De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1937 20 februari pagina 7

20 februari 1937 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

xt * VI. V, **" K ONZE VERDEDIGING DER CULTUUR ALS wij zeggen, dat de verdediging van de Spaansche cul tuur niet te scheiden is van de verdediging van het Spaansche volk, dan is dit 'geen bewering in het wilde weg, maar dan constateeren we een feit, dat voortvloeit uit onze kennis van deze cultuur en van haar algemeen belang voor alle tijden. De Spaansche cultuur in haar diepste geestelijke beteekenis, die niet slechts bestaat in haar histo rische erfenis, den opgehoopten rijkdom van het verleden, maar ook en vooral in haar mogelijk heden voor de toekomst, heeft volgens onze opvat tingen twee belangrijke aspecten. In de eerste plaats is er dat, wat wijl het wortelt in het verleden om zoo te zeggen een heele onzicht bare wereld vormt, gelijk die van de wortels van een levenden boom. Uit het primaire feit te wortelen in onzen bodem, put de huidige bloei zijn sappen, d.w.z. zijn bloed. En dan is er die huidige bloei zelf en, gelijk bij den boom, dien wij ons voor stelden, de vaste toekomstbelofte het zekere zaad zijner vruchten. Onderzoeken wij eerst die onzichtbare wortels van de cultuur in ons Spanje, die door Spanjes verleden 's lands huidige werkelijkheid het leven geven. Bij deze levende wortels is er gén, die niet, als bloedvat of als ader van een diepe geheime bron, het zuiverste volksbloed in zich bergt. Onze levende cultuur in het verleden haar historische erfenis voor ons is door en door populair, uitsluitend populair. We zien dit hieraan, dat onze Spaansche gedachte zich steeds heeft geuit in scheppingen der verbeelding, voort komende uit het volk, en zich door het volk manifesteerende in aanhoudende menschelijke her scheppingen. Er kunnen tallooze voorbeelden worden aangevoerd, zooveel, dat zij een opsom ming zouden worden van al onze dichters, schrijvers, schilders, musici, theologen, mystici, en roman ciers. Van ,,E1 Cantar de mio Cid", van Berceo en de Arcipreste van Hita af, via Jorge Manrique en La Celestina, tot Cervantes, Santa Teresa, Lope, San Juan de la Cruz, los Fray Luis, Quevedo, Gracian, Góngora, Calderón.... Om niet te ver geten een Garcilaso, een Guevara, een Markies van Santillana zelf. Heel onze klassieke literatuur is een volkszaak en de taal van het Spaansche volk. En dat is ook onze schilderkunst, onze muziek, ons toöneel, de synthetische wonderbaarlijke uit drukking van dit alles. Dat toonen ons ook de gitaristen van de XVIde eeuw, zooals yitoria of Narvaez. Dat stellen ons Morales, Zurbaran, Murillo, Ribera, Velazquez, El Greco en Goya voor oogen.... De generatie van schrijvers, waartoe ik behoor n.l. die van dichters als Federico Garcia Lorca, die in Granada door [de fascisten is gedood, als Rafael £ Alberti, .den beroemden JoséBergamin de jonge Katholieke dichter en schrijver, redacteur van het blad Cruz y Raya", die in de afgeloopen week een tournee door Nederland maakte met lezingen over hoofdpersonen en stroomingen inde Spaansche literatuur, motiveert in dit artikel de houding die de kunstenaars van zijn generatie tegenover den Spaan schen burgeroorlog hebben aangenomen. revolutionairen volkspoëet, Jorge Guillen, Salinas, Diego, Altolaguirre, Aleixandre, Prados, Juan Larrea, den Amerikaan Neruda, die er ook deel van uitmaakt, en nog zooveel andejen; van critici en geleerden als Damaso Alonso, Montesinos, den sterksten on derzoeker van onze klas sieken ; met novellisten en essayisten als Moreno Villa, Espina, Jarnés en zoo vele anderen deze generatie had voor zich dezen onmetelijken levenden rijkdom van het ver leden en wist hem te gebruiken. Gén van ons heeft het duidelijke bewustzijn verloren, dat deze geestelijke rijkdom van onze cultuur is en was en altijd zal zijn het familiegoed van het Spaansche volk. Wij hebben dat duidelijk laten