELDER l
COMFORTABEL, RUSTIG VERBLIJF
OP HET FRAAISTE PUNT DER STAD
AMSTE RD AM
GISPEND NIEUWSTE GISOLAMP
KRACHTIG LICHT OP DE TAFEL EN IN
DIRECTE VERLICHTING VAN DE KAMER
PRIJZEN f. 13.50, 14.so EN I6,7*
G l S P E N S MEUBELEN
GISO-LAMPEN, STOFFEN
EN WONINGINRICHTING
<?en popu&ure soep
MAGGPOSSENSTAART-SOEP
Een soep van bijzondere samenstelling, heerlijk
van smaak, voedzaam en lichtverteerbaar.
Per tablet voor 2*3 borden 8 cent.
Let op de geel-rode etiketten en de
fabrieksmerken: de naam MAGGl en de Kruisster
,. s
f'
i.:
GISPEN
LEIDSCHESTRAAT 27