Historisch Archief 1877-1940
\
l
taire stelsel, wij zouden vertegenwoordiging van
markante standpunten als door de heeren Wester
man, Lingbeek, Sneevliet en Van Houten plaats
vindt, toch niet graag in onze volksvertegenwoordi
ging missen; en zij zijn waarlijk niet zoo groot in
aantal, dat meerderheidsvorming door hen onmoge
lijk wordt; de oorzaken daarvan liggen elders.
Minister de Wilde's oorspronkelijk plan om het
minimum-aantal zetels voor een partij op drie te
stellen lijkt ons zeker te ver te gaan. Maar hierover
moet nu een latere wet beslissen. Dan de bepalingen
betreffende het weren van REVOLUTIONNAIRE
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS. Het is volkomen
juist, dat een parlement er is om op legale wijze
samen te werken en niet als tribune voor personen
of groepen, die met geweld de wet willen ver
zetten". Maar de moeilijkheid ligt in het bepalen
van wat revolutionnair" is. Waar is de rechter die
in deze materie volkomen objectief is ? Zelfs de
Hooge Raad is voor deze taak niet geschikt, omdat
het college de politieke ervaring mist, die in deze
zaak ook een woordje meespreekt en fouten door
haar gemaakt terug zouden slaan op het gezag van
haar verdere rechtspleging. De Raad van State
is ongeschikt, omdat het ongewenscht is dat er een
tegenstelling tusschen dit lichaam en de regeering
ontstaat en omdat men vreest dat leeftijd en het
politiek verleden van het meerendeel der leden tot
een te sterk conservatisme in dezen aanleiding
zouden geven. De beslissing in handen te leggen
van het vertegenwoordigend lichaam zelf biedt
meer kans op beslissingen, te zeer onderhevig aan de
politiek van den dag. Zoodat de oplossing van
jhr. de Geer tot vaststelling van een afzonderlijk
rechtsprekend college op voordracht van de Kamer
te benoemen, nog maar het beste schijnt. Maar
misschien zou het nog beter zijn de wering van het
revolutionnaire element in de volksvertegenwoordi
ging maar over te laten aan het zoozeer verscherpte
Reglement van Orde, dat zelfs uitsluiting voor een
geheele zitting reeds mogelijk maakt en aan een ge
stadige opvoeding van het kiezerskorps. Zoo denken,
naast onze revolutionnairen" van links en rechts,
ook vrijzinnig- en sociaal-democraten er over. En
het is niet onwaarschijnlijk dat deze met een aantal
eenlingen na de verkiezingen ruimschoots de 34
zetels halen, welke voldoende zijn om het voorstel
in tweede lezing te doen verwerpen.
DE INKOMSTEN DER KAMERLEDEN BLIJVEN
practisch gelijk. Bijna alle stonden reeds 10 pCt.
van hun schadeloosstelling van ? 5000 af. Nu wordt
het bedrag officieel ? 4500. De regeer'-- , -A ' ':.,
.honderd gulden minder rar * ?*
hadfVIJf&v.»uiii<-'ii *». %r> . 'u»Twi gesteld en uit de
Kerstënpartij had ritZR*J*g op een veel lager bedrag
aangedrongen. Gelukkig is uit de kringen van
nietbelanghebbenden verzet gekomen. Drie der
hoogleeraren uit de staatscommissie en de heer Vliegen,
hebben tegen een te laag bedrag gepleit. Het Kamer
lidmaatschap mag den vollen mensch opeischen;
alle terreinen waarop de afgevaardigden zich daar
naast willen bewegen op zich zelf zeer wenschelijk
moeten vrijwillig betreden en verlaten kunnen
worden, zonder f inancieele gebondenheid. Aldus be
zien, is de schadeloosstelling niet te hoog in verband
met de eischen die het Kamerlidmaatschap ook aan
studiemogelijkheid enz. stelt. Terecht zijn echter
een aantal voorschriften ingelascht om cumulatie van
rijkspensioenen en -salarissen te voorkomen. De
politieke loopbaan moet niet aantrekkelijk worden
om de financieele voordeelen.
