Historisch Archief 1877-1940
Van DORDRECHT (Zuid-Holland)
naar WOUDSEND (Friesland)
Een reportage over
de post-sorteermachine te Utrecht
VIJFHONDERD jaar geleden, toen negen tien
de van het Nederlandsche volk lezen noch
schrijven kon, was het versturen van een
brief niet alleen een zeldzame, maar ook een hache
lijke onderneming. Er is wel iets veranderd ! Het
aantal Nederlandsche brieven en briefkaarten voor
binnen- en buitenland dat de posterijen jaarlijks
verwerken, loopt al aardig naar de
vijfhonderdmillioen en het is een zeldzaamheid wanneer er een
vergissing wordt begaan. Nergens in Nederland zal
men waarschijnlijk sterker onder den indruk komen
van den omvang en de accuratesse waarmee de post
werkt, dan in de groote sorteerhal van het nieuwe,
moderne Stationspostgebouw te Utrecht, dat j.l.
Zondag in bedrijf werd genomen. Daar immers
staat de Transorma", een machtige, vier-en-twin
tig ton wegende sorteermachine. Wanneer hij werkt
spuwt hij vijftienduizend brieven per uur in hon
derd-vijf-en-twintig verschillende vakjes. De brief
die de firma Van Beek uit Dordrecht (in bouwmate
rialen) gezonden heeft naar den heer Scheepstra
te Woudsend bij Sneek (aannemer), passeert deze
machine. Waarom?
DE jongste bediende van de firma Van Beek
heeft den brief op de bus gedaan. De bus wordt
geledigd en komt op het postkantoor te Dordrecht.
Daar wordt de post geschift in de stadspost en de
buitenpost. Het grootste gedeelte van de buitenpost
zal natuurlijk bestemd zijn voor de groote plaatsen
uit ons land. Laten we b.v. aannemen dat er per
dag tweehonderd brieven in Dordrecht op de bus
worden gedaan, die de bestemming Deventer heb
ben. Om deze tweehonderd brieven gaat een touw,
er komt een biljet bij: Deventer, en het pak ver
dwijnt in de groote postzak die te Dordrecht gereed
staat om per trein naar Utrecht te worden vervoerd.
Te Dordrecht komt echter ook onze enkele brief
voor Woudsend (Friesland). En er komt ook een
brief voor Heinoorden (Gelderland) en een voor
Niekerk (Groningen) en een voor De Wijk (Drente).
Op het postkantoor te Dordt denkt men er natuurlijk
niet aan om een apart pakje te maken van dien eenen
brief voor Woudsend, Heinoorden, Niekerk of De
Wijk. Misschien trouwens, dat ook in Rotterdam,
Den Haag, Amsterdam, Leiden, Maastricht en Den
Bosch een brief gepost is voor die vier plaatsjes. Al
deze brieven kunnen elkaar vinden te Utrecht en dan
is het de moeite waard om er een apart pakje van
te maken. Vandaar dat de postambtenaar te Dor
drecht de vier brieven voor Woudsend, Heinoorden,
Niekerk en De Wijk bij elkaar pakt, er een touwtje
om doet, op het papier schrijft: Utrecht-station",
denkt: Dat moeten ze daar maar verder uitzoeken"
en floep daar gaat het pakje in de groote postzak
naar Utrecht. De trein uit Dordrecht neemt de
postzak mee, die tenslotte op het station te Utrecht
belandt. De zak wordt uitgeladen en een postkruier
rijdt de wagen het Stationspostgebouw officieel
heet het: expeditiebureel voor brieven en
pakketpost binnen. Parterre. Een stevige lift brengt de
wagen naar de eerste verdieping. De zak wordt
,,afgesmeten" en belandt op de groote storttafel". In
omgekeerden stand wordt hij electrisch naar boven
geheschen, de man die bij de storttafel staat en
wiens pink versierd is met een soort busopener,
snijdt het touw los en de bundels post vallen op
tafel. De bundel van tweehonderd Dordtsche brie
ven die het opschrift draagt: Deventer, doet hij in
de mand, waarin alle gesorteerde bundels komen die
in de richting van Deventer moeten worden Ver
voerd. Zij hebben met de groote sorteermachine
niets te maken. Maar wel de vier Dordtsche brieven
voor Woudsend, Heinoorden, Niekerk en De Wijk.
Alle bundels die het opschrift dragen: Utrecht
station, zijn voedsel voor de gretige Transorma."
NEO SILVIKRIN HAARVOEDING
Overzicht van de
Transorma"- ma
chine in het Sta
tionspostgebouw te
Utrecht
WIJ volgen den brief uit Woudsend verder. Via
de transportbaan, die men links op de over
zichtsfoto ziet, wordt hij in een aluminium schuifla
van de opzettafel" naar boven gebracht, tezamen
met enkele honderden andere brieven. Boven
zitten vijf ambtenaren, elk met een langzaam op
schuivende reeks brieven voor zich. Eenmaal per
seconde grijpen zij een brief en zien zij een adres;
Woudsend". Ik neem aan, dat u niet weet, waar het
ligt. De man van de Transorma" echter kent alle
gehuchten in Nederland. Hij weet, dat Woudsend
bij het rayon Sneek behoort, en daar er onder de
honderd-vijf-en-twintig sorteervakjes van zijn ma
chine n is voor de post naar dat rayon, de Post
erijen noemen het: de ,,passe"-Sneek, wel te onder
scheiden van de plaats Sneek zelf daar hij boven
dien het nummer van de ,,passe"-Sneek kent, slaat
hij op het toetsenbord een nummer aan met drie
vingers n voor de eenheden, n voor de tien
tallen, n voor de honderdtallen en de brief van
de firma Van Beek uit Dordrecht voor den heer
Scheepstra te Woudsend verdwijnt. Het spreekt van
zelf dat de ambtenaren die deze machine bedienen
over een feillooze kennis van de Nederlandsche
plaatsnamen beschikken. Meer dan dat: zij kennen
ook stipt de indeeling in honderd-vijf-en-twintig
vakjes, waarmee de Transorma werkt. De groote
plaatsen hebben natuurlijk een eigen vakje. Daar
naast zijn er aparte vakjes voor de richtingen".
Meppel-Groningen is b.v. een richting". Alle brie
ven voor de plaatsen aan de spoorlijn Meppel-Gro
ningen tezamen vormen zij die richting"
komen dus in n vakje bij elkaar en worden, nadat
de machine deze eerste sorteering heeft verricht,
elders in de hal over een groot rek verder verdeeld.
Dan zijn er tenslotte aparte vakjes voor de passen".
De man van de machine wist, dat Woudsend tot de
passe-Sneek" behoorde. Hij weet ook, dat
Princenhage, Ginneken, Terheide, Teteringen, Bavel,
Uivenhout en Chaam tot de passé-Breda, Heveskes,
Kolham, Nieuw-Scheemda, Weiwerd, Woldendorp,
Noordhoek en Harkstede tot de passe-Delfzijl
behooren. Hij verstaat bovendien de kunst waar
voor hij trouwens acht maanden speciaal is opge
leid om achtereenvolgende brieven voor Rolde,
Zwolle, Zevenaar, Enschede, Schimmen en
Zoutkamp deze volgorde is authentiek ! over zijn
vakjes te verdeelen. Een inspannende
hersenarbeid ! Daarom krijgt hij dan ook, wanneer hij een
uur voor het toetsenbord heeft gezeten en zijn drie
duizend beslissingen heeft genomen, twintig minu
ten lang geheel ander werk te doen. Er worden zeer
weinig fouten gemaakt. In Rotterdam, waar men
al enkele jaren met een Transorma" werkt,
komt slechts n fout voor op de achtduizend be
slissingen. Merkt de ambtenaar op het moment, dat
hij aanslaat, dat hij zich vergist heeft, dan stuurt hij
naar hetzelfde vakje een blauwe envelop, waar
schuwing voor den man die de vakjes leeghaalt, dat
de brief ónder die envelop verkeerd gesorteerd is.
Merkt hij zijn fout niet, dan merkt men het elders
wel bij de expeditie, en daar op iederen brief twee
kleine roode lettertjes komen te staan, die er op
worden gedrukt op het moment dat de brief naar
beneden glijdt, iedere ,,Transorma"-man heeft
zijn eigen letters, b.v. A. K. kan men steeds
constateeren, wie de fout gemaakt heeft. Aldus kan
men maken dat de ambtenaren die voor dezen
specialen arbeid niet deugen, ander werk te doen krijgen.
Iets dat hen meestal spijt, want ze zitten liever
bij de Transorma" dan bij de oude sorteerkasten.
ONZEN brief van Woudsend hebben wij verlaten
op het oogenblik, dat de ambtenaar hem losliet
bij het indrukken van het nummer voor de
passeSneek". Hoe komt deze brief nu in het vakje voor
die passé? Als volgt. Boven in de Transorma"
loopen met groote snelheid zeventig wagentjes rond.
De bedienende ambtenaar plaatst den brief in de
gleuf. Eenmaal per seconde wordt zoo'n brief naar
beneden gehaald, juist als zich een wagentje onder
de gleuf bevindt. De vijf ambtenaren bewerken dus
vijf brieven per seconde. Door het aanslaan van het
bepaalde nummer krijgt nu het wagentje, dat den
brief voor Woudsend (passe-Sneek) vervoert, een
bepaalden stand. Onder in het wagentje zit de brief
vastgeklemd. Het wagentje snelt naar den anderen
kant, waar zich honderd-vijf-en-twintig smalle ko
kers bevinden, die elk naar een bepaald vakje leiden
men ziet zulke vakjes op de bovenstaande foto .
Omdat het wagentje een bepaalden stand heeft, raakt
het op zeker moment een pal. De brief die onderin
vastzit, wordt op dat moment door uitspringende
veertjes uitgestooten en bereikt aldus het vakje
van de passe-Sneek".
De wagentjes draaien door en worden aan den
anderen kant opnieuw gevuld. En aldus dragen zij
vijftien duizend brieven per uur mee. Raakt ergens
esn te dikke brief beklemd, dan stopt de geheele
machine onmiddellijk. De fout is meestal spoedig
gevonden. Blijft een brief in een valkoker steken,
dan onderschept hij een stralenbundel die loodrecht
door elke vijf boven elkaar liggende valkokers naar
boven schijnt en daar een glazen blokje verlicht.
Blijft zoo'n blokje donker, dan ziet men dus onmid
dellijk waar er iets hapert. Op het eind van den
dienst tenslotte wordt naar ieder vakje een
spoelenvelop" gezonden om te zien of er ergens iets is
blijven steken.
DE eerste denkbeelden voor deze ingenieuse ma
chine, die een ontzaglijke tijdsbesparing met
zich brengt, stammen van den heer Andriessen,
oud-hoofdambtenaar bij de Posterijen. Zij dateeren
al uit den tijd vóór den Wereldoorlog. Na den oorlog
associeerde hij zich met prof. Andriessen uit Delft
en in 1925 kwam de eerste proefmachine in bedrijf.
In 1931 werd de eerste echte" machine afgeleverd
voor het expeditie-bureel Rotterdam.
Nu staan er twee in Utrecht n voor de ver
deeling van de post over het land op de hier be
schreven wijze en n voor de sorteering van de voor
Utrecht-zélf bestemde post . Binnenkort komt er
n in Haarlem.
Tenslotte heeft dit product van Nederlandsche
ingenieurs en arbeiders de machines worden in
licentie voor de Transorma" gebouwd bij Werk
spoor te Amsterdam ook al den weg over de gren
zen gevonden. Het postkantoor te Brighton (Enge
land), beschikt over een Transorma". De eerste
in het buitenland ! Wij wagen de voorspelling dat
het niet de laatste zal blijven. J.
De man die beslist waar de brief naar toe gaat
PAG. 7 DE GROENE No. 3190