Historisch Archief 1877-1940
KANTTEEKETVINGEÏV
Het Spaansche drama
IN de afgeloopen maand is tot driemaal toe een
communiquéverschenen, meldende dat inde
niet-inmengings-commissie volledige overeen
stemming was bereikt inzake het terugtrekken
der buitenlandsche vrijwilligers" uit Spanje.
Dinsdag j.I. werd gezegde overeenstemming voor
de vierde maal geconstateerd. Het plan der Britsche
regeering is nu geaccepteerd; Engeland, Frankrijk,
Duitschland en Italiëhebben elk
twaalf-en-een-halfduizend pond sterling gestort; de tellers kunnen op
reis gaan; wellicht zal inderdaad een contingent
vrijwilligers het land verlaten het materiaal
echter blijft. Het zal zelfs naar alle waarschijnlijk
heid op grooter schaal den strijdende partijen
toevloeien, temeer omdat zij, wanneer van die zijde,
die de minste vrijwilligers telt, de eerste tienduizend
geëvacueerd zijn, beperkte oorlogsrechten krijgen.
De beteekenis der nu bereikte overeenstemming
ligt vooral in het feit dat zij de spanning over het
al of niet van-kracht-worden der
Engelsch-Italiaansche overeenkomst gedeeltelijk opheft. Het is geens
zins uitgesloten, dat deze overeenkomst geratificeerd
wordt, nog voor de laatste Italiaansche vrijwilliger"
Spanje verlaten heeft. De Italiaansche regeering
schijnt van haar kant een teeken gegeven te hebben
van haar goeden wil", door er voor te zorgen dat
de luchtaanvallen op Britsche schepen voorloopig
achterwege blijven. Hoe lang deze goede -wil"
stand houdt, dient men af te wachten. Met verdub
belde macht hebben Franco's vliegtuigen in de
afgeloopen week kleine Spaansche steden gebom
bardeerd. Tegen deze overmacht is de regeering te
Barcelona niet opgewassen. Haar troepen moeten
ook bij Valencia langzamerhand terugtrekken. De
belangrijke verdedigingsstellingen aan de Rio
Mijares zijn reeds prijsgegeven. Het naaste doel
van Franco's troepen is thans Sagunto. Gaat deze
plaats verloren, dan ziet het er voor het nabij
gelegen Valencia donker uit. L'histoire se répète":.
in den Tweeden Punischen Oorlog lieten de Romei
nen hun haven Saguntum door Hannibal ver
overen, zonder dat de Romeinsche Senaat iets beter
wist te doen dan over de situatie te delibereeren.
Nu delibereert men te Londen en Parijs en de
democratie slikt straks haar zooveelste nederlaag.
Deliberante senatu, Saguntum periit"....
Duitschland en Engeland
TOEN Duitschland Oostenrijk annexeerde, heeft
het terstond verklaard, de financieele verplich
tingen van het land niet te erkennen. Engeland,
dat onder andere door middel van
Volkenbondsleeningen groote bedragen in Oostenrijk had uit
staan, heeft het er niet bij gelaten, te minder, omdat
de Engelsche' regeering zich, wat de in 1933 aan
Oostenrijk gegeven internationale leening" betrof,
waarvan vier-en-een-half-millioen pond in Engeland
was geplaatst tegenover de obligatiehouders
verplicht had tot uitbetaling van rente en aflossing.
Op i Juli j.I. zijn de halfjaarlijksche coupons ver
vallen en de Engelsche regeering mocht 10 pCt.
bijpassen. Berlijn is daarom van meet-af-aan onder
druk gezet. Er werd gedreigd met het invoeren van
een clearing, hetgeen voor Duitschland groote
moeilijkheden met zich mee zou brengen, omdat de
handelsbeweging van Duitschland aan Engeland
grooter is dan omgekeerd. De beide regeeringen
hebben een overeenstemming bereikt. De Engelsche
regeering krijgt om te beginnen het bedrag terug
dat zij den Engelschen obligatiehouders der inter
nationale leening" heeft moeten uitbetalen. Echter
ook inzake andere leeningen is een regeling getrof
fen. Van de Dawes- en Young-leeningen is de rente
verlaagd, maar daar deze nu voor de helft in con
tanten zal worden uitbetaald inplaats van in vrijwel
waardelooze Duitsche obligaties, heeft de beurs zeer
gunstig op de verlaging gereageerd. De beide
genoemde leeningen stegen in n dag van 5 f tot
resp. 57 en 44. Ook het handelsverkeer tusschen
Duitschland en Engeland zal gestimuleerd worden.
De Duitsche Rijksbank zal van de opbrengst van den
Duitschen export naar Engeland elk kwartaal
vieren-een-half-millioen pond beschikbaar stellen voor
den aankoop van Britsche goederen, zoodat het
Engelsch nadeelig saldo bij den handel met Duitsch
land verkleind wordt. Men meene overigens niet,
dat op financieel- en handelsgebied alles paus en
vree is tusschen de twee genoemde landen. Integen
deel. Reeds eenige weken lang heeft Engeland in
samenwerking met Frankrijk een grootsch econo
misch offensief op den Balkan geopend. De eerste
aan Duitschland toegebrachte slag was de Engelsche
leening aan Turkije zes millioen pond , van
welk bedrag Turkije een groot gedeelte zal besteden
voor den aankoop van Britsche wapenen. In de af
geloopen week is er zelfs een Engelsche ministerieele
commissie gevormd voor onderzoek naar de gelegen
heid tot het verleenen van economischen en
financiëelen steun aan de Balkanstaten. In deze com
missie zijn de departementen van financiën, koop
handel en buitenlandsche zaken vertegenwoordigd.
Frankrijk en Turkije
HEEFT Engeland aldus de financieele, Frankrijk
heeft de politieke banden met Turkije nauwer
aangehaald. Georges Bonnet is er in geslaagd, een
verdrag te sluiten met de regeering van Kemal
Attatürk, waarbij de status quo in de
Middellandsche Zee wordt erkend. De prijs, die Frankrijk
voor dit verdrag heeft moeten betalen, is niet gering.
De quaestie van de sandsjak Alexandrette is n.l.
geregeld in een voor Turkije gunstigen zin. Dit
district, gelegen in het Noorden van het Fransche
mandaatsgebied Syrië, wordt, behalve door enkele
Koerden, Armeniërs en Tsjerkessen, bewoond
door Turken en Arabieren (beide ongeveer twee
vijfde). Vorig jaar heeft Turkije geëischt dat
Alexandrette een zelfstandig gebied zou worden.
Na eindeloos geharrewar is de Volkenbond gezwicht.
Dit jaar zouden er voorbereidingen worden gehou
den voor het parlement van Alexandrette. Den
Turken was de absolute meerderheid van te voren
gegarandeerd: zij zouden 22 van de 40 zetels
krijgen. Een Volkenbondscommissie was reeds met
de regeling der verkiezingen bezig nu kan zij
haar koffers pakken: de verkiezingen gaan niet
door. Turksche troepen zijn volgens de bepalingen
van het met Frankrijk gesloten verdrag het gebied
binnengerukt om het samen met de Fransche te
bezetten. De Turken jubelen en de Arabieren, die
volgens Dr. L. J. J. Caron deze vertoefde vorig
jaar namens den Volkenbond in de sandsjak
Alexandrette ongeveer twee derde van het
bodemkapitaal bezitten, jammeren, niet ten onrech
te, dat Frankrijk zich politiek schadeloos heeft
gesteld op kosten van de Arabische bevolking.
Toen het accoord nog slechts in de lucht hing,
is er te Damascus reeds gevochten tusschen de
Fransche politie en de Arabische nationalisten.
De toestand zal er nu niet beter op worden. Het
Fransch-Turksche verdrag biedt, wat Alexandrette
betreft, nog dit interessant aspect dat deze beide
landen eigenmachtig en rechtstreeks beslist hebben
over een mandaatsgebied, dat eo ipso onder de
jurisdictie van den Volkenbond valt. Parijs negeert
Genève. De tijden zijn wél veranderd !
De bewapeningswedloop
EINDELIJK ! Reeds waren wij bevreesd dat de
bewapeningswedloop ter zee op ongelimiteer
de schaal zou voortgaan nu heeft tot onze
geruststelling de Engelsche minister van Marine
medegedeeld, dat Engeland, Frankrijk en de
Vereenigde Staten besloten hebben, geen pantserschepen
te bouwen die de vijf-en-veertig-duizend ton te
boven gaan. Engeland had de grens op veertig
duizend ton willen stellen, maar Amerika bouwt de
slagschepen graag zoo groot mogelijk opdat zij in
staat zijn, op de ontzaglijke afstanden in den
Stillen Oceaan te opereeren. De Japansche regeering
heeft trouwens reeds besloten, enkele slagschepen
van vijf-en-veertig-duizend ton op stapel te zetten.
Inmiddels heeft Kalinin, voorzitter van het bureau
van den Oppersten Raad der Sowjet-Unie, te
Leningrad een redevoering gehouden, waarin hij
verklaarde dat de Russische regeering van plan was,
zoo spoedig mogelijk een vloot te bouwen, die zelfs
de Engelsche quantitatief en qualitatief overtrof.
Memoreeren wij tenslotte, dat het bouwen van n
slagschip van vijf-en-veertig-duizend ton meer
kost dan in Nederland jaarlijks voor de geheele
defensie wordt uitgegeven....
De oorlog in China
DONDERDAG 1.1. was het een jaar geleden
dat de vijandelijkheden tusschen China en
Japan zijn begonnen. Zij zijn sindsdien uitgedijd tot
het grootste conflict sinds den wereldoorlog. Het
einde is niet in zicht. Hoe groot het materieel
overwicht der Japanners ook is, de uitgestrektheid
van China staat een algeheele verovering voorloopig
in den weg. In de afgeloopen week hebben de
Japanners, als om den jaardag voor te bereiden,
Swatou aan de Zuidkust gebombardeerd. De
schattingen omtrent het aanta\ slachtoffers varieeren
van honderd-twintig tot tweeduizend. Op den dag
dat de burgerbevolking werd afgeslacht, verklaarde
de Japansche minister van buitenlandsche zaken
aan den apostolischen gedelegeerde te Tokio, die
namens het Vaticaan verzocht had, onnutte slach
tingen te vermijden, dat Japan alles in het werk
zou stellen om de ongedeerdheid der
non-combattante burgerbevolking te verzekeren.... Op strate
gisch gebied is er weinig nieuws gebeurd. De
opmarsch naar Hankou gaat gestadig verder. Nog
maar ruim tweehonderd kilometer scheiden de
Japansche troepen van Tsjang-Kai-Tsjek's hoofd
stad, welker verovering nog wel eenigen tijd op zich
zal laten wachten. Inmiddels is de spanning tusschen
Japan en Frankrijk weer ietwat toegenomen.
Gelijk bekend, had de Fransche regeering in de
vorige week te Tokio geprotesteerd tegen een
mogelijke bezetting van het voor de kust van
Fransch Indo-China gelegen Chineesche eiland
Hainan. De Japansche pers beschuldigde daarop
op opgewonden toon Frankrijk van rechtstreeksche
inmenging, o. a. door wapentransporten van
Annam uit. Reden, waarom de Fransche gezant te
Tokio haastig verzekerde, dat het spontaan door
Frankrijk ingestelde embargo" strikt werd nage
leefd. De Fransche regeering, die gaarne de kust
van haar kolonie wil dekken, ging echter over tot
de bezetting van de kleine Paracelsus-eilanden, die
aldus Japan gebruikt zullen worden voor het
vastleggen van vlieghavens. De Japansche regeering
heeft dan ook reeds gedreigd, desnoods op de
genoemde eilanden troepen aan wal te zetten, ten
einde de buitenlandsche soldaten te ontwapenen.
Zoo ver is het nog niet. Komt het wel zoo ver, dan
achten wij het zeer onwaarschijnlijk, dat hieruit
een uitbreiding van het conflict zou ontstaan. Zonder
de hulp der Vereenigde Staten is een oorlog tegen
Japan onmogelijk. De vloot der Vereenigde Staten
houdt haar zomer-oefeningen in den Atlantischen
Oceaan. Men heeft dit uitgelegd als een
Amerikaansche dreiging tegen de Europeesche dictatoren.
Het moge waar zijn. Even waar is echter, dat
Japan er een bewijs in mag zien voor het feit dat
de regeering der Vereenigde Staten voorshands niet
van zins is, zich tegen de verovering van China
te verzetten. Hetgeen wél zoo belangrijk is.
Tsjechoslowaaksche perikelen
HET was verleden week de eerste keer in twee
maanden tijd, dat wij bij ons weekoverzicht
Tsjecho-Slowakije konden overslaan. De berichten
uit de afgeloopen acht dagen maken het noodzake
lijk weer de aandacht op de nog steeds onopgeloste
minderheden-quaestie te vestigen. Gelijk uit de ge
beurtenissen vóór en na de gemeenteraadsverkie
zingen bleek, hebben de Fransche en Engelsche
regeering er te Praag op aangedrongen dat men
vergaande concessies zou doen aan de autonomisten
van diverse pluimage: Duitschers, Polen, Hongaren
en Slowaken. Bij dezen hebben zich nu de Roethenen
gevoegd, die autonomie eischten, gelijkstelling van
de Russische taal en bouw van een Russisch zend
station. Nog in het afgeloopen weekend hebben de
Britsche en Fransche regeeringen door middel van
hun gezanten Praag tot spoed aangemaand. De zaak
is echter verre van eenvoudig. Aan de bezorgdheid
in politieke kringen over de plannen der regeering,
is deze nu tegemoet gekomen door een parle
mentaire commissie te vormen, waardoor de
regeeringspartijen in nauw contact zullen blijven
met het ministerie inzake de voorbereiding van
het nationaliteitenstatuut. Voor zoover thans
bekend is, is Hodza c.s. van plan, den
Sudetenduitschers cultureele autonomie te geven als
mede voor een evenredige vertegenwoordiging in
het centrale staatsbestuur te zorgen. Politieke auto
nomie krijgen de Henleinisten echter niet. Wel wil
de regeering het zelfbeschikkingsrecht der verschil
lende provinciën hetgeen iets anders is dan het
zelfbeschikkingsrecht der nationale minderheden
verruimen. Men zou daartoe de landdagen die in de
Oostenrijk-Hongaarsche monarchie bestonden
Bohemen, Moravië, Slowakije en het
Karpathenland weer instellen. Hoe de Henleinisten op deze
plannen zullen blijven reageeren, is onbekend. Het
hangt trouwens niet van hen af. Hun eerste reactie
was ongunstig. Het instellen van landen- i. p. v.
volken-autonomie beschouwen zij als een teeken
van nationaal imperialisme". Hoogstwaarschijn
lijk zullen zij zich dan ook op instigatie van
Duitschland tegen de voorstellen der regeering
blijven verzetten. De betrekkingen tusschen Praag
en Berlijn zijn overigens iets verbeterd. Men hoede
zich desondanks voor een overmaat aan optimisme.
De eerste aanval op Oostenrijk zomer '34 is
ook mislukt en het land is nu toch een deel van het
Duitsche rijk. . . .
PAG. 6 DE GROENE No. 3188