HET AMSTERDAMSCHE HOF HEEFT HET
VBROORdeelend vonnis tegen den hoofdredacteur van
Het Volk" vernietigd en de-verdachte vrijgesproken
van de beleediging van een vreemd staatshoofd, in
casu Hitler. Het blad had n.l. een jaar geleden een
caricatuur van den'Führer gegeven, toen hij na den
moord op Gustloff verklaard had, dat de nat
ionaalsocialisten nimmer politieke tegenstanders ver
moord hadden. Het Hof meende dat een caricatuur,
die critiek uitoefent op eenige onwaarheid, rech
tens geoorloofd is en achtte ook de vorm waarin
dit gedaan was niet beleedigend. Gelukkig heeft het
Hof zich niet laten afleiden door de stelling van den
advocaat-generaal, dat de plaat beleedigend was
omdat de twee opgestoken vingers op de prent
Hitler van meineed zouden betichten. Uit aller
lei is n.l. gebleken, dat deze vervolging'heef t plaats
gehad op aandrang van Duitschen kant en die
aandrang ging allerminst om de vraag van al of
niet eed, maar om het uitoefenen van critiek op het
Duitsche staatshoofd tegen te gaan. Maar hiertoe
geeft het systeem van de vereeniging van partijleider,
rijkskanselier en staatshoofd zelf alle aanleiding.
Anton M. Brouwer
DE PROFETEIMEL
Over de taak der kerk en het
k
burgerschap van deze wereld
IN de aloude Nederlandsche Hervormde Kerk
roert zich iets en beweegt zich iets. Wat men ook
mag vinden van haar organisatie en de zoozeer
gesmade praktische vrijheid van belijdenis, n
voordeel blijft. Dit: het is mogelijk in deze kerk
het vrije profetische Woord te doen hooren. Zonder
dat men daarbij gebonden is aan altijd twijfelachtige
meerderheidsuitspraken van besturende lichamen.
Het is nog niet zoolang geleden dat Amsterdamsche
predikanten den toejuichenswaardigen moed hadden
te protesteeren tegen een verlaging van den steun
aan werkloozen. Te protesteeren in naam van het
Evangelie.
Sindsdien is de profeet in de kerk weer ter ruste
gegaan, misschien geschrokken van zijn eigen
geluid? totdat de kwestie van de communistische
predikanten Boers en Snethlage aan de orde kwam.
Tegen beide predikanten toch zijn aanklachten
ingediend bij de kerkelijke besturen. Van verschil
lende zijden is toen geprotesteerd tegen de procedure
tegen deze predikanten ontketend. Waarom zou
men predikanten aanvallen op hun maatschappelijke
overtuiging? Waarom oefent men geen critiek op
zooveel anderen, die in hun godsdienstige opvat
tingen even modern" zijn als eerstgenoemden?
En bovendien: is er geen reden voor de kerk om ook
op maatschappelijk terrein haar stem te doen hoo
ren? Hoort de kerk niet te spreken over recht en
onrecht? Het leven van staat en natie mede te be
palen, wanneer althans staat en natie willen luis
teren?
En nu roert er zich iets in de aloude kerk. Aller
wegen vindt men artikelen en brochures over de
profetische taak van de kerk. Het is alsof er een
schuchter ontwaken plaats heeft na ?*.:?- I-»n»»r
l 11 - ?'' .1 .tt..«.Vll.
eigengereiden droom. .
Met bew"*^«rt«' . . .,
.J».i ?:/...;-«V.i.g ziftt men naar een
Anghcaansche kerk, die met het in vrijheid gesproken en het
in vrijheid aanvaardbare woord zooveel bereikte
in de tragische geschiedenis van den Hertog van
Windsor. Wanneer onze kerk ook eens sprak ? Een
van God ingegeven woord sprak temidden van de
maatschappelijke en sociale ellende van dezen tijd?
Wanneer zij eens profetisch" werd?
ZOO gauw men de profetische taak van de kerk
ernstig neemt en over de voorwaarden gaat
nadenken, die dan vervuld moeten worden, komt
men voor een afgrond van moeilijkheden. Wie zal
de stem van de kerk tot uiting brengen? Wij hebben
daarvoor geen organen. Wie heeft in de kerk ver
stand van het huidige maatschappelijk gebeuren?
De predikantsopleiding is in dit opzicht onvoldoende.
Aparte studiekringen bestaan niet. Dat is schuld"
van de kerk. Maar ook: hoe vastgeketend is de kerk
in doorsnee niet aan een bepaalde z.g. Christelijke
politiek. Vastgeketend aan een vanzelfsprekend con
servatisme !
Dit haast onbewust en vanzelfsprekend gebonden
zijn aan conservatieve politiek is het grootste strui
kelblok voor een profetisch optreden van de kerk.
Alle profetie toch veronderstelt een los staan van
den al te wereldschen gedachtengang. Veronderstelt
een spreken in den naam van God, die absoluut is en
heilig. Zoo is het eerste dat noodig is om te komen
tot de profetische taak: Het losmaken van de kerk
van al te menschelijke en al te betrekkelijke
vooroordeelen.
Vooral onder invloed van de z.g. Barthiaansche
of dialectische theologie is dit proces van zich los
maken in vollen gang. Allerwegen treft men predi
kanten aan, die onder geen voorwaarde meer de
Heilige prediking Gods willen verwarren met een
door historie, plaats, karakter en zonde gebonden
menschelijk streven.
Hoe goed ook deze critische instelling mag zijn
en hoe noodzakelijk deze instelling is als doorgang
naar een werkelijk profetisch optreden, deze instel
ling beteekent ook de groote verzoeking voor kerk
en predikant. Hoe gemakkelijk komt men niet tot
een prediking, die geheel los staat van de werkelijk
heid der wereld! Die alle aanraking met het streven
van eindige menschen opgeeft. Tot een prediking,
niet nergens meer richtinggevend en werkelijk oor
deelend optreedt! Karl Barth antwoordde eens op
de vraag wat een Duitsch Christen" was aldus:
PAG. 4 DE GROENE No.3114
Het is o.a. iemand, die al de centrale waarheden"
van het Christendom trouw verkondigt, maar weigert
deze waarheden in toepassing te brengen op het
leven van de menschen. Zoo protesteert een Duitsch
Christen niet tegen Jodenvervolging, tegen sociaal
onrecht. Hij trekt zich terug in de absoluutheid van
het abstracte woord Gods".
IN Nederland verscheen onlangs een boekje over
de Burgerlijkheid der Kerk" (schrijver Ds. H. C.
Touw). Een boekje, dat volledig bezweken is voor
de verleiding, boven aangegeven. Na aan alle kanten
het kerkelijk leven te hebben becritiseerd, komt de
schrijver tot de oplossing. De kerk moet z. i. weer
het Woord verkondigen; Woord geschreven niet
met een kleine letter, maar met een Hoofdletter.
En het Woord houdt in: de boodschap van het Rijk
Gods. Omdat de kerk dit Woord moet brengen kar
zij het burgerschap dezer wereld tenslotte niet
ernstig nemen". Door de prediking van dit
woordmet-een-hoofdjetter verwacht de schrijver dat de
kerk uit haar burgerlijke zelfgenoegzaamheid, con
servatisme en gemis aan onderscheidingsvermogen
zal worden gewekt.
Dit nu is volstrekt onjuist. Niets is burgerlijker,
geruststellender, veiliger dan een kerk, die het
Woord predikt los van iedere menschelijk een
maatschappelijke werkelijkheid. Nietsslaapverwekkender
dan een prediking, die het burgerschap dezer wereld
niet ernstig neemt". Immers wanneer men den
mensch los spreekt van het burgerschap dezer
wereld (Karl Barth noemt dit de liberaal-critische
houding"), dan blijft hij rustig staan op de plaats
waar hij zich bevindt. Alles is toch immers
betreki -v:i,»i
KCllJtk .
Maar zoo waar er een God in den hemel is, het is
niet betrekkelijk of men werkloozen geestelijk of
materieel laat omkomen, of men arbeiders onder
drukt, of men boeren behandelt als maar boeren".
God is een heilig God. Hij verlangt van een ieder
een zeer bepaalde taak. In naastenliefde volbracht.
Het burgerschap dezer wereld is zeer ernstig.
Het is het eenige burgerschap dat wij menschen
hebben.
De kerk daarom spreke haar profetische woord
onafhankelijk van welke partij dan ook. Maar in
gaande op de werkelijkheid van deze wereld. Wan
neer zij dat doet, ja, dan zal er onrust komen. Omdat
zij dan niet alleen den geest van den mensch raakt,
maar zijn heele zijn, geest en lichaam, innerlijke en
uiterlijke omstandigheden onder het oordeel en
het bevel van God stelt.
ELIA was een groot profeet. Hij nam het burger
schap dezer wereld zeer ernstig. Hij slingerde
koning Achab zijn zonden zijn zeer concrete
zonden midden in het gezicht. Hij vocht tegen
den Baalsdienst. Niet ergens ver weg in het rijk
des geestes".*Maar in de bloedige werkelijkheid van
een oordeel. Toen hij zijn profetenmantel . het
teeken zijner waardigheid wilde hangen over de
schouders van zijn opvolger Elisa, huiverde de
laatste terug. Hij wilde eerst zijn Vader en Moeder
kussen. Dat is: hij had de veiligheid van familie en
een verzekerd aardsch bestaan te lief. Hij wist
dat een profeet ook zijn materieele bestaan moet
kunnen opofferen. Juist omdat een profeet op dat
materieele bestaan van zijn medemensch invloed
moet uitoefenen.
Wanneer een kerk of een enkeling in de kerk den
profetenmantel omdoet, dan is zij of hij in zeer letter
lijken zin een vreemdeling op aarde. Want dan wordt
niet het woord-met-een-hoofdletter gebracht. Maar
een woord van God gegeven, dat inwerkt ten
verderve of ten goede, op het zeer ernstige, zeer verant
woordelijke burgerschap van deze wereld.
RESTAURANT
DIKKER & THIJS
GESOIGNEERD ?
DINER-DANSAIXT F 1.75
LUNCH .... F 1.25
VEELZEGGENDE initialen : P. D. Pro bDeo.
Hoeveel stukken, die door de handen van
advocaten, deurwaarders en rechters gaan,
dragen deze aanwijzing: P. D.
Het voeren van procedures, zelfs het eenvoudig
raadplegen van een advocaat, gaat tegenwoordig
nog ver uit boven de draagkracht van vele recht
zoekenden. Het zijn juist zoo vaak de
onbemiddelden, de weerloozen, die gedupeerd en bedrogen
zijn, of door onwetendheid in groote moeilijkheden
zijn gekomen.
En zoo trekken ze in lange rijen op naar het stad
huis om het bewuste bewijs van onvermogen",
oude tobbeis, die van hun kinderen ondersteuning
moeten .hebben, mannen en vrouwen, die van den
huwelijksband bevrijd , willen .wordtn.. arbeiders,
die ten onrechte ontslag gekregen hebben, kleine
eigen bazen", die ingewikkelde kwesties met
compagnons of leveranciers hebben, jonge meisjes,
die den vader van haar natuurlijk kind" voor een
uitkeering willen aanspreken,
gelegenheidsmisdadigers, die een dreigende dagvaarding hebben
ontvangen wegens verduistering of diefstal, pootige,
vischwijverige buurvrouwen, die óók zoo'n dag
vaarding hebben gehad wegens mishandeling of
beleediging van een collega,.... en de fantasten,
die ergens een groote erfenis hebben liggen", en
meenen dat een advocaat ze eensklaps rijk zal
maken.
Wachten ....
LATER in de wachtkamers van de Consul
tatiebureaü's en de Bureau's voor Rechtsbijstand
zitten ze opgepropt bijeen, dikwijls uren lang te
wachten. Elke wachtkamer heeft iets unheimisch,
elk wachten irriteert de zenuwen van den
bedaardsten mensch. Geen wonder dat men maar vast
z'n hart uitstort en elkaar bezig houdt met uit
voerige, smakelijke verhalen, de een al interessanter,
pikanter of meelijwekkender dan déander. Het ras
van de proceslustigen" voert het hoogste woord.
In het ondenkbaar eentonige bestaan, waar het
leven zoo doodelijk vervelend en onbelangrijk lijkt,
wordt soms iedere gelegenheid aangegrepen wat
kleur en afwisseling te brengen, wordt de kleinste
ervaring tot een geweldige gebeurtenis, waarbij
men een interessante rol kan spelen.
Om een uitkeering:
TIENTALLEN gevallen worden in enkele uren
afgedaan. Het is als een bont staalboek van de
zorgen, tragedies en struggle for life" van de
prodeanen".
Het aantal alimentatiezaken is de laatste jaren
angstwekkend gegroeid. Een crisisverschijnsel.
Een zielig oud vrouwtje heeft eindelijk de moei
zame verre tocht naar het stadhuis ondernomen.
Na een paar dagen terugkomen om het bewijs van
onvermogen af te halen. Weer een verre wandeling.
'Dan op een avond naar het Bureau. Het vergt
eigenlijk te veel van haar krachten, maar het kan
niet anders. Ze zit in een klein kamertje met ? 3.
kruq brut....
c?en, ?uorsf'eljjk.e cPiampa<jne/
ouderdomspensioen. Vroeger hielpen de kinderen
goed, maar bij de een is het zevende kind gekomen
hij kan werkelijk geen dubbeltje missen", de
ander heeft loonsverlaging gehad en weet zelf
niet hoe hij er komen moet", de derde is werkloos,
de vierde is naar Indiëgegaan en laat niets meer
van zich hooren, maar de vijfde, die zit er heusch
goed bij meneer, hij heeft wel ? 40.?per week, en
maar n kind" Waarom draagt hij dan niets
bij vrouwtje?" Tranen, gesnuif: Het was mijn
jongste meneer, altijd zoo goed, maar z'n vrouw,
dat is een kwaje, en hij heeft niks in te brengen
thuis." In orde, je krijgt een advocaat."
Dan trippelt een heel jong meisje binnen met uit
bundige krullen en een goedkoope chic-Hjkende
mantel. Giebelend vertélt ze dat ze een kind heeft
n den vader wil aanspreken. Wie is de vader?"
Alstublieft menmr". Op *en kladpapiertje prijken
drie namen. Dan kunt u ze niet aanspreken voor
een uitkeering, juffrouw." Teleurstelling. Hoe
oud bent u eigenlijk?" "Zestien". Een geval voor
de kinderpolitie. Het meisje af, niet meer gichelend.
De volgende."
Het blijkt een boerenarbeider te zijn, het klassieke
type: eerlijk, stug en hard. Hij komt met zijn doch
ter, een manke stumper, een beetje achterlijk. Zwij
gend, haast vijandig staat de man tegenover de
vreemde meneer" achter de tafel. ,,En wat is er?"
Zwijgen. Toe schiet een beetje op, wat is er aan
de hand? Iets met je dochter?" Ja, ze heb een
kind, enne, nu willen we ook wat cente zien van
de fielt. Ik kan er alleen niet voor opdraaien."
Haast onwillekeurig werpt de meneer achter
de tafel" een verbaasde blik naar de stumper, die
vol stomme angst naar de bonkige vader kijkt.
Wat zou daar niet allemaal gebeurd zijn?
Nog een teeken des tijd»"
HET gaat ongelooflijk vlug. Deskundig, afdoend
en zakelijk worden de gevallen verwezen naar
een advocaat, of eerst een schikking geprobeerd:
loonkwesties, afbetalingsmoeilijkheden, slachtoffers
van woekeraars, huurkwesties, echtscheidingen
en telkens weer opnieuw oude stakkers, die hun
kinderen aanspreken voor een uitkeering, krachtige
kerels, die hun ouders in rechte om een uitkeering
moeten vragen.
Dan ineens een ander soort teeken des tijds".
Een dame en heer komen binnen, zenuwachtig,
bleek en waardig. Mét eenige schaamte wordt het
bewijs van onvermogen overgelegd.
De man was artist, teekenaar. Hij had een heel
goede betrekking gehad bij een bekende uitgevers
maatschappij, maat was verleden jaar ontslagen.
Sindsdien geen betrekking meer kunnen krijgen.
Hij beweerde op de maatschappij nog een belang
rijke vordering te hebben, die, zooals uit de corres
pondentie bleek, betwist werd. Ten einde raad is
hij dan tenslotte maar als prodeaan" gaan
prócedeeren om te trachten zijn recht te krijgen. Meer
dan een jaar had het geduurd, eer hij die zware
stap deed. Het klassieke voorbeeld van fatsoen
lijke armoede".
De proceszlekte
ER bestaat een zeker soort menschen, die voor
hun pleizier procedeeren, zooals een ander
PAG. 5 M GROENE N» SII4
N,!, tHIEIKIE imnilllVON NEDERLAND
HYP. KAPITAAL beschikbaar
tegen billijke voorwaarden
D« Dlr. i Mr. ?. J. VAN IU*T . Mr. J. P. VIMSTECVEN
met hartstocht kaart, of speculeert, of meedoet aan
de Sweepstake. Heele families zijn soms door de
procesziekte aangetast. Het is ook het soort dat
meeprocedeert" en op eigen houtje wetsstudies
maakt. Gelukkig hebben de leden van de
Consultatiebureau's en Bureau's voor Rechtsbijstand
meestal menschenkennis genoeg om ze te her
kennen, maar af en toe slipt er eentje doorheen,
en wordt dan voorloopig, soms wel jaren achtereen,
een vaste bezoeker van het advocatenkantoor, waar
hij lustig meeprocedeert en een ongelooflijke
vindingrijkheid aan den dag legt in het opwerpen
van telkens nieuwe problemen.
Bijna even erg zijn de wantrouwenden, al is
daarvoor een verontschuldiging aan te voeren. Het
is bittere ervaring, die de menschen geleerd heeft,
dat wat je voor niets krijgt ook slecht is. Elke tegen
slag, zelfs elke gebeurtenis die ze niet begrijpen,
wordt uitgelegd als knoeierij door deze verbitterden.
Gelukkig zijn dit toch de uitzonderingen, de heel
groote uitzonderingen. De prodeanen" als geheel
behooren tot de bona fide rechtzoekenden en het is
een van de primaire eischen van het recht, dat zij
op precies dezelfde wijze als de bemiddelde recht
zoekenden advies en bijstand kunnen krijgen.
In elk beschaafd land is er voor iedereen, bemiddeld
of niet, gelegenheid goede medische hulp en ver
pleging te krijgen. Evenzeer spreekt het van zelf,
dat iedereen gelegenheid heeft goede rechtshulp
te krijgen.
Be organisatie van het prodeurccht
EN toch is de regeling van het prodeorecht
zooveel gebrekkiger, dan de regeling van de
geneeskundige hulp.
De prodeanen worden via de consultatiebureau's
over de advocaten gedistribueerd, en hun aantal
neemt de laatste jaren onrustbarend toe. Natuurlijk
zijn de advocaten verplicht deze prodeanen precies
zoo te behandelen als hun betalende cliënten.
Maar een mensch is maar een mensch.... Ook
een advocaat.
Op de groote kantoren, met de groote, gewich
tige zaken, behooren de prodeanen tot het werk
van den oudsten bediende of den jongsten mede
werker. Maatschappelijk staan de
menschetv-tr.tthtt-b«.wijs-van-onvermoger> ? ? ,. van de groote
advocaten ai. O*», r»*?.en gevoelen zich, door de
sfeer alleen al, zoo beklemd en beduusd, dat ze
van de weeromstuit óf onhebbelijk worden, óf zich
heelemaal niet uiten kunnen.
En de kleinere kantoren hebben in sommige
gemeenten tegenwoordig bij wijze van spreken haast
meer toevoegingen dan betalende cliënten. De
zoveel besproken moeilijkheden van de jongere
avocaten werken deprimeerend. De dossiers van
de betalende zaken nemen af, de dossiers van de
toevoegingen nemen echter al maar toe. Dit komt
de toewijding nu eenmaal niet ten goede.
De gelukkigste toestand is bereikt in de bloei
periode van de Bureau's voor Rechtsbijstand. Aan
zoo'n bureau worden een aantal advocaten ver
tonden, die niet alleen de noodigéjuridische
kwaliteiten hebben, maar ook de noodigéeigen
schappen die hen geschikt maken met menschen
uit alle klassen en standen om te gaan. De prodeanei,
komen nu op een kantoor, dat alleen voor hen
werkt, en waar zij niet komen vragen om de gunst
en de liefdadigheid van iemand, die eigenlijk geen
tijd en geen begrip voor hen heeft. Naar vermogen
dragen ze bij in de kosten, en de advocaten worden
voor het werk betaald. Voor den advocaat, maar
vooral voor den rechtzoekende, is de verhouding
veel zuiverder.
Natuurlijk blijft het massawerk". Wanneer we
lezen in de jaarverslagen van het Rotterdamsch
Bureau voor Rechtsbijstand, dat gemiddeld per
zitting 70 menschen worden ontvangen, dan begrijpt
men wel, hoe lang er gewacht moet worden, hoe
kort de conferenties zijn. Zoo mogelijk wordt er
een soort instructie" gehouden, en wanneer een
vordering serieuze kans van slagen heeft, door
een van de advocaten van het Bureau behandeld,
die dan ook in de omstandigheden verkeert, dat
hij de zaak wérkelijk op precies dezelfde wijze als
een betalende zaak kan behandelen.
. Het was lang niet ideaal, maar er was een zeer
groote vooruitgang.
Wanneer zal men weer gaan inzien dat een
behoorlijke organisatie van het Pro Deorecht geen
luxe, maar een rechtseisch van den eersten rang is?
Mr. S. Z.
PI»
iM