uitkomen in de befaamde herdenkingsfeesten, die wij in Spanje vierden bij het eeuwfeest van Góngora, een revolu tionaire manifestatie, die een blamage werd voor de dwazen. De namen van klassieke Spaansche poëten, zooals Gil Vicente, Garcilaso, Góngora, Villamediana, San Juan de la Cruz, Fray Luis.... die van mystici, theologen, dramaturgen en de beste novellisten (Santa Teresa, Osuna, Juan de la Cruz y de los Angeles, Lope, Quevedo, Cervantes, Calderón} leven in ons werk, dat op zijn beurt leeft met hen en door hen, in de bedding van dezen enormen bewonderenswaardigen historischen stroom van de Spaansche volkstaal. Toen de politieke omstandigheden van ons land deden vreezen, dat deze onze traditioneele cultuur, die geheel vergeten was en haast zouden wij zeggen veracht, indien niet geheel over het hoofd gezien door onze leidende klassen zich in het leven van ons volk zelf ernstig bedreigd zou kunnen voelen, hebben wij schrijvers, dichters, wetenschappelijke onderzoekers, schilders en musici ons verplicht gevoeld ons aaneen te sluiten om haar te verdedigen. Dat hebben wij gedaan in de alliantie van intellectueele anti-fascisten". En gelijk wij deden, zoo doen wij nog door ons in dezen vreeselijken Spaanschen strijd die ver oorzaakt is door de revolte der militairen, een groot gedeelte der officieele kerk en der bezittende klassen vastbesloten aan de zijde te scharen van het volk, dat barbaarsch door hen wordt bedreigd; barbaarsch, met bijna onbegrijpelijke woede en onmenschelijke wreedheid, wordt vervolgd. Wij staan aan den kant van het volk, omdat wij weten, dat van zijn leven niet alleen ons huidige cultuur leven afhangt, dat er diep in geworteld is en in zijn verleden, maar ook heel de toekomst van dat Spaansche cultuurleven, met zijn volle en onge venaarde algemeene en historische beteekenis; want de geschiedenis van onze cultuur zelf zal bij de lichtende overwinning, die wij voor ons volk verwachten, opnieuw voor ons opvlammen, door dat zelfde bloed dat haar voedt, en dat, onrecht vaardig vergoten, van die geschiedenis getuigt, en Tentoonstelling Nelly Bodenheim Teekenlngen - Aquarellen - Geïllustreerde Kinderboeken van 80 Februari tot 6 Maart BOEKHANDEL VAN HEETEREN 110KIX 48-44 AMSTERDAM daarbij zal de toekomst met veelbelovende ver schieten open gaan. Dan zal de geschiedenis onzer cultuur opnieuw worden onderzocht bij deze groot-menschelijke perspectieven, tot dusver slechts half door onze ge dachten belicht, die de cultuur nauwkeurig en naar waarheid vertolken. HET is niet een bloote historische samenloop, maar een veelbeteekenende resultante van de feiten zelf, die hem veroorzaakten, dat al de in dezen vreeselijken strijd tegen het Spaansche volk vereenigde elementen de rebelleerende mili tairen, gesteund door buitenlandsche krachten en gevolgd door een officieele vertegenwoordiging van de Spaansche Kerk, en tezelfdertijd ondersteund door die bezittende klassen, die verlangend zijn hun onrechtvaardigste en onwettigste belangen ten allen koste te handhaven dat al deze tegen het Spaansche volk vereenigde elementen, zeg ik, samen gebracht onder den eenen gemeenschappelijken noemer: fascisme, daarin overeenkomen, dat hun gemeenschappelijke exponent, hun levendigste, raakste uitdrukking, de oncultuur is, de wonder lijkste oncultuur, n.l. een die wortelt in onwetend heid, zelfs van haar bestaan; weshalve al'een al bij het uitspreken van haar naam, volgens de be faamde aanbeveling, het welbekende consigne van het internationale fascisme tegen haar wordt ge lanceerd. En als zij hier, door een noodzakelijken samenloop van omstandigheden . die een in elk opzicht overtuigende historische bekrachtiging vormt van leer trekken tegen de cultuur, trekken zij van leer tegen het volk. En omgekeerd: wanneer zij het Spaansche volk willen vernielen en vernietigen, dienen zij eigenlijk en zonder het nog te weten dat meest barbaarsche doel van hun