Historisch Archief 1877-1940
xt *
VI. V,
**" K
ONZE VERDEDIGING DER CULTUUR
ALS wij zeggen, dat
de verdediging van
de Spaansche cul
tuur niet te scheiden is
van de verdediging van
het Spaansche volk, dan
is dit 'geen bewering in
het wilde weg, maar dan
constateeren we een feit,
dat voortvloeit uit onze
kennis van deze cultuur
en van haar algemeen
belang voor alle tijden.
De Spaansche cultuur
in haar diepste geestelijke
beteekenis, die niet slechts bestaat in haar histo
rische erfenis, den opgehoopten rijkdom van het
verleden, maar ook en vooral in haar mogelijk
heden voor de toekomst, heeft volgens onze opvat
tingen twee belangrijke aspecten. In de eerste
plaats is er dat, wat wijl het wortelt in het
verleden om zoo te zeggen een heele onzicht
bare wereld vormt, gelijk die van de wortels van
een levenden boom. Uit het primaire feit te wortelen
in onzen bodem, put de huidige bloei zijn sappen,
d.w.z. zijn bloed. En dan is er die huidige bloei
zelf en, gelijk bij den boom, dien wij ons voor
stelden, de vaste toekomstbelofte het zekere
zaad zijner vruchten.
Onderzoeken wij eerst die onzichtbare wortels
van de cultuur in ons Spanje, die door Spanjes
verleden 's lands huidige werkelijkheid het
leven geven. Bij deze levende wortels is er gén,
die niet, als bloedvat of als ader van een diepe
geheime bron, het zuiverste volksbloed in zich
bergt. Onze levende cultuur in het verleden
haar historische erfenis voor ons is door en
door populair, uitsluitend populair. We zien dit
hieraan, dat onze Spaansche gedachte zich steeds
heeft geuit in scheppingen der verbeelding, voort
komende uit het volk, en zich door het volk
manifesteerende in aanhoudende menschelijke her
scheppingen. Er kunnen tallooze voorbeelden
worden aangevoerd, zooveel, dat zij een opsom
ming zouden worden van al onze dichters, schrijvers,
schilders, musici, theologen, mystici, en roman
ciers.
Van ,,E1 Cantar de mio Cid", van Berceo en
de Arcipreste van Hita af, via Jorge Manrique en
La Celestina, tot Cervantes, Santa Teresa, Lope,
San Juan de la Cruz, los Fray Luis, Quevedo,
Gracian, Góngora, Calderón.... Om niet te ver
geten een Garcilaso, een Guevara, een Markies van
Santillana zelf. Heel onze klassieke literatuur is
een volkszaak en de taal van het Spaansche volk.
En dat is ook onze schilderkunst, onze muziek,
ons toöneel, de synthetische wonderbaarlijke uit
drukking van dit alles. Dat toonen ons ook de
gitaristen van de XVIde eeuw, zooals yitoria of
Narvaez. Dat stellen ons Morales, Zurbaran,
Murillo, Ribera, Velazquez, El Greco en Goya voor
oogen....
De generatie van schrijvers, waartoe ik behoor
n.l. die van dichters als Federico Garcia
Lorca, die in Granada door [de fascisten is
gedood, als Rafael £ Alberti, .den beroemden
JoséBergamin
de jonge Katholieke dichter en schrijver,
redacteur van het blad Cruz y Raya",
die in de afgeloopen week een tournee
door Nederland maakte met lezingen
over hoofdpersonen en stroomingen inde
Spaansche literatuur, motiveert in dit
artikel de houding die de kunstenaars
van zijn generatie tegenover den Spaan
schen burgeroorlog hebben aangenomen.
revolutionairen
volkspoëet, Jorge Guillen,
Salinas, Diego,
Altolaguirre, Aleixandre,
Prados, Juan Larrea, den
Amerikaan Neruda, die
er ook deel van uitmaakt,
en nog zooveel andejen;
van critici en geleerden
als Damaso Alonso,
Montesinos, den sterksten on
derzoeker van onze klas
sieken ; met novellisten
en essayisten als Moreno
Villa, Espina, Jarnés en
zoo vele anderen deze generatie had voor zich
dezen onmetelijken levenden rijkdom van het ver
leden en wist hem te gebruiken. Gén van ons
heeft het duidelijke bewustzijn verloren, dat deze
geestelijke rijkdom van onze cultuur is en was en
altijd zal zijn het familiegoed van het Spaansche
volk.
Wij hebben dat duidelijk laten uitkomen in de
befaamde herdenkingsfeesten, die wij in Spanje
vierden bij het eeuwfeest van Góngora, een revolu
tionaire manifestatie, die een blamage werd voor
de dwazen. De namen van klassieke Spaansche
poëten, zooals Gil Vicente, Garcilaso, Góngora,
Villamediana, San Juan de la Cruz, Fray Luis....
die van mystici, theologen, dramaturgen en de
beste novellisten (Santa Teresa, Osuna, Juan de
la Cruz y de los Angeles, Lope, Quevedo, Cervantes,
Calderón} leven in ons werk, dat op zijn beurt
leeft met hen en door hen, in de bedding van dezen
enormen bewonderenswaardigen historischen
stroom van de Spaansche volkstaal.
Toen de politieke omstandigheden van ons land
deden vreezen, dat deze onze traditioneele cultuur,
die geheel vergeten was en haast zouden
wij zeggen veracht, indien niet geheel over het
hoofd gezien door onze leidende klassen zich
in het leven van ons volk zelf ernstig bedreigd zou
kunnen voelen, hebben wij schrijvers, dichters,
wetenschappelijke onderzoekers, schilders en
musici ons verplicht gevoeld ons aaneen te sluiten
om haar te verdedigen. Dat hebben wij gedaan in
de alliantie van intellectueele anti-fascisten". En
gelijk wij deden, zoo doen wij nog door ons in
dezen vreeselijken Spaanschen strijd die ver
oorzaakt is door de revolte der militairen, een
groot gedeelte der officieele kerk en der bezittende
klassen vastbesloten aan de zijde te scharen van
het volk, dat barbaarsch door hen wordt bedreigd;
barbaarsch, met bijna onbegrijpelijke woede en
onmenschelijke wreedheid, wordt vervolgd. Wij
staan aan den kant van het volk, omdat wij weten,
dat van zijn leven niet alleen ons huidige cultuur
leven afhangt, dat er diep in geworteld is en in
zijn verleden, maar ook heel de toekomst van dat
Spaansche cultuurleven, met zijn volle en onge
venaarde algemeene en historische beteekenis;
want de geschiedenis van onze cultuur zelf zal bij
de lichtende overwinning, die wij voor ons volk
verwachten, opnieuw voor ons opvlammen, door
dat zelfde bloed dat haar voedt, en dat, onrecht
vaardig vergoten, van die geschiedenis getuigt, en
Tentoonstelling Nelly Bodenheim
Teekenlngen - Aquarellen - Geïllustreerde Kinderboeken
van 80 Februari tot 6 Maart
BOEKHANDEL VAN HEETEREN
110KIX 48-44 AMSTERDAM
daarbij zal de toekomst met veelbelovende ver
schieten open gaan.
Dan zal de geschiedenis onzer cultuur opnieuw
worden onderzocht bij deze groot-menschelijke
perspectieven, tot dusver slechts half door onze ge
dachten belicht, die de cultuur nauwkeurig en naar
waarheid vertolken.
HET is niet een bloote historische samenloop,
maar een veelbeteekenende resultante van de
feiten zelf, die hem veroorzaakten, dat al de in
dezen vreeselijken strijd tegen het Spaansche volk
vereenigde elementen de rebelleerende mili
tairen, gesteund door buitenlandsche krachten en
gevolgd door een officieele vertegenwoordiging van
de Spaansche Kerk, en tezelfdertijd ondersteund
door die bezittende klassen, die verlangend zijn
hun onrechtvaardigste en onwettigste belangen ten
allen koste te handhaven dat al deze tegen het
Spaansche volk vereenigde elementen, zeg ik, samen
gebracht onder den eenen gemeenschappelijken
noemer: fascisme, daarin overeenkomen, dat hun
gemeenschappelijke exponent, hun levendigste,
raakste uitdrukking, de oncultuur is, de wonder
lijkste oncultuur, n.l. een die wortelt in onwetend
heid, zelfs van haar bestaan; weshalve al'een al
bij het uitspreken van haar naam, volgens de be
faamde aanbeveling, het welbekende consigne van
het internationale fascisme tegen haar wordt ge
lanceerd. En als zij hier, door een noodzakelijken
samenloop van omstandigheden . die een in elk
opzicht overtuigende historische bekrachtiging
vormt van leer trekken tegen de cultuur,
trekken zij van leer tegen het volk. En omgekeerd:
wanneer zij het Spaansche volk willen vernielen
en vernietigen, dienen zij eigenlijk en zonder het
nog te weten dat meest barbaarsche doel van hun
onwetendheid: de verwoesting en vernietiging van
de Spaansche cultuur. De Spaansche militairen
hebben zich er sedert een eeuw op beroemd die
cultuur niet te kennen. Het officieele gedeelte van
de Kerk, verknocht aan den Staat en verkocht aan
het staatsbureaucratisme sinds de Bourbonsche
restauratie tot op het gebeente verrot door de
ambtenarij, hield deze algeheele onwetendheid in
stand, bijkans alsof het haar positieve en held
haftige plicht was. Een plicht, die omgezet werd in
de meest cynische, meest schaamtelooze
industrieele en commercieele exploitatie van deze
cultureele falsificatie, waarin zij medeplichtigen waren
van den Staat zelf. Tenslotte misbruikte het
senoritisme, de bezittende klasse, de onwetendheid om
zich meer en meer in eigen egoïsme op te sluiten,
in de domste en meest inmoreele materialisatie van
het Spaansche leven, dat men zich denken kan,
en dat wij allen hebben gekend en, als volk en
met het volk, hebben ondergaan.
Het woord intellectueel was, aldus Unamuno,
als een brandmerk, waarmee ze ons het voorhoofd
merkten. En deze zelfde rampzalige Unamuno, .
wiens stem door hen is verstikt en die door hen
in hun Salamanca werd vermoord, moest vóór hij
stierf van zijn eeuwige vijanden dat hooren, wat
waarlijk een .strijdkreet is: ,,Dood aan de intelli
gentsia l"
DE algemeene Spaansche cultuur is het leven
van het Spaansche volk en staat thans, als de
Spaansche bevolking, aan den kant van het
Spaansche volk, dat ernstig met den dood wordt
bedreigd. Onze plicht als intellectueelen, onze
glorierijke plicht, is met hét Spaansche volk voor
die cultuur te strijden, want in het volk ligt haar
eenige mogelijke en ware verdediging. Omdat zij
wortelt in dat volk, onzichtbaar in onzen bodem;
en omdat zij in dat volk bloeit en in den helderen
hemel, in onzen stralenden Spaanschen hemel, de
beloofde vruchten ten toon spreidt. ^s,
Maar mijn gedachte zou ik niet voltooien,
indie»verik^ niet zeide, dat in deze cultuur en door defecf
cultuur van mijn volk, in deze fijngeslepen
mapschelijke taal, die gebruikt wordt op ieder ter Sein
der menschelijke verbeelding, de taal van mijn
christelijken en katholieken godsdienst voor mij de
grootste beteekenis blijft houden: zij is uitgedragen
in de taal zelf van onze volkscultuur, in die vloeiende
taal, die wij de algemeene omgangstaal noemen
in feite de taal van onze gedachten, de voor ons
zoo overduidelijke taal bij voorbeeld van ónze
populaire Santa Teresa, de levendigste stem van
het eeuwige Spaansche volk, die in en door haar
tot uiting komt, als goddelijke bekrachtiging door
menschelijk orgaan van het Zijn en het leven. Als
er een christelijke en katholieke metaphysica is,
Spaansche cultuurschatten in een kelder in
veiligheid gebracht voor het oorlogsgevaar
MR. M. KANN
ven
Een formule en een stuk Europeesche politiek
WO die Begriffe fehlen want laten wij
' dit voorop stellen: ,,Non-interventie"
is maar een woord. Het begrip, zoo dit
er is, behoort tot een heel andere categorie. Nadat
Blum deze formule gevonden had, kwam men ten
slotte na veel zoeken en tasten tot een vast om
lijnde Fransch-Engelsche politiek, die den naam
draagt van non-interventie-politiek, maar in wezen
met niet-inmenging weinig te maken heeft. Toch was
het goed gezien van Léon Blum om tot deze formule
zijn toevlucht te nemen. Hij heeft daarmee in
Juli en Augustus den Europeeschen vrede gered.
Kort na het uitbreken van den Spaanschen op
stand zijn er stemmen opgegaan om door een inter
nationale actie een einde te maken aan de insurrectie
der militairen eenerzijds en aan de verschijnselen
van anarchie anderzijds. De openlijke steun dien
Franco en den sindsdien van het eerste plan ver
dwenen Mola van de zijde van Italiëen Duitschland
ondervonden, maakte het plan van een gemeen
schappelijke actie alras tot een illusie. Het zou zijn
neergekomen op hulp aan de regeering en men
nam als vaststaand aan, dat dit tot een Europeesche
conflagratie zou hebben geleid. Geheel zeker is
dat natuurlijk niet. Maar Blum mocht dit risico
toch niet loopen. Men mag ook wel aannemen
dat de Fransche generale staf tegen" heeft gead
viseerd. Als een zware wolk hangt steeds de Duitsche
dreiging over Frankrijk. Men moest met de mogelijk
heid rekening houden dat, wanneer de Fransche
generale staf zijn aandacht op het Zuiden concen
treerde, de verlokking tot een inval in het
NoordOosten al te groot zou worden voor den militairen
staat die steeds als potentieele vijand geldt en rond
uit Frankrijks tegenstander is in de Spaansche
zaak. Dit is niet de eenige strategische contra
indicatie. Italiëis er ook, dat feitelijk bezit genomen
heeft van de Balearen. De verbinding
FrankrijkNoord-Afrika wordt daardoor beheerscht. Verder
is ook Frankrijks Zuid-Oosthoek, het stuk Zee
alpen en Cöte d'Azur, waarop menig Italiaan het
oog gevestigd houdt, verre van veilig.
Behalve redenen van militairen aard zijn er voor
Blum in deze 'zomermaanden ook redenen van
welke wij kunnen stellen tegenover de benauwende
positivisatie" van het niet-zijn, van het niets en
den dood van den filosoof Heidegger, dan is dat
de sprankelende taal van onze populaire mystica,
doctora van leven en hoop van ons leven en
onze hoop. Van de hoop van ons allen, die wellicht
kan worden samengevat in een woord van echt
Spaansche herkomst voor al de volken der wereld:
in het woord tibertad. Het woord dat wij met onze
taal, met onze cultuur aan de Amerikaansche
volkeren hebben gebracht. Het was het woord,
waarin die gerechtvaardigde verwachtingen van
onze Castillaansche comuneros" en van de
agermanados" van Valencia (Vrede, recht en vrijheid)
samenvielen met die van de Hollanders en Vla
mingen, toen, in die bewogen jaren van de lóde
eeuw, uw sociale eisenen samensmolten met de
wellicht verwante, eischen van ons volk, die toen
werden gesmoord in bloed, Gelijk men ook thans
weer van plan is ze te smoren.
En die broeders in de hoop waren het ook in
het geloof. Gelijk^ enkelen van ons het thans ook
zijn. Want zij geloofden, gelijk wij thans gelooven
en verlangen, dat de woorden geloof en vrijheid
broeders zouden zijn op de lippen van het volk en
broeders van de woorden cultuur en rechtvaardig
heid. Meer nog: de cultuur, die wij verdedigen voor
'«s volk, de eenige ware cultuur zijn eigen
i r mrlijke cultuur ??is die welke, gelijk de
lev de boom, waarover wij in den aanhef spraken,
de volheid der tijden brengt. Verleden en toekomst
geven deze cultuur reden van bestaan, geven haar
humane geestelijke beteekenis, want zij wortelt in
den bodem en in de hemelen gelijk de boom :
de waarheid van den mensch op aarde, de waarheid
van het volk tegenover de leugenachtige wereld
der spoken, tegenover hun rijk, hun tyrannie van
den dood; tegenover de onwetendheid, die er prat
op gaat onwetend te zijn, die zich als vijand verheft
tegen alle leven en elk wezen; vijand van het volk,
door welks bloed dit goddelijk getuigenis klinkt,
dit martelaarschap, dat de verschrikkelijke stem is
van God zelf.
buitenlandsche politiek om zich niet in gevaren te
storten. Het plechtanker dezer politiek, tenminste
voórzoover zij het chapiter van kans-op-oorlog
raakt, is de Engelsche hulp. Hij weet zich daarvan
slechts verzekerd in geval van een werkelijken
aanval van Duitsche zijde. Waarschijnlijk zou ten
slotte, zelfs in een conflict dat alleen tot de
Middellandsche Zee beperkt blijft, Engeland wel moeten
ingrijpen. Maar ook den is 't practisch gesproken
een wereldoorlog. In iedere kleinere actie moet hij
het dus zonder de gewisheid van Engelsche hulp
stellen. Dat kan niet. En een wereldoorlog moet tot
iederen prijs zoo lang mogelijk vermeden worden.
Ten slotte zijn er en dat is wel het gewichtigste
van alles belangrijke redenen van
binnenlandschpolitieken aard, die Blum dwingen zich in de
Spaansche controverse zoo veel mogelijk afzijdig te
houden. In Spanje was ook een volksfront" aan
het bewind. En alles wat in Frankrijk in de oppositie
is (o. a. een groot deel van de invloedrijkste dag
bladen), betuigt aanvankelijk zijn sympathie voor
Franco. En tegen Moskou". Zóó fel zelfs, dat een
oogenblik lang de Fransch-Russische militaire
alliantie in gevaar gebracht schijnt.
Afblijven, is dus Blums conclusie. Daar tegen
over staat dat een fascistische overwinning in
Spanje althans een waarbij Hitler en Mussolini
een lepel in de brij hebben een gevaar voor de
wereldvrede beteekent en een bedreiging van de
strategische veiligheid van Frankrijk en Engeland.
Er moet dus een politiek gevolgd worden, die op
drie hoofdpijlers rust:
I. Blijvend contact tusschen, en parallel
loopende maatregelen van, het Fransche en het
Engelsche gouvernement.
II. Onttrekking van de strategisch belangrijke
punten, d. w. z. de Balearen en Spaansch
Marokko, de Afrikaansche zijde van de Straat
van Gibraltar, aan vreemde militaire heer
schappij.
III. Wering van blijvenden vreemden invloed op
het Iberisch Schiereiland.
WIJ zijn nu een half jaar verder. Men zal
moeten toegeven dat Blum van politiek genie
heeft blijk gegeven. De gestelde doeleinden heeft hij
bereikt wat er overigens ook met Spanje mag
gebeuren. In zooverre is deze politiek, die al spoedig
tot een Engelsch-Fransche politiek is uitgegroeid,
volkomen geslaagd. Van niet-inmenging, in de ware
beteekenis van het woord, is daarbij niet veel terecht
gekomen. Maar de politiek die den naam droeg van
niet-inmengings-politiek heeft toch dit gevolg
gehad dat Duitschland en Italië(en ten deele ook
Sowjet-Rusland) den schijn moesten ophouden
alsof zij met de heele affaire niets hadden uit te
staan, waardoor deze tanden de handen niet meer vrij
hadden om hun eigenlijke doeleinden na te streven,
noch om zich te verzetten tegen de eischen die Blum
en Eden ten opzichte van Marokko en d
Middellandsche Zee stelden.
Mussolini moest zijn basis op de Balearen prijs
geven, begrijpende dat een daadwerkelijke occupatie
niet te verdedigen was wanneer hij officieele hulp
aan Franco loochende, en ondervonden hebbende
dat Engeland deze occupatie eenvoudigweg niet
, zou dulden, Hitler moest zijn voorgenomen
Marokkaansche avontuur opgeven; De Fransche
waarschuwingen durfde hij niet in den wind te
slaan. Het compagnonschap Eden-Blum kwam
versterkt uit de . crisis te voorschijn. Dat was
ook niet verwonderlijk. Engelands garantie voor
Frankrijk is altijd een teere zaak. Ziet Engeland
dat de Fransche politici gevaarlijke dingen gaan
doen, dan is die garantie heel klein en alleen voor
n bepaaldelijk omschreven gebeurtenis geldig.
Ziet men te Londen echter dat Frankrijk tot iederen
prijs oorlog wil vermijden, dan staat het Britsche
Rijk niet achter, maar naast de Fransche republiek.
Ontegenzeggelijk heeft het reeds in den aanvang
gespannen. Maar Blum v «trad niet op". John Buil
voelde zich als een bankier die een oogenblik bang
is geweest dat zijn uitstaande credieten gevaar
zouden loopen. Maar hij ziet dat het gevaar is
afgewend en dat hij staat kan maken op zijn
schuldenaar. Wat is zijn reactie ? Grootere bereid
willigheid om crediet te geven l En met politieke
garanties is het al eender gesteld als met f inancieele
borgstellingen....
PAG. 13 DE GROENE No. 3116
Nu zien wij dan ook een vast-aaneengesmeed
Engelsch-Fransch blok. Dat er in Frankrijk in
breede lagen ooit een merkbare sympathie voor de
Spaansche opstandelingen heeft bestaan, is iets
dat wij ons met verbazing herinneren. De Fransche
pers van dit oogenblik wekt dien indruk zeker niet.
De geschiedenis gaat snel.
IN dit drama speelt dus de non-interventie-politiek,
de politiek van Lord Plymouth's commissie, die
af en toe te Londen vergadert, een zuiver negatieve
rol. Nu hebben dan ook Duitschland en Italiëer
in toegestemd om het zenden van vrijwilligers
reeds met ingang van zo Februari te verbieden
en een internationale controle te aanvaarden die
op 6 Maart zal ingaan. Waaron zouden zijniet?
Hun doel kunnen zij toch niet meer bereiken.
Maar waarom zouden zij wél? Een overwinning
van Franco moet hun immers in zooverre hoogst
welkom zijn, dat zij hen voor een diplomatiek
echec en voor een binnenlandsch verlies aan pres
tige bewaart. Dictaturen zijn zwak. Wij zien in
deze laatste fase van de non-interventie-politiek dan
ook weer het bekende beeld van tweeslachtigheid
en onwaarachtigheid waaraan wij ons (de politiek is
waarlijk geen fraaie zaak") nu al een half jaar
ergeren. Officieel zijn Duitschland en Italiëbereid
mee te doen. Maar de kleine vazal-dictatuur
Portugal niet. En dat kan, ten bate van de grooten,
de heele regeling mogelijkerwijze weer op losse
schroeven zetten.
Wij mogen er niet te veel van hopen. Arm Spanje!
De machtsmiddelen der Europeesche politiek be
slissen over u, op uw eigen terrein maar zonder u.
Wat is intusschen hierin de rol van Sowjet-Rusland ?
Het tegenwoordige Rusland stelt zich niet meer een
onbereikbaar doel. Het wacht zich daarvoor wel!
Dat het (precies zoo als Duitschland en ItaliëFranco
helpen) de regeering helpt, staat buiten kijf, al hul
digt Litwinof officieel de non-interventie-politiek.
Koestert Rusland de hoop, binnenkort van Spanje
uit den fakkel der proletarische revolutie over
Europa te dragen? Och arme het is een dwaas
die dit wil aannemen ! Ook in dit geval is het een
prestige-kwestie. Nam Rusland hier niet de leiding,
het zou het prestige verspelen dat het nog heeft bij
een deel van de arbeidersbevolking van West-Europa.
ONZE conclusie is daaraan kunnen wij niet ont
komen bitter. Wij zien, dat het niemand om
het Recht te doen is. Niemand. Maar over deze bittere
ervaring schijnt toch n rose straaltje van hoop.
Met energie en beslistheid wordt het behoud van den
wereldvrede verdedigd, zij het met middelen die aan
niets anders ontleend zijn dan aan de oude diplo
matieke school. De non-interventie-commissie is
hierbij slechts een stuk in het spel. De idee non-,
interventie" een formule, een wer k-hypothese.
Men reikt naar geen hooger ideaal dan het directe
behoud van den vrede. Er is bij dit alles geen sprake
van een volkerenvrede op hooger plan, van Vrede
door Recht.
Maar is onze conclusie enkel bitter? Toch niet.
Wij hebben in een vorige periode die van het
Abessynische conflict gezien dat het slechts lukte
den wereldvrede te bewaren ten koste van het prijs
geven van afdoende maatregelen tegen een flagrante
daad van agressie. Nu zien wij dat men het zelfs
niet waagt op de internationale collectiviteit een
beroep te doen om een plaatselijken brand te
blusschen. Maar dat in ieder geval met de grootst mo
gelijke energie de wereldvrede gehandhaafd wordt.
Wij zien deze energie door de Fransch-Engelsche
samenwerking grooter en grooter worden. Zoo groot
zelfs, dat een dreigend gevaar niet meer door terug
wijken vermeden wordt, maar door optreden".
Dat zagen wij toen het bleek dat Hitler een begeerig
oog had geworpen op Spaansch-Marokko. Op dat
tijdstip had de Spaansche burgeroorlog tot een
wereldbrand kunnen worden. Maar hij werd het niet
omdat Frankrijken Engeland zich vastberaden toon
de en den al te onstuimige Hitler schielijk terugweek.
Wij kunnen niet voorzien, hoe zich de constellatie
om Spanje verder zal ontwikkelen. Wij zien te mid
den van dit alles echter een factor van overwegend
belang de wassende macht \an de
FranschEngelsche coöperatie. Het kan zijn laat ons dat
zelfs hopen dat de stroom der gebeurtenissen
dien kant uitvloeit, dat deze doelbewuste macht
kan worden aangewend tot pacificatie van het ver
bloedende Spanje.
UW PARTIJ
heeft voor schriftelijke propaganda veel voordeel
van een Alg. Adressenbureau, dat behalve Adressen
ook prima outillage heeft voor adresseren, etc.
Inl. bil De Mutalor", Alg. Adressenbureau.
W. Parkweg 11«-0i Ammtardam-Z. Tel. 91077
m
P