De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1937 25 december pagina 6

25 december 1937 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

'( Schilderkunst Film sec VAN DONGEN TE AMSTERDAM Albert Plasschaert '.S \ ZELFS als je te Parijs woont, zelfs als je Parijzenaar geworden bent, kom je wel eens in Amsterdam; zelfs als je een Parijsche mondaine schilder geworden bent en in de wereld die lastige reputatie moet ophouden, verzeil je nu en dan als per ongeluk? in Holland, misschien niet alleen om je vroeger werk te laten zien dat velen daar niet meer kennen, maar toch vooral, al wil je het zelf niet weten, om van je heele werk te vertoonen, die dingen, waarvan je vermoedt en hard nekkig vermoedt, dat ze toch, en zeker, goed zijn; dat de figuren een volume gekregen hebben, waar mee zij zich zelf in en door en voor de wereld uit drukken; dat ze jouw kleur, jouw leven hebben, dat ze afzonderlijk zijn en dat ze portretten zijn. Want het is wel entraineerend koel en hoogmoedig te doen, maar er is achter deze fa$ade toch meer noodig om stand te houden in al het gewring, telkens van korten duur, dat een mondain moment heet. Je weet wel, dat Holland Parijs niet is en dat de menschen er, als wezens, te dicht op makaar leven, veel te dicht er is geen ruimte genoeg voor de zwierige geesten, zooals jij er een geworden bent uit DeMshav:: ? i af Delfshaven, het is er vervelend, hekromnei,. - - jenwijs als oude-vrijsters zijn, het is ze!t<; ".?:?,. .' ; suf nu en dan en dondersch-altijd*en ' -eren je te stil en te onbenullig, een beetje te onupgewonden, als ze daar eenmaal aan toe zijn, ze zijn naief en ook wel wat fletsch en hun geestigheid een hun diepzinnigheid geeft een kruik jenever, kinderlijk een kruik jenever en dat staat den volgenden dag in de krant!, maar de Franschen zijn nog meer kinderlijk als ze vroolijk zijn geworden, alleen luchtiger en met minder dierbare emphase en ze schrijven die aanbiddelijke Franschen, ook wel vreemde dingen in hun kranten, ja, dat is allemaal waar, maar zelf ben je toch ook niet bloedeigen aan het Fransche, en wat je voor talent heb is toch eens, in alles, Hollandsch geweest en je bent nu waereldschilder maar langs een anderen weg dan de innige Vermeer en de woelende Rembrandt die gebleven zijn en ook Hollandsch bleven als verschijningen. Ze hadden het rustiger natuurlijk dan in Parijs, maar het is toch in zoo'n stad, waar alles is, vermoeiend bovenmate; je moet altijd, als je bent of wil zijn als van Dongen in een stad waar de geest overvloedig is, je overvloedig maar fel-beweeglijk, altijd in het touw zijn en altijd vooraan in de aandacht der anderen en ook te veel in die der snobs. Je moet altijd een hond de staart afsnijden, en dat hoort eigentlijk niet eens tot je vak; het is er buiten ! En dan J£ eigen meedoogenlooze vak. Portretschilder, als je een schilder bent, wat een besogne ! Je zit in je atelier, daar moeten ze beginnen, de dames en heeren, die komen al om na te denken hoe ongewoon het er is en misschien hoe duur 't zal zijn en ze komen binnen met de gezichten en je moet ze schilderen, je bent hun portrettist, hun prooi en hun bluf. Je moet iets vreemds van ze maken, anders vallen ze niet op en daarvoor komen ze, en ze hebben niet allen veel tijd; je moet een arabesk van ze maken, die hun ijdelheid omcirkelt en je eigen talent kan ver knoeien. Maar je bent wel een mondaine schilder, maar je zit ook in Parijs, je hebt er geen last van dominees, die je een naakt misgunnen en er zijn ook leelijkerds in Parijs, leelijk aan den buitenkant, Kunsttentoonstellingen van deze week Amsterdom Kunsthandel Frans Buffa en Zonen, Kalverstraat 39. Tentoonstelling van werken van Frits Klein (tot 9 Januari). Kunstzaal van Lier, Rokin 126. Tentoonstel ling van schilderijen en teekeningen van Karin en Ernst Leyden (tot 6 Jan.). Fa. J. S. Fetter & Co., Weteringschans 79. Eeretentoonstelling van nagelaten werken van L. W. R. Wenckebach (tot i Januari a.s.). Stedelijk Museum, Paulus Potterstraat 3. Ten toonstelling van werken van Kees van Dongen. Kunsthandel Aalderink, Spiegelgracht 15. Ten toonstelling van Schilderijen en teekeningen van H. IJkelenstam en plastieken van Hans Reicher (tot 31 December). ' Rotterdam Kunsthandel P. de Boer, Heerengracht 474, Amsterdam. Kersttentoonstelling in den Rotterdamschen Kunstkring in de Witte de Withstraat, Rotterdam (tot 10 Januari). PAG. 10 DE GROENE No. 3160 maar die iets verwonderlijks hebben, al zijn ze ook in de mode nu en dan; al hebben ze schijnbaar ongewone, maar feitelijk banale ondeugden. En met al deze noodzakelijke nietsnutters zit je opgeschept en met de enkele goeden en daartusschen moetje een reuzen zwaai zwaaien anders zien ze je niet in de ronde draaien en dan heb je de roem nog van een vrouwenschilder te zijn en maker van die kostbare aangename, soms verderfelijke vrouwmenschjes, die met de mode varieeren van wezen en soms de mode vooruit moeten zijn en onzen droom van een strakke ijle spanning moeten verbeelden en jij moet ze schilderen niet in hun eeuwige wezentlijkheid als verschijnsel en je moet ze toch tot een won der soms maken, omdat we nu eenmaal van alles een wonder verwachten, een schijnbaar edel, on vruchtbaar wonder.... dat alle je kleur en je arabesk tot een wonder wel eens kan maken. En dat voor een jongen, een uit Delfshaven. Het is ijlberoemd zijn en ijl zitten in een te versierden kooi... En wat schilder je dan als het nu eenmaal mode is ? Wat lukt er, als het eenmaal moet lukken en je onderwijl weet ik ben een Parijzenaar en toch daardoor een zware Hollander, zelden ragfijn en scherp-zeker als mijn aangenomen vaderland Frankrijk, waar het goed is te wonen en moeilijk den aard te overtreffen. En wat schilderen we dan? Soms geven we een lichaam volumen en we schil deren Ratpoport, alles behalve fraai maar levend in zijn slordigheid, toch menschelijk. We schilderen de princes voor alles, de dichteres en Anatole France die zijn fijnheid een vastheid wou geven aan het eind van zijn leven andere opgaven dan die van het begin van ons leven, toen wij 't volk teekenden en schilderen en anders dan de pointillés van ons begin, stadsgezichten en we schilderen, vrouwen bijna zonder lichamelijken inhoud, fraaie kapstok ken van zeer fraaie kleedij, we schilderden negers, beesten, soort honden. We waren een mondaine schilder, die soms zijn talent tegenover zichzelf had te verdedigen; soms dat verdedigden in een ironie, die niets zoetsappigs had; dat was gezondheid bij ons.. .. Natuurlijk werkten we, in Parijs werkt iedereen zelfs aan de fraaiste ijdeltuiterijen, met bittere ernst. Zoo zijn we voortgegaan en gaan we door, wel eens met teederheid. Het is een besogne schilderen, die niet van gisteren is, en waar we tot aan overmorgen zullen doorgaan, doorgaan.... Het werk is gekozen en moet worden gedaan, we zullen het doen.... al geeft het ons wel eens een leeg gevoel.... Het rreuwe houwen Jief o-vet EEN BRIEF MN DE GROENE wet IN Holland terug, tussen mijn werk door, zou ik graag rustiger schrijven, maar de aard van mijn tegenwoordig filmwerk jaagt mij al weer op.. De opeenvolging van de gebeurtenissen in de verschil-j lende landen is sneller en brutaler dan enkele jarer geleden men wacht niet op de camera. Bij het maken van mijn volgende film in China] zal ik weer een soort ,,logboek" bijhouden (goedel voornemens), zoals ik ook bij de Borinage" deed. In Spanje deed ik dat helaas niet het had mij» kunnen helpen bij dit artikel. Immers, bij de docu mentaire film is het noodzakelijk, dat de camera* zich als het ware in de op te nemen gebeurtenissen en acties in-schakelt. Als wij, Hemingway, Fernhout en ik, voor onze film De Spaansche Aarde" enkele malen in de eerste frontlijn met de regerings- i troepen meegingen mee met de aanval werd ! de camera deel van de actie. Zij gaat mee naar voren als een noodzakelijk en duchtig wapen, naast' een mitrailleur, naast een seinerspatrouille. Je voelt dan, dat je filmwerk even belangrijk is als de terreinschets van de verkenners in de eerste linie De duizenden vierkante meters wit doek duiken , voor je op, duizenden mensen wachten in de donkere i zalen ook op onze terreinschets. !? Het publiek zond ons naar hier. Wij zijn verant-f woordelijk hier is geen plaats voor eigen regie, hier regisseert het leven en de dood, hier regisseeren de strijders zelf en wij zijn blij als wij na dagen hard . werken voor vol aangezien worden: medestrijders. * Het beschamend gevoel verdwijnt van films te ma ken op kosten van hun moed, hun heroïsch vechten. Het filmapparaat krijgt als het ware een trekker en een loop. ^ DUS de terreinschets: Het publiek heeft ons uit gezonden, muloenen moeten de terreinschets ' zien, hoe en waar de vijand ligt, hoe onze eigen positie is. Men wil zien hoe deze schets klopt met de eigen werkelijkheid, als men morgen niet meer in de bioscoopzaal zit. De vijand zft in Spanje en de vijand zit, in alle hemdkleuren, in de verschillende landen. Dit bepaalde onze positie in Spanje. Hier staan aan de kant van de regering de schrijvers, die na de vorige wereldoorlog (de tegenwoordige is feitelijk al begonnen) niet alleen terreinschetsen maakten, maar de belangrijkste werken schreven over die j oorlog, die zij haatten: Ernest Hemingway met i ,,Farewell to arms" en Ludwig Renn met Krieg". Ik herinner mij hoe Fernhout en ik met hen en. tJiaadftuis T~\E eerste resultaten van de i J prijsvraag voor het nieuwe ^?* Amsterdamsche Raadhuis zijn deze week bekend gemaakt. Dit resultaat is in vele opzichten verheugend, en alle organen die voor hei uitschrijven van deze prijs vraag geijverd hebben (waartoe zeker De Groene behoort; wij her inneren slechts aan de gehouden enquête onder vooraanstaande ar chitecten) zien hun moeite beloond. Een van de voornaamste argumen tegen het uitschrijven van een openbare prijsvraag was de moge lijkheid van een mislukking, door dat de jury niet tot een, allen bevredigenden uitspraak zou kunnen komen. Dat deze eerste etappe geslaagd is en ook zonder de plannen te kennen, kunnen we dit constateeren (de namen der ontwer pers der bekroonde inzendingen zeggen voldoende) '?, stemt hoopvol voor de toekomst. De jury is thans in gelegenheid het programma te herzien, de ingezonden 245 ont werpen zijn hiertoe de rijke stof. wenschen de jury toe dat zij bij deze belangrijke zijde van haar taak even succesvol mogen zijn als haar eersten uit spraak. Want dit is juist het belangrijke voordeel voor deze procedure. De architecten die inzonden, deden bij voorbaat, echter uit sluitend ten behoeve van de jury, afstand van hun auteursrechtenDe jury heeft dus het recht, ja tegenover de inzenders zelfs den plicht, om na te gaan, of de niet bekroonde ontwerpen ideeën bevat ten, die in het nieuwe programma, dat aan de vier uit te noodigen ar chitecten-combinaties wordt ver strekt, verwerkt moeten worden opdat de arbeid van alle inzenders bevruchtend werkt voor de thans te houden besloten tweede prijsvraag. Tot deze besloten prijsvraag worden thans uitgenoodigd de in zenders van de volgende vier plannen: Motto 13659. Ir. H. T. Zwiers, Haarlem. Motto Meron. Marius Duintjer en Auke Komter, Amsterdam. Motto Anangkè. I. F. Staal en Arthur Staal, Amsterdam. Motto Belfort. J. F. Berghoef, Aalsmeer, Ir. J. J. M. Vegter, Leeuwarden. Het jury-rapport is uit den aard der zaak nog niet gepubliceerd, terwijl evenmin bekend is hoe men de nog beschikbare premies denkt te besteden. ' ? | Dit zijn echter voor het oogenblik\ nog geen zaken van direct belang, het voornaamste 'is, dat deze eerste etappe positief resultaat heeft opge leverd. Voor de ontwikkeling van de> Nederlandsche architectuur is dez>\ uitspraak van het grootste belangHet feit, dat twee van de ' »1 ontwerpen van architecten van heb nieuwe bouwen zijn, n.l. de arc/ntecten Duintjer en Komter; ent| A. Staal die te samen mét zijn vader J. F. Staal een plan maakte, is een mooi succes voor het nieuwe -. bouwen in het algemeen n voor de'* ontwerpers in het bijzonder. \ We willen allen van harte gelukwenschen, de jury inbegrepen, want we zijn op den goeden weg om het raadhuis te doen groeien tok een bouwwerk dat representaties zal zijn voor de hedendaagsche* Nederlandsche architectuur, en alle architecten hebben daarbij naar hun vermogen medegewerkt! B. MERKELBACH! arch '/t enige aanvoerders van het republikeinse leger aan de rand van de vallei van Guadalajara stonden, na de slag waarin voor het eerst de Italiaanse bataljons verslagen werden. (Barbusse, de schrijver van ,,Le feu" zou bij ons gestaan hebben, als hij niet te vroeg gestorven was, hij die ons onvermoeid waar schuwde voor de oorlogszucht van de fascistische landen). De wereldveldslag is weer begonnen, en toch, en met volle inzet van leven en werk staan Hemingway en Renn er in aan de kant van de jonge Spaanse republiek. Na rijp beraad en in de volheid van hun werk en leven. (Hoort dit allemaal thuis in een film-logboek?). WIJ filmden niet alleen aan het front. Ook in de steden en in de dorpen. De eerste doode die wij zagen was op de tweede dag, na een inslag van een granaat op de hoek voor ons hotel te Madrid. Het is n van de bijproducten van de totale oorlog, zoals de fascisten die voeren, een oorlog tegen het volk, inplaats van een oorlog tussen legers. Het volk wapent zich tegen de fascis tische aanval in een volksleger en als de fascistische aanval daarop stuit, beuken zij in wilde wraak op de burgerbevolking.Wij filmden dat. Het is belangrijk dat te filmen. De mensen in- en achter de gevechts linie, hun hou.ding, hun daden, hun gezichten. Men can notact bef ore the camera in the presence of death" zegt Hemingway ergens in de film en hij eindigt The men who never fought bef ore, who were not trained in arms, who only wanted work and food, fight on". Voor elk van ons kan dat reali teit zijn in de toekomst. Elk van ons moet het Spaan se volk helpen in zijn strijd daarvoor is ook de film. KOMENDE geslachten zullen veel te vragen heb ben aan ons, aan onafhankelijke filmmakers in alle landen: waar waren jullie in 1937, in 1938 geen laatste oordeel over ons, maar een eerste, het eerste van een nieuw geslacht, dat geen oorlog kent. ALS ik deze brief nu nog eens snel doorlees voor ik hem post op weg naar New York (Southampton) is het wel wat onbehouwen, niet uitgewerkt. De kranten bestrijken van mijn soort werk meestal alleen het direct actuele, of de anecdote. Soms is het goed ook eens iets anders over dit werk te schrijven, al is het maar vluchtig. BOULE VARD-FILM Quelleclröle de gossc'% De Uitkijk, Amsterdam LEO Joannon maakte naar een scénario van Yves Mirande een komische film met veel temperament". Ondanks Albert Préjean en Danielle Darrieux, be kenden uit meer dan n goede Franse film, is dit geen film ge worden van de klasse welke de Franse productie tegenwoordig mede op de. eerste plaats stelt. Het blijf t wat bij het tooneel me ,,boulevard" zou worden aangeduid, lichte kost, die als dékwaliteit in zijn soort goed is, amusement zonder preten tie insluit. Waar het boulevardtoneel al thans in de Franse zin hier ont breekt, kan een film als deze Drdle de gosse" daarvoor enigermate com pensatie geven; in elk geval, voor de liefhebbers van het genre, een genoegelijke avond. Een voorafgaande reportage" van Alexander Alexander: Les mains de Paris", welke ons de handen van verschillende bekende Parijse kunstenaars in hun werk toont, zou belangrijk kunnen zijn, als deze inderdaad zijn film-vorm had gevonden. Bij Alexander -is het hele geval helaas in de franje van tekst en bijwerk" ondergegaan. D. C. v. d. P. DE SPAANSCHE AARDE Uit: joris lvens' Spoonsche Aarde' D E Spaanse aarde is droog en hard en de gezichten van de mannen die deze aarde be werken zijn hard en droog van de zon." Met deze woorden leidt Ernest Hemingway de film in, welke Joris Ivens in samenwerking met deze Amerikaanse schrijver (tekst en commentaar) en John Fernhout aan de camera maakte van de strijd van het democratische Spanje tegen de fascis tische rebellen en hun buitenlandse helpers. De eerste beelden tonen ons het Spaanse land en het Spaanse volk. De mannen werkend op het land, dat. nu een half feodaal en daarbij nog van deze aarde vervreemd grootgrondbezit geen beletsel meer vormt 'voor irrigatie, voedsel zal leveren voor allen en voor de verdedigers van Madrid. Want het volk weet dat het van de verdediging en overwinning van de Spaanse democratie zal afhangen, of dit land in de toekomst vruchten zal dragen voor hen die het bewerken of voor enkele bezitters, die verweg in de stad, of misschien zelfs in het buitenland, leven. Zo is het slootje voor de irrigatie evenzeer een ele ment van de strijd en van de verdediging als de loopgraaf en zo zijn het graan en de tomaten en de wijn even belang rijk als de wapens en de ammunitie. Het land en de verdediging van het land zijn ook de twee elemen ten, waaruit deze film is opgebouwd. De verdediging concentreert zich op deze film op twee punten: de weg Valencia-Madrid, welke voor de voedselvoorziening van over wegend belang is, en. de hoofdstad als welhaast het sterkste symbool van het ,,no pasaran". Daar tussen staat ook in het rythme van de film de vereniging van de krachten van het republikeins-democratische Spanje en het is merk waardig hoe in dit deel de meeting met de voormannen van het nieuwe Spanje, waarvan de meesten direct uit het volk zijn voortgekomen, is geworden tot n van de dra matische hoogtepunten van de film. La Passionaria spreekt en haar stem bereikt door de luidspreker van het leger tot op twee K.M. afstand de vijandelijke loopgraven. Ten slotte toont de film ons een aanval op de brug in de weg Valencia-Madrid, waarbij Ivens en Fernhout met de camera als het ware direct aan de actie deelnemen. Een actie, welke voor de toeschouwer weinig uiterlijke sen satie biedt, maar door Himengway sober-dramatisch is vertolkt als: de langzame, uiterlijk on-dramatische beweging voorwaarts, verspreid in colonnes van zes, waar bij ieder weet, dat hij alleen met vijf anderen is en vóór hen het grote onbekende. Dit is het ogen blik, waartoe al het overige in de oorlog slechts voorbereiding is. Het ogenblik, waarop mannen voorwaarts trekken, de dood tegemoet, om door hun aanwezigheid te bewijzen, ,,deze grond is van ons". Van zes mannen bleven er vijf, dan vier, drie. Maar deze drie hielden stand en be hielden het terrein, samen met alle anderen vieren, drieën en tweeën". De weg> is vrij. Het water stroomt door de voor om het land te be vruchten en voedsel te geven voor de verdediging. WIE van deze film sensatie van het slagveld of felle propaganda verwacht, komt bedrogen uit. Ivens heeft echter mér gegeven. In de eerste plaats niet slechts de uiterlijke ver schijnselen en verschrikkingen van de strijd, maar ook iets van de achtergrond en ondergrond van het uiterlijke gebeuren. Zoo zien wij hier telkens elementen van het streven naar wat Ivens noemt de dramatische documentaire", d.w.z. documentair inzoverre als de film de werkelijkheid en niets dan de werkelijkheid weergeeft, dramatisch inzoverre mér dan de toevallige werkelijkheid wordt gegeven. M.a.w.: de losse beelden van de werkelijk heid dramatisch samengevat tot een geheel, dat in zijn samenhang een scherper beeld van deze werke lijkheid geeft en er dieper in doordringt. De ,,Spaanse Aarde" mag zeker niet worden ge zien als een oplossing van deze opgave. In verband met de gegeven beperkingen eerder als een voor zich zelf sprekende poging in deze richting, welke overigens voor Ivens niet nieuw is. Met de film welke hij nu, wederom in nauwe sa menwerking met Fernhout en later ook met He mingway en wederom in opdracht van de Ameri kaanse Contemporary Historians Inc." in China gaat maken hoopt hij een stap verder in deze richting te kunnen doen. D. C. VAN DER POEL | : : : r : j : i : : N.V, KUNSTHANDEL P. DE BOER HEERENGRACHT 474 AMSTERDAM 17 December?10 Januari KERSTTENTOONSTELLING IN DE ROTTÊRDAMSCHE KUNSTKRING WITTE DE WITHSTRAAT ROTTERDAM j : : 2 ? Scène uit Que//e drêle de gosse" (Uitkijk, Amsterdam) PAG. II DE GROENE No. 3160 . f \ J l

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl