Historisch Archief 1877-1940
Een verhaal van De Groene
J
Waarom
seeren gn
TJ A
I-'"WSCHOENEN
-f-1' f^-n
4 ' ..?&-. J
DAT kun je van me aannemen: je kunt
iemand heelemaal door zijn schoenen
kennen", zei de oude Pitt en hij legde zijn
hamer op een omgekeerden schoen, ik ben maar
een eenvoudige schoenmaker, een eenvoudig klein
mannetje, maar als men vijf en vijftig jaar lang
schoenen voor de menschen gelapt heeft, dan kan
niemand je meer wat wijs maken. Toon mij je
schoenen en ik zal je zeggen wie je bent.
Er heeft eens een dame tegen me gezegd: Pitt",
zei ze, u had professor moeten worden en geen
schoenmaker", heeft zij gezegd. Dat is niet waar,
zeg ik u. Ik heb alleen maar schoenmaker kunnen
worden en niets anders. Waarom? Omdat men nooit
iets anders moet worden dan men is. Hoe ik dat
weet? Van de schoenen. In mijn schoenen hoort
een schoenmaker en geen professor, afgeloopen. En<
kijkt u eens: in schoenen kan men loopen. Maar op
gedachten kan men niet loopen. Ik hou mijn
gedachten liever voor mezelf.
Als er een meisje bij me komt om haar schoenen
te brengen, dan kijk ik er eens naar, naar de schoe
nen bedoel ik, en dan zeg ik: Kind, dat had je niet
moeten doen." En dan kijkt ze me verbaasd aan.
Meisje, je hebt je ongelukkig gemaakt", zeg ik
dan. En dan komen de tranen in haar oogen en het
verbaast haar, hoe ik het weet. En hoe weet ik het?
Alleen .maar uit haar schoenen. Het achterstuk is
bij de hiel plotseling ingevallen en de plooi wordt
steeds dieper. Weet u, zooals de mensch is, zoo loopt
hij en zooals hij loopt, zoo zijn ook zijn schoenen.
En dan geeft de oude Pitt het meisje een raad. Meer
kan je nooit doen, alleen maar raad geven, meer
niet. Maar dat is misschien niet eens zoo weinig.
En misschien kan het meisje later weer eens zoo
loopen, dat de plooi uit het leer gaat, dan zal ze
niet meer ongelukkig zijn. En meer wil een mensch
toch niet. Kijkt u eens naar deze schoenen, steeds
paren, paren, paren; een leger van schoenen. Als
die nu zouden beginnen te loopen, zouden altijd
twee van hen hun eigen weg gaan. En waarheen?
Naar 'de kleine beetjes geluk. En dat kan ieder
mensch alleen maar vinden met de schoenen, die
precies bij zijn voeten passen.
Kijkt u eens naar deze heerenschoenen hier.
Ziet u? Daar moet ik steeds maar weer zolen in
leggen en er buiten opspijkëren en de hakken
verhoogen. En weet u waarom? Omdat hun eigenaar
een groote man" wil zijn en maar een kleine is.
Hebt u wel eens een grooten man gezien, die met
' de punten van zijn schoenen naar buiten loopt in
plaats van naar voren? Dat komt niet voor. Iedereen
hoeft ook geen groote man te zijn. Bij een grooten
man" zijn de beenen zoo gebouwd, dat zijn voeten
naar voren loopen en niet naar buiten. Maar deze
hier ziet u? De binnenkant is heelemaal afge
loopen die loopt met zijn voeten naar buiten.
En toch wil hij een groote man" zijn. Alsof het
een schande is, als men een kleine man is. Het is
alleen een schande, wanneer men niet diegene wil
zijn die men is. Voor dezen hier is iedere schoen
maker een stommeling en iedere bakker een stom
meling en alleen hij, die Hoera! roept en een
heldengezicht heeft, die telt voor hem mee. Al
verdriedubbel ik voor hem ook zijn zolen en zijn
hakken, hij blijft toch een kleine man. En hij is
nog kleiner dan hij al is, omdat hij andere schoenen
wil dragen dan hij dragen moet.
EN kijkt u dan eens naar deze schoenen hier.
Ziet u? Deze damesschoenen zijn bruin ge
weest, toen heb ik ze voor Lize zwart moeten
verven. Weet u waarom? Lize heeft rood haar en
dat is haar ongeluk. Niemand noemt haar Lize,
iedereen zegt rooie" en niemand merkt, dat hij
daarmee nog een stukje ongeluk toevoegt aan het
ongeluk van dit meisje. Zoo zijn de menschen. En
nu kan Lize geen rood meer zien; als ze iets roods
ziet, dan komt het haar voor alsof dit haar slechts
aan haar vloek wil herinneren. Nooit draagt ze iets
roods, geen roode knoop, geen rood kraagje, geen
draadje rood. En nu heb ik zelfs haar bruine
schoenen moeten verven, omdat ze daar telkens een
rooden glans in zag. Die is er heelemaal niet in,
zeg ik u; dat verbeeldt Lize zich maar, omdat ze er
bang voor is.
En nu deze heerenschoenen. Ziet u? Hier gelapt
en daar gelapt en daar genaaid en al een-, twee-,
drie-, viermaal verzoold. En nu denkt u zeker, dat
daar een arme 'stakker in hoort. Mis .' Engelsch
fabrikaat. Zulke schoenen draagt een arme man
niet. Deze man is rijk, zoo rijk, dat hij niets anders
meer zijn wil dan rijk. Als hij iets ziet, dan vraagt
hij niet; is het goed? of: is het mooi? Hij vraagt
alleen: hoeveel kost het? Hij vraagt bij eiken stap,
dien hij doet: hoeveel kost hij? Honderdduizenden
heeft hij op de bank staan en toch is hij arm, ver
schrikkelijk arm. Ziet u, als hij zijn schoenen aan
een arm mensch gegeven had, als hij ze weggegeven
had toen ze voor de eerste maal stuk gingen, dan
was deze tijke man werkelijk een rijke man geweest.
Maar hij bezit zijn geld heelemaal niet, zijn geld
bezit hem, zoo arm is deze rijke man. Ziet u, dat
lees je allemaal uit deze schoenen.
U ziet schoenen altijd alleen maar van boven,
maar een schoenmaker, die ziet ze van onderen,
die,ziet ze van binnen, die ziet den heelen mensch,
als hij alleen maar zijn schoenen ziet.
En nu moet u eens naar deze schoenen kijken.
Geen knik, geen schaaf plek, links precies zoo als
rechts, daar is heelemaal 'niets scheef s aan: deze
schoenen zijn volmaakt. Deze vrouw trippelt niet
en schommelt niet: deze vrouw schrijdt. Zoo mooi
is ze. Als ik deze vrouw aankijk, dan denk ik altijd
dat mijn oogen liegen. Maar sedert ik haar schoenen
ken, weet ik het: mijn oogen liegen niet.
En hier. Ziet u, dat zijn een paar heerenschoenen.
Treurige schoenen zeg ik u, ongelukkige schoenen;
i als u deze schoenen zou kennen, zou u niet lachen.
Kijkt u eens naar deze vlek op den neus. Weet u
waar die van komt? Dat is iemand, die zichzelf
altijd op de teenen trapt. En weet u waarom ? Omdat
hij bang is. Waarvoor? Voor zichzelf. Een best
mensch, maar hij is bang en trapt zichzelf op de
teenen. Maar hij merkt het niet en als hij het merkt,
dan denkt hij: het was een ander. Maar het was
geen ander: hij was het zelf. Kan zoo iemand
gelukkig worden? Nooit. Als een vrouw hem ziet,
dan draait ze zich om en gaat heen. En ze heeft
gelijk. Je trouwt niet met een man, die zulke
schoenen heeft. Ziet u, wanneer deze vlek er meer
ingesneden was, dan zou het een gevaarlijk mensch
zijn, een vechtersbaas, maar de plek is er op
gestooten, telkens een beetje en weer een beetje,
omdat deze man, als hij wil loopen, eigenlijk niet
loopen wil, omdat hij bang is en zich op zijn eigen
teenen trapt.
En nu kijkt u zeker naar mijn eigen schoenen?
Ik draag heelemaal geen schoenen. Ziet u, ik lap
schoenen voor de menschen, van 's morgens tot
's avonds, dan heb je er zelf geen noodig."
Plotseling bleef hij staan voor twee kleine dames
schoenen, die eenzaam in een vakje stonden.
Ziet u, die schoenen daar, daar kan ik nauwe
lijks over praten, daar...." ^- hij nam een doek
en veegde er het stof af die staan hier al een
half jaar, die zijn namelijk.... die staan hier
bovenin, omdat deze hier, deze twee damesschoenen
hier beneden naast deze heerenschoenen staan,
daarom staan deze kleine zwarte hier boven, onder
het stof en vergeten. Ziet u, deze drie paar schoenen
zijn maar schoenen en toch een heele roman of een
verhaal, ik weet het niet, een ongeluk of een geluk,
ik weet het niet.
DEZE stoffige schoenen hier boven hoorden van
Loni. Dat was een meisje, net zoo bescheiden
als deze schoenen, zonder pracht en praal, maar
eerlijk en rustig en zonder vlekken zooals deze
schoenen, precies zooals deze schoenen. Een vader
heeft ze nooit gekend, deze Loni, en haar moeder?
Die is bij Loni's geboorte gestorven. Toen was er
een kind, maar geen kleertjes. Tenslotte .werd Loni
door een tante opgevoed, een leelijk wijf, die tante,
ze heeft een baard. En Loni kreeg niets anders meer
te hooren, d^n: Poets mijn schoenen!" en: Je
hebt het veel te goed!" en: Neem stof af van de
kast l" en: Smeer de boter (het zal heusch wel
margarine geweest zijn) niet zoo dik op je brood,"
en: Klop het groote kleed!" En Lont zei geen
woord en deed het. Alleen soms, wanneer ze de
schoenen van haar tante hier bracht, ging ze op die
stoel daar zitten en lachte een beetje en huilde een
beetje en stond weer op en ging kleeden kloppen en
stof afnemen.
Totdat ze eens ze was al negentien jaar, geloof
ik plotseling een heel ander gezicht zette. Nou,
als een meisje van negentien jaar plotseling begint
te neuriën en te zingen en te dansen, dan hoef je
niet te vragen hoe dat komt. Hij" was een schilder.
En hij was misschien de eerste mensch, die niet
tegen haar zei: Poets mijn schoenen!" hij moet
heel wat anders tegen haar gezegd hebben. Dat
kon ik uit mijn winkeldeur tot aan de chocolade
winkel daar verderop wel zien, wat hij tegen haar
gezegd moet hebben. En ze had medelijden met elk
meisje, dat nog geen bruidegom gevonden had, zoo
was ze, die Loni, nu had ze medelijden met de
andere meisjes. Ook met Fritzi. Dat was het meisje,
dat in het huis van de buren stof afnam. Wees
niet zoo somber, Fritzi", zei Loni nu dikwijls tegen
haar, geef den moed niet op, eenmaal komt ook voor
jou de Prins." Maar Fritzi geloofde het niet; wat
je niet kent geloof je niet. Toen nam Loni haar
eens mee naar een afspraakje met haar schilder.
Laat zij ook eens plezier hebben", moet ze gedacht
hebben, nu kan ze ook eens met een echten man
dansen." En Fritzi heeft met hem gedanst.
Maar de volgende week kwam de schilder niet
meer bij Loni, de heele week niet en 's Zondags niet
en den volgenden Zondag niet en geen enkelen
Zondag meer. Tot Loni hem eens in de lunchroom
zag zitten. En naast hem zat Fritzi. Loni had gelijk
gehad, toen ze tegen Fritzi zei: Eens komt ook
voor jou de Prins."
En toen werd ze ziek. De dokter kon geen ziekte
constateeren. Ze verbeeldt zich maar, dat ze
ziek is", meende de dokter. En toen kwijnde Loni
weg. Zooals een bloem, die geen zon meer krijgt.
Na vier maanden was ze dood, ofschoon ze
heelemaal niet ziek geweest was. Alleen omdat ze
niet meer wilde leven.
En, ziet u, deze schoenen hier onderaan hooren
van Fritzi. Die is nu de gemalin van den Prins. En
van hem zijn die bruine schoenen met die spitse
neuzen, die er naast staan.
En die stoffige schoenen hierboven? Die hooren
van Loni. Die worden niet meer afgehaald."
AAN INZENDERS VAN MANUSCRIPTEN
wordt verzocht bij hun bijdragen een gefrankeerd
briefoimlat met adres van den afzender in te sluiten.
Op het adres van stukken, voor de redactie
beitemd, vermelde men (een namen van personen.
ft
UIT PIERKENS DAGBOEK
(i/ver /ief pracüsc/i nuf
van den
s
tamb
EIGENAARDIGE dingen komt
ge tegen, zegt de Gaspijp, als
wanneer ge uwen boomstam
onder het vergrootglas neemt. (Hij
bedoelt uwen stamboom natuurlijk).
Zoo hebt ge Hiedler, Hudler, Hieteler
of Hilter, welnu 't schijnt dat het
allemaal uit dezelfde nest is. Ge zoudt
u daar ook eens moeten achterzetten,
zegt hij tegen mijn vader, om uit te
maken tot in welke eeuw de
Spiegelleires hun wortel schieten. Heel zeker
dat het ook zoo'n hiestorie geweest is
van Spiedeleire, Spoegeleire,
Spuweleire, zegt hij.
Nondeku, zegt mijn vader daarop,
ge brengt me op een prachtig idee.
Spandeleire, Spiesgelleire, Brieskalleire,
dat moet ook allemaal van denzelfden
pot zijn. Ik ben er van overtuigd zegt
hij. Kwestie van daar het praktisch
nut uit te halen, dat in deze les uit
het verleden voor de toekomst be
sloten ligt. Daar hebt ge bijvoorbeeld
uw kleermaker zegt hij. Die valt op uw
donder: Meneer Spiegelleire, gij hebt
waarschijnlijk vergeten, dat gij nog
steeds met een klets bij me staat ? Waar
op gij uit de lucht valt: Spiegelleire? Spie
gelleire? Inconnu au regiment. Ge moet
heel zeker een scheut mis zijn, vriend.
't Is met meneer Swieskolleire, dat ge
de eer hebt te spreken. Hebt ge dien
zekeren meneer Spiegelleire zijn boom
stam al eventjes onderzocht? Tot ge
oom
noegen, meneer. Ge neemt uw hoed af,
zegt mijn vader en alles is vergeten en
vergeven. Daar ziet ge trouwens aan,
zegt hij, dat we nog heel wat kunnen
leeren van de duitschers, wat betreft
de vooruitgang in marche arrière.
Juist als met die wet op de goochelaars,
zegt hij en waarbij het aan die heeren
uitdrukkelijk verboden wordt met
eieren te schamoteeren en hun trucjes
in het openbaar te verklaren.
Daar heeft Hilter die menschen een
fameus ei gekookt, meent de Gaspijp.
In hun plaats zou ik zooiets ferm op
mijn affront nemen, bijaldien het laat
veronderstellen, dat zij totaal onbe
voegd zijn in de uitoefening van hun
beroep en de eieren in hun hoogen
hoed terecht komen onder een ge
klutst gedaante. Dat zeg ik, zegt hij,
en wanneer ze hun prestaties niet meer
in het publiek mogen bloot leggen,
dan is 't waarschijnlijk om de
wijsneuzerij van de toeschouwers niet te
prikkelen en ze niet aan te wakkeren
om achter de schermen te gaan snaren
hoe ze het daar lappen om een
volk van vierenzestig millioen acht
honderd vijfennegentig duizend drie
honderd en twee zielen onder den duim
te houden. Dat zeg ik, zegt hij en hij
zweeg.
't Was maar best ook, want mijn
moeder houdt niet van diplomatieke
verwikkelingen.
De 10 geboden voor den weggebruiker
Antwoorden op de prijsvraag;
E opgave der prijsvraag hield in,
het samenstellen van tien
geboden voor den weggebruiker.
De beste oplossing, volgens oordeel
der redactie, was die van Mej. S. B. in
de hoofdstad, die met veel begrip voor
de regels van het verkeer en de vele
zwakheden van den weggebruiker gees
tige berijmde geboden afkondigt.
De eerste prijs
i. Wegverbruikers, langzaam of snel,
Voor gij den weg overschrijdt,
Leert eerst de regels van het spel!
2. Vergeet echter bij die toepassing
niet,
Dat de wet de hoffelijkheid niet
verbiedt.
3. Bedenk, dat van den weg allén
het trottoir
Een verlengstuk kan zijn van huis
kamer of boudoir.
4. Loopt, trapt of zit niet aan een
wereldprobleem te bouwen,
Waar gij behoordet den weg in het
oog te houden,
5. Gebruikt den weg niet samen met
een glaasje, doch met thee,
Echter: gebruikt gij den weg niet,
neem er gerust twee.
6. Weert u niet tegen het ie gebod
van de Natuur,
Stapt tijdig in uw bed, en blijft niet
te lang aan 't stuur.
7. Tracht niet de acrobatiek van een
slagersjongen na te bootsen,
Daar men u dan spoedig het hospi
taal in zou loodsen.
8. Bedwing uw lust tot het overmatig
produceeren van geluid;
Onderdruk onnodig gebruik van
mechanische toeter of fluit.
9: Momenteel moet gij slechts nog
letten op den beganen grond,
Weest hierom blij en kijkt niet te
veel in 't rond.
10. Bedwing bij een eventueele buite
ling uw woede»
Ook u hebt schuld, weest voortaan
op uw hoede.
De tweede prijs
yv tweeden prijs won J. M. V. te
Amsterdam, die, weliswaar minder
poëtisch dan zijn voorganger, niettemin
eenige juiste, en bovenal grappige
regels weet te geven:
i. De weg is er eigenlijk allén voor
u! Immers, waar u het eerst
komt moet een ander wachten.
2. Voetgangers óók op den rijweg !
Maak er gerust een praatje.
3. Wacht nooit met oversteken ! Door
wachten ontstaan opstoppingen
en ongelukken.
4. Rijdt zoo snel mogelijk ! Snelheid
is cultuurbezit.
5. Rijdt bij voorkeur midden op den
weg, neem de bochten aan den
binnenkant! Zoo ontwijkt u het
makkelijkst berm en boomen.
6. Begeleidt fiets of motor met bel of
Vreemdelingenverkeer
E zijn er weer,
de Heeren ar
chitecten, nu
de raadhuisprijsvraag
Dinsdag ingeleverd
moest worden. De
laatste maand had ik
ze niet meer gezien, zoo hard moesten
de Heeren werken. En alcohol konden
ze niet meer verdragen, volkomen
ontwend.
En dan is het gevaarlijk, zooals je al
leert uit de leuze: bij verkeer geen
alcohol", wat ze wel hadden mogen
ophangen bij de opening van het
nieuwe verkeersbureau voor Amster
dam, in Gebouw Industria aan het
Rokin, waar ik ben wezen sherry
schenken en waar ook wethouder
Boekman was om het te openen, en die
Heer oud-journalist Mijksenaar, die
er de directeur van wordt, wat brengen
die journalisten het soms toch ver. Nu
wij het bureau hebben, moeten ook de
vreemdelingen komen om te verkeeren,
anders hebben wij nog niets. Toch
mogen wij niet klagen, vooral niet met
de Heeren Jamboreeërs, die door de
heele stad zwerven, en nog al eens
slaags geraakt zijn, naar ik gehoord
heb. Maar dat moet je voor den vrede
over hebben, waar of niet ?
Toch vraag je je wel eens af, wat
die Padvinders zullen denken van ons
land, waar de kellners op de Jamboree
zoo maar staken. Als ze nu thuis maar
niet vertellen, dat ons coalitiekabinet
een soort volksfrontregeering is met
den communistischen agitator Slote
maker en socialistisch-radicalen opruier
Van Dijk. Wat dat betreft, kan het
nieuwe Vreemdelingenverkeersbureau
nu een goed werk doen: het wegnemen
van allen twijfel dienaangaande. Want
dat beetje propaganda voor ordelijkheid
en Christelijke deugden van werkzaam
heid, lijdzaamheid en spaarzaam
heid m,ogen wij nu toch wel van
hebben!
En dat zei ik tegen den Keer
Mijksenaar bij de opening, maar hij zei:
Kist, leer jij eerst zelf die deugden
maar eens aan. Dit is een goede ge
legenheid".
En dat was het, want ik kreeg geen
cent verval van hem!
claxon ! Zoodoende bevordert u
de veiligheid met
hot-Jazz7. Rijdt bij regen flink door de plassen
of maak eens 'n slippertje ! Het
is een aangename af leiding voor
eenzame fietsers en voetgangers.
8. Parkeer uw wagen naast
vluchtheuvels of op straathoeken ! Het
bevordert het contact tusschen
de weggebruikers.
9. Waardeert den fietser! Hij waagt
steeds zijn leven.
10. Geeft voorrang aan de ziekenauto !
Het is uw toekomstige race
wagen.
De nieuwe opgave
Bedriegelijke leuzen
\YfIJ menschen zitten al sinds
W eeuwen opgescheept met een
onnoemelijk aantal leuzen, spreek
woorden en voor vast aangenomen
meeningen, zonder dat wij ons
eigenlijk ooit afgevraagd hebben,
óf en hoeveel waarheid die inhouden.
De nieuwere tijd heeft er vele aan
toegevoegd* Wanneer wij nu beter
gaan kijken, zien wij, dat het
overgroote deel dezer leuzen, spreekwoor
den, spreekwijzen e.d. niets dan
vooroordeelen, en zelfs pertinente
onwaarheden zijn. Een voorbeeld van
zulk een vooroordeel is b.v.: melk
is goed voor elk", of ook:,,Hollanders
zijn zindelijk".
Wij noodigen onzen lezers uit, een
staalkaart van 6 van dergelijke inge
roeste vooroordeelen, onware leuzen
en misleidende spreekwoorden samen
te stellen.
De redactie heeft het recht de
inzendingen te publiceeren. Op de
beslissing der redactie is geen beroep.
Inzending uiterlijk Vrijdag 3 Sept.
Verslag en prijstoekenning in het
nummer van Zaterdag n Sept.
l
^J -?.--, -r, n f ,. $?«*, ? : >*
**:-' ''??' '. *'*."? 'K 'i ?; ?':'-.'«