Historisch Archief 1877-1940
C/"
l
5 A
Een verhaal van De Groene
Duister, Leven en Dood
HET vervelende van de meeste spookgeschie
denissen en occulte historiën is, dat ze ten
slotte verklaard kunnen worden, zuchtte
Archibald, mijn Britsche vriend, uit de diepte van
zijn fauteuil.
En hij hief zijn glas naar de lippen, als een
afscheidsdronk aan de mysteriën uit zijn onbevangen
jeugdjaren.
Kom, kom, trachtte ik hem te troosten.
Ik ben geen aanhanger van eenigerlei
metaphysische richting, noch lid van welke vereeniging of
secte ook op occult gebied, maar ik kan nu eenmaal
een medemensch niet zien treuren, en aldus waren
mijn woorden tot troost bedoeld, zonder dat ik deze
met ervaringen zou hebben kunnen staven....
.... En toch...., zeide Archibald.
Daar w&3, aanstonds na het poneeren van de
stelling, de twijfel.
Ik sprak van de meeste occulte verhalen, zeide
hij.... Er bestaan er echter ook zeer sterke....
men kan niet weten.. ..
Hij citeerde Hamlet niet letterlijk. Maar dit was
de inleiding tot de hier volgende historie.
Ergens in Zuid-Frankrijk, in de buurt van
Antibes, vertelde hij staat een zonderlinge
villa. Wanneer je haar ziet denk je eerst aan een
fort. Op een rots aan zee, temidden van die tuinen,
die meer verticaal dan horizontaal liggen, is een
betonnen gebouw, streng van lijn en grijs van kleur,
mef een uitbouw als de brug van een schip.
Die villa wordt door een van de groote hotels als
dependance gebruikt, maar ik zou er voor geen goud
in willen logeeren De kwestie is dat ik den
overleden eigenaar heb gekend, en als ik dat grieze
lige huis zie, moet ik aan hem denken.
Herinner je je den naam van Cerucci ? Hij was
jarenlang de koning van den wapenhandel. Nie
mand wist waar hij precies vandaan kwam, hij was
half Fransch, half Italiaansch en misschien wel
Monegask.... Die laatste nationaliteit had hij
trouwens aangenomen. Als alle burgers van Monaco
daar woonden zou er geen ruimte meer over zijn.
Cerucci was een der merkwaardigste menschen,
die ik ooit gezien heb. Toen ik hem ontmoette was
hij tegen de vijftig, maar hij zag er uit als een
jongmensch van dertig. Hij was ongetrouwd en om zijn
persoon hing, wellicht opzettelijk, een waas van
geheimzinnigheid, Men wist dat hij schatrijk was en
dat hij zijn geld verdiende met wapenleveranties aan
alle mogelijke en onmogelijke staten. En werd zelfs
verteld, dat hij een soort semi-diplomatiekeh dienst
onderhield met het uitsluitende doel oorlogen en
revoluties te ontketenen....
Als je dat tenminste leven noemt. Want hij hield
zich opgesloten in dat fantastische huis, naar zijn
eigen ontwerp en onder zijn toezicht gebouwd.
Men zag er zelden iemand binnengaan, maar zoo'
nu en dan was het van boven tot onder verlicht en
dan stroomden de gasten binnen, menschen uit alle
hoeken van de Fransche en Italiaansche Riviera.
Zijn buren en de vaste bewoners der villa's kenden
hem nauwelijks. Maar zijn naam stond bij alle
feestcomités, want hij gaf enorme bedragen uit om
zich te adverteeren. Zelf verscheen hij nimmer of
nooit.
Ik heb hem eenmaal door een toeval ontmoet.
Ik trof zijn auto aan den kant van den weg, op
de groote Corniche, en mijn chauffeur kon hem
behulpzaam zijn. Terwijl de chauffeurs werkten zat
ik naast hem op de steenen ballustrade en wij wissel
den enkele woorden.
Komt u mij eens bezoeken, zeide hij bij het
afscheid.
Ik stelde dit telkens uit, totdat het tenslotte te laat
was, want van een reis naar New York is hij nooit
teruggekeerd, doodgeschoten in de een of andere
gangsters-verwikkeling.
Zoo kwam ik dan in zijn huis toen hij er zelf niet
meer was. Mijn hotelier, die het, aangezien niemand
het wilde hebben, als dependance gehuurd had,
leidde er mij rond.
Men krijgt zonderlinge gasten aan de Riviera,
verklaarde hij mij.... Sommigen voelen er voor in
zulk n eenzaam huis op de rotsen te wonen, en
bediend te worden als in een luxe-hotel....
Inderdaad.... een luxe-hotel.... dat was waar
aan dit huis herinnerde. Alles was van het hoogste
raffinement en de verfijndste comfort, maar men
miste er juist dat, wat van een huis een home"
maakt. '
De hall en de trappenhuizen waren van zwaar
marmer, en de trapleuningen van glanzend chroom,
de meubelen waren modern, van metaal, gestoffeerd
in lichte kleuren, de tafelbladen waren van dik glas,
en er heerschte de orde van aan boord van een
oorlogsschip.
Er was een somptüeuse bar, groot genoeg voor
veertig menschen, waarin zich de eenzame kerel
misschien in zijn eentje heeft zitten bedrinken, en
er was een complete installatie voor vertooning
van geluidsfilms, op een doek dat verborgen was
achter een Vlaamsche zeventiende-eeuwsche gobelin.
Beneden was een scherm- en sportzaal, en men
vroeg zich af waarvoor die ongelukkige dat allemaal
noodig heeft gehad....
Maar wat wil je? Wat was zijn herkomst..?
Waarschijnlijk heeft hij nooit een echt thuis
gehad, waarschijnlijk is hij nooit in werkelijke woon
huizen geweest. De menschen ontvingen hem in
hotels of op kantoren. Wat hij van de wereld gezien
heeft was de buitenzijde, en dan die binnenhuizen
waarin men tegen betaling van veel geld tóegang
kan krijgen. '
Het huis dat hij voor zichzelf gebouwd had, was
een conglomeraat van reminiscenties aan dergelijke
min of meer publieke plaatsen: de weelde van het
hyper-moderne kantoor, de opsmuk en het comfort
van een peperduur hotel, en het gemak van de luxe
hutten op een transatlantische boot.
Toch moet hij fier op zijn huis zijn geweest. Dat
begreep ik uit de enkele woorden,- die ik met hem
wisselde aan den kant van dien weg.
-?Dat huis, zeide hij toen, zal mij overleven
Het schijnt dat hij gemeend heeft zich met dat
huis een monument te bouwen, wel begrijpend, dat,
als hij het zelf niet deed, niemand er hem een wijden
zou Enfin.... het monument dient nu tot
wat het waard is: men kan er voor veel geld onder
dak in huren.... en in de bar zitten.... en bios
coopfilms zien.. *.. '
IK heb dat ook allemaal gezien, toen'de hoteldi
recteur er mij rondleidde. Hij liet de indirecte
verlichting voor mij ontsteken n stelde de
electrische schudmachines van de bridgetafels in wer
king en toonde mij de fantastische wijnkelders en
het onvergelijkelijke vergezicht en de badkamers
van rose en grijs marmer.
PAG. 1« DE GROENE No. 3115
Tot zelfs in de kelders, uitgehouwen in de rots,
daalden we af en nooit heb ik zulk een collectie
wijnen gezien.
Een smalle wenteltrap leidde van die kelders naar
de verdieping. Ook die trap was in de rots uitge
houwen en het was er stikduister. Op een bevel van
mijn geleider draaide een bediende aan een knop,
en plots was een venster in den zijwand verlicht.
Het was een wonderlijk verrassend gezicht.
U bent hier zes meter diep in de rots, de zee
staat hier boven de hoogte van ons hoofd, zeide de
directeur.
Ik staarde gebiologeerd naar het verlichte raam.
Het was alsof hier zonlicht binnenviel.
Inderdaad, een werkwaardig effect, merkte
mijn geleider op.
Achter het glas was een onderzeesch landschap..
stil als de dood. Ik keek in een ruimte waarvan zich
de uitersten, door een behendige aanwending van
het licht en het scheppen van een perspectief door
rotspartijen, in duister verloren. Het was alsof men
uitkeek onder zee, maar in een doodenzee.
H' Op de rotsen waren schaaldieren gehecht en
daartusschen groeiden vreemde kleurige anemonen en
watergewassen. Men zag roerlooze grillig gevormde
stukken koraal en waterplanten stonden stil om
hoog in dat zonderlinge licht. En als om het
geheel nog griezeliger te maken zag men op den
achtergrond een verroest anker, een oud kanon, een
in duigen liggend vat en wrakhout. Toen ik lang
tuurde meende ik daar in den schemer nog iets te
zien dat een menschenskelet leek.
Dit is een puzzle, zeide hoteldirecteur....
Blijkbaar is dit venster aangebracht om licht te
krijgen in dit trapgat. Het schijnt bedoeld te zijn als
aquarium, doch de visschen kunnen er niet in
blijven leven....
Ze gaan er dood.... allemaal.... Het is een
kostbare liefhebberij en daarom laat ik het maar zoo.
De gedachte trof mij: diep verborgen leven, in
dit stille huis.. .. en leven dat ten doode was ge
doemd ....
Door gebrek aan licht, want de
luchtverversching is geregeld, zeide de directeur.... Maar
zelfs diepzeevisschen, die ik van den
Oceanologischen dienst in Monte Carlo kreeg, en die aan duister
gewend zijn, komen dadelijk dood bovendrijven....
Er is niets aan te doen.....
Ik wendde me om Het licht van het yenster
viel op den tegenoverliggenden muur. Ook hier was
de rots bekleed met een betonachtige stof. Het ?
geurde hier vochtig, naar schimmels en bederf.
Het zal met den tijd wel droog worden, zeide
de geleider. Het vocht slaat de eerste jaren uit bij dit
materiaal.
Hij streek met de hand langs den wand en ik
volgde zijn voorbeeld.
Toen stootten mijn vingers tegen kleine verhef
fingen. In den muur was een basrelief aangebracht.
Ik kon er de contouren van onderscheiden: et n
vreemd geyormd zeilschip, zooals men ze op den
Nijl ziet varen, en verder vrouwen, staande rondom
een open graf.
...?Het schijnt, lichtte mijn geleider mij in, dat
deze wandversieringi of hoe u het noemen wilt, door
Cerucci persoonlijk is aangebracht. De architect
vertelde het mij. Hij moet hier zelf in het zachte
materiaal gewerkt hebben.... Een artistieke gril
van een zonderling.. . ? wat wilt, u.... ?
Hij keek mij als verontschuldigend aan, en ging
voort:
??Het is niet duidelijk wat het precies voorstelt.
Maar denkt u eens, in die vier maanden is het
basrelief al eenige millimeters verder uit den wand
gekomen.
Het schijnt dat de rotsbekleeding krimpt.... men
weet niet hoe.'..'. Kijk.... dit is een détail dat ik
nog niet kende.. ... hier dat moet van de laatste
weken zijn.
Hij duidde op een plek waar men, met wat goeden
wil, een paar'bedroef de oogen kon onderscheiden en
de vage omtrekken van een gelaat.. ..
Ik deed n pas achteruit Het was alsof
Cerucci zelf mij aankeek uit den schemer.... of de
oogen zich, op mij richtten....
... .En dit.... zeide de directeur....
Daar was iets als een mond.. ? - En het was alsof
die tot spreken ging bewegen.
Toen ging het licht uit. We stonden in het duister,
en de stem van den directeur gelastte het licht van
het aquarium te ontsteken. Ik was al half de trappen
op geloopen en mijn hart bonsde....
ARCHIBALD strekte de hand uit naar zijn glas..
Duisternis, zeide hij.... dood.. .. en leven....
Geen levend wezen kon het daar in die kelderdiepte
uithouden.... en de wand leefde die grillige
versiering die de man daar had aangebracht....
En terwijl hij mij aankeek, herhaalde hij nog eens:
.... Ik verzeker het je.... de wand leefde
MELIS STOKE
STALIN VOOR DEN RECHTER
Onze prijsvraag beantwoord
T^k E opgave van onze prijsvraag ver~
i J onderstelde, dat Statin over 2 jaar
*?J op zijn beurt tot de beklaagden in
een zooveelste massa-proces zou behoor en.
Gevraagd werd, in 200 woorden
samen te vatten, welke bekentenis wij
dan van hem te hooren zouden krijgen.
DE oplossing van deze vraag zou
zich, volgens oordeel der redac
tie, moeten baseeren op het
merkwaardige, soms ongeloofwaardige
samendichtsel van ware en kennelijk
onware feiten. De bedoeling was niet,
Stalin een requisitoir tegen het com
munisme in den mond te leggen, zoo
als eenige lezers in hun afkeer van
het huidige Russische regime doen.
Daarin schuilt geen enkel element dat
tot leering of vermaak kan dienen.
Juist lost men volgens de redactie
de prijsvraag op, door uit de veelheid
der feiten van het Russische proces,
die op zich zelf geen enkel komisch
element bevatten, een nieuw geheel te
distilleeren, dat in zijn absurditeit wel
degelijk appelleert aan het gevoel van
humor, dat den meesten onzer eigen
blijkt te zijn. Vermakelijk wordt een
beantwoording, wanneer in een vorm,
die normaal is, een inhoud gegeven
wordt, die zoo kennelijk afwijkt van
het normale, dat reeds hierin een
zeker komisch effect verkregen wordt.
De oplossers, die dus alleen maar
ernstig waren, naar vorm en inhoud,
en zij, die zich slechts op het absurde
in beide concentreerden, beantwoord
den niet aan de bedoeling der opgave.
De eerste prijs
DE eerste prijs werd door de
redactie verleend aan R. v. d. B.
in de hoofdstad, voor de volgende be
kentenis:
Ik heb mij zeer min gedragen. Ik heb
de zes vorige processen vervalscht en de
nobelste burgers in den dood gedreven.
Ik heb mij tegen beter weten in Vader
tje'1 laten noemen. Ik ben een slecht
mensch. Ik heb de jeugd vergiftigd en
mij opgehouden in de duisterste en
afgrijselijke uithoeken der andere
wereld. Ik heb uw beste caviaar naar
het buitenland verscheept, de wodka '
afgedankt en de Wolga af gedamd. Ik '
heb mij gedragen als een gemeene
schurk. Ik heb u steeds weer vier jaar
uitstel gevraagd. Ik heb u een nieuwe
grondwet, een corporatief stelsel en een
dassenspeldenmonopolie opgedrongen.
Ik ben een saboteur, een spion,' een
brandstichter, een
documentenvervalscher. Ik stond in ondergrondsche ver
binding met Hitler, Hess, Mussotini,
Franco, Deterding, de B.B.C, en,
natuurtijk, Trotski. Ik heb
WestRusland aan Duitschland, Oost-Rus
land aan Japan en het Kremlin aan
Randolph Hearst verkwanseld. Ik heb
mij gedragen dis een laaghartige, heb
zuchtige roover!
Ik heb de massa domgehouden en zelf
alle wetenschap opgestoken. Ik heb van
de begrooting de post Totaal Generaal"
ten eigen bate aangewend.
Ik ben een minderwaardige, wal zeg
ik, een onwaardige bonzokratomaan.
Ik ben de eenige echte Staats
vijand No. i". Ik ben zelfs de doodstraf
onwaardig.'
De tweede prijs
DE tweede prijs kwam den Heer A.
C. J. v. d. P. te Den Haag toe:
Verklaringen van den
voormaligen Rooden Czaarl
/N de middagzitting van Maandag
werd nog de leider van het Trotskis
tische Postérieure Centrum, J. Stalin,
gehoord.
Beklaagde verklaarde, dat hij reeds
sinds eind 1036 Trotskist was. Zér
tegen zijn zin vond hét proces tegen
Radek c. s. plaats. In Maart rpj7
had hij te Leningrad een bijeenkomst
gehad met Sedof Trotski en Léon
Degrelle, die door beklaagde Litwinof
van passen waren voorzien. Afgesproken
werd, dat Sedof Trotski en Degrelle bij
de redactie van de Prawda" te werk
gesteld zouden worden, opdat hun
woetarbeid zoo effectief mogelijk zou
zijn. Als tegenprestatie beloofde beklaag
de Stalin, dat de Oekraïne en de
Kaukasus aan Duitschland afgestaan
zouden worden (de exploitatie van de
petroleumbronnen in den Kaukasus
zou natuurlijk Sir Henri Deterding ten
goede komen Red.), terwijl Japan
geheel Aziatisch Rusland zou verkrijgen.
Stalin verklaarde verder, dat de
theorieën van het Postérieure Centrum
bij het volk geen ingang hebben gevonden'j
vooral, toen hij afgezet werd als leider
der Communistische partij, werd hij
zich bewust van zijn machteloosheid.
Ik ben twee jaar lang een slaaf geweest
van Trotski, dien misdadiger, dien
vijand van de arbeidersklasse, dien
agent van het fascisme!"
De verhooren worden morgen voort
gezet.
Andere inzendingen
DOCH ook onder de andere inzendin
gen waren talrijke aardige trekjes
te bewonderen. Zoo zegt een
Amsterdamsche lezer, een trouwe prijsvraag
oplosser, in het slot van zijp ,,beken
tenis", nadat hij vertelt heeft, hoe hij
zelfmoord gepleegd heeft: ,,Vol af
schuw zette ik er het staal in en voor
de Sowjets laat ik mij met trots
kisten!"
Eenige treffende détails vermeldt
Dr. G. A. K. te Oss:
Hier werd hij in de rede gevallen
door den aanklager Worosjilow, die
hem vroeg of het waar was, dat hij
destijds een moordaanslag op Lenin
had willen plegen. Een huiver van
ontzetting ging door de zaal toen Stalin
met kalme stem vertelde, dat hij Lenin
op den vijftienden Maart iQ2j, tijdens
de rede waarin deze de N.E. P. inluidde,
had willen doodschieten, omdat de
N, E.P. een verraad was aan het ware
communisme. Door ziekte van Stalin
op den bewusten dag ging de aanslag
niet door. Spoedig daarna werd Lenin
ernstig ziek en op een machteloozen
tegenstander wilde ik mij niet wreken",
zei Stalin. Een onbeschrijfelijk tumult
barstte los na deze woorden en onder de
kreten dood aan Stalin! leve Lenin/
leve het communisme /" werd Stalin
door de G.P.U. weggeleid.
(Van bevoegde zijde deelt men
ons mede, dat bij de bovengenoemde
rede van Lenin in 1021 Statin,
destijds alg. secretaris der comm.
partij, wel degelijk aanwezig was,
zoodot het verhaal van zijn ziekte
in elk geval niet juist kan zijn.
Red.)
Ernstig is W. J. A. E. W. .te Gror
ningen: Ik zie thans in, dat geen volk
ter wereld zich op den duur met terro
ristische middelen laat regeer en, doch
dat de terreur een wapen is, dat zich
tenslotte tegen den gebruiker keert".
Luchtiger vat N. F. J. S. te Amsterdam
de vraag op, door fantastische con
ferenties niet Hitler, Mussolini, Franco
en een vertegenwoordiger van een
zekeren 'staat in het Oosten te be
kennen. Alten, die van deze confe
rentie op de hoogte waren, kon ik ge
lukkig in het derde proces (najaar
1937) laten fusilleeren". L. D. te
Scheveningen laat Stalin betoogen,
dat hij een verbond sloot met de
waarheid.
Eervolle vermelding
WIJ willen besluiten met de inzen
ding van een lezer, die hors
concours wenscht mede te dingen. Hij
krijgt een eervolle vermelding voor
het volgende:
RIJM ZONDER PRENT
Erg vrij en vrij erg naar
P. C. Bowtens
Keek niet een uollemaqnsgezicht
Uit roode pij, nu zwart geverfd,
Wijl straks een schuldig man weer
sterft.. ..?
Daar valt weer na een kort gericht
Een nieuwe kop op Rusland's erf f
De Trotski's keerden licht van lust
Met hoofd en ziel van wraakzucht
zwoel
En Stalin, diep van schuld bewust,
Zat stom op den beklaagdenstoel.
Hij vond het echt een naar gevoel.
Daar zag hij rechters, stil en stug,
Hun oogen, waar de moordzucht sliep,
Zich openen tot kolken diep;
Dat gaf Stalin zijn stem terug, *)
Daar rees de stomme bloed en riep :
Ja, al dat slechts heb ik gedaan !
Want ik vertrouwde jullie niet.
Maar nu heb ik diep in 't hart verstaan :
Het bloed dat kruipt, waar 't niet kan
gaan 2),
Nu breekt het los in 't spijtig lied:
Dezelfde grond, hetzelfde veld,
Waar uw gedoode vrienden zijn,
Daar hebt ge mij een plaats besteld,
Oefen aan mij uw zoet geweld,
Maak van mijn dood een hoogfestijn !
Hoe meer gespuis gij sneven doet,
Te minder er nog overschiet,
Dus reken nu eens af voorgoed
En pleng vrij het verradersbloed!
Ik ben een schurk, dus spaar mij niet f
DE NIEUWE OPGAVE
Het sportverslag
E sportredacteur van een
dagblad is plotseling verhinderd
een voetbalmatch bij te wonen, waar
hij tot eiken prijs een verslag van
moet hebben. Hij vraagt of een der
collega's van de kunstredactie er
voor hem heen wil gaan, om een
verslagje van 200 woorden te maken.
Wat komt er in de krant te staan?
(Opgave van G. W. de G. te A.)
Als eersten prijs loven wij weder
om uit: een Dunhitt bureau-vul
penhouder met artistiek
uitgevoerden standaard ter waarde van
/i7.5o; als tweeden prijs een plas
tiek van Hildo Krop.
De redactie heeft het recht de
inzendingen te publiceeren. Op de
beslissing der redactie is geen beroep.
Inzendingen uiterlijk Maandag 22
Februari. Verslag en
prijstoekenning in het nummer van Zaterdag
27 Februari.
Verdelg al wat er bij mij hoort,
Met mij heel mijn corrupt geslacht,
Nu u Fortuna nogmaals bracht
De zoete zekerheid der macht:
Daar zij geen dag meer zonder moord !" 3)
*) Voor hen, die niet lezen kur.i
nen (ons volk leest slecht) en geen
verbeelding (fantasie) hebben, deze
verklaring : In deze entourage rezen
in de ziel van Stalin al de misdaden,
die hij begaan had. En daar de oogen
de spiegels der ziel zijn, spiegelden
deze wandaden iri zijn oogen en
weerspiegelden in de diepe kolken
voor hem. Dat gezicht gaf hem zijn
stem terug.
z) Scherp uw fantasie, lezer en
lees en herlees deze twee regels. Zij
zullen u allengskens duidelijk worden.
3) Hoe vaker ge deze poëzie leest,
hoe beter ge ze zult vinden.
Carnaval
l
K kan het niet
helpen, maar op
,-, ? mijn leeftijd word
je sentimenteel," zeg
ik tegen een Heer van
4e tunnelcommissie,
die onder het Cen
traal Station en onder het IJ door
met een soort ioopgraaf de gemeente
ponten wil afschaffen, door ze niet
meer te laten varen, maar ons men
schen als mollen door de aarde te
laten kruipen, en die bij ons zat met
nog vuile handen van de boringen in
die lekkere veengrond van Amsterdam.
Ik kan het niet helpen" zeg ik,
maar mij maakt dat idee naar. Dat
hadden die oude voorvaders van ons
moeten weten, die in trotsche schepen
over het IJ voeren, dat wij, zooge
naamd moderne menschen, die aan
geen enkel bijgeloof meer zeggen te
lijden, als wurmen er onder door
zouden moeten kruipen, in dienst voor
een nieuwe afgod, een nieuw gouden
kalf: het verkeer. Hoewel," zeg ik,
dat met dat goud ook niet veel meer
is, want het kalf met de gouden eieren
hebben ze zoo langzamerhand al ge
slacht. Nee," zeg ik, dan kunnen we
beter de traditie van 'zeevarend volk
voortzetten met de gemeentegaljoenen,
waar de voertuigen voor vijf cent het
ruime sop kunnen kiezen, als ze ten
minste de motor hebben afgesteld, en
waarop de gebronsde kapitein met zijn
waterige oogen door het slokje tegen
de koude, het verschiet aftuurt, om
niet in scheepsramp te komen met de
reederij Bergman en het trotsche zee
kasteel s.s. Damrak?Valkenweg per
ongeluk in den concurrentiestrijd te
rammen." En daar had de landrot
niet van terug.
Nu met het carnaval ben ik bij
gaan verdienen.
Maar het is niet veel meer. Als je het
carnaval in Amsterdam ziet, zijn het
meest Heeren Raadsleden, Heeren
Rechterlijke macht en andere Heeren
Notabelen of Burgers, die de eenige
dag,' dat ze onder het masker niet
herkend worden, de bloemetjes buiten
zetten. Maar Kist herkent ze ook met
een masker, en daarom wist hij heel
goed, dat de Heer, die daar met een
Jonge Dame een glaasje stond te
drinken op de aangename kennis
making, een van de Heeren Notabelen
was, die nog niet zoo lang geleden
gesproken had over de veredeling van
de volksvermaken, en als je het mij
vraagt, stond hij daar dat volksmeisje
te vermaken en te veredelen, zoo keek
zij tenminste. En hij ook. En ik ga
langs hem heen en groet beleefd.
En den volgenden dag, in de zaak,
komt hij binnen met Mevrouw, die ook
in de zedelijkheid is, en hij ziet mij
ineens en begint te draaien op zijn
stoel en meteen zegt hij: Zullen
wij nou weer eens weg gaan, Lieve?"
En Kist kreeg een gulden in zijn
hand gedouwd.
i\
\
1
\
E"
\M
PAG. 17 DE Gj|g>ENE No. 3115