De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 23 juli pagina 7

23 juli 1938 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

Van DORDRECHT (Zuid-Holland) naar WOUDSEND (Friesland) Een reportage over de post-sorteermachine te Utrecht VIJFHONDERD jaar geleden, toen negen tien de van het Nederlandsche volk lezen noch schrijven kon, was het versturen van een brief niet alleen een zeldzame, maar ook een hache lijke onderneming. Er is wel iets veranderd ! Het aantal Nederlandsche brieven en briefkaarten voor binnen- en buitenland dat de posterijen jaarlijks verwerken, loopt al aardig naar de vijfhonderdmillioen en het is een zeldzaamheid wanneer er een vergissing wordt begaan. Nergens in Nederland zal men waarschijnlijk sterker onder den indruk komen van den omvang en de accuratesse waarmee de post werkt, dan in de groote sorteerhal van het nieuwe, moderne Stationspostgebouw te Utrecht, dat j.l. Zondag in bedrijf werd genomen. Daar immers staat de Transorma", een machtige, vier-en-twin tig ton wegende sorteermachine. Wanneer hij werkt spuwt hij vijftienduizend brieven per uur in hon derd-vijf-en-twintig verschillende vakjes. De brief die de firma Van Beek uit Dordrecht (in bouwmate rialen) gezonden heeft naar den heer Scheepstra te Woudsend bij Sneek (aannemer), passeert deze machine. Waarom? DE jongste bediende van de firma Van Beek heeft den brief op de bus gedaan. De bus wordt geledigd en komt op het postkantoor te Dordrecht. Daar wordt de post geschift in de stadspost en de buitenpost. Het grootste gedeelte van de buitenpost zal natuurlijk bestemd zijn voor de groote plaatsen uit ons land. Laten we b.v. aannemen dat er per dag tweehonderd brieven in Dordrecht op de bus worden gedaan, die de bestemming Deventer heb ben. Om deze tweehonderd brieven gaat een touw, er komt een biljet bij: Deventer, en het pak ver dwijnt in de groote postzak die te Dordrecht gereed staat om per trein naar Utrecht te worden vervoerd. Te Dordrecht komt echter ook onze enkele brief voor Woudsend (Friesland). En er komt ook een brief voor Heinoorden (Gelderland) en een voor Niekerk (Groningen) en een voor De Wijk (Drente). Op het postkantoor te Dordt denkt men er natuurlijk niet aan om een apart pakje te maken van dien eenen brief voor Woudsend, Heinoorden, Niekerk of De Wijk. Misschien trouwens, dat ook in Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Leiden, Maastricht en Den Bosch een brief gepost is voor die vier plaatsjes. Al deze brieven kunnen elkaar vinden te Utrecht en dan is het de moeite waard om er een apart pakje van te maken. Vandaar dat de postambtenaar te Dor drecht de vier brieven voor Woudsend, Heinoorden, Niekerk en De Wijk bij elkaar pakt, er een touwtje om doet, op het papier schrijft: Utrecht-station", denkt: Dat moeten ze daar maar verder uitzoeken" en floep daar gaat het pakje in de groote postzak naar Utrecht. De trein uit Dordrecht neemt de postzak mee, die tenslotte op het station te Utrecht belandt. De zak wordt uitgeladen en een postkruier rijdt de wagen het Stationspostgebouw officieel heet het: expeditiebureel voor brieven en pakketpost binnen. Parterre. Een stevige lift brengt de wagen naar de eerste verdieping. De zak wordt ,,afgesmeten" en belandt op de groote storttafel". In omgekeerden stand wordt hij electrisch naar boven geheschen, de man die bij de storttafel staat en wiens pink versierd is met een soort busopener, snijdt het touw los en de bundels post vallen op tafel. De bundel van tweehonderd Dordtsche brie ven die het opschrift draagt: Deventer, doet hij in de mand, waarin alle gesorteerde bundels komen die in de richting van Deventer moeten worden Ver voerd. Zij hebben met de groote sorteermachine niets te maken. Maar wel de vier Dordtsche brieven voor Woudsend, Heinoorden, Niekerk en De Wijk. Alle bundels die het opschrift dragen: Utrecht station, zijn voedsel voor de gretige Transorma." NEO SILVIKRIN HAARVOEDING Overzicht van de Transorma"- ma chine in het Sta tionspostgebouw te Utrecht WIJ volgen den brief uit Woudsend verder. Via de transportbaan, die men links op de over zichtsfoto ziet, wordt hij in een aluminium schuifla van de opzettafel" naar boven gebracht, tezamen met enkele honderden andere brieven. Boven zitten vijf ambtenaren, elk met een langzaam op schuivende reeks brieven voor zich. Eenmaal per seconde grijpen zij een brief en zien zij een adres; Woudsend". Ik neem aan, dat u niet weet, waar het ligt. De man van de Transorma" echter kent alle gehuchten in Nederland. Hij weet, dat Woudsend bij het rayon Sneek behoort, en daar er onder de honderd-vijf-en-twintig sorteervakjes van zijn ma chine n is voor de post naar dat rayon, de Post erijen noemen het: de ,,passe"-Sneek, wel te onder scheiden van de plaats Sneek zelf daar hij boven dien het nummer van de ,,passe"-Sneek kent, slaat hij op het toetsenbord een nummer aan met drie vingers n voor de eenheden, n voor de tien tallen, n voor de honderdtallen en de brief van de firma Van Beek uit Dordrecht voor den heer Scheepstra te Woudsend verdwijnt. Het spreekt van zelf dat de ambtenaren die deze machine bedienen over een feillooze kennis van de Nederlandsche plaatsnamen beschikken. Meer dan dat: zij kennen ook stipt de indeeling in honderd-vijf-en-twintig vakjes, waarmee de Transorma werkt. De groote plaatsen hebben natuurlijk een eigen vakje. Daar naast zijn er aparte vakjes voor de richtingen". Meppel-Groningen is b.v. een richting". Alle brie ven voor de plaatsen aan de spoorlijn Meppel-Gro ningen tezamen vormen zij die richting" komen dus in n vakje bij elkaar en worden, nadat de machine deze eerste sorteering heeft verricht, elders in de hal over een groot rek verder verdeeld. Dan zijn er tenslotte aparte vakjes voor de passen". De man van de machine wist, dat Woudsend tot de passe-Sneek" behoorde. Hij weet ook, dat Princenhage, Ginneken, Terheide, Teteringen, Bavel, Uivenhout en Chaam tot de passé-Breda, Heveskes, Kolham, Nieuw-Scheemda, Weiwerd, Woldendorp, Noordhoek en Harkstede tot de passe-Delfzijl behooren. Hij verstaat bovendien de kunst waar voor hij trouwens acht maanden speciaal is opge leid om achtereenvolgende brieven voor Rolde, Zwolle, Zevenaar, Enschede, Schimmen en Zoutkamp deze volgorde is authentiek ! over zijn vakjes te verdeelen. Een inspannende hersenarbeid ! Daarom krijgt hij dan ook, wanneer hij een uur voor het toetsenbord heeft gezeten en zijn drie duizend beslissingen heeft genomen, twintig minu ten lang geheel ander werk te doen. Er worden zeer weinig fouten gemaakt. In Rotterdam, waar men al enkele jaren met een Transorma" werkt, komt slechts n fout voor op de achtduizend be slissingen. Merkt de ambtenaar op het moment, dat hij aanslaat, dat hij zich vergist heeft, dan stuurt hij naar hetzelfde vakje een blauwe envelop, waar schuwing voor den man die de vakjes leeghaalt, dat de brief ónder die envelop verkeerd gesorteerd is. Merkt hij zijn fout niet, dan merkt men het elders wel bij de expeditie, en daar op iederen brief twee kleine roode lettertjes komen te staan, die er op worden gedrukt op het moment dat de brief naar beneden glijdt, iedere ,,Transorma"-man heeft zijn eigen letters, b.v. A. K. kan men steeds constateeren, wie de fout gemaakt heeft. Aldus kan men maken dat de ambtenaren die voor dezen specialen arbeid niet deugen, ander werk te doen krijgen. Iets dat hen meestal spijt, want ze zitten liever bij de Transorma" dan bij de oude sorteerkasten. ONZEN brief van Woudsend hebben wij verlaten op het oogenblik, dat de ambtenaar hem losliet bij het indrukken van het nummer voor de passeSneek". Hoe komt deze brief nu in het vakje voor die passé? Als volgt. Boven in de Transorma" loopen met groote snelheid zeventig wagentjes rond. De bedienende ambtenaar plaatst den brief in de gleuf. Eenmaal per seconde wordt zoo'n brief naar beneden gehaald, juist als zich een wagentje onder de gleuf bevindt. De vijf ambtenaren bewerken dus vijf brieven per seconde. Door het aanslaan van het bepaalde nummer krijgt nu het wagentje, dat den brief voor Woudsend (passe-Sneek) vervoert, een bepaalden stand. Onder in het wagentje zit de brief vastgeklemd. Het wagentje snelt naar den anderen kant, waar zich honderd-vijf-en-twintig smalle ko kers bevinden, die elk naar een bepaald vakje leiden men ziet zulke vakjes op de bovenstaande foto . Omdat het wagentje een bepaalden stand heeft, raakt het op zeker moment een pal. De brief die onderin vastzit, wordt op dat moment door uitspringende veertjes uitgestooten en bereikt aldus het vakje van de passe-Sneek". De wagentjes draaien door en worden aan den anderen kant opnieuw gevuld. En aldus dragen zij vijftien duizend brieven per uur mee. Raakt ergens esn te dikke brief beklemd, dan stopt de geheele machine onmiddellijk. De fout is meestal spoedig gevonden. Blijft een brief in een valkoker steken, dan onderschept hij een stralenbundel die loodrecht door elke vijf boven elkaar liggende valkokers naar boven schijnt en daar een glazen blokje verlicht. Blijft zoo'n blokje donker, dan ziet men dus onmid dellijk waar er iets hapert. Op het eind van den dienst tenslotte wordt naar ieder vakje een spoelenvelop" gezonden om te zien of er ergens iets is blijven steken. DE eerste denkbeelden voor deze ingenieuse ma chine, die een ontzaglijke tijdsbesparing met zich brengt, stammen van den heer Andriessen, oud-hoofdambtenaar bij de Posterijen. Zij dateeren al uit den tijd vóór den Wereldoorlog. Na den oorlog associeerde hij zich met prof. Andriessen uit Delft en in 1925 kwam de eerste proefmachine in bedrijf. In 1931 werd de eerste echte" machine afgeleverd voor het expeditie-bureel Rotterdam. Nu staan er twee in Utrecht n voor de ver deeling van de post over het land op de hier be schreven wijze en n voor de sorteering van de voor Utrecht-zélf bestemde post . Binnenkort komt er n in Haarlem. Tenslotte heeft dit product van Nederlandsche ingenieurs en arbeiders de machines worden in licentie voor de Transorma" gebouwd bij Werk spoor te Amsterdam ook al den weg over de gren zen gevonden. Het postkantoor te Brighton (Enge land), beschikt over een Transorma". De eerste in het buitenland ! Wij wagen de voorspelling dat het niet de laatste zal blijven. J. De man die beslist waar de brief naar toe gaat PAG. 7 DE GROENE No. 3190

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl