Historisch Archief 1877-1940
V v;
-t 1' ii inn_
1'
j l\
i
n
DE GROENE AMSTERDAMMER
Opgericht m 1877 ONAFHANKELIJK WEEKBLAD VOOR NEDERLAND .«'? fr»r<*"« No.3t27
Redactie: Mr. M. KAN N, TH. M OU SS A U LT.
Mr. N. j. C M. KAPPEYNE VAN DE COPPELLO
en Mr. R. H. DIJKSTRA
Red. en idmlnlstr.: Keizersgracht 355» Amsterdam C.
Telefoon 37964 - Postglro 72880 - Gem. giro G 1000
D* abonnementsprijs bedraagt f 10.?per Jaar.
Abonnementen kunnen met elk nummer ingaan, doch alleen tegen het einde van «en jaargang worden opgezegd.
DE VOORKEURSTEM
Mr. WJiVerkade
VAN de Nederlandsche kiezers en kiezeressen
wordt straks op den zösten Mei gevraagd, hun
keus te doen tusschen een twintigtal poli
tieke partijen. Dat wil dus zeggen niet een keuze
tusschen toekomstige regeering en oppositie, niet
een keuze tusschen personen (bij wie de politieke
kleur een' voorname, maar niet de alles
beheerschende rol speelt). Met dit stelsel hebben wij in
1917 bij de invoering der evenredige
vertegenwoordiging-met-lijstenstelsel gebroken. Het is ook niet
een zuivere keuze tusschen de belangrijkste vraag
stukken van den dag, zooals De Groene Amster
dammer verleden jaar zijn referendum heeft op
gezet. Juist bij dit referendum is gebleken, dat binnen
menige partij groote verschillen mogelijk waren
op het punt van de belangrijkste politieke vraag
stukken, terwijl toch de samenhang door
godsdienstigen band, gemeenschappelijke traditie of
gemeenschappelijke sociale structuur bleef
overheerschen.
Nu zou men zeggen, dat de keuze tusschen twintig
partijen toch mogelijkheid genoeg bood, om duide
lijk een grondslag voor het toekomstig
regeeringsbeleid te helpen aanwijzen. Toch is dit niet waar.
De groote sociaal-economische scheidslijn tus
schen eenerzijds zooveel mogelijk vrijhandel en
zooveel mogelijk vrije concurrentie en anderzijds
mede door overheidsingrijpen geleide
welvaartspolitiek, waarover wij in ons nummer van 10 April
reeds spraken, loopt dwars door de
ChristelijkHistorische, Vrijzinnig-Democratische en
AntiRevolutionnaire partij heen, al is bij de laatste
partij de voorkeur voor de vrije economie onder
leiding van dr. Colijn overhcerschend; en zelfs
bij de liberalen vindt men kiezers en candidaten,
die niet geheel afkeerig zijn van de economie
dirigée". Volgens den Haagschen Briefschrijver van
De Tijd mag men hieronder zelfs minister Van
Lidth de Jeude rekenen.
NU is de groote vraag: hoe kan men bij ons
kiesstelsel voorkeur toonen voor een van
beide economische zienswijzen ? En bij de S.D.A.P.
die zich economisch duidelijk heeft uitgesproken,
kan de vraag rijzen: hoe breng ik mijn voorkeur
voor een bepaalde levensbeschouwing, van zooveel
belang voor tal van cultureele vraagstukken,
tot uiting ? En bij de katholieken is b.v. een nuan
ceering te maken tusschen meer of minder krachtige
aanhangers van democratische zelf-verantwoorde
lijkheid.
Er is een weg, maar die zal velen te ver gaan
om met het oog op het hoofdonderwerp van de
verkiezingen op een andere partij te stemmen,
dan waartoe men zich het naast verwant voelt. Zoo
kan de vrijzinnig-democraat, die op het punt der
economische richtlijnen' zich tot eiken prijs wil
uitspreken, bij deze verkiezingen liberaal of socia
listisch stemmen. Zoo kan de antirevolutionnair of
christelijk-historicus die in ieder geval
welvaartspolitiek wenscht, zijn stem uitbrengen op de
ChristenDemocratische Unie. Maar dan komt in versterkte
mate het personen-vraagstuk: zijn de personen
op de lijst-Van Houten even bekwaam als de redac
teur van De Nederlander diétoch ook een modern
econoom is, maar pas no. 12 op de C.H.
candidatenlijst staat?
Theoretisch is er een andere weg: die der voor
keurstemmen. De kieswet zegt, dat hij, die de stem
men voor den lijstkiesdeeler (die nooit zoo heel veel
van den algemeenen kiesdeeler verschilt en dit jaar
u rr> s f c r d o m den h a a q
iets onder de 40.000 zal blijven) in ieder geval
gekozen is. Maar het is sinds het begin van ons
huidig kiesstelsel nog nooit voorgekomen, dat
een ander dan een lijstaanvoerder op deze wijze
werd gekozen; voor vier jaar heeft zelfs boer Braat
het op deze wijze tegen den tamelijk onbekenden
mr. Vervoorn moeten afleggen, omdat deze toe
vallig nummer n stond op een paar lijsten waarop
de Plattelanders de meeste stemmen haalden, hoe
wel Braat's totale stemmenaantal dat van Vervoorn
verre overtrof. Overigens bleven de voorkeurstem
men immer ver onder den kiesdeeler: In 1933
waren de twee recordhouders dr. Vos, die buiten de
Amsterdamsche lijst, waarop hij no. i stond, nog
in andere deelen van het land ruim 7500 voor
keurstemmen haalde, en boer Weitkamp, die het
op de christelijk-historische lijst tot ruim 4000
bracht. Ook bij andere partijen beperken de groote
aantallen voorkeurstemmen (honderden, niet eens
duizenden per district) zich tot pro of contra een
plattelandsvertegenwoordiger, tot een stem voor
een locale grootheid of voor een vrouw. Het
meest gebruikelijk zijn de voorkeurstemmen nog
bij de liberalen en bij de roomsen-katholieke
staatspartij in Brabant en Limburg (in de andere
provincies niet) waar duidelijk te onderscheiden
stroomingen in de vrijwel algemeene R.K. partij te
onderkennen zijn. Het minste vindt men ze bij
sterk gedisciplineerde partijen als de
anti-revolutionaire, ??waar in 1933 alleen de thans afgeschei
den professor Hugo Visscher een uitzondering
maakte , en de S.D.A.P., waar bepaald een
actie noodig is om de kiezers tot voorkeurstemmen
te bewegen. Dit is zoo sterk, dat mr. Duys, waar
tegen in sociaaldemocratischen kring toch ook vier
jaar geleden reeds allerlei bezwaren bestonden,
en die zich in den loop van de huidige parlementaire
periode tot een uitgesproken vijand van de S.D.A.P.
heeft ontwikkeld, in 1933 als lijstaanvoerder in het
district Haarlem nog 44.251 stemmen op zich
vereenigde tegen nog geen 500 op de acht andere
candidaten tezamen. ,
ZOO berust ons kies Helse! op twee ficties: ten
eerste dat de belangrijke politieke scheidslijnen
langs de partijgrenzen loopen; ten tweede dat, wie
op nummer n yan de lijst stemt, alle overige candi
daten in dezelfde volgorde aanvaardt. Over de
betrekkelijke waarde van de eerste fictie spraken
wij reeds. De tweede is nog minder waar. Veeleer is
waar, dat de groote massa der kiezers maar juist
eenig overzicht heeft van het onderscheid tusschen
de verschillende partijen, lijstaanvoerder en partij
vereenzelvigt, maar zich in de verdere
candidatenlijst niet in het minst verdiept. Zelfs is het niet waar,
dat de vrij groote volgorde der cahdidatenlijst de
wensen is van de leden der partij, die ze stelt d.w.z.
van 10 pCt. van het kiezerscorps. Hoogstens kan
men zeggen dat de meerderheid der partijleden
vertrouwt, dat het wel ;n orde zal wezen. Want, al
organiseeren de meeste partijen onder hun leden
een referendum over volgorde van de te stellen
candidaten nog niet eens alle , de practijk is
meestal dat het hoofdbestuur daarbij een advies
geeft dat door 9/10 der meestemmende leden wordt
gevolgd, waartegen over uitgesproken wenschen
van de meest bewuste leden toch wegvallen. Alleen
bij de katholieken in Brabant en Limburg heeft
men dit jaar allerlei verschuivingen kunnen
ppmerken door de partij-referenda. Maar daar zijn
blijkbaar pok allerlei acties gevoerd voor bepaalde
candidaten. Dit wordt echter in de meeste andere
parijen als zeer onbehoorlijk beschouwd, toch kan
bij 4-n huldigen stand van politieke ontwikkeling
altaen een goed geleide propaganda-actie aan de
partijleden wezenlijke verschillen in kleur tusschen
verschillende candidaten duidelijk maken. Laat
nven zonder propaganda van standpunten de keuze
der volgorde vrij, dan gaan allerlei
sentiments2 DE GROENE No. Jl»
Muziek en
Der Musiker nat kelne Zensur" (Beet
hoven in een zijner Konversationsheften)
rOT het belangrijkste nieuws op de voorpagina
van het avondblad van De Telegraaf op
j Mei de belangrijkheid naar den opmaak
gemeten behoorde een interview met prof. dr. Willem
Mengelberg.
Er was namelijk de laatste weken nog al iets te
doen, naar aanleiding van een repetitie van het
Concertgebouw-orkest, welke door den dirigent groo
tendeels besteed was aan een bespreking van de
wenschelijkheid van een tournee door Duitschland.
Bespreking is misschien niet het juiste woord. Dat
veronderstelt een uitwisseling van gedachten. In de
verhouding waarin orkestleden op een repetitie
tegenover hun dirigent plegen te staan,, is van een
gedachtenwisseling geen sprake. De leider heeft het
woord en de musici worden geacht zonder tegenspraak
te luisteren.
Mengelberg schijnt bij deze gelegenheid stelling te
hebben genomen tegen degenen onder de orkestleden,
die onder de huidige omstandigheden bezwaren
koesteren tegen een kunstreis in een land, waarin de
opvattingen omtrent de muziek en het oordeel over
componisten en uitvoerders ingegeven worden door de
Blut-und-Boden-leer. Volgens een verslag van deze
repetitie in Het Volk" legde Mengelberg er den
nadruk op, dat de Nederlandsche pers niet dan
onwaarheden publiceert over Duitschland, waar het
orkest met open armen ontvangen zou worden. Kunst
heeft niets met politiek te maken en wanneer men uit
politieke overwegingen zou besluiten de Duitsche
uitnoodiging van de hand te wijzen, zou Mengelberg
van zijn kant weigeren met het Concertgebouw-orkest
tijdens de tentoonstelling te Parijs te concerteeren.
Na de zeer ontactvolle wijze waarop Mengelberg
zich kort te voren inzake Toscanini gedragen had,
door den dirigent bij zijn aankomst in ons land
een telegrafische welkomstgroet te sturen, waardoor
het den schijn kreeg dat niet hij, maar het Concert
gebouw-bestuur Toscanini aanleiding zou hebben
gegeven, hardnekkig te volharden in zijn besluit,
niet te Amsterdam op te treden was deze nieuwe
uiting van zijn gebrek aan zelfbeheersching dubbel
pijnlijk.
De kwestie scheen echter in den doofpot te zullen
gaan, totdat de heer Wijnkoop aankondigde er in den
Raad over te zullen interpelleeren.
Het interview in De Telegraaf nu, moet wel als een
directe reactie op die aankondiging opgevat worden.
Mengelberg protesteert er tegen, dat naar buiten
overwegingen den doorslag geven, die gevaren voor
het peil der Kamer kunnen meebrengen. Wil men
dus werkelijk representatie van de meening der
partijleden, dan zal men discussie over de waarde
der candidaten moeten vrijlaten.
MAAR dan is men er nog niet. Want niets waar
borgt dat de partijleden werkelijk het kiezers
corps, - dat negen maal zoo groot is - vertegenwoor
digen. Integendeel, in een tijd als deze, waarin de
scheidslijnen dwars door allerlei partijen heen gaan
loopen, zullen vele goede staatsburgers het niet de
/moeite waard vinden zich aan te sluiten bij een
politieke partij die op hun belangrijkste vragen geen
antwoord geeft. Vooral daarom is het gewenscht de
waarde der voorkeurstem te verhoogen. Direct al
bij de Eerste Kamerverkiezingen, waar de waarde
van elke stem der kiezende Statenleden zoo hoog is.
Stel b.v. dat de S.D.A.P. berekent, dat zij niet al
haar stemmen noodig heeft om een maximum
aantal candidaten naar de Eerste Kamer te zenden.
Wat zal zij met de kleine doen? Zij kan het b.v.
waardevol achten, deze op prof. Lieftinck op de
C.H.lijst uit te brengen, wiens economische denk
beelden voor een heel eind parallel loopen met die
van het plan van den arbeid". Maar deze stemmen
zullen zeker niet op hem uitgebracht wórden, indien
zij ten goede kunnen komen aan den lijstaanvoerder
prof. de Savornin Lohman.
Dergelijke vragen doen zich voor bij de Tweede
Kamerverkiezingen en die voor délagere organen.
Uit de partijlooze kiezers zullen zeker velen gaarne
stemmen op Colijn en De. Geer, maar voor geen geld
op Duymaer van Twist of Krijger.
Is dan waarlijk bij evenredige vertegenwoordiging
alleen 't lijststelsel mogelijk? Deskundigen toonen
aan, dat er ook andere mogelijkheden zijn. Een
ingenieus stelsel beveelt b.v. mr. Kappeyne van de
Coppello in zijn boek Op den Tweesprong aan:
Men kieze slechts personen, maar men kan zijn stem
twee maal overdragen. De geheide partijgangers
politiek
gebracht wordt wat hij op een orkest-repetitie zou
hebben gezegd en als binnenshuis besproken meende
te mogen beschouwen. Bovendien heeft men zijn
woorden vsrdraaid weergegeven. Hij is niet degeen,
die de politiek in de kunst mengt, maar dat doen zij,
die propaganda maken tegen een Duitsche tournee.
Politieke overtuiging of staatsvorm raken mij niet,
als ik den dirigeerstok opneem".
Men zou oogeiiblikkelijk hierop de vraag willen
stellen: Ook niet wanneer men u verhindert den
dirigeerstok op te nemen voor de uitvoering van een
bepaald werk dat in het land waar u gasteert, op
gronden die mtt kunst niets van doen hebben,
taboe is?
Hier ligt de kern van de zaak.
Maar Mengelberg ontkent, dat men in het Duitsch
land van heden Mahler, Mendelssohn en anderen niet
meer kan uitvoeren, zooals hij ontkend heeft dat te
Leipzig een standbeeld van Mendelssohn eerst be
schadigd en later verwijderd werd. Dat zijn
Greuelmarchen" in zijn oogen, de Ariër-paragraaf en de
honderden voorschriften of wenschen van de
Reichsmusik-kulturkammer en ojficieele uitingen van
Goebbels, Rosenberg e.a. ten spijt.
TNDERDAAD hij toont daarmede een volstrekt,
* onpolitiek mensch te zijn. Het zij zoo. Maar hij
neme het dan ook anderen niet kwalijk, dat zij zijn
opinies inzake politiek niet au sérieux kunnen nemen
en hun schouders ophalen, wanneer hij verkondigt dat
politiek en kunst tri dezen tijd te scheiden zijn of de
politiek moedwillig in de kunst gemengd wordt door
hen, die bezwaren hebben om het Concertgebouw
orkest te laten spannen voor hst propagandakarretje
der nationaal-socialisten in Duitschland. Hij begrijpe
ook, dat anderen een orkest-repetitie niet als een
schooltje opvatten en dat het aldaar, ten aanhoore van
zeventig of tachtig volwassen menschen, gesprokene
niet als een binnenkamersche aangelegenheid be
schouwd kan worden, wanneer het niet betreft
muzikale, maar muziek-politieke zaken.
Begrijpt hij dat niet, dan Zal hij zich moeten
schikken in het lot dat eiken kunstenaar bedreigt, die
zijn populariteit niet uitsluitend afhankelijk stelt van
zijn kunst-daden. Maar dan komt een tweede en
ernstiger punt in het geding: de gedragslijn van de
leiding der instelling, welke haar tot met zijn popu
lariteit verbonden ziet. Een punt dat des te ernstiger
wordt, naarmate van de strakheid der economische
banden, welke die instelling aan de overheid, d.i. dus
aan de burgerij, bindt.
M. A. H. LERIAAN
zullen op deze wijze naast hun partijleider, twee
waardevolle f ractieleden aanwijzen. Anderen kunnen
op deze wijze meehelpen van partijmenschen natio
nale figuren te maken. Hun stem kan misschien
verloren gaan, als alle drie uitverkorenen meer
stemmen krijgen dan zij voor een zetel behoeven, zij
behoeven althans niet te vreezen dat hun stem ten
goede komt aan een persoon, dien zij niet be
doelden.
DIT zijn echter schoone desiderata, wier ver
wezenlijking wij niet snel verwachten.
Voorloopig, en zeker bij de a.s. Tweede Kamerverkie
zingen, zal de waarde van de voorkeurstem practisch
nihil zijn. Wil dit zeggen, dat men zich dan ook de
moeite kan besparen haar uit te brengen ? Integen
deel: een sterke toename van voorkeurstemmen
geeft blijk van de behoefte aan een versterkte waar
deering van die stemmen; en wie een uitgesproken
voorkeur heeft voor een bepaalde candidaat, zal
zeker zijn licht niet onder de korenmaat moeten
zetten. Niet alleen versterkt men op deze wijze het
gezag van den gekozene in het algemeen, doch
bovendien is dit een aanwijzing voor de partij
besturen, dat deze richting in de partij versterking
verdient, dat deze candidaat bij een volgende ge
legenheid nog meer gewaardeerd dient te worden,
mogelijk lijstaanvoerder dient te zijn.
De waarde van. de voorkeurstem is dus slechts die
van een getuigenis. Maar ook een getuigenis kan
van belang zijn.
DB SPAANSCHB BURGEROORLOG HEEFT WEER
wonderlijke aspecten opgeleverd. Generaal
Mola rukte met forsch geweld op tegen de
standhoudende regeeringsgetrouwe Basken. De
b sschrij vingen van de vernietiging van dorpen en
boerenhoeven zijn verschrikkelijk. Maar de wereld
heeft daardoor kennis kunnen nemen van de be
schaving-brengende zegeningen van het fascisme
en van de oprechte vaderlandsliefde der rebelleerende
generaals.... Het volkomen met den grond gelijk
maken van Guernica en de jacht óp de vluchtende
en gewonde burgerbewoning met mitrailleurs van
(Duitsche) vliegtuigen uit, heeft dan ook eenige
opschudding verwekt en Eden kon er, bij het parle
mentair debat, niet meer tusschen uit hij moest
verklaren dat de Engelsche regeering stappen zou
ondernemen om deze barbaarschheden te trachten
te keeren, zooals de Engelsche regeering haar in
vloed had aangewend om de strijdende partijen er
van te weerhouden, gas in dezen oorlog als strijd
middel te gebruiken. Tot nog toe is dat gelukt. Ook
heeft Engeland assistentie beloofd (buiten de terri
toriale wateren) bij de evacueering der burgerbe
volking uit het bedreigde Bilbao. Ter zee hebben de
opstandelingen echter tegenslag gehad. De kruiser
Espaft a zonk. Het is niet duidelijk, of dat het gevolg
was van een mijn of een vliegtuig-bom. Maar in
ieder geval; een der sterkste eenheden van de
rechtsche" vloot zijn de opstandelingen nu kwijt.
Intusschen is ook Mola's offensief vastgeloopen.
Vooral de Italianen die nu ook aan het Noordelijk
front opereeren, hebben het in den sector van
Bermeo hard te verantwoorden. Het uitblijven van
Mola's succes wordt natuurlijk met strategische
en technische argumenten geëxcuseerd: hij moet
plotseling zijn leger reorganiseeren.
Hij is niet de eenige, die aan een reorganisatie
toe is. De centrale regeering te Valencia verlangt
dit nu ook van Companys, die Kataloniëtot
discipline moet brengen. Gelukt dit, dan zal de
wettige regeering hierdoor haar positie aanzienlijk
versterken.
BELANGRIJK ZIJN DE GEBEURTENISSEN, DIE ZICH
in Japan afspelen. Rust en bezonnenheid schij
nen in Oost-Aziëterug te keeren of althans het
verlangen daarnaar. Bij de parlementsverkiezingen
behielden de groote burgerlijke partijen, de Minseito
(liberalen) en de Seijoekai (gematigd conservatieven)
een kolossale meerderheid. Vermeldenswaard is
verder de opkomst der arbeiderspartij, die 37 zetels
behaalde, en het totaal gebrek aan succes van
fascisten en militaristen. De militaire regeering
Hajasji slaat een slecht figuur. Het verwijt, het parle
ment voor niets ontbonden te hebben, kan zij niet
ontgaan. De Raad van State, die als adviseur van
de Kroon een groote macht heeft, heeft nu geadvi
seerd het parlement niet naar huis te sturen. Dit
advies is een klap in het gezicht voor Hajasji. Het
is zeer de vraag of de militairen het nu nog op een
nieuwe krachtproef zullen laten aankomen. Waar
schijnlijk niet, want hun kansen staan slecht. Maar
daarmee is nog niet met zekerheid gezegd, dat zij
het politieke veld zullen moeten ruimen. Want in de
eerste plaats heeft Japan geen werkelijk parlementair
stïlsel en in de tweede plaats: het Japansche volk
verschilt met de imperialistische officieren alleen
maar in zienswijze betreffende het ,,hoe" en het
,,wanneer". De expansie blijft het ideaal. De uit
spraak der kiezers zegt echter op ditoogenblik, dat
voor deze expansie de economische omstandigheden
ongunstig zijn, zoodat zij nu inopportuun is. Maar
toch zelfs een voorloopige vredes-geneigdheid
zal Oost-Aziëten goede komen. Wellicht kan daar
mettertijd en met den vasten vredeswil van de
andere Pacific-mogendheden dan een werkelijke
neiging tot welvaart, rust en vrede uit voortkomen.
DE STAKINGSGOLF, DIE ZICH OVER VRIJWEL DE
geheele wereld uitbreidt en in Londen juist in
deze dagen zeer ongewenschte
verkeersontwrichtingen veroorzaakte, heeft ons gelukkig, nog niet
aangetast. In zekeren zin zijn stakingen verschijn
selen die een opgaande conjunctuur begeleiden.
Maar het is beter de opgaande conjunctuur te be
leven zonder deze overdreven symptomen. Ver
schillende hoopgevende teekenen zijn de moeite
van het signaleeren waard: nieuwe belangrijke
opdrachten voor onze, scheepsbouwnijverheid en,
na het inzakken gedurende de vorige weken, eenig
herstel aan de beurs. Ook onze nationale
luchtvaartlijnen boekten nieuwe successen. De Australische
regeering gaf toestemming tot het doortrekken van
de K.N.I.L.M.-lijnen tot Australië. Nog kon Manilla
PAG. 3 DE GROENE Ne. 3117
niet in dit net worden opgenomen, maar wel Hong
kong. Zoo wordt de wereld omspannen.
DE VRAAG HOE DE WERKLOOSHEID ZOOVEEL
mogelijk en zoo goed mogelijk te verminderen,
nu er in ons land althans in de sleutel-industrieën
een zekere opleving valt te constateeren, houdt velen
bezig. Dr. Colijn rekent op een blijvend aantal van
tweehonderdduizend en oppert openlijk de gedachte
van overheveling naar de armenzorg. Van andere
kanten, o.a. van Katholieke en Christelijk Histo
rische zijde, om van de S.D .A.P. nog maar te zwijgen,
rijzen sterke bezwaren tegen een dergelijk
sociaaleconomisch fatalisme. Veeleer wenscht men van
dien kant desnoods een ietwat kunstmatige uitbrei
ding der werkgelegenheid. Daarnaast een uitbuiten
van alle werkgelegenheid die zich voordoet, wat zich
zoowel uit in het herscholen van langdurig
werkloozen (de gemeente Amsterdam stelde hiervoor een
kwart ton beschikbaar) als in de uitbreiding van den
8 uren dag, zooals met i Juni voor de kantoorbe
dienden zal plaats vinden. Ten slotte is er aandrang
om de resteerende werkloozen niet het slachtoffer
te laten worden van de stijgende prijzen. Zelfs
minister Slingerberg bestrijdt deze stelling niet, al
meent hij dat de prijsstijging gecompenseerd is door
de meerdere beschikbaar gestelde eetwaar in natura.
Deze was echter reeds voor de prijsstijgingen hard
noodig. Een en ander zal binnenkort met de wet
houders voor sociale zaken der groote gemeenten
onder oogen worden gezien. Een belangrijke ver
betering, die reeds is ingegaan, is de vrijstelling
van de eerste ? 2 a ? 4 van den 2/3 steunaftrek
bij losse verdiensten.
DE GRONDWETSHERZIENING VERKISCHT, DAT WIJ
dit jaar behalve een nieuwe Tweede Kamer ook
een volledig nieuw gekozen Eerste Kamer krijgen.
Deze laatste wordt verkozen door de Provinciale
Staten die in 1935 tot stand zijn gekomen. Naar
waarschijnlijkheid valt te berekenen, dat de S.D.A.P.
een zetel zou winnen, de R.K. en de A.R. op peil
blijven, deV.D. en C.H. een zetel de liberalen 2 zetels
zouden verliezen, de N.S.B, van 2 tot 4 zou stijgen
en de Staatkundig Gereformeerden hun intrede
zullen doen. De communisten zouden mathematisch
ook bijna een zetel kunnen behalen, maar aangezien
geen andere groep vermoedelijk animo zal voelen
hen te steunen is het nog een vraag waar hun
stemmen terecht zullen komen. Door onderlinge
afspraken willen er zich ook nog wel eens andere
verrassingen voordoen.
DE HUIDIGE GOUVERNEUR-GENERAAL EN ZIJN
voorganger uit de periode 1919?1924 hebben
elk een reis door Nederlandsch-Indiëgemaakt en in
interviews uiting gegeven aan hun indrukken:
Jhr. Tjarda v. Starkenborgh gaf blijk van de
opgetogenheid van den nieuw aangekomene over al het
schoons en interessants wat land, volk en bestuur
van Indiëbiedt. Graaf van Limburg Stirum, die
den tijd die hem gegeven was, tusschen zijn
gezantschapspost in Berlijn en in Londen, aan een terug
keer naar zijn oude ambtsgebied heeft gewijd, woog
critisch voor- en achteruitgang af: hij bleek onder
den indruk van een toegenomen Indisch
zelfstandigheidsgevoel, dat zich vooral uit in het afwijzen
van al te gedetailleerde bemoeienis van het Moeder
land met Indische zaken; ook hadden de verflauwde
onderlinge tegenstellingen der Europeanen hem
getroffen, maar hij kon niet beslissen, of dit voort
kwam uit eenheidsbesef of onverschilligheid.
Tusschen de verschillende bevolkingsgroepen onder
ling is er zeker minder belangstelling. Met een
scherp woord reageerde hij ten slotte op de suggestie,
welke aangaande Indiëwordt gewekt, alsof de ambts
periode van jhr. de Jonge uitgemunt had inzake
de gezagshandhaving. Hij zweeg over de middelen
die.tot dit resultaat hebben geleid. Maar zeer van pas
was zijn opmerking, dat wanneer er thans rust was,
dit niemands speciale verdienste was, maar voort
komt uit het feit, dat er in Indiëin crisistijd geld
noch belangstelling voor politiek is; politieke
moeilijkheden zijn er alleen mogelijk bij een gunstige
conjunctuur. Dan eerst zal blijken wat een vooraf
gaande bestuursperiode op dit gebied presteerde.
Men heeft de reis van dezen oud-G.G. wel gezien
als dienend tot voorbereiding van een Indische reis
voor prinses Juliana en prins Bernhard. Inderdaad
is dezer dagen bekend gemaakt, dat het jonge paar
ons schoone Indiëzal bezoeken. Dat onze toekom
stige vorstin eens met eigen oogen verreweg het
grootste deel van haar toekomstig rijk gaat zien,
kan strekken tot heil van Indiëen Nederland beide.
,i
f
i .
tt
.-W.
tf-nttfttfff rtlltrrr » r » vrnrfi T11 r rr*t*rmilrlft ftl\ tfl V TM!f'r ^MT*
^JfOJOUXOStt
t