Historisch Archief 1877-1940
D
van Spiooskop
DE Franschen hebben van die aardige zeg
wijzen. Wanneer iemand met een iets
geheel anders bedoelende opmerking, on
opzettelijk en zonder het te weten, in een bepaald
opzicht 't bij het rechte eind heeft, zeggen ze:,,il
dit plus vrai qu'il ne pense".
Zoo is het ook mij gegaan: het blijkt mij dat een
argeloos, los gesproken woord een dieperen zin
heeft gekregen, dien ik er zelf niet in gelegd had.
Het was op een rustigen Zaterdagmiddag. Ik zat
de courant te lezen. Aan mijn voeten, plat op zijn
buik, steunend op de ellebogen, lag mijn zoontje.
Nu zijn mijn Zaterdagmiddagen zelden rustig, dewijl
dit overigens beminnelijk zevenjarig knaapje aller
minst bijdraagt tot een atmosfeer van ongestoorde
stilte. Daartoe is hij te druk, te levendig, te ongedurig.
Ik verbaasde mij dan ook over zijn onbeweeglijke,
verzonken aandacht, aan welke ik zoo weinig
gewoon was dat zij, ten onrechte, mijn argwaan
opwekte:
,,Wat voer je eigenlijk uit?"
Ik lees !" Dit zonder op te kijken, en met een
ongeduldige intonatie die duidelijk te kennen gaf:
stoor me nu niet langer maar laat me met rust.
Wat?" kon ik niet nalaten nog te vragen.
De held van Spionskop".
Dit antwoord stelde mij onmiddellijk tevreden.
Beelden uit mijn kinderjaren ! Want ik herinner
mij, hoe ik ook zelf op dien benijdenswaardigen
leeftijd uren lang met verhitte wangen en kloppende
slapen muisstil had verdiept gezeten over ditzelfde
boeiende jongensboek. Ik ben, helaas, geen zuinig
man geweest in mijn leven. Anders zat ik nu niet
hier, maar ergens op Capri of Korfoe, of in Miami
of Vancouver, of misschien alleen maar op Vlieland.
In elk geval zat ik niet des zomers in de stad, als ik
iets beter de boel bij elkaar had kunnen houden.
Maar in n opzicht ben ik zuinig geweest: op mijn
boeken. Hoewel de vloer van mijn bovenhuisje al
verdacht kraakt, ben ik er altijd en van mijn
vroegste jeugd af slechts met de grootste moeite
toe kunnen komen, mij van boeken te ontdoen, die
ik eenmaal verworven had. Gelijk Archimedes
voor zijn cirkels zal ik, evenals E. du Perron, bij
een invasie voor mijn boeken sneuvelen. (Over die
invasie evenwel straks.) Zoo komt het, dat op dezen
ongewoon vredigen Zaterdagmiddag mijn jeugdige
zoon zich aan hetzelfde kostelijke verhaal uit den
Transvaalschen Boerenoorlog verkwikte, dat ook
zijn vader op dien leeftijd gelaafd had.
TOEN de laatste bladzijde gelezen was en mijn
zoontje het boek met een zucht (half bevredi
ging, half spijt dat het uit was) had dichtgeslagen,
vroeg hij:
Vader, bestaan er eigenlijk tegenwoordig ook
nog helden ?"
Ik ben een slecht paedagoog. Ik had moeten
wijzen op helden der wetenschap, gelijk mevrouw
Curie, op geloofsmartelaren gelijk Niemöller....
Maar de tijd waarin wij leven, de infaamheid der
moderne wijze van oorlogvoering, en de leuzen,
GOEDKOOPE RETOURS
NAAR
Prosp. en Inl. voor de dagdienlt bij de S.M. ZEELAND.
Vlissingen en hare Hoofdagenten WM H. MULLER & Co. H.V^
voordenachtdieiKlb/dFa.HUDlG&PIETERS.R'damenHoek.
VOOR BEIDE ROUTES BIJ DE REISBUREAUX.
Bezoekt de British Empire Exhibition, Glasgow, Mei-October
waarin de Europeesche jeugd thans wordt opgevoed,
stemmen ons humeurig tegenover het woord
heldendom, zoodat ik opvoedkundige overwegingen ter
zijde liet en antwoordde:
Voornamelijk nog maar op de film !"
Nu, noemt u dan eens zoo een held van de film."
Ik noemde den eersten den besten naam die mij
inviel:
Hans Albers bijvoorbeeld."
Ik zei het argeloos, en zonder eenige speciale
bedoeling. Spionskop is niets dan een geografische
naam in Zuid-Afrika, welke door den Boerenoorlog
historische beteekenis heeft gekregen, en met een
werkelijken held, niet met een Ufa-filmheld verband
houdt.
Toch heb ik achteraf aan de in den aanvang
genoemde Fransche uitdrukking moeten denken.
Dat was, toen ik kort na het hierboven vermelde
voorval het dagblad Film-Kurier inkeek.
DE hoofdredacteur vult daar de eerste twee van
de vier pagina's met het verslag van een
verblijf te Weenen, onder den titel: Was dem
Berliner in Wien auffallt". Hij bespreekt daarin
verschillende groote Weensche bioscopen, onder
andere de Ufa-Tonkino. Na erop gewezen te hebben
dat deze eertijds geheel verjoodscht was en 70 pro
cent der bezoekers uit Joden bestond (men zou zoo
vragen: hoe komt de schrijver aan dit getal; is daar
aan de kassa een statistiek van aangelegd?), deelt
hij mede dat in het voorjaar van 1933 een zekere
heer Stritzko de leiding van dit theater kreeg, en het
op verdienstelijke wijze tot een bolwerk van Daitsche
cultuur en een der doeltreffendste
propagandainstrumenten van het nieuwe Duitschland" maakte.
(De schrijver cursiveert). Hij vermeldt dan verder,
hoe daar van toen af deutschbewuszten" films
werden vertoond, en geeft een overzicht van het
gebodene, dat het eerste jaar de inkomsten deed
terugloopen maar daarna een groot succes werd.
Op grond van dit program", vervolgt de schrij
ver van het artikel, van wien ook alle verdere
cursiveeringen zijn, schaarden zich langzamerhand
meer en meer de kringen van het nationale intellect
rondom de Ufa-Tonkino, welke zoodoende tot een
cultureele burcht der nationaalsocialistisch voelen
den werd. In de kantoorlokalen van den bioscoop
vonden vele geheime besprekingen van de illegalen"
uit het film- en bioscoopbedrijf plaats, waarbij ook
de tegenwoordige commissaris voor het
Oostenrijksche filmwezen, dr. Zimmer, vroeger directeur
der afdeeling Niederösterreich van het concern der
bioscoop-eigenaars, verscheen."
Het gedeelte van het hoofdartikel, dat over dit
U fa- theater handelt, besluit als volgt: Wanneer
eens een boek over de strijdjaren van het nationaal
socialisme in Oostenrijk geschreven mocht worden,
zal de Ufa-Tonkino te Weenen als moedige
wegbereidster van de Anschlusz-gedachte met roem
vermeld dienen te worden."
Tot zoover in het officieele Duitsche filmvakblad,
dat een oplage van 8500 ex. heeft, de hoofdredac
teur, dien wij moeilijk van gruwelsprookjes"
kunnen verdenken.
Ons land heeft in elk der drie groote steden een
Ufa-theater. ERNST VAN DAELE
Katholieke politiek
en objectieve wetenschap
IN het afgeloopen parlementaire jaar heeft
minister Romme o. m. een voorontwerp van wet
ingediend, waarbij wettelijke regelen inzake een
kinderbijslagverzekering werden voorgesteld. Dit
voorontwerp heeft inmiddels den Hoogen Raad van
arbeid veilig gepasseerd. Wordt het ontwerp wet, dan
krijgen de werkgevers de verplichting, een bepaald
percentage van het loon te storten in een fonds,
waaruit arbeiders die meer dan twee kinderen
hebben een extra-uitkeering ten hoogste van 3 pCt.
van hun loon krijgen voor ieder kind tot het den
leeftijd van vijftien jaar heeft bereikt. De minister
achtte het namelijk, blijkens zijn Memorie van
Toelichting, in beginsel rechtvaardiger, dat arbeiders
die een groot gezin te onderhouden hadden, voor
dezelfde prestatie een iets hooger loon ontvingen
dan arbeiders, die of ongetrouwd waren óf slechts
weinig kinderen hadden. Het gemeene welzijn"
vorderde de doorvoering van dit beginsel. Immers",
aldus de minister, de gemeenschap is voor haar
krachtig voortbestaan in het algemeen afhankelijk
van het gezinsleven, terwijl in het bijzonder de
kinderrijke goed-geregelde gezinnen voor haar
vooruitgang van de grootste waarde zijn." Tegen
deze zinsnede nu, waarin men zonder veel moeite
de weerslag kan ontdekken van bepaalde
specifiekkatholieke opvattingen, heeft de Nederlandsche
Eugenetische Federatie, waarbij de Nederlandsche
wetenschappelijke vereenigingen op het gebied van
bevolkings-onderzoek aangesloten zijn, in een
zakelijk rapport stelling genomen. In een adres,
onderteekend door prof. dr. M. J. Sirks en dr. H. J.
T. Bijlmer, maande zij den minister met grooten
aandrang tot voorzichtigheid ten dezen voor
zichtig uitgedrukt! Bij het adres heeft zij een
rapport gevoegd, waarin de door den minister
geponeerde stelling op haar wetenschappelijke
waarde wordt getoetst. Op grond van tal van onder
zoekingen in binnen- en buitenland concludeert het
bestuur der federatie het volgende. In de eerste
plaats heeft de arbeider, speciaal de ongeschoolde,
meer kinderen dan het overige deel der bevolking.
In de tweede plaats zijn de intellectueele en karakter
eigenschappen vóór alles afhankelijk van
erffactoren. In de derde plaats is het percentage ver
standelijk begaafde kinderen in de lagere klassen
der bevolking kleiner dan dat in de hoogere klassen.
De vruchtbaarheid is vooral bij de in lichte mate
zwakzinnigen grooter dan bij de normalen. Wat
volgt hieruit? Dat het bevorderen van kinderrijke
gezinnen in het algemeen een factor bevat, die
nadeelig is voor de volksvoortplanting en die volks
welzijn en volkskracht eerder zal schaden dan
baten. Het stimuleeren van de groote gezinnen zal
er toe meewerken, dat het proces van het over
woekeren van de lagen met het grootste aantal
begaafden door de lagere lagen, wordt versneld.
TOT zoover de genoemde Federatie in haar
rapport. Natuurlijk is het vraagstuk hier niet
mee afgehandeld. Integendeel. Het Federatiebestuur
dringt er juist op aan dat de minister ook in Neder
land binnen korten tijd een onderzoek zal instellen
naar de eugenetische werking van maatregelen als
bedoeld. Men zou dit slechts kunnen toejuichen.
Dat een minister een eigen zienswijze heeft op
problemen, is natuurlijk. Is deze zienswijze echter
gebaseerd op principes die stellig eerbiedwaardig
zijn, doch niet langer gehandhaafd kunnen worden
op grond van modern, objectief-wetenschappelijk
onderzoek dan is het een landsbelang, dat de
minister zijn zienswijze opgeeft. En, afgezien van
de vraag of de minister dan wel de Federatie het
bij het rechte eind heeft, is het in hooge mate
gewenscht dat de minister in dezen niet uitsluitend
blijft afgaan op de principes eener bepaalde
theologie. Objectief onderzoek is ons hier liever.
KUNSTTENTOONSTELLINGEN
Stedelijk Museum, Fransche schilderkunst
(tot 25 Sept.)
Kunsthandel P. de Boer, Heerengracht 474.
Zomertentoonstelling van schilderijen.
Kunstzaal van Lier, Rokin 126. Tentoonstelling
van de collectie van Heyst, Rotterdam, omvattende
Chineesche kleinplastiek (tot n Aug.).
Kunsthandel Santee Landweer, Keizers
gracht 463. Beeldhouwwerk en teekeningen van
Jane Poupeletf; Gouaches en aquarellen van
Parijsche schilders (van 4 tot 28 Juli).
Kunsthandel Buffa en Zn., Kalverstraat 39.
Schilderijen en teekeningen van Jean van Wel
(tot i Aug.)
Kunsthandel van Wisselingh & Co., Rokin
78?80. Tentoonstelling Fransche meesters der
ige en zoe eeuw (tot 4 Aug.),
Kunsthandel Aalderink, ie Weteringdwars
straat 4. Schilderijen en teekeningen door A. G.
Grotegoed (tot en rnet 12 Aug.)
PAG. S DE GROENE No. 3190