onwetendheid: de verwoesting en vernietiging van de Spaansche cultuur. De Spaansche militairen hebben zich er sedert een eeuw op beroemd die cultuur niet te kennen. Het officieele gedeelte van de Kerk, verknocht aan den Staat en verkocht aan het staatsbureaucratisme sinds de Bourbonsche restauratie tot op het gebeente verrot door de ambtenarij, hield deze algeheele onwetendheid in stand, bijkans alsof het haar positieve en held haftige plicht was. Een plicht, die omgezet werd in de meest cynische, meest schaamtelooze industrieele en commercieele exploitatie van deze cultureele falsificatie, waarin zij medeplichtigen waren van den Staat zelf. Tenslotte misbruikte het senoritisme, de bezittende klasse, de onwetendheid om zich meer en meer in eigen egoïsme op te sluiten, in de domste en meest inmoreele materialisatie van het Spaansche leven, dat men zich denken kan, en dat wij allen hebben gekend en, als volk en met het volk, hebben ondergaan. Het woord intellectueel was, aldus Unamuno, als een brandmerk, waarmee ze ons het voorhoofd merkten. En deze zelfde rampzalige Unamuno, . wiens stem door hen is verstikt en die door hen in hun Salamanca werd vermoord, moest vóór hij stierf van zijn eeuwige vijanden dat hooren, wat waarlijk een .strijdkreet is: ,,Dood aan de intelli gentsia l" DE algemeene Spaansche cultuur is het leven van het Spaansche volk en staat thans, als de Spaansche bevolking, aan den kant van het Spaansche volk, dat ernstig met den dood wordt bedreigd. Onze plicht als intellectueelen, onze glorierijke plicht, is met hét Spaansche volk voor die cultuur te strijden, want in het volk ligt haar eenige mogelijke en ware verdediging. Omdat zij wortelt in dat volk, onzichtbaar in onzen bodem; en omdat zij in dat volk bloeit en in den helderen hemel, in onzen stralenden Spaanschen hemel, de beloofde vruchten ten toon spreidt. ^s, Maar mijn gedachte zou ik niet voltooien, indie»verik^ niet zeide, dat in deze cultuur en door defecf cultuur van mijn volk, in deze fijngeslepen mapschelijke taal, die gebruikt wordt op ieder ter Sein der menschelijke verbeelding, de taal van mijn christelijken en katholieken godsdienst voor mij de grootste beteekenis blijft houden: zij is uitgedragen in de taal zelf van onze volkscultuur, in die vloeiende taal, die wij de algemeene omgangstaal noemen in feite de taal van onze gedachten, de voor ons zoo overduidelijke taal bij voorbeeld van ónze populaire Santa Teresa, de levendigste stem van het eeuwige Spaansche volk, die in en door haar tot uiting komt, als goddelijke bekrachtiging door menschelijk orgaan van het Zijn en het leven. Als er een christelijke en katholieke metaphysica is, Spaansche cultuurschatten in een kelder in veiligheid gebracht voor het oorlogsgevaar MR. M. KANN ven Een formule en een stuk Europeesche politiek WO die Begriffe fehlen want laten wij ' dit voorop stellen: ,,Non-interventie" is maar een woord. Het begrip, zoo dit er is, behoort tot een heel andere categorie. Nadat Blum deze formule gevonden had, kwam men ten slotte na veel zoeken en tasten tot een vast om lijnde Fransch-Engelsche politiek, die den naam draagt van non-interventie-politiek, maar in wezen met niet-inmenging weinig te maken heeft. Toch was het goed gezien van Léon Blum om tot deze formule zijn toevlucht te nemen. Hij heeft daarmee in Juli en Augustus den Europeeschen vrede gered. Kort na het uitbreken van den Spaanschen op stand zijn er stemmen opgegaan om door een inter nationale actie een einde te maken aan de insurrectie der militairen eenerzijds en aan de verschijnselen van anarchie anderzijds. De openlijke steun dien Franco en den sindsdien van het eerste plan ver dwenen Mola van de zijde van Italiëen Duitschland ondervonden, maakte het plan van een gemeen schappelijke actie alras tot een illusie. Het zou zijn neergekomen op hulp aan de regeering en men nam als vaststaand aan, dat dit tot een Europeesche conflagratie zou hebben geleid. Geheel zeker is dat natuurlijk niet. Maar Blum mocht dit risico toch niet loopen. Men mag ook wel aannemen dat de Fransche generale staf tegen" heeft gead viseerd. Als een zware wolk hangt steeds de Duitsche dreiging over Frankrijk. Men moest met de mogelijk heid rekening houden dat, wanneer de Fransche generale staf zijn aandacht op het Zuiden concen treerde, de verlokking tot een inval in het NoordOosten al te groot zou worden voor den militairen staat die steeds als potentieele vijand geldt en rond uit Frankrijks tegenstander is in de Spaansche zaak. Dit is niet de eenige strategische contra indicatie. Italiëis er ook, dat feitelijk bezit genomen heeft van de Balearen. De verbinding FrankrijkNoord-Afrika wordt daardoor beheerscht. Verder is ook Frankrijks Zuid-Oosthoek, het stuk Zee alpen en Cöte d'Azur, waarop menig Italiaan het oog gevestigd houdt, verre van veilig. Behalve redenen van militairen aard zijn er voor Blum in deze 'zomermaanden ook redenen van welke wij kunnen stellen tegenover de benauwende positivisatie" van het niet-zijn, van het niets en den dood van den filosoof Heidegger, dan is dat de sprankelende taal van onze populaire mystica, doctora van leven en hoop van ons leven en onze hoop. Van de hoop van ons allen, die wellicht kan worden samengevat in een woord van echt Spaansche herkomst voor al de volken der wereld: in het woord tibertad. Het woord dat wij met onze taal, met onze cultuur aan de Amerikaansche volkeren hebben gebracht. Het was het woord, waarin die gerechtvaardigde verwachtingen van onze Castillaansche comuneros" en van de agermanados" van Valencia (Vrede, recht en vrijheid) samenvielen met die van de Hollanders en Vla mingen, toen, in die bewogen jaren van de lóde eeuw, uw sociale eisenen samensmolten met de wellicht verwante, eischen van ons volk, die toen werden gesmoord in bloed, Gelijk men ook thans weer van plan is ze te smoren. En die broeders in de hoop waren het ook in het geloof. Gelijk^ enkelen van ons het thans ook zijn. Want zij geloofden, gelijk wij thans gelooven en verlangen, dat de woorden geloof en vrijheid broeders zouden zijn op de lippen van het volk en broeders van de woorden cultuur en rechtvaardig heid. Meer nog: de cultuur, die wij verdedigen voor '«s volk, de eenige ware cultuur zijn eigen i r mrlijke cultuur ??is die welke, gelijk de lev de boom, waarover wij in den aanhef spraken, de volheid der tijden brengt. Verleden en toekomst geven deze cultuur reden van bestaan, geven haar humane geestelijke beteekenis, want zij wortelt in den bodem en in de hemelen gelijk de boom : de waarheid van den mensch op aarde, de waarheid van het volk tegenover de leugenachtige wereld der spoken, tegenover hun rijk, hun tyrannie van den dood; tegenover de onwetendheid, die er prat op gaat onwetend te zijn, die zich als vijand verheft tegen alle leven en elk wezen; vijand van het volk, door welks bloed dit goddelijk getuigenis klinkt, dit martelaarschap, dat de verschrikkelijke stem is van God zelf. buitenlandsche politiek om zich niet in gevaren te storten. Het plechtanker dezer politiek, tenminste voórzoover zij het chapiter van kans-op-oorlog raakt, is de Engelsche hulp. Hij weet zich daarvan slechts verzekerd in geval van een werkelijken aanval van Duitsche zijde. Waarschijnlijk zou ten slotte, zelfs in een conflict dat alleen tot de Middellandsche Zee beperkt blijft, Engeland wel moeten ingrijpen. Maar ook den is 't practisch gesproken een wereldoorlog. In iedere kleinere actie moet hij het dus zonder de gewisheid van Engelsche hulp stellen. Dat kan niet. En een wereldoorlog moet tot iederen prijs zoo lang mogelijk vermeden worden. Ten slotte zijn er en dat is wel het gewichtigste van alles belangrijke redenen van binnenlandschpolitieken aard, die Blum dwingen zich in de Spaansche controverse zoo veel mogelijk afzijdig te houden. In Spanje was ook een volksfront" aan het bewind. En alles wat in Frankrijk in de oppositie is (o. a. een groot deel van de invloedrijkste dag bladen), betuigt aanvankelijk zijn sympathie voor Franco. En tegen Moskou". Zóó fel zelfs, dat een oogenblik lang de Fransch-Russische militaire alliantie in gevaar gebracht schijnt. Afblijven, is dus Blums conclusie. Daar tegen over staat dat een fascistische overwinning in Spanje althans een waarbij Hitler en Mussolini een lepel in de brij hebben een gevaar voor de wereldvrede beteekent en een bedreiging van de strategische veiligheid van Frankrijk en Engeland. Er moet dus een politiek gevolgd worden, die op drie hoofdpijlers rust: I. Blijvend contact tusschen, en parallel loopende maatregelen van, het Fransche en het Engelsche gouvernement. II. Onttrekking van de strategisch belangrijke punten, d. w. z. de Balearen en Spaansch Marokko, de Afrikaansche zijde van de Straat van Gibraltar, aan vreemde militaire heer schappij. III. Wering van blijvenden vreemden invloed op het Iberisch Schiereiland. WIJ zijn nu een half jaar verder. Men zal moeten toegeven dat Blum van politiek genie heeft blijk gegeven. De gestelde doeleinden heeft hij bereikt wat er overigens ook met Spanje mag gebeuren. In zooverre is deze politiek, die al spoedig tot een Engelsch-Fransche politiek is uitgegroeid, volkomen geslaagd. Van niet-inmenging, in de ware beteekenis van het woord, is daarbij niet veel terecht gekomen. Maar de politiek die den naam droeg van niet-inmengings-politiek heeft toch dit gevolg gehad dat Duitschland en Italië(en ten deele ook Sowjet-Rusland) den schijn moesten ophouden alsof zij met de heele affaire niets hadden uit te staan, waardoor deze tanden de handen niet meer vrij hadden om hun eigenlijke doeleinden na te streven, noch om zich te verzetten tegen de eischen die Blum en Eden ten opzichte van Marokko en d Middellandsche Zee stelden. Mussolini moest zijn basis op de Balearen prijs geven, begrijpende dat een daadwerkelijke occupatie niet te verdedigen was wanneer hij officieele hulp aan Franco loochende, en ondervonden hebbende dat Engeland deze occupatie eenvoudigweg niet , zou dulden, Hitler moest zijn voorgenomen Marokkaansche avontuur opgeven; De Fransche waarschuwingen durfde hij niet in den wind te slaan. Het compagnonschap Eden-Blum kwam versterkt uit de . crisis te voorschijn. Dat was ook niet verwonderlijk. Engelands garantie voor Frankrijk is altijd een teere zaak. Ziet Engeland dat de Fransche politici gevaarlijke dingen gaan doen, dan is die garantie heel klein en alleen voor n bepaaldelijk omschreven gebeurtenis geldig. Ziet men te Londen echter dat Frankrijk tot iederen prijs oorlog wil vermijden, dan staat het Britsche Rijk niet achter, maar naast de Fransche republiek. Ontegenzeggelijk heeft het reeds in den aanvang gespannen. Maar Blum v «trad niet op". John Buil voelde zich als een bankier die een oogenblik bang is geweest dat zijn uitstaande credieten gevaar zouden loopen. Maar hij ziet dat het gevaar is afgewend en dat hij staat kan maken op zijn schuldenaar. Wat is zijn reactie ? Grootere bereid willigheid om crediet te geven l En met politieke garanties is het al eender gesteld als met f inancieele borgstellingen.... PAG. 13 DE GROENE No. 3116 Nu zien wij dan ook een vast-aaneengesmeed Engelsch-Fransch blok. Dat er in Frankrijk in breede lagen ooit een merkbare sympathie voor de Spaansche opstandelingen heeft bestaan, is iets dat wij ons met verbazing herinneren. De Fransche pers van dit oogenblik wekt dien indruk zeker niet. De geschiedenis gaat snel. IN dit drama speelt dus de non-interventie-politiek, de politiek van Lord Plymouth's commissie, die af en toe te Londen vergadert, een zuiver negatieve rol. Nu hebben dan ook Duitschland en Italiëer in toegestemd om het zenden van vrijwilligers reeds met ingang van zo Februari te verbieden en een internationale controle te aanvaarden die op 6 Maart zal ingaan. Waaron zouden zijniet? Hun doel kunnen zij toch niet meer bereiken. Maar waarom zouden zij wél? Een overwinning van Franco moet hun immers in zooverre hoogst welkom zijn, dat zij hen voor een diplomatiek echec en voor een binnenlandsch verlies aan pres tige bewaart. Dictaturen zijn zwak. Wij zien in deze laatste fase van de non-interventie-politiek dan ook weer het bekende beeld van tweeslachtigheid en onwaarachtigheid waaraan wij ons (de politiek is waarlijk geen fraaie zaak") nu al een half jaar ergeren. Officieel zijn Duitschland en Italiëbereid mee te doen. Maar de kleine vazal-dictatuur Portugal niet. En dat kan, ten bate van de grooten, de heele regeling mogelijkerwijze weer op losse schroeven zetten. Wij mogen er niet te veel van hopen. Arm Spanje! De machtsmiddelen der Europeesche politiek be slissen over u, op uw eigen terrein maar zonder u. Wat is intusschen hierin de rol van Sowjet-Rusland ? Het tegenwoordige Rusland stelt zich niet meer een onbereikbaar doel. Het wacht zich daarvoor wel! Dat het (precies zoo als Duitschland en ItaliëFranco helpen) de regeering helpt, staat buiten kijf, al hul digt Litwinof officieel de non-interventie-politiek. Koestert Rusland de hoop, binnenkort van Spanje uit den fakkel der proletarische revolutie over Europa te dragen? Och arme het is een dwaas die dit wil aannemen ! Ook in dit geval is het een prestige-kwestie. Nam Rusland hier niet de leiding, het zou het prestige verspelen dat het nog heeft bij een deel van de arbeidersbevolking van West-Europa. ONZE conclusie is daaraan kunnen wij niet ont komen bitter. Wij zien, dat het niemand om het Recht te doen is. Niemand. Maar over deze bittere ervaring schijnt toch n rose straaltje van hoop. Met energie en beslistheid wordt het behoud van den wereldvrede verdedigd, zij het met middelen die aan niets anders ontleend zijn dan aan de oude diplo matieke school. De non-interventie-commissie is hierbij slechts een stuk in het spel. De idee non-, interventie" een formule, een wer k-hypothese. Men reikt naar geen hooger ideaal dan het directe behoud van den vrede. Er is bij dit alles geen sprake van een volkerenvrede op hooger plan, van Vrede door Recht. Maar is onze conclusie enkel bitter? Toch niet. Wij hebben in een vorige periode die van het Abessynische conflict gezien dat het slechts lukte den wereldvrede te bewaren ten koste van het prijs geven van afdoende maatregelen tegen een flagrante daad van agressie. Nu zien wij dat men het zelfs niet waagt op de internationale collectiviteit een beroep te doen om een plaatselijken brand te blusschen. Maar dat in ieder geval met de grootst mo gelijke energie de wereldvrede gehandhaafd wordt. Wij zien deze energie door de Fransch-Engelsche samenwerking grooter en grooter worden. Zoo groot zelfs, dat een dreigend gevaar niet meer door terug wijken vermeden wordt, maar door optreden". Dat zagen wij toen het bleek dat Hitler een begeerig oog had geworpen op Spaansch-Marokko. Op dat tijdstip had de Spaansche burgeroorlog tot een wereldbrand kunnen worden. Maar hij werd het niet omdat Frankrijken Engeland zich vastberaden toon de en den al te onstuimige Hitler schielijk terugweek. Wij kunnen niet voorzien, hoe zich de constellatie om Spanje verder zal ontwikkelen. Wij zien te mid den van dit alles echter een factor van overwegend belang de wassende macht \an de FranschEngelsche coöperatie. Het kan zijn laat ons dat zelfs hopen dat de stroom der gebeurtenissen dien kant uitvloeit, dat deze doelbewuste macht kan worden aangewend tot pacificatie van het ver bloedende Spanje. UW PARTIJ heeft voor schriftelijke propaganda veel voordeel van een Alg. Adressenbureau, dat behalve Adressen ook prima outillage heeft voor adresseren, etc. Inl. bil De Mutalor", Alg. Adressenbureau. W. Parkweg 11«-0i Ammtardam-Z. Tel. 91077 m P

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl