De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1937 13 maart pagina 2

13 maart 1937 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

/? * \ 98? DE GROENE AMSTERDAMMER Opgericht In 1877 ONAFHANKELIJK WEEKBLAD VOOR NEDERLAND tl e jaargang No.3119 Redactie: Mr. M. KAN N. TH. M O U SS A U LT, Mr. N. J. C. M. KAPPEYNE VAN DE COPPELLO en Mr. R. H. DIJKSTRA Red. en tdmlnlstr.: Keizersgracht 355. Amsterdam C Telefoon 37964 - Postgiro 72880 - Gem. giro G 1000 De abonnementsprijs bedraagt' f 10.?per (aar. Abonnementen kunnen met elk nummer ingaan, doch alleen tegen het einde van een jaargang worden opgezegd. EENHEID DOOR DEMOCRATIE Mr. W. Verkade DE vereeniging Eenheid door Democratie" is in den lande, dank zij haar openbare ver gaderingen, propagandablaadjes en insignes en niet minder door de propaganda van de N.S.B. tegen deze organisatie bekend genoeg. Des te be langrijker is de vraag: wat voor geest bezielt deze beweging, door wat vóór motieven worden haar aanhangers gedreven ? Er zijn menschen, die het antwoord dadelijk gereed hebben: niets anders dan angst voor wat nieuws; het vasthouden van wat men heeft en kent, een paar vrijheidsrechten inbegrepen. Al wat bang is voor ontrechting, vervolging en onteigening wordt op een hoop gedreven. Met gedeeltelijk de zelfde middelen als de N.S.B, werkt deze beweging", zij maakt gebruik van dezelfde suggestie, die uitgaat van een tot in het oneindige herhaald algemeen beginsel; zonder in bijzonderheden te treden, spe culeert zij op de gevoelens van afkeer jegens de tegenstanders; zij zegt vooral wat zij niet wil, maar blijft in het vage omtrent wat zij wél wil, doet meer een beroep op het gevoel dan op het verstand; zij leeft van de aantrekkingskracht, die het massale nu eenmaal op den modernen mensch beeft. Wij ontkennen niet, dat angst bij sommige personen ook wel tot de motieven heeft behoord om zich als lid aan te sluiten en dat de moderne middelen van massapropaganda mede worden ge bruikt, maar deze factoren zijn toch niet de leidende krachten; dan zou Eenheid door Democratie" niet zoo'n snelle ontwikkeling hebben doorge maakt in de anderhalf jaar van haar bestaan. Wat zijn de positieve gevoelens, die deze be weging beheerschen? Niet het filiaal"-zijn van N.V. De vereenigde politieke partijen", zooals de N.S.B, dat pleegt uit te drukken. Want al treden voor haar sprekers op, die ook uit de politieke arena bekend zijn en probeert de leiding zelfs in zijn spre kers-combinaties op groote vergaderingen duidelijk uiting te geven aan de gevarieerdheid van ons volk in politiek opzicht, E.d.D. is toch typisch de orga nisatie van de on-politieke Nederlanders, van de 90% niet-leden van politieke partijen, die hoogstens gewend zijn op n bepaalde partij te stemmen of steeds tusschen twee bepaalde aarzelen, maar die niet voldoende interesse hebben om zich te verdiepen in de subtiele?en vooral historische- verschillen in ons partijwezen; die echter van alle extremisme niets moeten hebben; die te hoop loopen als men onze nationale traditie van geestelijke vrijheid en geeste lijk differentiatie gaat aantasten, als men met angstaanjagmg en verdachtmaking gaat werken en de burgers probeert op téjagen tot een tegenstelling Mussert of Moskou"; die geen buitenlandsche beinvloeding accepteeren, noch uit Moskou, noch uit Berlijn, en die misschien niet zoo heel duidelijk kunnen formuleeren, wat zij onder het Nationale karakter" van ons land verstaan, maar zeer zuiver, reageeren als men het aantast. Kortom al die velen, die niet warm loopen voor een beetje meer belasting of een beetje minder, voor een beetje meer overheids bedrijf of een beetje minder, voor een beetje meer openbare of een beetje meer bijzondere, maar in het geweer komen voor den gemeenschappelijken grond slag waarop onze partijen samen kunnen werken en voor een algemeene politieke atmosfeer, waarin die samenwerking vruchtbaar kan worden. Het is misschien niet heelemaal tactisch voor dit alles de term democratie" te gebruiken, die voor verschil lenden uitleg vatbaar is, en daarom bij de protestante en roomscheanti-revolutionairen wantrouwen wekt; overigens ten onrechte, want de leiding van E. d. D. laat steeds duidelijk merken, dat voor haar de democratie niet in de Fransche Revolutie, maar in onze nationale traditie sedert den tachtigjarigen oorlog wortelt. IS de positieve waarde van Eenheid door Democra tie dus alleen maar die vaneennoodnertand?Dat daarin voor een groot deel dézin van haar bestaan ligt, wordt door haarzelf niet ontkend. Uitlatingen als: Wij zijn er om ons zelf overbodig te maken" en Men hoeft niet bang te zijn, dat wij een politieke partij zullen worden; als wij het extremisme ver dreven zullen hebben verdwijnen wij weer" kan men m woord en geschrift van E. d. D. aantreffen. Maar het gevaar dat een groote organisaties Selbstzweck" gaat worden ook tegen de oorspron kelijke bedoeling in, blijft altijd groot, en de ge schiedenis van tal van politieke partijen in binnenen buitenland demonstreert dit. Zeker is in ieder geval, dat op het oogenblik haar groote waarde in haar karakter van noodverband" ligt. Ons volk was in den loop der jaren wel erg met schotjes inge deeld door school, vereenigingsleven, kerk en partij en de neiging om anderen dan het enge kringetje te waardeeren was maar zeer gering; toen nu het extremisme opkwam, en vooral de N.S.B, met zijn moderne reclame-techniek en met zijn taktiek om alle partijen tezamen te bestrijden en alles als bondgenoot van Moskou te denuncieeren, stonden onze traditioneele partijen tegenover dit gebeuren tamelijk machteloos. Het fijntjes vastzetten in open bare lichamen had geen effect, want de N.S.B vond zijn kracht niet onder de geschoolde denkers; Wettelijke maatregelen werden vervlochten tot een martelaarskroon; voor het geven van verantwoorde lijkheid voor beperkten tijd of beperkt gebied waren de risico's van misbruik van het ambt voor zuivere partijdoeleinden te groot. En voor een grootscheepsche anti-reclame was men meestal niet ingericht. De leiding van E. d. D. verstond deze kunst wel, en gaf zoo aan tal van wijfelmoedigen en verschrikten opnieuw vertrouwen in de beginselen en werkmethoden der democratie, zonder verantwoordelijkheid te moeten dragen voor alle menschelijke tekortkomingen van de partijen in het verleden. Menige eenling in onze verbrokkelde maat schappij, die in de crisis, welke onze maatschappij op geestelijk en economisch gebied teistert, geen hou vast meer vond en dreigde over te gaan tot die groep welke hem het meest beloofde en hem tegelijk het eenheidsgevoel van strenge organisatie en tucht bracht, werden door E. d. D. opgevangen, genezen van den waan, dat democratie niets anders is dan het kunstje Van de helft-plus-én en opnieuw in contact gebracht met den dieperen geestelijken wortel van den democratischen staatsvorm; en veelal vond hij ook daar een sfeer, die hem van zijn individualis tische eenzaamheid verloste en hem een taak gaf, ook al bestond die uit niet meer dan verspreiden van propagandamateriaal. Zij die meenen voor een paar gulden een goedkoope verzekering te hebben gesloten tegen extremisme, worden voort» durend voor de consequentie van hun lidmaatschap gesteld, ook eigen activiteit te toonen. HEEFT deze actie dan geen gevaren? Ongetwijfeld zijn de gevaren talrijk en groot. Daar zijn in de eerste plaats alle gevaren van de massasuggestie, en die van de demagogie en het ressentiment, waar aan vooral het orgaan in den eersten tijd niet steeds ontsnapte. Daar is het gevaar toch in een politieleen hoek gedrukt te woidsn door de bestrijding van halffascistische en het zich indringen van half-commu nistische groepen. Tot nu toe weet de beweging in dit opzicht aardig van zich af te slaan, al is haar onderscheiding wel eens wat erg grof en slaat zij daarmede ook wel eens menschen met goede be doelingen af. Daar is in de derde plaats het gevaar, dat men trotsch op het lan van E.d.D., oog en oor gaat sluiten voor inderdaad gerechtvaardigde critiek op toe standen in en structuur van ónze maatschappij. Het gevaar, deze te gaan goedpraten, is in E.d.D. kleiner dan bij politieke partijen, die reeds regeeringsverantwoordelijkheid droegen, maar het ge. vaar om er zich af te maken met een platonische afkeuring is bijna onvermijdelijk voor een orga nisatie die niet aan practische politiek doet. Zoo is het b.v. geen wonder dat wèrkloozen wat huiverig it ANTON M. £R £/n velerlei soorten van visioenen. Het om zijn bloed" verjaagde Joodsche winkeliertje ? ziet een gelukkig tand, waar de menschen elkaar geen pijn doen, waar melk is vóór de baby, en een beetje bezit voor iedereen, omdat ook de rijken wat afstaan". De arbeider ziet een maatschappij, waar hij zijn stevige handen kan gebruiken en moeder de vrouw niet altijd voor de voeten loopt. De jongen ziet een land met arbeidsmogetijkheid, waar hij bevrijd is van leegloopen en een vrouw kan trouwen. Het jonge meisje krimpt ineen van schrik, wanneer de nachtelijke luchtbeschermingsoefening plaats heeft: zij ziet een gelukkige aarde, waar vrede heerscht en waar een jong gezinsleven veilig is. Dat zijn visioenen uit angst geboren. Zij geven een weinig troost in een donkeren tijd. Men wil naast deze visioenairen gaan zitten en spreken over het ge loof". Over de groote liefde van God tot hen, die niet meer verder kunnen. Zulke visioenen ziet Sociale Zaken niet. Wanneer het visioen van een lieflijker aarde zich verbindt met een hijgen naar recht, wanneer dat visioen vleesch en hart wordt, dan dreunen de treden van het oprukkende proletariaat. Dan verzamelen oud en jong, man en vrouw zich tot de verdediging van de vrijheid in Spanje. Als Christen weet men niet wat men doen moet. Misschien kan er een oogenblik komen om te spreken over liefde tot vijanden. Over de waarde van een eeuwig leven. Maar zulke visioenen heeft Sociale Zaken niet. Sociale Zaken ziet wat anders. Dat zal wel waar zijn, denkt ge l Sociale Zaken droomt waarschijnlijk van een ambtenaarshemel, waar alles keurig en ge ordend toegaat. Waar brieven op tijd worden be antwoord en rapporten op tijd worden doorgezien en behandeld. En misschien is er wel iemand bij, die een visioen ziet van een blijde Lentedag: de wind voert de papperassen hoog mee de lucht in. En er bloeien bloemen. Zeker, dat alles is mogetijk op Sociale Zaken, maar deze visioenen worden niet opgeteekend en uitgegeven. Neen, Sociale Zaken heeft ook visioenen, die wél worden opgeteekend en uitgegeven. Zij behooren daarom te worden getoetst op hun waarde. Sociale Zaken ziet een gelukkig volk van Nederland. Dat geholpen door de leiding van de regeering door dezen tijd heenkomt: gezond en sterk. Immers, hier is werkverschaffing en werkverruiming, credietoerleening en steun, openbare werken en jeugdopvoeding in kampen. En er is wel geen land zoo best als Nederland. Wat beteekent werkloosheid in Nederland? Wel, een beproeving, waar wij gelouterd uit te voorschijn komen. Zie me al die plaatjes maar eens aan, kijk eens naar die bruggen, naar die ontgonnen heide, naar die nieuwe boerderijen, naar die nieuwe kanalen^ Nederland moet trotsch zijn. Welk een bestrijding van de grootste plaag van dezen tijd/ Rijker naar den geest, flinker naar karakter, steviger naar lichamelijk weerstands vermogen zat ons volk uit dezen tijd van beproeving te voorschijn komen". Wat moet men doen als men zooiets leest? Zich ergeren, boos worden, bedroefd worden? Het is niet gemakkelijk zijn weg te vinden in zijn gevoelens. Ons tand heeft 600.000 wèrkloozen. 100.000 jeugdwerkloozen. 60.000 ouderen worden in werkver schaffing bezig gehouden, oooo jeugdwerkloozen krijgen wel eens een kamptijd van acht weken. Zoo en sceptisch tegenover E.d.D staan. De eenige remedie daarvoor is dat deze beweging aan de poli tieke partijen zijn beste krachten gaat leveren, die in E.d.D. geest" daarin werken: dat wil zeggen in een geest van groote bereidheid tot samen werking en van immuniteit tegen gezaaid wan. trouwen. Daar is tenslotte het gevaar, dat wanneer de oor zaak van het noodverband" is weggevallen en de oorspronkelijke leiding het doel» bestrijding van het extremisme, voldoende bereikt acht, men van tal van kanten zal trachten deze nieuwe actieve groep voor zijn eigen staatkundig wagentje te span nen. Het remedie daartegen is dat de leden nog veel duidelijker zoo mogelijk ook inhoudelijker worden doordrongen van een eigen E. d. D.-geest. Deze bestaat ongetwijfeld, maar wordt nog slecht» zeer vaag tot uiting gebracht. Men zou haar kunnen omschrijven als de geest der naoorlogs generatie. Van die generatie, voor wie tal van oude tegenstel lingen en schotjes op den achtergrond zijn geraakt voor de nieuwe vraagstukken, die de wereld na 2919 stelde, die de geschillen over de plaats van de A a/zett BROUWER bouwt men een volk rijker aan geest, flinker aan karakter? Hoe komt Sociale Zaken aan dit visioen? Dat is eenvoudig. Men neme iemand, die ontwikkeld is. Hij is in het buitenland geweest. Ja zelfs in Bra zilië". Hij heeft bijv. de ,,/nca's" bestudeerd. Men geve hem salaris. Men late hem op vlotte wijze" langs de autowegen van ons land rijden. Hem neuzen in werkverschaffingen en jeugdkampen. Dan zegge men: Schrijf, profeet- uw visioenen. Doe het zoo, dat een minister, neen, dat de zittende minister er een inleiding bij kan doen. Zie een visioen, dat ons een beetje helpt. En maak het interessant, met ver haaltjes over sprinkhanen" en vooral met plaatjes. Want op plaatjes ziet men geen menschenharten. Schrijf het zakelijk en voer geen sprekende per sonen in. Want sprekende menschen zeggen soms de waarheid. Maar voorzie het geheel met de brutale titel: het werkende tand. Er zullen altijd nog wet menschen zijn, die van louter verbazing in deze titel gelooven. Zeggen wij dit alles nu, omdat wij boos zijn op de samenstellers. Ja, ook daarom. Maar als wij elkander onder vier oogen zagen, dan zou het mis schien wel gaan. Wij zouden met elkander spreken over de ellende van deze tijd. Hoe moeilijk het is recht door zee te gaan. Hoe zwaar het is de nood van anderen te begrijpen. Hoe wij allen gebonden zijn door de, mogelijkheden, die het leven ons biedt. Maar misschien zouden we ook op reis gaan. Langs de mooie autowegen van ons land en over de trotsche bruggen. Op reis gaan van dorp tot dorp, van stad naar stad. En dan zouden wij alle interes santheid laten varen en luisteren naar de npoden van ons volk. Naar de ellende van uit elkaar ge rukte gezinnen. Naar de heldenmoed van eenvoudige vrouwen, die met een beetje centen een onhandelbaar gezin verzorgen. Wij zouden in de werkverschaffingen naar binnen gaan. Zoo heel onopzichtig. En hoorennaar de eindelooze verhalen van wel willen, maar niet kunnen werk vinden. Naar de schampere spot en ook naar moede dankbaarheid en bittere haat. Wij zouden een jeugdwerkloozenkamp kunnen binnen gaan. Op de laatste avond. De leiding moet een afscheidswoord spreken. Wat voor woord moet dat zijn ? De jongens gaan terug naar huis, d.w.z. naar de hel van het nietsdoen. Wat zal de leiding zeggen ? Of ook wij gaan met een beetje oud pak tusschen de rijen van de stempelaars. Om te luisteren hoe lang ze zich verzet hadden voor ze hier kwamen. Van de reis terug, zouden we ook een visioen kunnen schrijven. Maar dat was niet geschikt om uitgegeven te worden bij Sociale Zaken. Ten minste dat denkt men wel eens. Het zou het visioen zijn van een moe en bezocht volk. Ja en ook van een volk, dat nog maar steeds niets kan leeren, dat alleen werkelijk toegepaste naastenliefde en het offer onderling gebracht op het gebied van werkvirdeeling en bezit ons kan redden. Zouden wij dat visioen opschrijven en uitgeven? Ik denk niet dat velen het zouden lezen. Wij hebben zoo aan onze eigen ellende genoeg. Welnu als we dan meenen van die ellende al genoeg te weten, laat ons dan afspreken, niet te zullen rusten alvorens wij, Nederlanders, met elkaar die wegen hebben gevonden en die wegen zijn gegaan, die noodig zijn, wil ons land van een stem pelend land een werkend land worden. kerkelijken en de arbeiders in onze volksgemeen schap in principe overwonnen acht, al is er op dat terrein nog allerlei te doen. Die ziet dat ei- nog meer ruimte voor een eigen cultureel leven van boe ren en middenstanders moet worden gemaakt. Die, met alle erkenning van diepe geloofsverschillen toch, voor tal van economische en sociale vragen moge lijkheid voor een zakelijke behandeling ziet., En bovenal, die afscheid heeft genomen van een XIXde eeuwsch indivudialisme dat geen verantwoordelijk heid aanvaardde voor het leven van 'den lar .dgenoot, van een al te rationalistische opvatting van demo cratie, zich uitend in reglemehtenstrijd en vereenigingsgespeel; die wat meer leiding aanvaardt en lei ding durft geven. Die wat bewuster de nationale tradities beleeft. Wij meenen dat in deze positieve elementen de eigenlijke zin van Eenheid door Democratie" ligt, welke langzamerhand het?actueel zeer waardevolle negatieve element moet gaan overheerschen, wil deze beweging toekomst hebben. Maar wij meenen ook, dat daarvoor in deze beweging nog alle mogelijk heden liggen. DE ALGEMEENE OPLEVING BEGINT OOK IN ons land aardig door te werken. De hause in staal, tin, koper en rubber is enorm zoo groot, dat het niet alleen maar bewapeningscon junctuur kan Zjjn. ook de textiel leeft op; uit Twente komen berichten dat men orders moet afzeggen. Thans wreekt zich, dat men in de werkloosheids periode de vakbekwaamheid der arbeiders niet voldoende op peil heeft gehouden. En het valt te vreezen dat ook met name in de textiel, de opleving zoozeer een kwestie van voor ziening in den eersten kleedingnood in Indiëzal zijn, dat eer de jongeren het vak goed beheerschen, aan de groote vraag al weer voor tijden een einde gekomen is, en de werkloosheid opnieuw begint. DE BEGROOTINGSDEBATTEN OVER JUSTITIE IN de Eerste Kamer deden zien, dat minister van Schaik een heel eind van de afdwalingen zijns weegs, wat de gestrenge gezagshandhaving naar rechts betreft, bekeerd is. De hulde hem gebracht voor het strenger optreden tegen de N.S.B, was vrij wel algemeen. Minder was men tevreden over de functioneering der rechtspleging. Te lange preven tieve hechtenissen, het jarenlange misbruik van de werkkracht van onbezoldigde volontairs, en de niettemin langzame gang van zaken, geven zeker reden tot critiek. De onjuiste behandeling van strafrechtelijken kant van de zaak-Riès is daar zeker mede aan te wijten, al gaf b.v. de heer Knottenbelt te kennen dat de minister niet vrijuit ging door de manier waarop hij met een suggestieve voor stelling van zaken het figuur van de justitie en zich zelf heeft trachten te redden bij de behandeling van deze zaak in de Tweede Kamer. In deze Kamer had minister van Schaik deze week geen succes met zijn beknibbeling op de positie van den verdachte in het strafproces. Zijn toeleg om het recht tot zwijgen voor den verdachte af te schaffen wordt door de geheele Kamercommissie voor privaat- en strafrecht verworpen en dit stand punt heeft de meerderheid der Volksvertegenwoor diging achter zich gevonden. Het amendementDonker, dat bovendien de verplichting om den verdachte van dit recht in kennis te stellen wilde handhaven, is echter verworpen, NA EEN KORT DEFENSIEDEBAT, IS ZONDER HOOFdelijke stemming voor het eerst sinds jaren na defensiedebatten besloten tot een aantal maatregelen, die aan de groote uitbreidingen die ons na de verkiezingen te wachten staan vooraf gaan: diensttijdverlenging van zee- en kustdienstplichtigen, een derde herhalingsoefening, het voorloopig maken van de vjijstellingen wegens broederdienst voor 1938 en 1939. Tegen het laatste punt bestond nog wel eenig bezwaar, met name tegen de beperking voor de lichting 1938, waarvoor de vrijstellingen thans reeds verleend zijn. Maar een desbetreffend amendement is verworpen. Ook werd. aandrang geoefend dat als het vergroote contingent na dezen zomer in de buurt zal moeten komen van de 32.000 man, men eerst de normen voor de keuring nog wat zal verlichten alvorens men tot afschaffing van alle vrijstellingen voor broederdienst overgaat. Doch dit is een zaak voor den nieuwen minister van Defensie. Of da* wederom dr. Colijn zal zijn ligt nog op de knieën der goden, en is minstens dubieus. Dit kabinet, zal volgens inlich tingen aan het U.D." waarschijnlijk na de ver kiezingen de grondwetsherziening nog verdedigen en den dag van de stemming aftreden; het is echter ook nog niet uitgesloten, dat het kabinet de verdediging aan zijn opvolgers zal over laten. In ieder geval zal de behandeling kort na de verkiezingen plaats vinden. IR. DE KOK EN DE VLIEGER SCHMIDT CRANS ' hebben hun sportieve zakenreis voor de Konink lijke naar Indiëmet glans volbracht. In tien dagen over, zestien dagen con f creëren in Indiëen weer in tien dagen terug, dat is wel wat anders dan de reis van Cornelis Houtman met zeilschepen om de Kaap. Zonder iets van het sportieve element van per eigen vliegtuig zijn zaken aan den anderen kant van den aardbol even" te gaan behartigen af te willen doen, moet wel even gememoreerd worden dat dergelijke reizen voor particulieren mogelijk zijn geworden, dank zij de goede grondorganisatie op het) Ihdiëtraject, die niet in de laatste plaats aan de regelmatige vluchten van de K.L.M, te danken is. Deze grondorganisatie is de laatste jaren zoo ver beterd dat het vliegveld Schiphol langzamerhand van het beste een der slechtste terreinen is geworden. Misschien wordt het tijd dit terrein nu ook weer een beurt te geven, nu de K.L.M. Indiëvluchten zulk een belangrijke uitbreiding van hun taak krijgen: door de afschaffing van het luchtrecht zal binnenkort wel bijna alle gewone briefpost naar Indiëper vliegtuig gaan. Nu behoeven zelfs de kosten geen bezwaar meer te zijn om Indiëals op een kwart van den vroegeren afstand liggende te beschouwen. HET BELANGRIJKSTE NIEUWS VAN DEZE WEEK is ongetwijfeld dat heden de controle op de internationale blokkade" van Spanje ingaat. Een controle-commissie zal te Londen zetelen en zij zal haar bevindingen aan de Londensche nietinmengingscommissie mogen mededeelen. De blokkeerende, of liever gezegd: controleerende schepen hebben echter niet het recht tot doorzoeken en op brengen van terecht verdachte vaartuigen. Passeerende schepen, voor Spanje bestemd, moeten een controleur aan boord hebben, die behoort in te staan voor den goeden gang van zaken. Dat de gepensio neerde vice-admiraal de Graaf geweigerd heeft het voorzitterschap van deze impotente controle-com missie op zich te nemen, hoeft ons niet te verwon deren. Reeds in de aangelegenheid -Danzig heeft hij getoond dat een rondborstig Hollandsen zeeman zich niet laat misbruiken om allerlei ongerechtigheden te dekken. Het woidt tijd eens een einde te maken aan al die mooi-doenerij. Dan is het altijd nog beter, Spanje eenvoudig prijs te geven. Kunnen echter Frankrijk en Engeland wat zeer waarschijnlijk is niet tolereeren dat Duitschland en Italiëdaar vasten voet krijgen (of desnoods Italiëalleen), dan zit er inderdaad niets anders op dan krachtiger maat regelen te nemen en desnoods geweld te gebruiken. Gaat het dien kant uit? Gezien Edens getalm, zijn wij geneigd om te zeggen : ja ! Het is den Engelschen nu eenmaal eigen om juist dan, wanneer zij een kwestie als zeer ernstig beoordeelen, alles te doen om probeeren of er niet toch nog een compromis te bereiken valt. Deze kwestie de Spaansche is zér ernstig. Dat zich een andere mogendheid aan de straat van Gibraltar zou nestelen, zou voor Groot Brittanniëniet acceptabel zijn. Wie de Engelsche pers volgt, zal zien hoe de publieke opinie daar is ontwaakt en hoe fel men Italiëwantrouwt. Onrust barende maar niej>onwaarschijnlijke cijfers over Italiaansche troepensterkten in Zuid-Spanje ziet men in Engelsche bladen. En het was de Times die de eerste opzienbarende berichten over hét bloed bad Addis-Abeba verspreidde. De verhouding tus schen Engeland en Italiëis weer vrijwel even slecht als in deri tijd van het Ethiopische conflict maar zij kan nog slechter, worden. HET IS MOEILIJK ACHTER DE WARE TOEDRACHT der gebeurtenissen in Spanje te komen. De regeeringstroepen hebben het weer hard te verant woorden. Leek aanvankelijk na het befaamde gentlemansagreement Mussolini zich meer van het Spaansche avontuur losgemaakt te hebben dan Hitler, het tegendeel blijkt nu het geval te zijn. Hitler doet nu zijn best te Londen weder eenigszins in de gunst te komen. Ribbentrop is weer derwaarts gedirigeerd, nu niet meer met de instructie om eischen te stellen inzake koloniaal gebied, maar met de opdracht om het chapiter der Europeesche samen werking weer ter sprake te brengen en nadere toe lichtingen te vragen op de befaamde Britsche vragen lijst van. bijna een jaar geleden. Het Foreign Office zal hem met open armen ontvangen. De Engelschen zijn hun gevoel voor humor nog niet vergeten. Een reden te meer om wat in te binden, ligt er voor het Derde Rijk in den slechten afloop van wat bijna een nationaalsocialistische staatsgreept in Hongarije geworden was. De Duitsche gezant is ijlings vertrokken. Eveneens een zekeren Von Hahn, die vroeger in Oostenrijk dezelfde rol van aanstich ter van een voorgenomen revolutie vervulde. Maar ondertusschen heeft het niet veel gescheeld of Bela Marton had zijn marsch op Budapest kunnen onder nemen en daar de dictatuur uitroepen. Het is onver klaarbaar waarom er door den premier Daranyi niet met gestrengheid tegen deze revolutionairen van rechts is opgetreden. Maar hoe is dit alles nog precies op tijd uitgekomen? Er moeten zeer intieme draden van informatie gesponnen zijn geweest tus schen de regeering en MartonS partij-gangers. qoeaf// ^ ' :V v DE NIEUWE BROCHES .'?l- :??'? 5O f P AC. 2 Dl GROENE Ho. III» PAG. 3 DE GROENE NO. 3iu

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl