Historisch Archief 1877-1940
De Franschen in het Stedelijk Museum
Albert Plasschaert
HET is niet zonder nieuwsgierigheid, dat ik
deze tentoonstelling in het Stedelijk Museum
te Amsterdam afwacht. De nieuwe direc
teur komt voor het voetlicht en wij zullen kunnen
zien, weten, wat wij van hem te wachten hebben.
Zijn keuze toch zal dat uitmaken. Wij hopen ten
eerste, dat hij zorg zal dragen duidelijk te maken,
wie hij ten toon stelt en dat hij niet van te velen te
veel zal laten zien aan hen, wier dagelijksch vak
het niet is, schilderijen te bezien; door een te veel
verwarring te kweeken in plaats van hen wegwijs
te maken. Wij verwachten dus eerder genoeg schil
derijen telkens van een belangrijken schilder, dan
enkele van zeer veel schilders. Het tweede, dat wij
zullen weten (de hoeveelheid waaruit de directeur
kan kiezen is groot genoeg), zal zijn of hij voor
schilderijen zelf gevoelig is, of dat hij alleen ge
leerdheid bezit, verkregen uit vele boeken en col
leges. Wij hebben liever een museumdirecteur, die
gevoelig is voor schilderkunst dan voor data; Am
sterdam zal daar ook beter en meer baat bij vinden.
HET zal anderzins een moeilijke tentoonstelling
wezen voor de nieuwe directie. DeFransche
kunst, die wij nu zullen zien is in Holland geen
onbekende. Integendeel! Zij heeft een zeer grooten
invloed gehad in ons land; en zij is, nog dichtbij,
toch reeds lang genoeg geleden, dan dat er niet een
aantal liefhebbers zouden zijn, die niet op de hoogte
zouden blijken van haar grootheid, van haar
levenskracht, van haar verspreiding, desnoods van
haar rijkdom en van haar tekortkomingen. De
Fransche kunst, die wij hier zullen zien, is niet
klakkeloos aan ons land voorbijgegaan; wij hebben
met behoud van onze eigen natuur, het noodige van
haar geleerd. Deze tentoonstelling kan dus een
feest zijn voor onze herinnering; prophetisch zal
ze vermoedelijk niet werken, niet ingesteld zijn.
Het lijkt mij ook onmogelijk, dat zij eentonig
werd. Wanneer wij weten, wat er in den tijd, in de
periodes, die zij zal omvatten, gebeurd is, welke
verscheidenheid zij bezitten kan, dan zou het een
groote tekortkoming wezen als zij geen variatie
bezat. Eentonigheid is misschien niet te vermijden
op ledententoonstellingen; deze eentonigheid, die
bestaat, is tenslotte de dood ervan; hier hebben wij
iets anders, dat hopen wij, de beste uit verschil
lende perioden zijn hier en de beste werken voor
zoover mogelijk en van Franschen! wien het van
nature eigen is, maat te houden, het nieuwe niet te
overdrijven, niet verrassingen van korten duur te
willen wekken, noodzakelijkheden uit hun wezen niet
te mijden; het bizarre om het bizarre niet te zoeken.
Wij zullen hier ook werken kunnen zien uit ver
schillende persoonlijkheden, maar weinig werk
verwacht ik, waar theorieën voorafgingen aan het
verwerkelijken, waar de geest dus vooraf gedwongen
werd een houding aan te nemen, die niet nood
zakelijk was, onvermijdbaar. Ik geloof, dat wij in
ons laatste tijdvak genoeg van dat euvel hebben
genoten om het niet een tijd lang te kunnen missen;
dat wij te veel gapingen gezien hebben tusschen
de ontroering en -de voltooiing om niet een tijd
natuurlijker te leven en als vervanger van dien
moedwil het ambacht, het realistisch ambacht op
te vatten, dat niet de groote werken schept, maar
de kleinere werken degelijkheid ten minste mee
geeft genieën kunnen eigen middelen hebben en
daardoor vernieuwen; kleinere begaafdheden past
Jvunstnanael
i3antee .L,anoweer
Beeldhouwwerk en teekeningen van
Jane Poupelet-f; Gouaches en aquarellen
van Parijsche Schilders van 4 tot 28 Juli
Entree 25 cent
Keizersgracht 463
(Leidschestraat) AMSTERDAM
Boven :
C/oude Monet: Borques de
Pêche"
Hiernaast:
Daumier : Amateurs de
peinture"
(Tentoonstelling Fransche
Kunst, Stedelijk Museum,
Amsterdam)
een groot respect voor het ambacht (zie onze
zeventiende eeuw !)
Wij bedoelen met dit alles ook niet, dat de keuze
bij voorkeur benauwd zij of braaf.
Braafheid past bij een proponent, deugd van
schilderen bij een schilder.
WIJ hopen dus, nog eens, hier een ruime
keuze van die deugd te vinden.
De mogelijkheid is er, laat de keuze dat bewijzen
en nu en dan op verrassende wijs. Belangrijke
schilders kunnen op belangrijke wijze iets onver
wachts geven bij het hun gewone. Corot kan dat
niet alleen toch. Waarom zou ook een ander niet
kunnen ? Er moet daar niet moedwillig naar gezocht
worden, het moet verrassend gevonden worden.
Het vinden zal een bewijs voor de directie zijn.
Ook wie ze opzocht en vond, wat van Daumier,
wat van Monet, wat van Degas, wat van Cézanne,
wat van Puvis, wat van Courbet, wat van Lautrec
iets van Ingres, van verschillende meesters? Dat
kan in Frankrijk altijd. Alles buiten de mode ge
worden, reeds in de eeuwigheid ....
Dit zijn eenige wenschen voor deze tentoonstelling,
die komt, en er is, als ge dit leest. Over de tentoon
stelling zelf een volgend maal.
PAG. II DE GROENE No. 3187